Bibliotheek
Jakob


Inleiding tot het boek Jakob

Waarom dit boek bestuderen?

Door hun studie van het boek Jakob kunnen de cursisten belangrijke lessen leren van een man met een onwankelbaar geloof in Jezus Christus. Jakob getuigde herhaaldelijk van de Heiland en spoorde zijn volk en anderen die zijn woorden zouden lezen tot bekering aan. Hij verkondigde in woord en daad hoe belangrijk het is om de roepingen van de Heer toegewijd te vervullen. Hij waarschuwde zijn volk tegen de gevaren van hoogmoed, rijkdom en onzedelijkheid. Ook citeerde en becommentarieerde Jakob Zenos’ gelijkenis van de olijfbomen. Daarin komt de onvermoeibare inzet van de Heiland tot uiting voor het heil van alle kinderen van God. Er valt tevens een overzicht uit af te lezen van Gods bemoeienissen met het huis van Israël. In zijn confrontatie met Sherem, een antichrist, liet Jakob zien hoe we rechtschapen kunnen reageren op mensen die ons geloof in twijfel trekken of daar kritiek op uiten.

Wie heeft dit boek geschreven?

Jakob, de vijfde zoon van Sariah en Lehi, heeft dit boek geschreven. Hij werd tijdens de reis van zijn familie naar het beloofde land in de wildernis geboren. In zijn jeugd had Jakob ‘ellende en veel smart doorstaan wegens de ruwheid van [zijn] broeders’ (2 Nephi 2:1). Lehi beloofde Jakob echter dat God zijn ‘ellende voor [zijn] welzijn heiligen’ zou en dat hij zijn dagen ‘in dienst van [zijn] God’ zou besteden (2 Nephi 2:2–3). Jakob had in zijn jeugd de heerlijkheid van de Heiland aanschouwd’ (zie 2 Nephi 2:3–4). Nephi wijdde Jakob tot priester en leraar over de Nephieten (zie 2 Nephi 5:26) en vertrouwde hem later de kleine platen van Nephi toe (zie Jakob 1:1–4). Als trouwe priesterschapsleider en leraar arbeidde Jakob ijverig om zijn volk ertoe te bewegen in Christus te geloven (zie Jakob 1:7). Hij ontving openbaringen aangaande de Heiland, ondervond de bediening van engelen, hoorde de stem van de Heer (zie Jakob 7:5) en zag zijn Verlosser (zie 2 Nephi 11:2–3). Jakob was de vader van Enos, aan wie hij vóór zijn dood de platen overdroeg.

Voor wie is dit boek geschreven en waarom?

Nephi gaf Jakob de opdracht om heilige leringen, openbaringen en profetieën op te tekenen ‘ter wille van Christus en ter wille van ons volk’ (Jakob 1:4). Jakob gaf gehoor aan die opdracht en hield kronieken bij van zaken die hij ‘hoogst kostbaar achtte’ (Jakob 1:2). Hij schreef: ‘Wij arbeiden met alle ijver om deze woorden op platen te graveren, in de hoop dat onze geliefde broeders en onze kinderen ze met een dankbaar hart zullen ontvangen […]. Want met dat doel hebben wij deze dingen geschreven: dat zij zullen weten dat wij van Christus wisten en vele honderden jaren voor zijn komst op zijn heerlijkheid hoopten’ (Jakob 4:3–4). Jakob liet zich met de volgende woorden uit over een centraal thema van zijn geschriften: ‘Waarom zouden wij niet spreken over de verzoening van Christus en […] tot een volmaakte kennis van Hem geraken […]?’ (Jakob 4:12.)

Wanneer en waar is het geschreven?

Het boek Jakob begint in ongeveer 544 v.C., toen Nephi de kleine platen aan Jakob overdroeg. Het eindigt wanneer Jakobs leven ten einde loopt en hij de platen aan zijn zoon Enos doorgeeft. Jakob hield deze kroniek bij terwijl hij in het land Nephi woonde.

Wat zijn enkele onderscheidende kenmerken van dit boek?

Het boek Jakob bevat informatie over de Nephitische regering na de dood van Nephi. Nephi zalfde een opvolger tot koning en heerser over het volk. Jakob en zijn broer Jozef bleven zich inzetten als geestelijke leiders van de Nephieten. Dit boek kenmerkt zich ook door Jakobs veroordeling van de ongeoorloofde uitoefening van het meervoudig huwelijk. De enige verwijzing naar dit onderwerp in het Boek van Mormon is te vinden in Jakob 2. Het boek Jakob bevat tevens het langste hoofdstuk in het Boek van Mormon, Jakob 5, met daarin Zenos’ gelijkenis van de olijfbomen. Daarnaast wordt in het boek Jakob voor het eerst melding gemaakt dat een profeet in het Boek van Mormon de Nephieten onomwonden waarschuwt tegen hoogmoed — de zonde die tot hun uiteindelijke ondergang zou leiden (zie Jakob 2:12–22; Moroni 8:27). Verder is het eerste optreden van een antichrist onder de Nephieten hierin opgetekend.

Overzicht

Jakob 1 Jakob geeft gehoor aan Nephi’s gebod om een heilige kroniek bij te houden. Nephi sterft. Jakob en Jozef gaan uit onder het volk en verkondigen Gods woord.

Jakob 2–3 Jakob houdt een toespraak bij de tempel en waarschuwt de Nephieten tegen hoogmoed, de zucht naar rijkdom en onkuisheid.

Jakob 4–6 Jakob getuigt van Christus en citeert Zenos’ gelijkenis van de olijfbomen. Hij spoort de mensen aan om zich te bekeren, deel te hebben aan de barmhartigheid van de Heer en zich op het oordeel voor te bereiden.

Jakob 7 Met de hulp van de Heer beschaamt Jakob Sherem, een antichrist. Hij noemt de oorlogen tussen de Nephieten en de Lamanieten en draagt de kleine platen over aan Enos.

Afdrukken