Wereldwijde devotionals
Doelgericht leven: het belang van een ‘eerlijke bedoeling’


Doelgericht leven: het belang van een ‘eerlijke bedoeling’

Een avond met broeder RandallL. Ridd Wereldwijde haardvuuravond voor jongvolwassenen • 11 januari 2015 • Brigham Young University-–Idaho

Wat geweldig om vanavond bij jullie te zijn. Het is een grote eer voor mijn vrouw en mij om vanavond bij jullie te zijn. Ik vond het interessant dat mijn telefoon wist dat ik vandaag dit reisje naar Rexburg op de kalender had staan. Hij vertelde hoe het weer zou zijn en gaf me een lijst met plaatselijke hotels en restaurants. Mijn telefoon vertelde me zelfs hoeveel attracties er dit weekend in Rexburg te bezoeken zijn.

Hé! Nu ik erover nadenk — mijn toespraak stond daar niet bij. Daar kun je denk ik maar weer aan zien hoe slim een smartphone is.

Hoewel je smartphone het je niet zal hebben aangeraden, ieder van jullie heeft er toch voor gekozen om vanavond een uur van je tijd met mij door te brengen — een uur dat je niet terugkrijgt. Dus ik voel een zware verantwoordelijkheid op mij rusten om het de moeite waard te maken. Maar ik weet ook dat wat ik zeg niet zo belangrijk is als wat de Geest je onderricht, en dat heeft alleen maar waarde voor zover je je vast voorneemt om naar die ingevingen te handelen.

Jullie zijn het vast met me eens dat dit een geweldige tijd is om in te leven! Sociologen hebben mijn generatie de babyboomers genoemd, hoewel die term nauwelijks meer van toepassing is; de daaropvolgende generatie werd generatie X; en ze hebben jullie generatie Y oftewel de millenniumgeneratie genoemd. Jullie staan erom bekend makkelijk met technologie om te gaan en sociale media omarmd te hebben. En je bent slimmer en beter opgeleid dan vorige generaties. Met die eigenschappen ben je niet alleen uiterst waardevol in de huidige maatschappij, maar ook in het werk van de Heer.

Je hebt meer keuzes en kansen dan ooit tevoren. Net als met zoveel dingen in het leven is dat tegelijk een voor- en een nadeel. Teveel keuzes en de angst om verkeerde beslissingen te nemen, leiden vaak tot keuzeverlamming, een van de moeilijkheden waar jullie generatie mee kampt. Het is moeilijker dan ooit om je op iets te concentreren! Met het kopen van technologie loop je de kans dat het al achterhaald is kort nadat je er de winkel mee hebt verlaten. Teveel mensen zijn bang om zich ergens op vast te leggen omdat ze zich afvragen of er misschien een nog betere optie in het verschiet ligt. En dus wachten ze — en kiezen uiteindelijk niets. In die passieve toestand zijn ze een makkelijk doelwit voor afleiding. Het tegengif hiervoor, broeders en zusters, is wat ik vanavond wil bespreken — doelgericht leven: het belang van een eerlijke bedoeling.

I. Doelgerichtheid

Stel je voor dat je je in een reddingsboot op de oceaan bevindt en dat je zover het oog reikt alleen maar golven kunt zien. De boot heeft roeiriemen, maar in welke richting ga je roeien? Stel je nu voor dat je een glimp van land hebt opgevangen. Nu weet je welke kant je op moet. Word je door het zien van land gemotiveerder en doelgerichter? Mensen zonder een duidelijk doel zijn stuurloos. Ze laten de stromingen van de wereld bepalen waar zij heengaan.

Leo Tolstoi

Het leven van de grote Russische auteur Leo Tolstoi, de schrijver van Oorlog en vrede, illustreert dit. Leo Tolstoi had een moeilijke jeugd. Zijn ouders overleden toen hij zo’n dertien jaar was. Leo volgde het voorbeeld van zijn broers op het gebied van alcoholgebruik, gokken en vrije seks, en was geen ijverig leerling. Toen hij 22 jaar was, vond hij dat zijn levenswijze niet erg doelgericht was, en hij schreef in zijn dagboek: ‘Ik leef als een beest.’ Twee jaar later schreef hij: ‘Ik ben 24 jaar en ik heb nog niets gedaan.’ Tolstois ontevredenheid motiveerde hem tot een levenslang streven om met vallen en opstaan achter het doel en —het waarom van zijn leven te komen. Voordat hij op 82-jarige leeftijd overleed, concludeerde hij in zijn dagboek: ‘“De hele zin en vreugde van het leven” […] schuilt in het streven naar volmaking en begrijpen van Gods wil’1—en, zou ik daar aan toevoegen, het doen van Gods wil.

Er is wel eens gezegd: ‘De twee belangrijkste dagen zijn de dag waarop je bent geboren en de dag waarop je erachter bent gekomen waarom.’2 Omdat we het evangelie hebben, hoeven we niet ons hele leven lang te proberen het doel ervan te ontdekken. In plaats daarvan kunnen we ons concentreren op het vervullen van dat doel.

In Mattheüs 5:48 staat: ‘Weest u dan volmaakt, zoals uw Vader, Die in de hemelen is, volmaakt is.’

Ik denk dat wij allen een aangeboren verlangen hebben om ons te verbeteren. Maar omdat we allemaal vergissingen maken, zijn velen van ons ervan overtuigd dat het doel van volmaking onhaalbaar is. En dat zou het ook zijn als de verzoening er niet was. Het offer van de Heiland maakt volmaking mogelijk: ‘Ja, komt tot Christus en wordt vervolmaakt in Hem en onthoudt u van alle goddeloosheid; en indien gij u van alle goddeloosheid onthoudt en God liefhebt met al uw macht, verstand en kracht, dan is zijn genade u genoeg, opdat gij door zijn genade volmaakt kunt zijn in Christus’ (Moroni 10:32; cursivering toegevoegd).

Onze Heiland heeft ons de hoop gegeven die ons inspireert om net zo als onze Vader in de hemel te worden. Net zoals Leo Tolstoi ondervond, weten jullie dat er vreugde te ondervinden is op de weg naar volmaking. En je leven wordt heel erg doelgericht als je het een streven maakt om de wil van de Heer te volgen.

Ouderling Tad R. Callister heeft gevraagd: ‘Waarom is het zo cruciaal om de juiste visie op deze goddelijke bestemming van goddelijkheid te hebben waar de Schriften en andere getuigen zo duidelijk van getuigen? Omdat op meer visie meer motivatie volgt.’3

Zending

Toen ik jong was, besloot ik bijna niet op zending te gaan. Na een jaar studie en een jaar in het leger, had ik een goede baan als röntgenmedewerker in een ziekenhuis gekregen. Op een dag nodigde dokter James Pingree, een van de chirurgen in het ziekenhuis, me uit voor de lunch. In de loop van ons gesprek ontdekte dokter Pingree dat ik niet van plan was om op zending te gaan en vroeg hij waarom niet. Ik zei dat ik al een beetje ouder was en dat het waarschijnlijk te laat was. Hij antwoordde meteen dat dit geen goede reden was en dat hij zelf na zijn medicijnenstudie nog op zending was gegaan. Vervolgens gaf hij zijn getuigenis van het belang van zijn zending.

Zijn getuigenis had een enorme uitwerking op mij. Ik ging erdoor bidden zoals ik nog nooit had gebeden — met een eerlijke bedoeling. Ik kon legio redenen bedenken om niet op zending te gaan. Ik was verlegen — zó verlegen dat alleen al de gedachte aan een afscheidstoespraak in de avondmaalsdienst genoeg reden was om niet te gaan. Ik had een baan die naar mijn zin was. Ik kon een studiebeurs krijgen die na mijn zending niet meer beschikbaar zou zijn. Maar het allerbelangrijkste was dat ik een vriendin had die op me had gewacht terwijl ik in het leger was — en ik wist dat ze niet nog eens twee jaar zou wachten! Ik bad langdurig om de bevestiging dat mijn redenen geldig waren en dat ik gelijk had.

Tot mijn frustratie kon ik maar niet het makkelijke ja-of-nee-antwoord krijgen waar ik op hoopte. Maar toen kwam deze gedachte bij me op: ‘Wat wil de Heer dat je doet?’ Ik moest toegeven dat Hij wilde dat ik een zending zou vervullen. En dat werd een beslissend levensmoment. Ging ik doen wat ik wilde, of wat de Heer wilde? Dat is een vraag die we onszelf het beste heel vaak kunnen stellen. Wat een geweldig patroon dat wij allemaal al vroeg in ons leven kunnen toepassen. We hebben zo vaak een houding van ‘Ik ga daar waarheen Gij mij zendt, o Heer — zolang het maar is waar ik heen wil gaan en ik kan doen wat ik wil doen.’

Gelukkig besloot ik om een zending te vervullen en werd ik aan het zendingsgebied Mexico-Noord toegewezen. En om een eind te maken aan de spanning rond de kwestie van mijn vriendin — ze wachtte niet op me, maar ik ben tóch met haar getrouwd! Zij is een van mijn grootste zegeningen. Wetend dat het doel van ons leven is om zoals onze Vader in de hemel te worden, heb ik ondervonden dat er geen betere studie is dan te trouwen en een gezin te stichten om te leren hoezeer God zijn kinderen liefheeft. Nu jullie weten wat ik weet, zou ik er als ik jullie was alles aan doen om die studie te volgen. En volgens mij kun je je er nu al voor inschrijven.

II. Eerlijke bedoeling

Toen onze zoon net begon te praten, had hij een onverzadigbare nieuwsgierigheid. Favoriet onder de weinige woorden die hij kende, was ‘Waarom?’ Als ik ‘Bedtijd!’ zei, antwoordde hij: ‘Waarom?’

‘Ik ga naar mijn werk.’

‘Waarom?’

‘Laten we samen een gebedje zeggen.’

‘Waarom?’

‘Tijd om naar de kerk te gaan.’

‘Waarom?’

Het was heel schattig — de eerste vijfhonderd keer dat hij het zei. Maar zelfs toen het steeds minder schattig en zelfs enigszins onuitstaanbaar werd, was ik toch nog dankbaar voor de geregelde herinneringen om te bedenken waarom (letterlijk) ik alles deed.

Ik weet niet zeker of de letter  Y als naam voor jullie generatie veel betekent, maar als ik bedenk dat waarom in het Engels ‘why’ is, dan zijn jullie misschien wel de ‘waarom’-generatie . Het is in de huidige wereld van belang om je bewust te zijn van het waarom van alles wat je doet.

Doelgericht leven betekent dat je de betekenis van het ‘waarom’ kent en je bewust bent van de motieven voor je daden. Socrates heeft gezegd: ‘Een leven dat niet onder de loep wordt genomen, is niet de moeite waard.’4 Denk eens goed na hoe je je tijd doorbrengt, en vraag je dan geregeld af: ‘Waarom?’ Dan leer je om verder te kijken dan dat ene ogenblik. Het is veel beter om vooruit te zien en je af te vragen: ‘Waarom zou ik dat doen?’, dan terug te kijken en te zeggen: ‘Waarom heb ik dat in vredesnaam gedaan?’ Als de enige reden is dat God wil dat je het doet, dan is dat reden genoeg.

Sterren

Ik leerde wat een eerlijke bedoeling betekende toen ik naar het seminarie ging. Onze leraar daagde ons uit om het Boek van Mormon te lezen. Om onze voortgang bij te houden, maakte hij een schema met onze namen aan de zijkant en de boeken langs de bovenzijde. Telkens als we een boek hadden gelezen, werd er een sterretje naast onze naam gezet. Eerst deed ik niet zoveel moeite om te lezen, en het duurde dan ook niet lang voordat ik steeds verder achterop raakte. Maar aangespoord door schaamte en mijn aangeboren neiging om altijd de beste te willen zijn, begon ik te lezen. Het was telkens fijn om een ster te krijgen. En hoe meer sterren ik kreeg, hoe gemotiveerder ik was om te lezen — tussen de lessen door, na school en in elke vrije minuut die ik had.

Dit zou een mooi verhaal zijn als ik je kon vertellen dat ik als eerste in de klas klaar was — maar dat was niet zo. (Ik was trouwens ook niet de laatste.) Weet je wat ik kreeg door het Boek van Mormon te lezen? Ik weet dat je nu denkt ‘een getuigenis’ — toch? Maar dat was niet zo. Ik kreeg sterren. Ik kreeg sterren omdat dát de reden was waarom ik las. Dat was mijn eerlijke bedoeling.

Moroni beschrijft heel duidelijk hoe je er achter kunt komen of het Boek van Mormon waar is: ‘En wanneer gij deze dingen ontvangt, spoor ik u aan God, de eeuwige Vader, in de naam van Christus te vragen of deze dingen niet waar zijn; en indien gij vraagt met een oprecht hart, met een eerlijke bedoeling en met geloof in Christus, zal Hij de waarheid ervan aan u openbaren door de macht van de Heilige Geest’ (Moroni 10:4; cursivering toegevoegd).

Als ik erop terugkijk, zie ik in dat de Heer me volkomen billijk heeft behandeld. Waarom zou ik hebben verwacht iets te krijgen waar ik niet naar op zoek was? Ik stond er nooit echt bij stil waarom ik het Boek van Mormon las. Ik was stuurloos en liet me door wereldse motieven leiden, waardoor ik erachter kwam dat ik het juiste boek met een verkeerde reden had gelezen. Een eerlijke bedoeling is het juiste om de juiste redenen doen.

Pas jaren later, toen ik worstelde met de beslissing om op zending te gaan, las ik het Boek van Mormon met een eerlijke bedoeling. Als ik twee jaar lang moest getuigen van het boek, moest ik er tenslotte eerst een getuigenis van hebben.

Ik weet dat het Boek van Mormon zijn goddelijke doel vervult om van het leven en de zending van Jezus Christus te getuigen, want ik heb het met een eerlijke bedoeling gelezen.

De gelijkenis van de sinaasappels

Ik wil graag een hedendaagse gelijkenis vertellen die ik ‘de gelijkenis van de sinaasappels’ noem. Denk bij het luisteren na wat je van dit verhaal leert over de krachtige uitwerking van een eerlijke bedoeling.

Er was eens een jonge man die voor een vooraanstaand bedrijf wilde werken dat hoge lonen betaalde. Hij stelde zijn cv op en werd voor enkele sollicitatiegesprekken uitgenodigd. Uiteindelijk mocht hij onderaan beginnen. Toen stelde hij in zijn ambitie het volgende doel, namelijk een promotie — tot chef, wat hem meer prestige en salaris zou opleveren. En dus voerde hij al zijn taken uit. Hij kwam soms al vroeg op de ochtend en bleef lang doorwerken zodat de baas zou zien hoeveel werkuren hij maakte.

Na vijf jaar kwam er een functie als chef beschikbaar. Maar tot ontzetting van de jonge man kreeg een andere werknemer, die nog maar een half jaar voor het bedrijf werkte, de promotie. De jonge man was boos en eiste een verklaring van zijn baas.

De verstandige baas zei: ‘Zou je me een plezier willen doen voordat ik antwoord op je vragen geef?’

‘Ja hoor’, zei de werknemer.

‘Wil je in de winkel wat sinaasappelen voor me kopen? Mijn vrouw heeft ze nodig.’

De jonge man stemde toe en ging naar de winkel. Toen hij terugkwam, vroeg de baas: ‘Wat voor sinaasappelen heb je gekocht?’

‘Dat weet ik niet’, antwoordde de jonge man. ‘U zei gewoon dat ik sinaasappelen moest kopen, en dit zijn sinaasappelen. Hier zijn ze.’

‘Hoeveel kostten ze?’ vroeg de baas.

‘Dat weet ik niet zeker,’ luidde het antwoord. ‘U had me dertig dollar gegeven. Hier is de kassabon en hier is uw wisselgeld.’

‘Dankjewel’, zei de baas. ‘Neem nu plaats en let goed op.’

Toen riep de baas de werknemer binnen die de promotie had gekregen en vroeg hem om hetzelfde te doen. De werknemer stemde daar grif in toe en ging naar de winkel.

Toen hij terugkwam, vroeg de baas: ‘Wat voor sinaasappelen heb je gekocht?’

‘Nou,’ zei hij, ‘er waren veel verschillende soorten in de winkel — navelsinaasappalen, Valenciasinaasappelen, bloedsinaasappelen, mandarijnen en nog veel meer, en ik wist niet wat ik moest kopen. Maar ik herinnerde me dat uw vrouw zei dat zij degene was die de sinaasappelen nodig had, dus belde ik haar. Ze zei dat ze een feestje gaf en dat ze verse sinaasappelsap wilde serveren. Dus vroeg ik de kruidenier wat de beste perssinaasappelen waren. Hij zei dat de Valencia’s erg zoet en sappig waren, dus kocht ik die. Ik heb ze op de terugweg naar kantoor bij u thuis langsgebracht. Uw vrouw was er erg blij mee.’

‘Hoeveel kostten ze?’ vroeg de baas.

‘Dat was ook een probleem. Ik wist niet hoeveel ik er moest kopen, dus ik belde uw vrouw nog een keer en vroeg hoeveel gasten ze verwachtte. Twintig, zei ze. Dus vroeg ik de kruidenier hoeveel sinaasappelen ik nodig had om sap te persen voor twintig man, en dat was best veel. Daarom vroeg ik de kruidenier om een kwantumkorting, en daar stemde hij mee in! Deze sinaasappelen kosten normaal 75 cent, maar ik heb er slechts vijftig cent voor betaald. Hier is de kassabon en uw wisselgeld.’

De baas glimlachte en zei: ‘Dankjewel, je kunt gaan.’

Hij keek naar de jonge man die het allemaal had aangehoord. De jonge man stond op, liet zijn schouders zakken, en zei: ‘Ik begrijp wat u bedoelt’, en verliet ontmoedigd het kantoor van zijn baas.

Wat was het verschil tussen de twee jonge mannen? Aan beiden werd gevraagd om sinaasappelen te kopen, en dat deden ze. Je zou kunnen zeggen dat de ene de tweede mijl ging, efficiënter was of meer aandacht voor detail had. Maar het allerbelangrijkste verschil had te maken met een eerlijke bedoeling in plaats van alleen maar doen wat er gevraagd werd. De eerste jonge man werd gemotiveerd door geld, positie en prestige. De tweede jonge man werd gedreven door een groot verlang om zijn baas een plezier te doen en innerlijke toewijding aan zijn streven om een zo goed mogelijke werknemer te zijn — en de uitkomst was duidelijk.

Hoe kunnen jullie deze gelijkenis toepassen? In welke opzichten zou jullie inzet thuis, op school, op je werk en in de kerk anders zijn als je er altijd uit liefde voor God naar streefde om Hem te behagen en zijn wil te doen?

III. Toepassingen

Afleidingen vermijden — het belang van doelgerichtheid

Hoe vaak ben je aan de computer gaan zitten om je huiswerk of iets voor je werk te doen en verscheen er ineens een advertentie voor schoenen die erg leken op de schoenen die je de dag daarvoor zocht? En als je dan door de pagina’s van webwinkels bladert, merk je dat er wat vrienden online zijn, dus begin je een chat met ze. Je krijgt een melding dat een vriend iets op Facebook heeft gezet, en je wilt even zien wat dat is. Voordat je er erg in hebt, ben je waardevolle tijd kwijt, en ben je vergeten waarom je eigenlijk de computer had aangezet. Maar al te vaak raken we afgeleid als we eigenlijk actie hadden moeten ondernemen. Afleidingen ontnemen je tijd die je in iets goeds had kunnen investeren. Als we doelgericht bezig kunnen zijn, zijn we beter in staat om verleidingen te vermijden.

Ik weet dat jullie tests allemaal leuk vinden. Dus ik dacht dat ik vanavond even kort jullie doelgerichte aandacht kon testen. Je krijgt twee teams te zien: een in het wit en een in het zwart. Ze gooien een basketbal heen en weer, en ik wil dat je gewoon het aantal keren telt dat het witte team de bal gooit.

[De aandachtstest wordt getoond.]

Hoe vaak hebben ze gegooid?

Steek je hand op als je 19 worpen hebt geteld. Hoeveel hebben er 20 geteld? Hoeveel hebben er 21geteld? Hoeveel hebben er 22 geteld?

Het juiste antwoorden is 21.

Steek je hand op als je het goed had met 21. Houd nu je hand omhoog als je ook een bejaarde vrouw de moonwalk zag doen. Houd je hand omhoog als je een ninja een van de spelers in het zwart zag vervangen. Zag je de spelers van het zwarte team zwarte hoeden dragen?

Kijk nog eens, en richt je aandacht dan op iets dat je de eerste keer niet zag.

[De aandachtstest wordt nogmaals getoond.]

We zetten deze video later voor je op sociale media.

Doelgerichtheid is erg belangrijk. Zoals deze test uitwijst, vinden we doorgaans waar we naar op zoek zijn. Of, zoals het in de Schriften staat, ‘zoek, en u zult vinden’ (Lukas 11:9).

Als we ons richten op wereldse zaken kunnen we een hele geestelijke wereld om ons heen over het hoofd zien. We zijn dan misschien niet in staat om de geestelijke ingevingen te herkennen die de Heilige Geest ons graag wil geven om ons en anderen tot zegen te zijn. Als we ons echter richten op de zaken van de Geest en op dat wat ‘deugdzaam, liefelijk, of eerzaam of prijzenswaardig’ is (Geloofsartikelen 1:13), is het minder waarschijnlijk dat we van het rechte spoor zullen afdwalen door de verleidingen en afleidingen van de wereld. De beste manier om afleidingen te vermijden, is doelgericht en ijverig werkzaam te zijn voor een goede zaak. Pas wel op waar je je op richt — je wilt geen tijd besteden aan het beklimmen van een berg om erachter te komen dat je de verkeerde hebt beklommen.

De kracht van het kleine

Vijfendertig jaar nadat ik mijn doelgerichtheid had verbeterd en besloten had om op zending te gaan, moedigde mijn zoon me aan om samen met hem een bezoek te brengen aan Mexico, in de hoop wat mensen te kunnen opzoeken die ik had onderwezen. We woonden een avondmaalsdienst bij in het plaatsje waar ik mijn zending begonnen was, denkend dat ik daar misschien iemand— zou herkennen. Maar ik herkende niemand. Na de dienst vroeg ik de bisschop of hij iemand herkende van mijn lijstje met mensen die we onderwezen en gedoopt hadden. Niemand. Hij legde uit dat hij nog maar vijf jaar lid was. Hij stelde voor om met een andere man te spreken die al 27 jaar lid was — ook slechts een kleine kans, maar het was de moeite waard. Ik nam mijn lijst zonder resultaat met hem door, tot we bij de laatste naam kwamen: Leonor Lopez de Enriquez.

‘O, ja’, zei hij. ‘Die familie zit in een andere wijk, maar ze gaan in dit gebouw naar de kerk. Hun avondmaalsdienst is hierna, ze zouden hier zo moeten zijn.’

We hoefden maar tien minuten te wachten voordat Leonor het gebouw betrad. Hoewel ze inmiddels in de zeventig was, herkende ik haar onmiddellijk, en zij mij ook. We omhelsden elkaar langdurig, in tranen.

Ze zei: ‘We hebben 35 jaar lang gebeden dat je terug zou keren zodat we je konden bedanken omdat je onze familie het evangelie hebt gebracht.’

Andere familieleden kwamen binnen en er waren meer omhelzingen en tranen. Uit mijn ooghoek zag ik mijn zoon bij de twee voltijdzendelingen staan, die met hun stropdas tranen wegveegden.

Het was verbazend om tijdens de avondmaalsdienst te ontdekken dat een van Leonors zoons de bisschop was, een kleinzoon de pianist, een kleindochter de dirigente, en dat enkele kleinzoons jongemannen in de Aäronische priesterschap waren. Een van de dochters was getrouwd met een raadgever in het ringpresidium. Een andere dochter was getrouwd met de bisschop van een nabijgelegen wijk. De meeste kinderen van Leonor waren op zending geweest, en inmiddels waren er ook al kleinzoons op zending geweest.

We vernamen dat Leonor een veel betere zendelinge was dan wij. Tegenwoordig herinneren haar kinderen haar dankbaar aan haar onvermoeibare inzet om ze het evangelie te leren: het belang van tiende, tempel, Schriftstudie, gebed, en het geloof om erop te vertrouwen. Ze heeft ze geleerd dat kleine beslissingen in de loop van de tijd resulteren in een overvloedig, rechtschapen en gelukkig leven, en zij brachten anderen datzelfde bij. Tel ze allemaal op, dan kom je uit op meer dan vijfhonderd mensen die bij de kerk zijn gekomen door deze ene fijne familie. Dat is een van de vele redenen waarom de Heer wilde dat ik een zending vervulde. Daardoor leerde ik de eeuwige consequenties van een streven om de wil van de Heer te doen.

Het begon allemaal met een eenvoudig gesprek tijdens een lunch. Ik bedenk vaak dat als dokter Pingree meer op zijn loopbaan gericht was geweest of op andere wereldse zaken, hij mij niet zou hebben gevraagd waarom ik niet op zending ging. Maar hij was gericht op andere mensen en op het bevorderen van het werk van de Heer. Hij zaaide een zaadje dat is uitgegroeid en vrucht heeft gedragen, en dat zich oneindig blijft vermenigvuldigen. Geïnspireerde gedachten brengen goede daden voort; goede daden brengen eeuwig andere goede daden voort. Enzovoorts.

In Markus 4:20 staat: ‘Dit zijn zij bij wie in de goede aarde gezaaid wordt: zij horen het Woord en nemen het aan en dragen vrucht, de één dertig-, en de ander zestig-, en de ander honderdvoudig’

Het denkbeeld dat kleine, eenvoudige maar doelgerichte daden dramatische gevolgen kunnen hebben, wordt duidelijk onderschreven in de Schriften. Alma leerde zijn zoon Helaman:

‘Door kleine en eenvoudige dingen worden grote dingen teweeggebracht. […]

‘[…]  door zeer kleine middelen beschaamt de Heer de wijzen en brengt Hij het behoud van vele zielen tot stand’ (Alma 37:6––7).

Een van de eerste lessen in het leven zou moeten zijn dat er grote kracht schuilt in het vermenigvuldigende effect van de kleine dingen die we dagelijks doen. Er zijn momenteel kleine en eenvoudige dingen actief in jouw leven — ze werken voor of tegen je. Net zoals de Heer van zulke dingen gebruikmaakt om je op te bouwen, gebruikt Satan ze om je af te leiden en je langzaam, bijna onmerkbaar, van je pad weg te voeren.

Ons probleem is dat we, als we een geweldig gezin of een financieel geslaagde persoon of een geestelijke reus zien, niet alle kleine en eenvoudige daden zien waardoor ze dat zijn geworden. We kijken naar Olympische sportlieden, maar we zien niet de jarenlange dagelijkse training waardoor ze kampioen zijn geworden. We gaan naar de winkel en kopen vers fruit, maar we zien het zaaien van het zaadje niet, noch het zorgvuldig verzorgen en oogsten van de vruchten. We kijken naar president Monson en andere algemene autoriteiten, en we voelen hun geestelijke kracht en goedheid aan, maar we zien de eenvoudige dagelijkse routines niet die zich telkens weer herhalen. Die dingen zijn makkelijk te doen, maar ze zijn ook heel makkelijk over te slaan — vooral omdat de resultaten niet onmiddellijk zijn.

We leven in een wereld die meteen resultaat wil. We willen van het zaaien direct op het oogsten overgaan. We zijn zó gewend om onmiddellijk resultaat te krijgen — als we meer dan enkele seconden moeten wachten voordat Google een willekeurige vraag beantwoordt, raken we al geïrriteerd — maar we vergeten dat die resultaten het resultaat zijn van de opgetelde inspanningen van generatieslange inzet en opoffering.

Alma geeft Helaman een advies dat ook voor ons in deze tijd een hele goede raad is. Over de Liahona en de ‘vele andere wonderen’ waardoor het gezin van Lehi dagelijks geleid werden, zei hij:

‘Hoewel die wonderen door kleine middelen tot stand werden gebracht, toonde het hun wonderbare werken. Zij waren traag en vergaten hun geloof en ijver te oefenen, en dan hielden die wonderbare werken op en vorderden zij niet met hun reis; […]

‘O, mijn zoon, laten wij niet traag zijn omdat de weg gemakkelijk is; want zo verging het onze vaderen; want zo was het voor hen bereid: dat zij zouden leven indien zij keken; en zo is het ook met ons. De weg is bereid, en indien wij kijken, kunnen wij voor eeuwig leven.

‘En nu, mijn zoon, zie toe dat gij zorg draagt voor deze heilige dingen, ja, zie toe dat gij vertrouwt op God en leeft’ (Alma 37:40–41, 46–47).

Drie kleine en eenvoudige dingen

Ik wil drie kleine en eenvoudige manieren bespreken om ‘op God te vertrouwen’ waardoor we op ons eeuwige doel gericht kunnen blijven. Geen van drieën zal je verrassen — je hebt ze al zo vaak gehoord. Maar ik getuig dat deze dingen consequent doen, en met een eerlijke bedoeling, niet alleen verschil uitmaakt, maar zelfs álle verschil. Als je begrijpt — en ik bedoel écht begrijpt —waarom we ons aan deze eenvoudige disciplines moeten houden, zonder ze in twijfel te trekken, dan wil je ze de hoogste prioriteit geven.

Ten eerste is onze deelname aan het avondmaal maar al te vaak plichtmatig. Als je naar deze video kijkt, let er dan op dat de nadruk ligt op het indachtig zijn, en bedenk waarom dat zo belangrijk is:

Ouderling Jeffrey R. Holland: ‘Bij het laatste, speciaal bereide paschamaal nam Jezus het brood, zegende en brak het, en gaf het aan zijn apostelen, met de woorden:’

Jezus Christus: ‘Dit is mijn lichaam, dat voor u gegeven wordt. Doe dat tot mijn gedachtenis. ‘Dit is mijn lichaam, dat voor u gegeven wordt. Doe dat tot mijn gedachtenis.’

Ouderling Holland: ‘Sinds die ervaring in de bovenzaal, aan de vooravond van Gethsemané en Golgotha, hebben de kinderen van belofte onder een verbond gestaan om Christus’ offerande te gedenken op deze nieuwere, hoogstaander, heiliger en persoonlijker manier. Met een klein bekertje water zijn wij het vergieten van Christus’ bloed en het niveau van zijn lijden indachtig.

‘Met een korst brood, die altijd eerst gebroken, gezegend en aangeboden wordt, zijn wij zijn gekneusde lichaam en zijn gebroken hart indachtig.

‘In de eenvoudige en prachtige bewoordingen van de avondmaalsgebeden die deze jonge priesters opzeggen, lijkt indachtig het sleutelwoord te zijn.

‘Als indachtig zijn onze voornaamste taak is, wat kan er dan in onze gedachten komen als deze eenvoudige, dierbare zinnebeelden aan ons worden aangeboden?’

Jezus Christus: ‘En dit zult gij doen. En het zal een getuigenis tot de Vader zijn dat gij Mij altijd indachtig zijt. En indien gij Mij altijd indachtig zijt, zult gij mijn Geest bij u hebben.’

Schermtekst: Hoe ben je Hem ‘altijd indachtig’?5

Bedenk welke uitwerking het vermenigvuldigende effect van altijd zijn Geest bij ons hebben, als wij Hem altijd indachtig zijn en we zijn geboden onderhouden, op elk terrein van ons leven zou hebben. Stel je voor hoe dit onze dagelijkse beslissingen en ons bewustzijn van de noden van anderen zou beïnvloeden.

Er zijn talloze manieren waarop we ons aan onze belofte om de Heiland gedurende de dag indachtig te zijn, kunnen houden. Hoe zul jij Hem altijd indachtig zijn?

De meesten zouden zeggen: ‘Bidden en de Schriften bestuderen.’ En als je dat zou zeggen, zou je gelijk hebben als, en dat is een als met veel nadruk, het wordt gedaan met een eerlijke bedoeling.

Bidden en de Schriften bestuderen, zijn de volgende twee kleine en eenvoudige dingen waar ik nadruk op wil leggen.

De Heer maakt duidelijk hoe ondoeltreffend onze gebeden zijn als we ze uit gewoonte opzeggen: ‘Aldus wordt het een mens ook als kwaad toegerekend als hij bidt, maar het niet met een oprecht voornemen des harten doet; ja, en het baat hem niets, want God neemt zo iemand niet aan’ (Moroni 7:9).

De ware bedoeling van gebed is om tweerichtingscommunicatie met onze hemelse Vader op gang te brengen, met de bedoeling om zijn raad op te volgen, wat die ook mag zijn: ‘Raadpleeg de Heer bij al uw handelingen, en Hij zal u ten goede leiden; ja, wanneer gij u des nachts neerlegt, leg u dan neer in de hoede des Heren, opdat Hij over u zal waken in uw slaap; en wanneer gij des ochtends opstaat, laat uw hart dan vol dankbaarheid zijn jegens God; en indien gij die dingen doet, zult gij ten laatsten dage worden verhoogd’ (Alma 37:37).

Gebed en Schriftstudie gaan van nature hand in hand. Als we de Schriften en de woorden van onze hedendaagse profeten bestuderen, brengt dat de pomp van persoonlijke openbaring op gang. Door de voorbeelden en waarschuwingen in de Schriften krijgen we de juiste verlangens. Zo kunnen we de bedoeling en wil van de Heer te weten komen.

Profeten uit het heden en het verleden hebben ons gesmeekt om kleine en eenvoudige dingen te doen zoals de Schriften bestuderen. Dus waarom doet niet iedereen dat? Eén reden is misschien dat we niet noodzakelijkerwijs grote negatieve gevolgen zien als we een dag of twee overslaan — net zoals je tanden niet meteen wegrotten en uit je mond vallen na de eerste keer dat je vergeet ze te poetsen. De meeste gevolgen, positief en negatief, komen later, in de loop van de tijd. Maar ze komen.

Jaren geleden plantte ik in mijn achtertuin twee bomen van hetzelfde ras en dezelfde grootte. Ik plantte er één waar deze dagelijks een beetje zon kreeg, en ik plantte er een waar deze vol zonlicht kreeg. In de loop van het volgende jaar merkte ik niet veel verschil in de groei van de twee bomen, maar toen gingen mijn vrouw en ik drie jaar op zending. Toen we terugkwamen, was ik geschokt door het grote verschil! Het vermenigvuldigende effect van dagelijks een beetje meer zon maakte —na verloop van tijd— een enorm verschil in de groei van de bomen. Datzelfde overkomt ons als we onszelf dagelijks blootstellen aan de bron van alle licht. We merken misschien niet meteen een verandering op, maar wees ervan verzekerd dat er binnenin je iets gebeurt, en dat na verloop van tijd de resultaten zichtbaar zullen zijn.

Dit eenvoudige denkbeeld van het vermenigvuldigende effect van dagelijkse disciplines kan met doelgerichtheid en een eerlijke bedoeling een op alle terreinen van je leven een groot verschil uitmaken. Het kan het verschil betekenen tussen je door een gewoon leven heenworstelen of groot succes hebben en aan het doel van je schepping voldoen.

Ik heb vaak op mijn leven teruggekeken en me afgevraagd waarom ik het zo moeilijk vond om de beslissing te nemen op zending te gaan. Het was moeilijk omdat ik afgeleid raakte — ik verloor mijn eeuwige doel uit het oog. Mijn verlangens en mijn wil waren niet in overeenstemming met de wil van de Heer; anders was de beslissing makkelijker geweest. En waarom waren zij niet in overeenstemming? Ik ging naar de kerk en nam op zondag deel aan het avondmaal — maar zonder op de betekenis te letten. Ik bad, maar ik was vooral plichtmatig bezig. Ik las wel in de Schriften, maar slechts sporadisch en zonder een eerlijke bedoeling.

Ik hoop dat je vandaag onder het luisteren door de influisteringen van de Geest hebt aangevoeld wat je moet doen om bewust en doelgericht te leven. Ik moedig je aan om aan die ingevingen gehoor te geven. Laat je niet ontmoedigen door gedachten aan wat je al hebt gedaan, of niet hebt gedaan. Laat de Heiland de lei schoonvegen. Denk aan deze woorden van de Heer: ‘Zo dikwijls als zij zich bekeerden en vergeving zochten, met een oprechte bedoeling, ontvingen zij vergeving’ (Moroni 6:8; cursivering toegevoegd).

Begin nu meteen. Leid een doelgericht leven. Activeer de vermenigvuldigende kracht van dagelijkse disciplines op de belangrijke terreinen van je leven. Ik beloof dat je er over een jaar blij om zult zijn dat je vandaag begonnen bent, of dat je anders wenst dat je dat had gedaan.

Ik wil je graag laten nadenken over deze drie vragen. Ik nodig je uit om er op sociale media op te reageren onder vermelding van #ldsdevo.

Ten eerste: Kun je het? Is het mogelijk om die drie kleine en eenvoudige dingen te doen? Kun je ernaar streven om je aan je verbond te houden ‘Hem altijd indachtig te zijn’? (LV 20:77, 79.) Kun je tijd uittrekken om dagelijks met een eerlijke bedoeling te bidden en de Schriften te bestuderen?

Ten tweede: Zal het werken? Geloof je werkelijk in de belofte van de Heer? Geloof je dat het vermenigvuldigende effect van altijd zijn Geest bij je hebben een grote uitwerking op alle aspecten van je leven zal hebben?

Ten laatste: Is het de moeite waard?

Ik getuig dat het écht de moeite waard is, en dat het alle verschil uitmaakt. Doe je deze dingen, dan zul je ontdekken dat het belangrijkste ‘waarom’ van alles wat je doet, is dat je de Heer liefhebt en dat je inziet hoezeer Hij je liefheeft. Ik hoop dat je grote vreugde mag vinden in je streven naar volmaking, en in je begrip en uitvoering van zijn wil. In de naam van Jezus Christus. Amen.

Noten

  1. Leo Tolstoi, in Peter T. White, ‘The World of Tolstoy’, National Geographic, juni 1986, pp. 767, 790.

  2. Toegeschreven aan Mark Twain.

  3. Tad R. Callister, ‘Our Identity and Our Destiny’ (Brigham Young University Campus Education Week, 14 augustus 2012),  p. 9; speeches.byu.edu.

  4. Naar ‘Apology’, The Dialogues of Plato, Engelse vertaling door Benjamin Jowett, p. 38a.

  5. Aangepast overgenomen uit de video ‘Always Remember Him’; lds.org/media-library; zie ook Jeffrey R. Holland, ‘This Do in Remembrance of Me’,  Ensign, november 1995, pp. 67–68.

Afdrukken