‘Kerkleerbeheersing: Ether 12:6 – “U ontvangt geen getuigenis dan na de beproeving van uw geloof”’, Het Boek van Mormon — cursistenboek (2024)
‘Kerkleerbeheersing: Ether 12:6’, Het Boek van Mormon — cursistenboek
Kerkleerbeheersing: Ether 12:6
‘U ontvangt geen getuigenis dan na de beproeving van uw geloof’
Je hebt bij je studie van Ether 12:1–22 geleerd dat je geloof in Jezus Christus en zijn evangelie moet oefenen voordat je een geestelijk getuigenis van de waarheid ontvangt (zie Ether 12:6). In deze les ga je de tekstverwijzing en kerngedachte van Ether 12:6 uit het hoofd leren, de leer erin uitleggen, en beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis op praktijksituaties toepassen.
Uitleggen en uit het hoofd leren
In de vorige les heb je van Ether 12:6 het volgende geleerd: Als we een geestelijk getuigenis verlangen, moeten we eerst geloof in Jezus Christus en zijn evangelie oefenen.
Gebruik je eigen leermethode of het volgende idee om de tekstverwijzing en kerngedachte uit het hoofd te leren.
President Ezra Taft Benson (1899–1994) heeft gezegd dat ieder mens uiteindelijk met zijn rug tegen de geloofsmuur komt te staan, en daar een keuze zal moeten maken. (Zie ‘The Book of Mormon Is the Word of God’, Ensign, mei 1975, 65.) Met andere woorden, iedereen moet zelf in geloof besluiten om in de waarheid te geloven en die te leren kennen.
Teken een poppetje dat jou voorstelt vóór een grote muur. Gebruik de ‘geloofsmuur’ om de verwijzing van Ether 12:6 en de kerngedachte uit het hoofd te leren. Versier je muur door bovenaan ‘Ether 12:6’ te noteren en vervolgens ‘U ontvangt geen getuigenis dan na de beproeving van uw geloof’ op verschillende plekken op de muur te zetten. Als de hele muur vol staat met de kerngedachte, probeer die dan zonder te kijken een paar keer op te zeggen.
Praktische toepassing
Lees alinea 5–12 van ‘Geestelijke kennis verkrijgen’ in het Basisdocument kerkleerbeheersing (2023) om je reactie op het volgende scenario voor te bereiden.
Christiana en Niceta zijn goede vriendinnen. Christiana is lid van De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen. Ze doet haar best om een goed voorbeeld te zijn voor Niceta, die niet in georganiseerde godsdienst gelooft. Niceta zet vaak vraagtekens bij Christiana’s geloof en snapt niet waarom Christiana op zondag naar de kerk gaat, tiende betaalt, het woord van wijsheid naleeft en zich fatsoenlijk kleedt.
Christiana legt aan Niceta uit dat het haar overtuiging is dat de geboden en normen die ze naleeft waar zijn en van God komen. Niceta zegt vriendelijk: ‘Hoe kun je zeggen dat je weet dat deze dingen waar zijn? Hoe kun je weten dat iets wat je niet kunt zien waar is?’
Gebruik de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis en de leringen in Ether 12:6 om Niceta antwoord te geven op haar vragen.