Handboeken en roepingen
30. Roepingen in de kerk


‘30. Roepingen in de kerk’, Selecties uit het Algemeen handboek (2023).

‘30. Roepingen in de kerk’, Selecties uit het Algemeen handboek

Afbeelding
mensen steken rechterhand op

30.

Roepingen in de kerk

30.0

Inleiding

Een roeping biedt de leden de kans om de vreugde te ervaren door anderen te dienen en zo God te dienen (zie Mosiah 2:17). Dankzij een roeping kunnen de leden ook in geloof toenemen en nader tot de Heer komen.

Een roeping in de kerk ambiëren is ongepast (zie Markus 10:42–45; Leer en Verbonden 121:34–37). Kerkleden maken ook geen ‘promotie’ van de ene roeping naar de andere. Een roeping trouw vervullen, is belangrijker dan wat de roeping inhoudt. De Heer waardeert de toewijding van allen die zich in zijn kerk inzetten.

30.1

Bepalen wie te roepen

30.1.1

Algemene richtlijnen

Wie in de kerk dienen, zijn door God geroepen (zie Hebreeën 5:4; Geloofsartikelen 1:5). Leiders streven naar de leiding van de Geest om vast te stellen wie ze zullen roepen (zie ook 4.2.6). Ze overwegen ook:

  • De normnaleving door het lid (in een gesprek vastgesteld).

  • Gaven en capaciteiten die het lid heeft, of kan ontwikkelen, om anderen tot zegen te zijn.

  • De persoonlijke omstandigheden van het lid, waaronder zijn of haar gezondheid en werk.

  • Het effect van de roeping op het huwelijk en gezin van het lid.

De leden worden gezegend voor de offers die ze brengen om in de kerk te dienen. Een roeping mag echter geen al te grote last voor de betrokkenen en hun gezin vormen. Een roeping mag evenmin het dagelijks werk van het lid bemoeilijken.

Over het algemeen krijgt elk lid, naast de taak van dienende broeder of zuster, niet meer dan één roeping tegelijk.

Bij de roeping van een gehuwd lid zien leidinggevenden erop toe dat de huwelijkspartner op de hoogte is van de roeping en de ander daarin steunt. Voordat een leidinggevende een jongeman of jongevrouw roept, is toestemming van zijn of haar ouder of voogd vereist.

Voordat een roeping plaatsvindt, gaat de bisschop na of er op de lidmaatschapskaart van de betrokkene een aantekening of formele lidmaatschapsrestricties staan.

30.1.2

Roepingen voor nieuwe leden

Gelegenheden om te dienen bevorderen de geestelijke groei van de leden.

Leidinggevenden in de wijk zien erop toe dat nieuwe leden spoedig na hun doop en bevestiging een taak krijgen.

30.1.3

Roepingen voor niet-leden

Niet-leden mogen tot bepaalde functies, zoals organist, dirigent of een taak om activiteiten te helpen plannen, worden geroepen. Ze mogen echter niet als leerkracht, in een quorum- of organisatiepresidium, of als dirigent(e) in het jeugdwerk geroepen worden.

30.1.4

Vertrouwelijkheid

Roepingen en ontheffingen zijn heilig. Leidinggevenden houden de informatie over beoogde roepingen en ontheffingen om die reden vertrouwelijk.

30.1.5

Voordracht en goedkeuring van roepingen

In het Overzicht van roepingen staat wie de voordracht voor elke roeping doet en wie die goedkeurt (zie 30.8).

De bisschop of ringpresident overweegt elke voordracht zorgvuldig, in de wetenschap dat die onder gebed is gedaan. De bisschap of het ringpresidium draagt de uiteindelijke verantwoordelijkheid om inspiratie te ontvangen over wie geroepen wordt.

30.2

Een roeping verlenen

Een roeping dient voor een lid een zinvolle geestelijke ervaring te zijn.

Als een leider een roeping verleent, legt hij uit dat die van de Heer afkomstig is.

De leider kan ook:

  • Het doel, het belang en de taken van de roeping uitleggen.

  • Het lid stimuleren zich bij de uitvoering van de roeping door de Heilige Geest te laten leiden.

  • Getuigen dat de Heer het lid zal helpen en voor zijn of haar trouwe inzet zal zegenen.

  • Het lid laten weten wie voor instructies en ondersteuning inzake de roeping gaat zorgen.

  • Het lid op de hoogte stellen van vergaderingen die hij of zij zal moeten bijwonen en welke hulpmiddelen er beschikbaar zijn.

30.3

Steun verlenen aan leden in een roeping

Wie voor een kerkfunctie zijn geroepen, worden meestal ter steunverlening voorgesteld voordat zij aan hun taak beginnen (zie Leer en Verbonden 28:13; 42:11).

Degene die de steunverlening afhandelt, maakt eerst bekend wie er is ontheven uit de functie (indien van toepassing). Hij vraagt de leden hun dank kenbaar te maken voor het werk dat die persoon verricht heeft (zie 30.6).

Als iemand ter steunverlening wordt voorgesteld, vraagt een bevoegde priesterschapsleider hem of haar te gaan staan. De leider gebruikt dan woorden van de volgende strekking:

‘[Naam] is als [functie] geroepen. Wie hiermee instemt, maakt dat kenbaar door de hand op te steken. [Wacht even.] Wie tegen is, maakt dat eveneens kenbaar. [Wacht even.]’

Als iemand met de status van goed lid van de kerk tijdens een steunverlening tegenstemt, spreekt de presiderende leider of een andere daarvoor aangewezen priesterschapsleider na de bijeenkomst onder vier ogen met hem of haar.

30.4

Leden voor een roeping aanstellen

Zie 18.11 voor meer informatie.

30.6

Leden van een kerkfunctie ontheffen

Wanneer een president(e) of bisschop wordt ontheven, volgt automatisch de ontheffing van zijn of haar raadgevers/raadgeefsters.

Bij iemands ontheffing is het belangrijk dat de leider zijn dankbaarheid uit en Gods hand in het kerkwerk van het lid erkent. De leider stelt het lid onder vier ogen op de hoogte van de ontheffing voordat die officieel bekendgemaakt wordt. Alleen wie het moeten weten, worden van een ontheffing in kennis gesteld voordat die wordt bekendgemaakt.

Een bevoegde priesterschapsleider maakt de ontheffing bekend op hetzelfde kerkniveau waarop de steunverlening heeft plaatsgevonden. De leider gebruikt dan woorden van de volgende strekking:

‘[Naam] is ontheven als [functie]. Wie [hem of haar] wil bedanken voor de getoonde inzet, maakt dat kenbaar door de hand op te steken.’

De leider vraagt niet of er tegenstemmen zijn.

30.8

Overzicht van roepingen

30.8.1

Wijkroepingen

Roeping

Voordracht door

Goedkeuring door

Steunverlening door

Roeping en aanstelling door

Roeping

Bisschop

Voordracht door

Ringpresidium, via LCR

Goedkeuring door

Eerste Presidium en Quorum der Twaalf

Steunverlening door

Leden van de wijk

Roeping en aanstelling door

Ringpresident na ontvangen goedkeuring van het Eerste Presidium

Roeping

Raadgever in de bisschap

Voordracht door

Bisschop

Goedkeuring door

Ringpresidium en hoge raad

Steunverlening door

Leden van de wijk

Roeping en aanstelling door

Ringpresident of aangewezen raadgever

Roeping

Wijkadministrateur

Voordracht door

Bisschap

Goedkeuring door

Ringpresidium en hoge raad

Steunverlening door

Leden van de wijk

Roeping en aanstelling door

Ringpresident, aangewezen raadgever of hogeraadslid

Roeping

Wijksecretaris

Voordracht door

Bisschap

Goedkeuring door

Ringpresidium en hoge raad

Steunverlening door

Leden van de wijk

Roeping en aanstelling door

Ringpresident, aangewezen raadgever of hogeraadslid

Roeping

Quorumpresident ouderlingen

Voordracht door

Ringpresidium (na overleg met bisschop)

Goedkeuring door

Ringpresidium en hoge raad

Steunverlening door

Leden van de wijk

Roeping en aanstelling door

Ringpresident

Roeping

Raadgever in het quorumpresidium ouderlingen

Voordracht door

Quorumpresident (na overleg met bisschop)

Goedkeuring door

Ringpresidium en hoge raad

Steunverlening door

Leden van de wijk

Roeping en aanstelling door

Ringpresident, aangewezen raadgever of hogeraadslid

Roeping

Overige roepingen in het ouderlingenquorum

Voordracht door

Quorumpresidium

Goedkeuring door

Bisschap

Steunverlening door

Quorumleden

Roeping en aanstelling door

Quorumpresident of aangewezen raadgever

Roeping

President(e) van een wijkorganisatie

Voordracht door

Bisschap

Goedkeuring door

Bisschap

Steunverlening door

Leden van de wijk

Roeping en aanstelling door

Bisschop

Roeping

Raadgever/-geefster in presidium van wijkorganisatie

Voordracht door

President(e) van organisatie

Goedkeuring door

Bisschap

Steunverlening door

Leden van de wijk

Roeping en aanstelling door

Bisschop of aangewezen raadgever

Roeping

Overige roepingen in zustershulpvereniging, jongevrouwen, jeugdwerk en zondagsschool van de wijk

Voordracht door

Presidium van organisatie

Goedkeuring door

Bisschap

Steunverlening door

Leden van de wijk

Roeping en aanstelling door

Bisschop of aangewezen raadgever

Roeping

Wijkzendingsleider (een lid van het quorumpresidium ouderlingen kan deze taak vervullen; in dat geval hoeft hij niet apart geroepen, gesteund of aangesteld te worden)

Voordracht door

Bisschap (na overleg met quorumpresident ouderlingen en ZHV-presidente)

Goedkeuring door

Bisschap

Steunverlening door

Leden van de wijk

Roeping en aanstelling door

Bisschop of aangewezen raadgever

Roeping

Wijkzendelingen

Voordracht door

Bisschap, of quorumpresident ouderlingen en ZHV-presidente

Goedkeuring door

Bisschap

Steunverlening door

Leden van de wijk

Roeping en aanstelling door

Bisschop of aangewezen raadgever

Roeping

Wijkleider tempelwerk en familiegeschiedenis (een lid van het quorumpresidium ouderlingen kan deze taak vervullen; in dat geval hoeft hij niet apart geroepen, gesteund of aangesteld te worden)

Voordracht door

Bisschap (na overleg met quorumpresident ouderlingen en ZHV-presidente)

Goedkeuring door

Bisschap

Steunverlening door

Leden van de wijk

Roeping en aanstelling door

Bisschop of aangewezen raadgever

Roeping

Assistent van de quorumpresident priesters

Voordracht door

Bisschop (als quorumpresident priesters)

Goedkeuring door

Bisschap

Steunverlening door

Quorumleden

Roeping en aanstelling door

Bisschop

Roeping

Quorumpresident leraren en diakenen

Voordracht door

Bisschap

Goedkeuring door

Bisschap

Steunverlening door

Quorumleden

Roeping en aanstelling door

Geroepen door de bisschop of aangewezen raadgever; aangesteld door de bisschop

Roeping

Raadgever in het quorumpresidium leraren en diakenen, en quorumsecretaris

Voordracht door

Quorumpresident

Goedkeuring door

Bisschap

Steunverlening door

Quorumleden

Roeping en aanstelling door

Bisschop of aangewezen raadgever

Roeping

Klaspresidente jongevrouwen

Voordracht door

Bisschap (na overleg met jongevrouwenpresidium)

Goedkeuring door

Bisschap

Steunverlening door

Leden van de klas

Roeping en aanstelling door

Bisschop of aangewezen raadgever

Roeping

Raadgeefster in een JV-klaspresidium en klassecretaresse

Voordracht door

Klaspresidente

Goedkeuring door

Bisschap

Steunverlening door

Leden van de klas

Roeping en aanstelling door

Bisschop of aangewezen raadgever

Roeping

Overige wijkroepingen

Voordracht door

Bisschap

Goedkeuring door

Bisschap

Steunverlening door

Leden van de wijk

Roeping en aanstelling door

Bisschop of aangewezen raadgever

  1. Actieve verzegelaars in de tempel dienen niet in een bisschap geroepen te worden. Verzegelaars worden op aanwijzing van de kerkpresident geroepen.

30.8.2

Gemeenteroepingen

Roeping

Voordracht door

Goedkeuring door

Steunverlening door

Roeping en aanstelling door

Roeping

Gemeentepresident

Voordracht door

Ring-, zendings- of districtspresidium

Goedkeuring door

Ringpresidium en hoge raad, of zendingspresidium

Steunverlening door

Leden van de gemeente

Roeping en aanstelling door

Ring- of zendingspresident (of de districtspresident indien aangewezen)

Roeping

Raadgever in het gemeentepresidium

Voordracht door

Gemeentepresident

Goedkeuring door

Ringpresidium en hoge raad, of zendingspresidium (of, wanneer gemachtigd door zendingspresident, districtspresidium)

Steunverlening door

Leden van de gemeente

Roeping en aanstelling door

Ring-, zendings- of districtspresident of aangewezen raadgever

Roeping

Gemeenteadministrateur, assistent-administrateur en secretaris

Voordracht door

Gemeentepresidium

Goedkeuring door

Ringpresidium en hoge raad, of zendingspresidium (of, wanneer gemachtigd door zendingspresident, districtspresidium)

Steunverlening door

Leden van de gemeente

Roeping en aanstelling door

Ringpresident of aangewezen raadgever of hogeraadslid (voor gemeenten in ringen); districtspresident of een priesterschapsleider die hij aanwijst (voor gemeenten in een zendingsgebied)

Roeping

Quorumpresident ouderlingen

Voordracht door

Ring-, districts- of zendingspresidium (na overleg met gemeentepresident)

Goedkeuring door

Ringpresidium en hoge raad, of zendingspresidium (of, wanneer gemachtigd door zendingspresident, districtspresidium)

Steunverlening door

Leden van de gemeente

Roeping en aanstelling door

Ring- of zendingspresident (of de districtspresident indien aangewezen)

Roeping

Raadgever in het quorumpresidium ouderlingen

Voordracht door

Quorumpresident (na overleg met gemeentepresident)

Goedkeuring door

Ringpresidium en hoge raad, of zendingspresidium (of, wanneer gemachtigd door zendingspresident, districtspresidium)

Steunverlening door

Leden van de gemeente

Roeping en aanstelling door

Ring- of zendingspresident, of aangewezen raadgever of hogeraadslid (of, indien aangewezen, de districtspresident of een andere priesterschapsleider)

Roeping

Overige gemeenteroepingen

Voordracht door

Zie 30.8.1. Vervang bisschop door gemeentepresident en wijk door gemeente.

Goedkeuring door

Zie 30.8.1. Vervang bisschop door gemeentepresident en wijk door gemeente.

Steunverlening door

Zie 30.8.1. Vervang bisschop door gemeentepresident en wijk door gemeente.

Roeping en aanstelling door

Zie 30.8.1. Vervang bisschop door gemeentepresident en wijk door gemeente.

  1. Actieve verzegelaars in de tempel dienen niet in een gemeentepresidium geroepen te worden. Verzegelaars worden op aanwijzing van de kerkpresident geroepen.

Afdrukken