Hoofdstuk 9
Nephi vervaardigt twee stel kronieken — Beide worden de platen van Nephi genoemd — De grote platen bevatten een wereldlijke geschiedenis; de kleine handelen voornamelijk over heilige zaken. Ongeveer 600–592 v.C.
1 En al deze dingen zag en hoorde en sprak mijn vader terwijl hij in een tent woonde in het dal Lemuel, en nog zeer veel andere dingen die niet op deze platen kunnen worden geschreven.
2 En nu, zoals ik heb gezegd over deze platen, zie, het zijn niet de platen waarop ik een volledig verslag van de geschiedenis van mijn volk maak; want de platen waarop ik een volledig verslag van mijn volk maak, heb ik de naam Nephi gegeven; daarom worden ze de platen van Nephi genoemd, naar mijn eigen naam; en ook deze platen worden de platen van Nephi genoemd.
3 Toch heb ik een gebod van de Heer ontvangen dat ik deze platen moet maken, met het bijzondere doel dat er een verslag van de bediening onder mijn volk zou worden gegraveerd.
4 Op de andere platen moet een verslag worden gegraveerd van de regering van de koningen, en de oorlogen en twisten onder mijn volk; daarom gaan deze platen voor het grootste deel over de bediening; en de andere platen gaan voor het grootste deel over de regering van de koningen en de oorlogen en twisten onder mijn volk.
5 Daarom heeft de Heer mij geboden deze platen te maken met een wijs doel in zijn bestel, welk doel ik niet ken.
6 Maar de Heer weet alle dingen vanaf het begin; daarom bereidt Hij een weg om al zijn werken onder de mensenkinderen tot stand te brengen; want zie, Hij heeft alle macht tot het vervullen van al zijn woorden. En zo is het. Amen.