2010–2019
In voor- en tegenspoed, Heer, blijf bij mij
Algemene oktoberconferentie 2019


2:3

In voor- en tegenspoed, Heer, blijf bij mij

Ik getuig dat de Heer ‘in voor- en tegenspoed’ bij ons blijft en dat onze ‘benauwingen [kunnen] worden verzwolgen door de vreugde in Christus’.

Een van onze geliefde lofzangen eindigt met de smeekbede ‘In voor- en tegenspoed, Heer, blijf bij mij’. Ik zat eens in een vliegtuig dat een hevige storm naderde. Door het raam zag ik een dik wolkendek onder ons. De zonnestralen weerkaatsten op de wolken, waardoor ze oogverblindend schenen. Kort daarna daalde het vliegtuig door de dikke wolken heen. We waren plotseling in dichte duisternis gehuld, waardoor we het heldere licht van even tevoren niet meer konden zien.

Stralen van de ondergaande zon
Donkere wolken

Wij kunnen ook worden omgeven door dikke wolken, die ervoor kunnen zorgen dat we Gods licht niet meer kunnen zien, en ons afvragen of het voor ons nog wel bestaat. Sommige van die wolken nemen de vorm aan van depressie, angst en andere vormen van psychische en emotionele problemen. Hierdoor kunnen we een vertekend beeld krijgen van onszelf, anderen en zelfs God. Dit komt voor bij vrouwen en mannen van alle leeftijden in alle uithoeken van de wereld.

En net zo schadelijk is de gevoelloze wolk van scepticisme die over mensen kan komen die dergelijke moeilijkheden nog nooit hebben ondervonden. Net als alle andere delen van het lichaam zijn de hersenen gevoelig voor ziekte, beschadiging of een verkeerde samenstelling van chemische stoffen. Als ons verstand lijdt, is het gepast om de hulp van God in te roepen, van mensen in onze omgeving, en van hulpverleners in de medische en geestelijke gezondheidszorg.

‘Ieder mens – man of vrouw – is geschapen naar het beeld van God. Ieder is een geliefde geestzoon of -dochter van hemelse Ouders, en [ieder heeft] een goddelijke aard en bestemming.’ Net als onze hemelse Ouders en onze Heiland hebben we een stoffelijk lichaam en ervaren we emoties.

Lieve zusters, het is normaal om af en toe verdrietig of bezorgd te zijn. Verdriet en angst zijn natuurlijke menselijke emoties. Maar als we voortdurend verdrietig zijn en als we door onze pijn de liefde van onze hemelse Vader en zijn Zoon en de invloed van de Heilige Geest niet meer kunnen voelen, lijden we misschien aan een depressie, angst of een andere psychische aandoening.

Mijn dochter schreef eens: ‘Er was een periode [waarin] ik de hele tijd intens verdrietig was. Ik dacht altijd dat verdriet iets beschamends was, een teken van zwakheid. Dus hield ik mijn verdriet geheim. […] Ik voelde me volkomen waardeloos.’

Een vriendin zei het zo: ‘Van jongs af aan worstelde ik voortdurend met gevoelens van hopeloosheid, duisternis, eenzaamheid en angst, en het gevoel dat ik kapot of beschadigd was. Ik deed er alles aan om mijn pijn te verbergen en altijd de indruk te wekken dat ik succesvol en sterk was.’

Lieve vrienden, het kan ieder van ons overkomen – vooral als we onszelf vanuit ons geloof in het plan van geluk onnodige lasten opleggen door te denken dat we nu al volmaakt moeten zijn. Dergelijke gedachten kunnen overweldigend zijn. Volmaaktheid bereiken is een proces dat heel ons sterfelijk leven en daarna doorgaat – en alleen dankzij de genade van Jezus Christus.

Als we daarentegen over onze emotionele problemen praten en toegeven dat we niet volmaakt zijn, kunnen anderen zich veilig genoeg voelen om ook over hun worsteling te vertellen. Samen ontdekken we dat er hoop is en dat we er niet alleen voor staan.

Hoop in de wederkomst

Als discipelen van Jezus Christus hebben we een verbond met God gesloten dat we ‘gewillig [zijn] elkaars lasten te dragen’ en ‘te treuren met hen die treuren’. Dat kan inhouden dat we ons informeren over psychische aandoeningen, hulpmiddelen zoeken om deze problemen aan te pakken, en uiteindelijk onszelf en anderen dichter tot Christus brengen, de Meestergeneesheer. Zelfs als we ons niet kunnen voorstellen wat anderen meemaken, kunnen we hun pijn erkennen, en dat is een belangrijke stap op weg naar begrip en genezing.

In sommige gevallen kan de oorzaak van een depressie of van angst worden opgespoord, terwijl ze in andere gevallen moeilijker te bepalen is. Onze hersenen kunnen lijden onder stress of oververmoeidheid, en dan kunnen aanpassingen in voeding, slaap en lichaamsbeweging soms verlichting brengen. In andere gevallen is therapie of medicatie onder begeleiding van een specialist nodig.

Onbehandelde psychische aandoeningen kunnen leiden tot sociaal isolement, misverstanden, stukgelopen relaties, zelfverminking en zelfs zelfmoord. Dat weet ik maar al te goed, aangezien mijn vader zich jaren geleden het leven benam. Zijn dood was schokkend en hartverscheurend voor mijn familie en mij. Het heeft me jaren gekost om mijn verdriet te verwerken, en ik weet nu pas dat op een gepaste manier over zelfmoord praten mensen niet tot zelfmoord aanzet maar het juist voorkomt. Ik praat nu openlijk met mijn kinderen over de dood van mijn vader, en ik heb de genezing ervaren die de Heiland aan beide kanten van de sluier kan bieden.

Helaas nemen veel mensen die gebukt gaan onder ernstige depressie afstand van hun medeheiligen omdat ze het gevoel hebben dat ze niet in een of ander denkbeeldig plaatje passen. We kunnen ze laten weten en voelen dat ze wel bij ons horen. Het is belangrijk om te beseffen dat depressie geen teken van zwakheid is, en ook meestal niet het gevolg van zonde is. Depressie ‘gedijt in afzondering, maar slinkt door medeleven’. Samen kunnen we door de wolken van isolement en stigma breken, zodat de last van schaamte wordt weggenomen en het wonder van genezing kan plaatsvinden.

Tijdens zijn aardse bediening genas Jezus Christus de zieken en de lijdenden, maar allen moesten geloof in Hem oefenen en zelf iets doen om zijn genezing te ontvangen. Sommigen liepen lange afstanden, anderen staken hun hand uit om zijn kleed aan te raken, en weer anderen moesten naar Hem toe worden gebracht om genezen te worden. Als het om genezing gaat, hebben we Hem dan niet allemaal hard nodig? ‘Zijn wij niet allen bedelaars?’

Laten we het pad van de Heiland volgen en ons mededogen vergroten, onze neiging om te oordelen verminderen, en ophouden de geestelijke houding van anderen te controleren. Liefdevol luisteren is een van de grootste geschenken die we kunnen geven. We kunnen de dichte wolken die onze dierbaren en vrienden verstikken, helpen dragen of wegnemen, zodat ze door onze liefde opnieuw de Heilige Geest kunnen voelen, en het licht kunnen zien dat Jezus Christus uitstraalt.

Als u voortdurend door een ‘mist van duisternis’ wordt omgeven, wend u dan tot uw hemelse Vader. Niets wat u hebt meegemaakt, kan de eeuwige waarheid veranderen dat u zijn kind bent en dat Hij u liefheeft. Bedenk dat Christus uw Heiland en Verlosser is, en dat God uw Vader is. Zij begrijpen u. Beeld u in dat Ze vlakbij u zijn, naar u luisteren en u steunen. Zij zullen ‘u in uw ellende vertroosten’. Doe wat u kunt, en vertrouw op de verzoenende genade van de Heer.

Uw worstelingen zullen u nooit verkleinen, maar kunnen u wel verfijnen. Door een ‘doorn in het vlees’ kunt u wellicht beter met anderen meeleven. Als de Heilige Geest u dat ingeeft, kunt u uw verhaal vertellen en zo ‘de zwakken te hulp [komen], de handen die slap neerhangen [verheffen] en de knikkende knieën [sterken]’.

Als we het momenteel moeilijk hebben of iemand steunen die het moeilijk heeft, laten we dan bereid zijn om Gods geboden te onderhouden, zodat we zijn Geest altijd bij ons mogen hebben. Laten we de ‘kleine en eenvoudige dingen’ doen die ons geestelijke kracht geven. President Russell M. Nelson heeft gezegd: ‘Er is geen betere manier om de hemelen te openen dan door een combinatie van toenemende reinheid, exacte gehoorzaamheid, oprecht zoeken, ons dagelijks aan de woorden van Christus in het Boek van Mormon vergasten en regelmatig tijd aan tempelwerk en familiegeschiedenis besteden.’

De Heiland geneest

Laten we allen gedenken dat onze Heiland, Jezus Christus, ‘[onze] zwakheden op Zich [heeft genomen], opdat zijn binnenste met barmhartigheid zal worden vervuld, naar het vlees, opdat Hij […] zal weten hoe [ons] te hulp te komen naargelang [onze] zwakheden’. Hij is gekomen ‘om te verbinden de gebrokenen van hart, […] om alle treurenden te troosten, […] dat hun gegeven zal worden sieraad in plaats van as, vreugdeolie in plaats van rouw, een lofgewaad in plaats van een benauwde geest’.

De wederkomst

Ik getuig tot u dat de Heer ‘in voor- en tegenspoed’ bij ons blijft, dat onze ‘benauwingen [kunnen] worden verzwolgen door de vreugde in Christus’ en dat ‘wij, na alles wat wij kunnen doen, door de genade worden gered’. Ik getuig dat Jezus Christus op aarde zal terugkeren ‘en onder zijn vleugels zal genezing zijn’. Uiteindelijk zal Hij ‘alle tranen van [onze] ogen afwissen, en […] geen […] jammerklacht […] zal er meer zijn’. Voor allen die ‘tot Christus [komen] en word[en] vervolmaakt in Hem’ zal ‘de zon […] niet meer ondergaan […] want de Heere zal voor [ons] tot een eeuwig licht zijn en aan de dagen van [onze] rouw zal een einde komen’. In de naam van Jezus Christus. Amen.