Handboeken en roepingen
13. Zondagsschool


ā€˜13. Zondagsschoolā€™, Algemeen handboek: dienen in De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen (2024).

ā€˜13. Zondagsschoolā€™, Algemeen handboek.

seminarieklas

13.

Zondagsschool

13.1

Doel

De zondagsschool draagt aan Gods werk van heil en verhoging bij. Dat gebeurt door Gods kinderen het evangelie van Jezus Christus te leren en in praktijk te helpen brengen. Zondagsschoolleiders, -leerkrachten en -lessen:

  • Versterken geloof in onze hemelse Vader en Jezus Christus door ā€˜in de leer van het koninkrijkā€™ te onderwijzen (Leer en Verbonden 88:77).

  • Steunen thuisgerichte en kerkgesteunde evangeliestudie en -onderwijs.

  • Helpen leden om naar het voorbeeld van de Heiland te onderwijzen.

13.2

Zondagsschoolleiding op wijkniveau

13.2.1

Bisschap

De bisschap ziet toe op de zondagsschool. De bisschop wijst gewoonlijk een van zijn raadgevers aan om die taak op zijn aanwijzing te vervullen.

Die raadgever spreekt regelmatig met de zondagsschoolpresident. Ze bespreken de behoeften en de doelverwezenlijking van de zondagsschool, en de taken die in 13.2.2.2 genoemd worden.

13.2.2

Zondagsschoolpresident

13.2.2.1

Zondagsschoolpresident roepen

De bisschop roept een Melchizedeks-priesterschapsdrager en stelt die als zondagsschoolpresident van de wijk aan. Ze overleggen of er raadgevers geroepen moeten worden. Als raadgevers nodig zijn en er genoeg mannen voor die posities beschikbaar zijn, kan de zondagsschoolpresident een of twee raadgevers voordragen. Als de bisschap akkoord gaat, roept een lid van de bisschap de betrokkenen.

Een lid van de bisschap stelt de leden van het zondagsschoolpresidium in een avondmaalsdienst ter steunverlening aan de wijkleden voor. Een lid van de bisschap stelt ze ook aan.

pictogram, richtlijnen voor aanpassing In een grote wijk kan de bisschap een man als zondagsschoolsecretaris roepen en aanstellen. De zondagsschoolpresident kan iemand voordragen. De secretaris houdt desgewenst voor het presidium de actielijst of opkomst bij.

13.2.2.2

Taken

De zondagsschoolpresident heeft de volgende taken. Eventuele raadgevers assisteren hem.

  • Lid van de wijkraad. Hij fungeert als (1) lid van de raad om de behoeften in de wijk aan de orde te stellen en oplossingen aan te dragen, en (2) vertegenwoordiger van de zondagsschool (zie 29.2.5).

  • Toezien op verbetering van evangeliestudie en -onderwijs thuis en in de kerk.

  • Zondagsschoolklassen indelen, met goedkeuring van de bisschap (zie 13.3). Bij de bisschap volwassen leden als zondagsschoolleerkracht voordragen.

  • Zondagsschoolleerkrachten steunen, bemoedigen en instrueren. Hen helpen een doeltreffende evangelieleerkracht te worden door de beginselen in de Schriften en Onderwijzen naar het voorbeeld van de Heiland te volgen. Ze aanmoedigen Onderwijzen naar het voorbeeld van de Heiland te bestuderen.

  • Op aanwijzing van de bisschop de leerkrachtenraad leiden (zie Onderwijzen naar het voorbeeld van de Heiland,Ā 38ā€“39).

  • Leerkrachten aanmoedigen contact op te nemen met leden die de lessen niet bijwonen.

  • Werk samen met leerkrachten om de presentielijsten bij te houden. Rapporteer de opkomst elk kwartaal aan de wijkadministrateur, of in LCR of Ledentools. Als er een secretaresse is, kan die met deze taak helpen.

13.2.3

Leerkrachten in de zondagsschool

De zondagsschoolpresident kan leden als zondagsschoolleerkracht voordragen. Als de bisschap akkoord gaat, roept een lid van de bisschap de betrokkenen, stelt ze in de avondmaalsdienst ter steunverlening aan de wijkleden voor en stelt ze aan.

Zondagsschoolleerkrachten leren alle klasleden kennen, ook wie de lessen niet bijwonen. Leerkrachten steunen de leden bij het leren en naleven van het evangelie van Jezus Christus.

Zondagsschoolleerkrachten gebruiken bij de voorbereiding van hun lessen de Schriften en Kom dan en volg Mij. Ze volgen de beginselen in Onderwijzen naar het voorbeeld van de Heiland en hoofdstukĀ 17 van dit handboek.

Zondagsschoolleerkrachten wonen de driemaandelijkse leerkrachtenraad bij (zie 17.4).

13.3

Zondagsschoolklassen

De zondagsschoolklassen vinden op de eerste en derde zondag van de maand plaats. Ze duren 50 minuten. De lessen beginnen en eindigen met een gebed.

Met goedkeuring van de bisschap deelt de zondagsschoolpresident de klassen voor volwassenen en jongeren in. Eventuele raadgevers assisteren hem.

Het aantal klassen hangt af van (1)Ā hoeveel leden de wijk telt, en (2)Ā het aantal beschikbare lokalen en hoe groot ze zijn. Kleinere klassen maken het doorgaans makkelijker dat meer mensen actief deelnemen en leren. De wijkraad kan met de zondagsschoolpresident meedenken over het gewenste aantal zondagsschoolklassen.

Jongemannen en jongevrouwen wonen doorgaans vanaf het begin van het jaar waarin ze 12 worden een zondagsschoolklas voor jongeren bij. Ze mogen vanaf hun 18e een klas voor volwassen bijwonen.

De zondagsschoolpresident bepaalt het aantal jongerenklassen naar behoefte. Jongeren worden in principe naar leeftijd bij een klas ingedeeld. Als er maar enkele jongeren in een leeftijdsgroep zijn, mogen ze in een klas voor ongeveer dezelfde leeftijdsgroep plaatsnemen. Ze blijven het hele jaar tot januari van het volgende jaar in dezelfde klas.

Er dienen in elke jongerenklas ten minste twee verantwoordelijke volwassenen aanwezig te zijn. Die twee volwassenen kunnen twee mannen, twee vrouwen of een echtpaar zijn. Klassen moeten misschien gecombineerd worden om aan die vereiste te voldoen.

Alle volwassenen die met jongeren werken, moeten de cursus Kinderen en jongeren beschermen binnen een maand na hun aanstelling voltooien (zie ProtectingChildren.ChurchofJesusChrist.org). Ze herhalen de cursus daarna om de drie jaar.

zondagsschoolklas voor jongeren

13.3.1

Kleine gemeenten

In een kleine gemeente is de zondagsschoolpresident wellicht de enige leider en leerkracht in de zondagsschool. Hij geeft les in een zondagsschoolklas voor alle jongeren en volwassenen in de gemeente.

13.3.2

Zondagsschoolklassen voor specifieke groepen

De zondagsschoolpresident mag naar behoefte zondagsschoolklassen voor specifieke groepen organiseren. Het leerplan voor die klassen is Kom dan en volg Mij.

De volgende groepen hebben mogelijk baat bij een eigen zondagsschoolklas:

  • Jonge alleenstaande volwassenen.

  • Leden die de voertaal van de wijk niet spreken.

  • Nieuwe leden, terugkerende leden en mensen die meer over de kerk willen weten.

  • Andere groepen op aanwijzing van de bisschop.

13.4

Onderwijzen en leren in de wijk verbeteren

Leidinggevenden in de wijk zijn verantwoordelijk voor beter onderwijs en betere leerresultaten in hun organisatie. Ze instrueren nieuwe leerkrachten in de taken die bij hun roeping horen (zie Onderwijzen naar het voorbeeld van de Heiland,Ā 40). Ze vragen de zondagsschoolpresident van de wijk naar behoefte om hulp.

EĆ©n keer per kwartaal vindt er op zondag tijdens de klasperiode van 50 minuten een leerkrachtenraad plaats (zie 17.4). Verbetering van het leren en onderwijzen is het doel. Onderwijzen naar het voorbeeld van de Heiland is het belangrijkste leermiddel voor die bijeenkomsten.

De wijkraad ziet toe op en plant de leerkrachtenraden. Een lid van het zondagsschoolpresidium leidt doorgaans deze bijeenkomsten. Maar de bisschop mag ook een ander lid de leiding in handen geven.

Zie voor meer informatie ā€˜Voor leidinggevenden: leerkrachten helpen slagenā€™ in Onderwijzen naar het voorbeeld van de Heiland (pagina 38ā€“40).

13.5

Thuis het onderwijs en leerplezier verbeteren

Ouders hebben de taak om hun kinderen in het evangelie te onderwijzen.

De wijkraad kan een leerkrachtenraad voor ouders organiseren tijdens de zondagse klasperiode van 50 minuten. Deze bijeenkomsten worden geleid door een lid van het zondagsschoolpresidium of iemand anders die de bisschap aanwijst. Onderwijzen naar het voorbeeld van de Heiland is het belangrijkste leermiddel voor die bijeenkomsten.

Zie 17.5 voor meer informatie over de leerkrachtenraad voor ouders.

zondagsschoolklas voor volwassenen

13.6

Zondagsschoolleiding op ringniveau

De ringpresident wijst een van zijn raadgevers aan om op de zondagsschool in de ring toe te zien. Hij roept ook een hogeraadslid als zondagsschoolpresident van de ring en stelt hem aan.

De taken van de zondagsschoolpresident van de ring worden in 6.7.1 en 6.7.3 behandeld. Eventuele raadgevers assisteren hem.

13.7

Aanvullende richtlijnen

13.7.1

Leden met een handicap

Zondagsschoolleerkrachten besteden extra aandacht aan klasleden met een handicap. Zie disability.ChurchofJesusChrist.org voor informatie over het onderwijs aan leden met een handicap; zie ook 38.8.27 in dit handboek.

13.7.2

Leermiddelencentrum

Sommige kerkgebouwen hebben een leermiddelencentrum (mediatheek) waar leden voor het leren en onderwijzen van het evangelie gebruik van kunnen maken. De zondagsschoolpresident van de wijk houdt toezicht op het leermiddelencentrum. Wijken die van hetzelfde kerkgebouw gebruikmaken, maken samen gebruik van het leermiddelencentrum. Seminarie- en instituutsklassen en FamilySearch-centra maken ook gebruik van het leermiddelencentrum.

In een kerkgebouw met een leermiddelencentrum roept de bisschap een deskundige voor het leermiddelencentrum. De zondagsschoolpresident kan iemand voordragen. De bisschop kan ook een lid van het zondagsschoolpresidium de taak van deskundige geven. Deze persoon:

  • Ordent en onderhoudt de leermiddelen.

  • Zorgt ervoor dat leidinggevenden, leerkrachten en andere leden die leermiddelen krijgen en weten hoe ze die gebruiken.

De zondagsschoolpresident overlegt met de deskundige van het leermiddelencentrum of een jaarlijks budget voor het centrum nodig is. Hij legt vervolgens een voorstel bij de bisschap neer.

De deskundige van het leermiddelencentrum woont elke week de avondmaalsdienst bij, en woont geregeld andere zondagse bijeenkomsten bij. De bisschap roept zo nodig een assistent-deskundige.

Zie voor meer informatie Resource Centers op ChurchofJesusChrist.org.