2014
Zie de toekomst met geloof en hoop tegemoet
Januari 2014


Zie de toekomst met geloof & hoop tegemoet

Naar een thematoespraak gehouden aan de Brigham Young University–Idaho op 6 april 2012. Zie voor de volledige Engelse tekst web.byui.edu/devotionalsandspeeches/speeches.aspx.

Ouderling M. Russell Ballard

Gedenk altijd dat Jezus Christus — de Schepper van het heelal, de architect van ons heil en het hoofd van deze kerk — aan het roer staat.

De toestand van de wereld is onzeker en gevaarlijk; de economie is onstabiel en onvoorspelbaar. Onze gekoesterde waarden van het leven, de vrijheid en geluksverwezenlijking liggen onder vuur door hen die onze keuzevrijheid willen beperken. Ze willen ons afhankelijk maken in plaats van ons aan te moedigen om onze vaardigheden en talenten te gebruiken om nieuwe, spannende wegen in te slaan.

Zedelijke normen bezwijken. Het gezin wordt aangevallen en brokkelt af. De liefde in de harten van mannen en vrouwen verkilt en is onnatuurlijk (zie Matteüs 24:12; Romeinen 1:31). De integriteit, eerlijkheid en rechtschapenheid van politieke, zaken- en andere leiders is in voortdurend verval. Er zijn oorlogen en geruchten van oorlogen onder naties en religies. Vernietigender dan enig ander gewapend conflict is de oorlog tussen goed en kwaad — tussen de Heiland met zijn leger van licht en Satan met zijn duistere trawanten — om de zielen van Gods kinderen.

President Gordon B. Hinckley (1910–2008) beschreef de wereld waarin de jeugd vandaag terechtkomt als volgt: ‘We leven in een tijd waarin gewelddadige mensen vreselijke, verachtelijke dingen doen. We leven in een tijd van oorlog. We leven in een tijd van arrogantie. We leven in een tijd van slechtheid, pornografie en onzedelijkheid. Alle zonden van Sodom en Gomorra waren in onze maatschappij rond. Onze jonge mensen hebben nog nooit voor zulke enorme moeilijkheden gestaan. Nog nooit hebben we het wellustige aangezicht van het kwaad duidelijker gezien.’1

De omstandigheden van deze tijd zijn geen verrassing aangezien de Schriften en profetieën aangaande onze tijd getuigen van het lot van de wereld als mensen God de rug toe keren. We zullen nog meer onaangename situaties meemaken, want de duivel blijft proberen om zijn snode plannen te verwezenlijken. Tegelijkertijd wisten de profeten van weleer, die onze generatie jongeren zagen, dat dit een tijdperk van licht en verwondering zou zijn, zoals nooit tevoren.

Bij het voorbereiden van mijn boodschap heb ik om leiding gevraagd om te weten welke boodschap onze hemelse Vader wou dat ik bracht. De rustgevende en geruststellende woorden van de Heer aan de profeet Joseph Smith kwamen in me op: ‘Weest goedsmoeds, want Ik zal u voortleiden. Van u is het koninkrijk […] en van u zijn de rijkdommen der eeuwigheid’ (LV 78:18).

Vrees vervangen door geloof

Ik geloof dat het de wil van de Heer is wanneer ik zeg dat we vrees moeten vervangen door geloof — geloof in God en in de macht van de verzoening van Jezus Christus.

Ik was dertien toen ik op zondag 7 december 1941 thuiskwam van de priesterschapsvergadering en van mijn ouders te horen kreeg dat Japan zojuist Pearl Harbor had gebombardeerd. Daardoor raakten de Verenigde Staten betrokken bij een wereldoorlog die al twee jaar in Europa woedde. Toen leek het erop dat het leven zoals wij dat kenden voorbij was. Er was zoveel onzekerheid, veel jongemannen werden voor de militaire dienst opgeroepen. Toch was er toen, en is er nu, ondanks de conflicten, de strijd en de kwade invloeden, toch nog veel goeds in de wereld.

Als we nadenken over de toekomst horen we vervuld te zijn van geloof en hoop. Gedenk altijd dat Jezus Christus — de Schepper van het heelal, de architect van ons heil en het hoofd van deze kerk — aan het roer staat. Hij zal niet toelaten dat zijn werk mislukt. Hij zal alle duisternis en kwaad overwinnen. En Hij nodigt ons allen uit, zowel de leden van zijn kerk als de andere oprechten van hart, om zich in de strijd om het heil van Gods kinderen te mengen. Naast onze andere bezigheden in het leven, moeten we ons hart, onze macht, ons verstand en onze kracht aan zijn zaak toewijden, terwijl we in geloof wandelen en vol overtuiging werken.

Wees optimistisch over de toekomst. Ik geloof dat we aan de vooravond van een nieuw tijdperk van groei, welvaart en overvloed staan. Behoudens een ramp of onverwachte internationale crisis, denk ik dat de economie in de komende jaren zal opleven door nieuwe innovaties op het gebied van communicatie, geneeskunde, energie, transport, fysica, computertechnologie enzovoort.

Net als in het verleden zullen veel van deze innovaties tot stand komen, doordat verlichte mensen openstaan voor waarheid en goddelijke inspiratie. Deze innovaties en vooruitgang zullen zorgen voor werkgelegenheid en welvaart voor diegenen die hard werken en vooral voor hen die ernaar streven de geboden Gods te onderhouden. Zo gebeurde het ook tijdens andere periodes van nationale en internationale economische groei.

Veel van deze innovaties zullen Gods doeleinden en werk helpen tot stand brengen. Ze zullen tevens, mede door zendingswerk, de opbouw van Gods koninkrijk op aarde bespoedigen.

Doe jouw deel

Vóór de wederkomst van de Heiland — en volgens zijn goddelijke tijdschema — moet het evangelie uitgaan naar alle naties, geslachten, talen en volken totdat het de hele aarde vervuld heeft. De profeet Joseph verklaarde: ‘De standaard van de waarheid is opgericht; geen onheilige hand kan de vooruitgang van dit werk stuiten; al woeden vervolgingen, spannen benden samen, verzamelen er zich legers en viert de laster hoogtij, toch zal Gods waarheid moedig, nobel en onafhankelijk voorwaarts gaan, totdat zij in elk werelddeel is doorgedrongen, elke streek heeft bezocht, elk land heeft overspoeld en in elk oor heeft geklonken, totdat Gods oogmerken zijn bereikt en de grote Jehova zegt dat het werk is volbracht.’2

Het evangelie zal aan miljarden mensen die geestelijk hongeren worden gebracht, want de hand van de Heer zal wonderen verrichten. Zendelingen uit vele naties zullen de Heer over de hele wereld dienen. Er zullen nieuwe kerken en tempels worden gebouwd om de heiligen tot zegen te zijn, zoals over de groei van de kerk vóór het duizendjarig rijk is geprofeteerd.

U vraagt zich misschien af: ‘Waar zullen de financiële middelen vandaan komen om deze groei te bekostigen?’ Dat zal mogelijk gemaakt worden door de tiende en offergaven van trouwe leden. Als we ons deel doen, zal de Heer ons zegenen met voorspoed en de wijsheid om ons te concentreren op het belangrijkste in het leven: ‘Maar zoekt eerst zijn Koninkrijk en zijn gerechtigheid en dit alles zal u bovendien geschonken worden’ (Matteüs 6:33).

Dus voor een periode, misschien een korte periode, zal het zijn alsof de vensters van de hemel echt openstaan ‘zodat er geen schuren genoeg zullen zijn’ (Maleachi 3:10, HSV).

Ik geloof dat veel jongvolwassenen stoffelijke zegeningen zullen ontvangen als ze de geboden van de Heer onderhouden. Die voorspoed zal een unieke uitdaging zijn — een toets die velen in hun binnenste zal beproeven. Wanneer u uw vaardigheden omzet in financiele voorspoed, zult u steeds het onderscheid moeten maken tussen uw verlangens en de noden in deze wereld.

Zoek eerst het koninkrijk van God

U zult twee keuzes hebben. Zal het uw motivatie zijn om zegeningen van de Heer te krijgen om uw eigen behoeften te bevredigen, voor erkenning, macht, invloed en zelfverheerlijking? Of zal het uw motivatie zijn om God te verheerlijken en om de groei en uitbreiding van zijn kerk tot stand te brengen?

Zij die rijkdom willen vergaren om hun ego te vergroten, zullen ontdekken dat hun schatten glibberig zijn en gemakkelijk aan onverstandige doelen verloren gaan (zie Helaman 13:31). Het welzijn van hun ziel zal groot gevaar lopen. Jakob, een van Nephi’s gehoorzame jongere broers, waarschuwde ons:

‘En de hand der voorzienigheid heeft u zeer vriendelijk toegelachen, waardoor gij vele rijkdommen hebt verkregen; en omdat sommigen onder u overvloediger hebben verkregen dan uw broeders, zijt gij verheven in de hoogmoed van uw hart en loopt gij met starre hals en met opgeheven hoofd wegens de kostbaarheid van uw kleding, en vervolgt gij uw broeders omdat gij denkt beter te zijn dan zij.

‘[…] Denkt gij dat God u daarin rechtvaardigt? Zie, ik zeg u, neen. Integendeel, Hij veroordeelt u, en indien gij in die dingen volhardt, moeten zijn oordelen u spoedig treffen.

‘[Laat] deze hoogmoed van uw hart uw ziel niet verderven! (Jakob 2:13, 14, 16).

Jakob plaatste onze motivatie om rijkdom te vergaren in het juiste perspectief met een belofte:

‘Zoekt echter het koninkrijk Gods voordat gij naar rijkdom streeft.

‘En nadat gij hoop in Christus hebt verkregen, zult gij rijkdom verkrijgen, indien gij ernaar streeft; en gij zult ernaar streven met de bedoeling goed te doen: de naakten te kleden en de hongerigen te voeden en de gevangenen te bevrijden en in de behoeften van de zieken en noodlijdenden te voorzien’ (Jakob 2:18–19).

De Heer zegt ons niet dat we niet welvarend mogen zijn of dat welvaart een zonde is. Integendeel, Hij heeft zijn gehoorzame kinderen altijd gezegend. Maar Hij zegt ons dat we pas welvaart moeten nastreven, nadat we Hem hebben gezocht, gevonden en gediend. Dan zullen we die rijkdom gebruiken om zijn koninkrijk op te bouwen, omdat ons hart op de juiste plaats zit en omdat we eerst en vooral van Hem houden.

Als u simpelweg rijk wilt zijn, zult u tekortkomen. U zult nooit tevreden zijn. U zult zich leeg voelen en nooit echt, blijvend geluk vinden.

Uw beproeving zal in de komende jaren waarschijnlijk niet bestaan uit een gebrek aan materiële zaken. Het zal eerder bestaan uit het kiezen van wat u ermee wilt doen.

President Ezra Taft Benson (1899–1994) heeft over onze generatie jonge mensen gezegd:

‘Al bijna zesduizend jaar heeft God u bij Zich gehouden om in de laatste tijd voor de wederkomst van de Heer op aarde te komen.

[…] God heeft voor die laatste periode enkele van zijn sterkste kinderen bewaard en zij zullen zijn koninkrijk helpen triomferen.’3

President Thomas S. Monson heeft gezegd: ‘Maar jullie vallen onder de sterkste kinderen van onze hemelse Vader, en Hij heeft jullie bewaard om “met het oog op deze tijd” op aarde te komen [Ester 4:14].’4

Om een onmisbaar onderdeel te zijn van het ‘wonderbare werk en het wonder’ (2 Nephi 25:17) van deze laatste dagen, moet u uw wil overgeven en laten opgaan in de wil van God. Als u ‘standvastig in Christus voorwaarts [streeft], met volmaakt stralende hoop, en liefde voor God en voor alle mensen […], u vergastend aan het woord van Christus’ (2 Nephi 31:20) en ijverig zoekt, altijd biddend en gelovend, dan belooft de Heer: ‘alle dingen zullen voor uw welzijn samenwerken’ (LV 90:24).

Wijden en toewijden

Ik spoor u aan om uzelf en uw hemelse Vader te beloven dat u uw leven zult wijden, en uw tijd en talenten zult toewijden, aan de opbouw van de Kerk van Jezus Christus in afwachting van de wederkomst van de Heiland. Laat het doel van uw gedachten en handelingen zijn om God te verheerlijken en uw naaste te zegenen. Laat dit verlangen u aanmoedigen om elke ochtend met enthousiasme te beginnen en laat het uw gedachten en handelingen tijdens de rest van de dag voeden.

Als u dit doet, zult u gezegend worden te midden van een wereld die haar weg kwijt is en u zult met uw dierbaren veilig en gelukkig zijn. Dit betekent niet dat u geen beproevingen zult hebben, maar u zult de geestelijke kracht hebben om ze met geloof en vertrouwen in de Heer te doorstaan.

Het doel van mijn boodschap is om u inzicht in uw uw toekomst te geven. Heb geloof en hoop in uw heerlijke toekomst. Jonge mannen zijn toekomstige vaders; jonge vrouwen zijn toekomstige moeders en opvoedsters. Samen bent u ‘een uitverkoren geslacht, een koninklijk priesterschap, een heilige natie, een volk Gode ten eigendom’ (1 Petrus 2:9).

Een van uw topprioriteiten is om een eeuwige partner te vinden als u die nog niet heeft. Dit geldt voor zowel mannen als vrouwen. Door het huwelijk in de tempel heeft u een partner die u helpt om op het rechte pad te blijven dat naar onze hemelse Vader en Jezus Christus leidt. We moeten ons deel doen om de voorbereiding op de wederkomst te vervolgen.

Noten

  1. Gordon B. Hinckley, ‘Leven in de volheid der tijden’, Liahona, januari 2002, p. 6.

  2. Leringen van kerkpresidenten: Joseph Smith (2007), p. 153.

  3. Ezra Taft Benson, geciteerd in Thomas S. Monson, ‘Durf alleen te staan’, Liahona, november 2011, p. 62.

  4. Thomas S. Monson, ‘Mogen jullie moed hebben’, Liahona, mei 2009, p. 127.

Foto-illustraties Christina Smith

Goddelijke Verlosser, Simon Dewey © Altius Fine Arts