Bibliotheek
Les 103: Alma 52–55


Les 103

Alma 52–55

Inleiding

Op dit punt in de oorlog met de Lamanieten hadden de Nephieten door de onderlinge twist veel steden verloren. Moroni, Teancum en Lehi namen de stad Mulek in bezit en versloegen een van de grootste Lamanitische legers. Moroni wees het verzoek van Ammoron, de Lamanitische leider, om gevangenen uit te wisselen af. Vervolgens bedacht hij een plan om de Nephitische gevangenen zonder bloedvergieten te bevrijden. Moroni was standvastig en ging niet in zee met de goddeloosheid van Ammoron en zijn volgelingen.

Opmerking: Deze les behandelt de gebeurtenissen uit het leven van Moroni, Teancum en Lehi. In de volgende les gaan de cursisten meer ontdekken over de tweeduizend jonge soldaten van Helaman over wie in Alma 53:16–23 wordt gesproken.

Onderwijstips

Alma 52–53

Moroni, Teancum en Lehi werken samen om de Lamanieten te verslaan

Zet de volgende uitspraak op het bord vóór de les begint:

‘De jongeren van deze tijd groeien op in vijandig gebied’ (president Boyd K. Packer).

Laat een cursist aan het begin van de les deze uitspraak voorlezen. Vraag dan:

  • Wie is de vijand? (Satan.)

  • Welke bewijzen van Satans invloed zie je in de wereld om je heen? (Mogelijke antwoorden: ongepast taalgebruik en ongepaste kleding, oneerlijk en onzedelijk gedrag, en de verleidingen die vaak door de media en de technologie worden aangeboden.)

Laat de cursisten overwegen hoe zij hun moeilijkheden met de gebeurtenissen en situaties in Alma 52–55 kunnen vergelijken. Lees vervolgens de rest van president Packers uitspraak voor:

‘De jongeren van deze tijd groeien op in vijandig gebied, met een afnemende morele norm. Maar als dienstknecht van de Heer beloof ik dat je beschermd en afgeschermd zult worden van de aanvallen van de tegenstander als je gehoor geeft aan de ingevingen van de Heilige Geest.’ (‘Raad aan jongeren’, Liahona, november 2011, p. 18.)

Moedig de cursisten aan om naar de leiding van de Heilige Geest te streven zodat zij het kwaad kunnen weerstaan.

Herinner de cursisten eraan dat Moroni de opstandigheid van de koningsgezinden probeerde te onderdrukken, en dat de Lamanieten ondertussen vele versterkte Nephitische steden innamen (zie Alma 51:26). Laat de cursisten Alma 52:14 doorlezen en zoeken naar Mormons beschrijving van de situatie van de Nephieten op dat moment. Laat daarna een cursist Alma 53:9 voorlezen. Vraag de klas te benoemen waarom de omstandigheden van de Nephieten gevaarlijk waren.

  • Op welke manieren brengen mensen zichzelf in geestelijk gevaarlijke omstandigheden?

Zet de volgende tekstverwijzing op het bord: Alma 52:5–10, 16–19. Maak de cursisten de context en de verhaallijn van deze verzen duidelijk door twee cursisten de inleidende samenvattingen van Alma 52 en 53 voor te laten lezen. Vraag de cursisten vervolgens om de verzen die u op het bord hebt geschreven te bestuderen en te letten op beginselen die hen kunnen helpen om het kwaad te vermijden of te weerstaan. Vraag na enige tijd:

  • Welke beginselen kunnen we uit deze verzen leren? (De cursisten kunnen onder andere de volgende waarheid vaststellen: Wanneer wij de verschansingen van de tegenstander vermijden, zijn wij beter in staat om verleidingen te weerstaan en te mijden.)

Vraag de cursisten na te denken over plekken, sociale situaties of het gebruik van technologie (zoals het internet) die volgens hen tot gevaarlijke omstandigheden in hun leven kunnen leiden.

Leg uit dat Mormon Teancums weerstand tegen de Lamanieten aan de hand van woorden als verdedigen, versterken, beveiligen, treffen, en voorzien beschreef. Laat de cursisten overdenken wat uit hun leven moet worden verdreven om zichzelf geestelijker te beveiligen.

Laat een cursist Alma 52:19 voorlezen. Vraag de klas:

  • Wat deden de Nephitische leiders voorafgaand aan de strijd? (Zij hielden krijgsraad.)

  • In welke opzichten zou een gezinsraad of raad in de kerk op een ‘krijgsraad’ kunnen lijken? Hoe kunnen dergelijke raden ons sterken in onze strijd tegen de tegenstander?

Vat Alma 52:20–40 en Alma 53 samen met de uitleg dat opperbevelhebber Moroni en zijn legers na de krijgsraad de stad Mulek heroverden door de Lamanieten uit hun verschansingen te lokken. De Nephieten namen vele Lamanieten gevangen en zetten hen aan het werk om de stad Overvloed te versterken. De Lamanieten bleven echter in andere gebieden succes behalen door de onenigheid onder de Nephieten.

Alma 54–55

Moroni wijst Ammorons voorwaarden voor het uitwisselen van gevangen af en bedenkt een krijgslist om de Nephitische gevangenen te bevrijden

Leg uit dat Alma 54 een optekening is van de briefwisseling tussen Ammoron (de Lamanitische koning) en opperbevelhebber Moroni. Hiervóór hadden de Lamanieten en Nephieten veel krijgsgevangenen. Dit hoofdstuk doet verslag van Moroni’s antwoord op Ammorons verzoek om Lamanitische en Nephitische gevangenen uit te wisselen.

Leg uit dat Alma 54:9–12 de woorden van opperbevelhebber Moroni aan Ammoron bevat. Laat een cursist die verzen voorlezen. Vraag vervolgens een andere cursist om Ammorons reactie op opperbevelhebber Moroni in Alma 54:18–20 voor te lezen.

  • Wat waren de verschillen tussen de motieven van opperbevelhebber Moroni en Ammoron om gevangenen uit te wisselen? (Maak eventueel duidelijk dat Moroni zich zorgen maakte om de gezinnen, terwijl Ammoron zich wegens zijn verlangen om de Nephieten te vernietigen alleen maar zorgen maakte om zijn soldaten.)

  • Hoe lijken Ammorons uitspraken in Alma 54:18–20 op Satans motieven in zijn strijd tegen ons?

Vraag een cursist Alma 55:1–2 voor te lezen. Laat de klas Moroni’s reactie op Ammorons eisen opzoeken.

  • Waarom wilde Moroni Ammorons verzoeken niet inwilligen? (Hij wist dat Ammoron loog, en hij wilde Ammoron niet meer macht geven dan hij al had.)

  • Wat kunnen we leren van Moroni’s reactie op Ammoron? (De strekking van de antwoorden van de cursisten dient het volgende te omvatten: als wij pal voor het goede staan, kunnen kwade invloeden ons niet overmeesteren.)

De volgende uitspraken van Joseph Smith zijn misschien nuttig voor de bespreking van deze verzen:

‘Satan kan ons niet verleiden met zijn verzoekingen, tenzij we er in ons hart mee instemmen en eraan toegeven.’ (Leringen van kerkpresidenten: Joseph Smith [2007], p. 230.)

‘De duivel heeft alleen macht over ons als wij dat toelaten.’ (Leringen van kerkpresidenten: Joseph Smith, p. 230.)

Zet de volgende tekstverwijzing op het bord: Alma 55:15–24, 28–31.

Leg uit dat we in Alma 55 te weten komen dat opperbevelhebber Moroni de Nephitische gevangenen door middel van een krijgslist uit de stad Gid wist te bevrijden. (Een krijgslist is een oorlogsstrategie om een vijand te misleiden of te slim af te zijn.) In Alma 55:3–14 lezen we dat Moroni een Nephitische soldaat genaamd Laman gebruikte om de Lamanitische bewakers van de Nephitische gevangenen dronken te voeren. Laat de cursisten de verzen op het bord doorlezen en opzoeken wat opperbevelhebber Moroni deed toen hij de Lamanieten in de stad Gid had omsingeld. Herinner de cursisten eraan om tijdens hun studie op beginselen te letten. Vraag de cursisten na verloop van tijd naar hun bevindingen. U kunt ook vragen:

  • Wat leren jullie uit deze teksten over Moroni?

Zet de volgende uitspraak op het bord en vraag de cursisten de lege plekken in te vullen:

We scheppen geen behagen in … ; maar we scheppen behagen in …

  • Moroni schepte geen behagen in bloedvergieten. Hoe kunnen wij zijn voorbeeld volgen? Hoe kunnen we bijvoorbeeld Moroni’s voorbeeld toepassen op de dingen die we lezen en bekijken of de spelletjes die we spelen?

Vraag de cursisten de volgende vraag te overdenken:

  • Wat wilde Mormon je in de les van vandaag leren wat je zal helpen om getrouw te zijn in je strijd tegen de tegenstander?

Overweeg de cursisten de tijd te geven om in hun aantekenschrift of Schriftendagboek op te schrijven wat zij zullen doen om uit Satans gebied te blijven en pal te staan tegen zijn aanvallen.

Rond de les af door te getuigen van de waarheden die u vandaag hebt besproken.

Afdrukken