Les 40
2 Nephi 31
Inleiding
Vele jaren voordat Jezus Christus werd geboren, ontving Nephi een openbaring over de doop van de Heiland. Nephi vertelde zijn volk over die openbaring en zette daarbij uiteen wat hij ‘de leer van Christus’ noemde — dat wij om het eeuwige leven te ontvangen geloof in Jezus Christus moeten oefenen, ons van onze zonden moeten bekeren, ons moeten laten dopen, de Heilige Geest moeten ontvangen en tot het einde toe moeten volharden.
Onderwijstips
2 Nephi 31:1–13
Nephi legt uit dat we met onze doop het voorbeeld van de Heiland volgen
Begin de les met het stellen van de volgende vragen:
-
Wat weet je nog van je doop? Hoe voelde je je bij je doop?
Leg uit dat de cursisten met hun doop een patroon volgden dat altijd deel van het evangelie van Jezus Christus heeft uitgemaakt. Nephi gebruikte voor dat patroon een bepaalde uitdrukking. Laat de cursisten zoeken naar een zinsnede die in 2 Nephi 31:2 en 2 Nephi 31:21 voorkomt. Nadat zij de zinsnede ‘de leer van Christus’ hebben gevonden, vraagt u:
-
Welke woorden in 2 Nephi 31:2, 21 geven het belang van ‘de leer van Christus’ aan? (Mogelijke antwoorden: ‘ik moet spreken over’, ‘geen andere weg’ en ‘de enige en ware leer’.)
Toon de plaat ‘Johannes de Doper doopt Jezus’ (62133; Evangelieplatenboek [2009], nummer 35). Vraag de cursisten 2 Nephi 31:5–9 te bestuderen en naar woorden te zoeken die aangeven waarom Jezus Christus Zich liet dopen. (Laat ze die woorden desgewenst markeren.) Vraag de cursisten na een paar minuten de gevonden woorden voor te lezen.
-
Wat zou het betekenen om ‘alle gerechtigheid te vervullen’? (Leg de cursisten na het geven van hun antwoorden indien nodig uit dat er de geboden gehoorzamen mee wordt bedoeld. President Joseph F. Smith heeft gezegd dat ‘alle gerechtigheid vervullen’ gelijk staat aan ‘de wet vervullen’ [Conference Report, april 1912, p. 9].)
Vraag een cursist 2 Nephi 31:10–12 voor te lezen.
-
Welke uitleg staat er in deze teksten over het belang van de doop? (Nephi zet uiteen dat de doop een gebod is van onze hemelse Vader, en is vereist om de gave van de Heilige Geest te ontvangen en Jezus Christus te kunnen volgen.)
Vraag de cursisten samen te vatten welke leerstellingen en beginselen zij uit 2 Nephi 31:5–12 geleerd hebben. Let erop dat ze de volgende beginselen goed begrijpen:
Jezus Christus gaf het volmaakte voorbeeld van gehoorzaamheid dat wij dienen te volgen.
Wij moeten Jezus Christus volgen, ons laten dopen en de Heilige Geest ontvangen.
Jezus Christus had geen zonde begaan en liet Zich toch dopen om alle gerechtigheid te vervullen.
Vraag een cursist 2 Nephi 31:13 voor te lezen. Vestig de aandacht van de cursisten op de woorden ‘met een volmaakt voornemen des harten’, ‘zonder huichelarij en bedrog voor het aangezicht van God’ en ‘met een oprechte bedoeling’. Laat ze die woorden desgewenst markeren.
-
Wat betekenen die woorden voor jou? (Wijs er indien nodig op dat de drie zinsneden er allemaal op duiden dat we oprecht moeten zijn in onze pogingen om geloof in de Heiland te oefenen, ons van onze zonden te bekeren en het voorbeeld van de Heiland te volgen.)
Laat de cursisten aan de hand van de volgende vragen goed beseffen hoe ze het voorbeeld van de Heiland in uiteenlopende situaties kunnen volgen:
-
Hoe kunnen die woorden van toepassing zijn op activiteiten zoals dagelijkse Schriftstudie en naar de kerk gaan?
-
Wat is het verschil tussen ‘een gebed opzeggen’ en bidden ‘met een volmaakt voornemen des harten’?
-
Wat is het verschil tussen het avondmaalsbrood eten en ‘met een oprechte bedoeling’ van het avondmaalsbrood nemen?
-
Wat is het verschil tussen zeggen dat je ergens spijt van hebt en je ‘met een volmaakt voornemen des harten’ bekeren?
2 Nephi 31:14–21
Nephi legt uit dat we na de doop de Heilige Geest moeten ontvangen en het voorbeeld van de Heiland moeten blijven volgen
Leg uit dat Nephi sprak over een poort die toegang geeft tot een pad. Vraag een cursist 2 Nephi 31:17–18 voor te lezen. Teken daarna de volgende eenvoudige illustratie op het bord:
-
Wat is volgens 2 Nephi 31:17 de poort? (Bekering en doop. Schrijf bekering en doop onder de poort.) In welke opzichten zijn bekering en doop als een poort?
-
Waar voert het pad volgens 2 Nephi 31:18 naartoe? (Het eeuwige leven. Schrijf het eeuwige leven aan het einde van het pad. Leg indien nodig uit dat ‘het eeuwige leven’ verhoging in het celestiale koninkrijk inhoudt.)
-
Nephi legde uit dat we na de doop de gave van de Heilige Geest ontvangen (zie 2 Nephi 31:13–14). Wat doet de Heilige Geest volgens 2 Nephi 31:17–18 voor ons? (Maak de cursisten duidelijk dat de Heilige Geest van de Vader en de Zoon getuigt en vergeving van zonden brengt.)
-
Waarom is het essentieel dat we door de Heilige Geest een getuigenis van de Vader en de Zoon ontvangen?
Licht de rol van de Heilige Geest bij de vergeving van zonden toe aan de hand van de uitdrukking ‘de doop met water, en de doop met vuur’ (2 Nephi 31:13–14; zie ook vers 17). Laat een cursist het volgende citaat van ouderling David A. Bednar van het Quorum der Twaalf Apostelen voorlezen. Vraag de klas te letten op wat de doop met vuur en met de Heilige Geest betekent.
‘De poort van de doop leidt naar het enge en smalle pad. […]
‘Ons wordt geboden en geleerd dat we zó moeten leven dat onze gevallen natuur verandert door de heiligende macht van de Heilige Geest. President Marion G. Romney onderwees dat de doop met vuur door de Heilige Geest “ons van een vleselijke naar een geestelijke toestand brengt. Die reinigt, geneest en zuivert de ziel. […] Geloof in de Heer Jezus Christus, bekering en doop met water zijn allemaal nodig ter voorbereiding, maar de [doop met vuur] is de vervulling. Het ontvangen van [de doop met vuur] is uw klederen laten reinigen door het zoenbloed van Jezus Christus.” (Marion G. Romney, Learning for the Eternities, samengesteld door George J. Romney [1977], p. 133; zie ook 3 Nephi 27:19–20.)
‘Wanneer we aldus zijn wedergeboren en ernaar streven zijn Geest altijd bij ons te hebben, zal de Heilige Geest onze ziel heiligen en zuiveren als door vuur (zie 2 Nephi 31:13–14, 17). Uiteindelijk moeten we vlekkeloos voor het aangezicht van God staan.’ (‘Reine handen en een zuiver hart’, Liahona, november 2007, p. 81.)
-
Wat doet de ‘doop met vuur’ volgens ouderling Bednar en president Romney voor ons?
-
Welke andere zegeningen kunnen wij door de invloed van de Heilige Geest ontvangen?
-
Hoe streef jij ernaar zijn Geest altijd bij je te hebben?
-
Wanneer heb je de werking van de Heilige Geest in je leven gevoeld?
Leg uit dat in 2 Nephi 31:18 het woord enge de betekenis heeft van nauwe, strikte, rechte, waarvan afwijken niet mogelijk is. Nephi gebruikte dat woord om het pad mee aan te duiden dat wij na onze doop moeten bewandelen om het eeuwige leven te ontvangen. Laat de cursisten over de volgende vraag nadenken:
-
Wat moeten wij na onze doop doen om op het pad naar het eeuwige leven te blijven?
Verwijs de cursisten bij het nadenken over deze vraag naar antwoorden in 2 Nephi 31:15–16, 19–21. U kunt ze in overweging geven om woorden te markeren die uitleggen wat we moeten doen om het eeuwige leven te ontvangen. Vraag enkele cursisten na voldoende tijd te vertellen wat ze hebben gemarkeerd. Zet hun antwoorden op het bord. Uw illustratie zou er ongeveer als volgt uit moeten zien:
Maak de cursisten duidelijk dat als wij volgens de leer van Christus leven, wij het eeuwige leven zullen ontvangen.
Vraag een cursist tot slot van de les 2 Nephi 31:20 voor te lezen. Wijs erop dat 2 Nephi 31:19–20 een kerntekst is. U kunt de cursisten aansporen deze tekst op zodanige wijze te markeren dat ze die gemakkelijk kunnen terugvinden. Laat ze een van de volgende vragen beantwoorden in hun Schriftendagboek of aantekenschrift:
-
Wat geeft je op basis van wat je in deze les hebt bestudeerd hoop dat je het eeuwige leven kunt ontvangen?
-
Hoe heeft het verbond dat je bij je doop hebt gesloten je leven beïnvloed?