‘Meer dan een goede voetbaldag’, Vriend, november 2023, 14–15.
Meer dan een goede voetbaldag
De mevrouw was niet zo vrolijk. Zou Ismael kunnen helpen?
Dit verhaal vond plaats in Bolivia.
Ismael glimlachte toen hij buiten in het zonnetje stapte. Hij ging met papá naar het park. Onderweg hield Ismael papá’s hand vast en droeg hij zijn voetbal. Ismael bracht graag tijd met papá door – vooral als ze gingen voetballen!
Toen ze bij het park kwamen, keek Ismael om zich heen. Een mevrouw was vlak bij het voetbalveld onkruid aan het wieden. Er wandelde een gezin langs. Maar er was niemand op het voetbalveld aan het spelen. Ismael en papá hadden lekker veel ruimte om te voetballen!
‘Ben je er klaar voor?’ vroeg papá.
‘Ja!’ Ismael rende zo snel mogelijk het veld op. Hij oefende met slalommen, penalty’s en hoekschoppen.
Papá schopte hard tegen de bal. Hij vloog over Ismaels hoofd heen!
‘Ik haal hem wel’, zei Ismael. Hij rende naar de hoek van het veld en pakte de bal. Hij zag dat de vrouw nog steeds in de modder aan het spitten was. Ze zag er moe uit.
‘Mijn beurt om keeper te zijn’, riep papá. ‘Probeer maar eens te scoren!’
Ismael nam een aanloopje en schopte de bal naar het doel. Papá stak zijn hand uit om de bal tegen te houden, maar miste net.
‘Goaaaal!’ juichte Ismael toen de bal in het net vloog.
Al gauw was er een heel uur voorbijgevlogen. ‘Tijd om naar huis te gaan’, zei papá.
Ismael keek om naar de vrouw die onkruid aan het wieden was. In de zon werken is lang niet zo leuk als voetballen, dacht hij. Hij wilde haar opvrolijken. Toen kreeg hij een idee.
‘Papá, vind je niet dat die mevrouw goed bezig is?’ vroeg hij.
‘Wat?’ Papá keek naar de vrouw. ‘O, ja.’
‘Ik vind dat we dat tegen haar moeten zeggen!’ zei Ismael.
‘Maar we moeten snel naar huis. Mamá wacht op ons’, zei papá.
Ismael keek toe terwijl de vrouw haar voorhoofd afdepte. Hij kreeg steeds sterker het gevoel dat hij met haar moest gaan praten. ‘Ik denk echt dat we het moeten doen’, zei hij. Hij pakte papás hand vast en liep naar haar toe.
‘Goedemorgen, mevrouw’, zei Ismael en zwaaide naar haar.
De vrouw keek niet op. ‘Wat moet je?’
Ismael merkte dat ze niet zo vrolijk was. Maar dat hield hem niet tegen. ‘Ik wilde u zeggen dat u goed bezig bent!’
Deze keer keek de vrouw naar hem.
Ismael glimlachte. ‘Bedankt dat u goed voor het park zorgt!’
De vrouw glimlachte terug. ‘Bedankt’, zei ze. Toen werd haar glimlach nog breder. ‘Heel erg bedankt.’
Ismael voelde zich gelukkig toen hij met papá naar huis liep.
‘Ik denk dat het veel voor haar betekende dat je dat zei’, zei papá. ‘Ik ben blij dat je naar je gevoel hebt geluisterd.’
‘Ik ook.’ Ismael dacht even na. Toen vroeg hij: ‘Denk je dat het van de Heilige Geest kwam?’
Papá knikte. ‘Soms krijgen we van de Heilige Geest de ingeving om iemand te helpen. En dat is precies wat jij hebt gedaan.’
Ismael glunderde. Het was een kleine moeite om met de mevrouw te praten, maar het had haar dag beter gemaakt. Luisteren naar de Heilige Geest had zijn dag ook beter gemaakt!