Seminarie
Mattheüs 8:23–27; Markus 4:35–41


Mattheüs 8:23–27; Markus 4:35–41

Jezus stilt de storm

Afbeelding
Jesus Christ on a ship with some of His Apostles. Christ has His arms extended as He calms a storm at sea. The Apostles are looking at Christ as He performs the miracle. (Matthew 8:23-27 Mark 4:35-41 Luke 8:22-25.)

‘Meester, bekommert U Zich er niet om dat wij vergaan?’ riepen de discipelen de Heiland toe toen de golven en wind hun scheepje teisterden (zie Markus 4:37–38). In tijden van wanhoop zoeken wij misschien wanhopig naar hulp en betwijfelen we of de Heiland zich om ons bekommert. Hoe wanhopig onze situatie ook lijkt, Jezus Christus heeft het vermogen en de macht om onze lasten te verlichten, onze problemen een halt toe te roepen en tegen ons te zeggen: ‘Zwijg, wees stil’ (Markus 4:39). Deze les helpt je om op je moeilijke momenten gemoedsrust van de Heer te ontvangen.

Waar ben je zoal bang voor?

Er zijn vast weleens momenten dat we het gevoel hebben dat we ons in een razende storm bevinden. Die levensstormen jagen ons soms angst aan.

Ouderling Ronald A. Rasband van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft voorbeelden genoemd van angsten die we weleens hebben. Denk na over soortgelijke angsten die jij misschien hebt.

Afbeelding
Official Portrait (as of June 2016) of Elder Ronald A. Rasband of the Quorum of the Twelve Apostles.

Onze alleenstaanden zijn bijvoorbeeld bang om de verantwoordelijkheid van een huwelijk op zich te nemen. Pasgetrouwden […] kunnen bang zijn om kinderen op de wereld te zetten, die almaar goddelozer wordt. Zendelingen zijn voor van alles bang, vooral vreemdelingen aanspreken. Weduwen zijn bang om er alleen voor te blijven staan. Tieners zijn bang dat ze er niet bij horen; kinderen zijn bang voor de eerste dag op de basisschool; studenten zijn bang voor examenresultaten. We vrezen mislukking, afwijzing, teleurstelling en het onbekende. In de VS jagen orkanen, aardbevingen en bosbranden die ons land en ons leven verwoesten, ons angst aan. We zijn bang dat we niet worden gekozen, maar aan de andere kant ook dat we wel worden gekozen. We vrezen dat we niet goed genoeg zijn; we vrezen dat de Heer ons niet zal zegenen. We zijn bang voor verandering en onze angsten kunnen in paniek overslaan.

(Zie Ronald A. Rasband, ‘Wees niet verontrust’, Liahona, november 2018, 18.)

Beantwoord de volgende vragen in je studiedagboek.

  • Welke angsten heb je die lijken op wat ouderling Rasband noemde?

  • Wat voor invloed hebben die angsten mogelijk op je geloof? Waarom?

  • Hoe kun je de hulp van de Heiland ontvangen om die angsten te overwinnen?

Let bij je studie vandaag op leringen waardoor je gemoedsrust van de Heer kunt ontvangen om je angsten te sussen.

Een angstige ervaring

Gebeurtenissen in de Schriften visualiseren, is een krachtige en doeltreffende studievaardigheid. Bestudeer Markus 4:35–38 en probeer te visualiseren wat de discipelen in deze verzen meemaakten.

1. Teken het volgende in je studiedagboek. Voeg iets aan je tekening toe wanneer je daar in de les of door de Heilige Geest aanwijzingen voor krijgt.

Maak in je studiedagboek een eenvoudige tekening van het tafereel uit Markus 4:35–38 . Neem alle details op die je nuttig vindt. Je gaat deze tekening gedurende de les gebruiken om dit verhaal op je eigen leven toe te passen. Vraag jezelf onder het tekenen het volgende af:

  • Hoe stel je je het schip voor?

  • Wat zouden de discipelen hebben gedaan toen de golven in het schip oversloegen?

  • Hoe zou de storm eruit gezien en gevoeld hebben?

Bedenk hoe de gebeurtenissen in dit verhaal symbool kunnen staan voor wat er in jouw leven is gebeurd, nu gebeurt of kan gebeuren.Noteer naast de verschillende onderdelen van je tekening aspecten uit je leven waar elementen in dit verhaal symbool voor kunnen staan. De boot kan bijvoorbeeld dingen voorstellen waardoor je de Heiland bij je kunt houden. De golven of de storm kunnen verleidingen of beproevingen voorstellen die je dreigen te overweldigen.

  • Welke herkenbare emoties hebben de discipelen wellicht gevoeld?

  • Wanneer kan iemand het gevoel hebben dat de Heiland tijdens de stormen van zijn of haar leven ligt te slapen? Waarom?

Lees in Markus 4:38 nog eens welke vraag de discipelen stelden.

  • Wat lijken ze tijdens de storm over de Heiland vergeten te zijn?

Bestudeer Markus 4:39–41 en let op wat je over de aard en het karakter van Jezus Christus te weten komt.

  • Wat ben je over de aard en het karakter van Jezus Christus te weten gekomen?

  • Wat kom je door dit verhaal te weten over het vermogen van de Heiland om onze eigen levensstormen tot bedaren te brengen?

Facultatief: Wil je meer weten?

Hoe kon zo’n verschrikkelijke storm op zo’n relatief klein meer plaatsvinden?

Het Meer van Galilea […] bevindt zich in de Jordaanvallei op 213 meter onder zeeniveau, en wordt in het westen, noorden en oosten door hoge bergen omringd. Winden zwiepen soms langs de westelijke hellingen omlaag en veroorzaken zo hevige stormen met enorme golven op dit relatief kleine meer.

(New Testament Student Manual [2018], 108.)

Waarom sprak Jezus de discipelen mild vermanend toe omdat ze geen geloof hadden?

President Howard W. Hunter (1907–1995) heeft gezegd:

Afbeelding
Howard W. Hunter

Ieder van ons heeft wel plotselinge stormen meegemaakt. Sommige stormen, die net als de storm op het Meer van Galilea tijdelijk zijn, kunnen hevig, angstaanjagend en verwoestend zijn. Als individu, als gezin, als gemeenschap, als land en zelfs als kerk hebben we plotselinge windstoten meegemaakt, waardoor we ons op de een of andere manier afvroegen: ‘Meester, bekommert U Zich er niet om dat wij vergaan?’ En op de een of andere manier horen we in de stilte na de storm altijd: ‘Waarom bent u zo angstig? Hebt u dan geen geloof?’

Niemand van ons denkt graag dat hij geen geloof heeft, maar ik denk dat de berisping van de Heer hier grotendeels terecht is. Deze grote Jehova, op Wie we beweren te vertrouwen, en wiens naam we op ons genomen hebben, is Hij die gezegd heeft: ‘Laat er een gewelf zijn in het midden van het water, en laat dat scheiding maken tussen water en water!’ ( Genesis 1:6 .) En Hij is het ook die gezegd heeft: ‘Laat het water dat onder de hemel is, in één plaats samenvloeien en laat het droge zichtbaar worden!’ ( Genesis 1:9 .) Bovendien was Hij het die de wateren van de Rode Zee scheidde, waardoor de Israëlieten op droge grond konden oversteken. (Zie Exodus 14:21–22 .) Het is daarom zeker geen verrassing dat Hij de elementen kon gebieden die het Meer van Galilea onstuimig maakten. En ons geloof dient ons eraan te herinneren dat Hij de woelige wateren in ons leven tot bedaren kan brengen.

(Howard W. Hunter, ‘Master, the Tempest Is Raging’, Ensign, november 1984, 33.)

Wat heeft dit verhaal met mij te maken?

Zuster Lisa L. Harkness, voormalig eerste raadgeefster in het algemeen jeugdwerkpresidium, heeft gezegd:

Afbeelding
Lisa Harkness, Primary General Presidency First Counselor. Photo taken in April 2018. Official Portrait.

Als sterveling hebben we de neiging, komen we zelfs in de verleiding om te midden van beproevingen, zorgen of bezoekingen uit te roepen: ‘Meester, bekommert U Zich er niet om dat ik verga? Red mij!’ […]

Ik stel me zo voor dat Jezus’ discipelen op de stormachtige zee uit noodzaak de golven in de gaten hielden en het water uit hun boot schepten. Ik zie ze druk in de weer met het zeil in een poging om hun kleine vaartuig onder controle te houden. Hun focus lag op overleven, en hun noodkreet was dringend en oprecht.

Velen onder ons bevinden zich in een vergelijkbare situatie. […] In tijden van beroering lijkt het soms alsof ons geloof, begrip en doorzettingsvermogen tot het uiterste worden beproefd. Golven van angst kunnen ons afleiden en Gods goedheid doen vergeten, waardoor ons perspectief kortzichtig en onscherp is. Maar juist deze zware stukken van onze reis kunnen ons geloof niet alleen beproeven, maar ook sterken.

(Lisa L. Harkness, ‘Zwijg, wees stil’, Liahona, november 2020, 81.)

Afdrukken