Jezus Christus als middelpunt van ons leven
De diepste zielsvragen die in onze donkerste tijden en grootste beproevingen komen bovendrijven, worden door de onwankelbare liefde van Jezus Christus beantwoord.
Op onze sterfelijke reis worden we soms door beproevingen overvallen: de hevige pijn van het verlies van dierbaren, de zware strijd tegen ziekte, venijnig onrecht, de kwelling van intimidatie, mishandeling of misbruik, de somberheid van werkloosheid, familieproblemen, de stille kreet van eenzaamheid, of de hartverscheurende gevolgen van gewapende conflicten.1 Op die momenten smacht onze ziel naar een toevlucht.2 We zijn oprecht op zoek: waar vinden we de balsem van vrede?3 Wie kan ons het zelfvertrouwen en de kracht geven om deze moeilijkheden te overwinnen?4 Wie heeft het geduld, de allesomvattende liefde en de almachtige hand om ons op te beuren en te steunen?
De diepste zielsvragen die in onze donkerste tijden en grootste beproevingen komen bovendrijven, worden door de onwankelbare liefde van Jezus Christus beantwoord.5 In Hem en door de beloofde zegeningen van zijn herstelde evangelie6 vinden wij de antwoorden die we zoeken. Door zijn oneindige verzoening valt ons een uitermate grote gave ten deel: hoop, genezing en de garantie dat Hij voortdurend bij ons zal zijn en blijven.7 Deze gave wordt gegeven aan iedereen die zich met geloof tot Hem wendt en de vrede en verlossing omarmt die Hij ons vrijgevig aanbiedt.
De Heer reikt ieder van ons de hand. Dat gebaar is de essentie van zijn goddelijke liefde en vriendelijkheid. Zijn uitnodiging aan ons is niet zomaar een oproep, maar een goddelijke belofte die wordt versterkt door de onvergankelijke kracht van zijn genade. In de Schriften stelt Hij ons liefdevol gerust:
‘Kom naar Mij toe, allen die vermoeid en belast zijn, en Ik zal u rust geven.
‘Neem Mijn juk op u, en leer van Mij dat Ik zachtmoedig ben en nederig van hart; en u zult rust vinden voor uw ziel;
‘want Mijn juk is zacht en Mijn last is licht.’8
De eenvoud van zijn uitnodiging ‘kom naar Mij toe’ en ‘neem Mijn juk op u’, bevestigt de diepzinnigheid van zijn belofte – een belofte die zo groots en volledig zijn liefde toont, en ons plechtig belooft: ‘U zult rust vinden.’
Als we ijverig naar geestelijke leiding streven,9 beginnen we een avontuurlijke reis die ons enorm kan veranderen en ons getuigenis kan versterken. Als we begrijpen hoe groots de volmaakte liefde van onze hemelse Vader en Jezus Christus is,10 wordt ons hart met dankbaarheid en nederigheid vervuld11 en groeit ons verlangen om het pad van discipelschap te bewandelen.12
President Russell M. Nelson heeft gezegd: ‘Als ons leven gericht is op Gods heilsplan […] en Jezus Christus en zijn evangelie, kunnen we vreugde voelen ongeacht wat er in ons leven gebeurt – of niet gebeurt. Vreugde komt van en door Hem.’13
Alma zei tegen zijn zoon Helaman: ‘En nu, o mijn zoon Helaman, zie, je bent in je jeugd, en daarom smeek ik je naar mijn woorden te luisteren en van mij te leren; want ik weet dat wie ook hun vertrouwen in God stellen, zullen worden geschraagd in hun beproevingen en in hun moeilijkheden en in hun benauwingen, en ten laatsten dage zullen worden verhoogd.’14
Helaman leerde zijn zoons het eeuwige beginsel dat ze de Heiland het middelpunt van hun leven moeten maken: ‘Bedenk, bedenk, het is op de rots van onze Verlosser, die Christus is, de Zoon van God, dat jullie je fundament moeten bouwen.’15
In Mattheüs 14 lezen we dat Jezus alleen wilde zijn toen hij hoorde dat Johannes de Doper dood was. Hij werd echter door een grote menigte gevolgd. Jezus werd bewogen door medeleven en liefde, liet zich niet door zijn rouw van zijn zending afleiden, en genas de zieken onder hen. Tegen de avond stonden de discipelen voor een grote uitdaging: een menigte mensen en een schaarste aan voedsel. Ze stelden Jezus voor de menigte weg te sturen om voedsel te halen, maar Jezus vroeg de discipelen liefdevol en met hoge verwachtingen om hen te eten te geven.
De discipelen bogen hun hoofd over deze uitdaging, maar Jezus toonde zijn vertrouwen in en liefde voor zijn Vader én zijn onwankelbare liefde voor de mensen. Hij liet de menigte op het gras zitten en nam vijf broden en twee vissen. Hij dankte zijn Vader om te erkennen dat zijn gezag en macht van God afkomstig waren.
Na zijn dankwoord brak Jezus het brood en deelden de discipelen het onder de mensen uit. Er was wonderbaarlijk genoeg niet alleen voldoende eten beschikbaar, maar er bleven zelfs twaalf manden vol over. Vijfduizend mannen en daarnaast vrouwen en kinderen hadden te eten gekregen.16
Dit wonder leert ons een bijzondere les: als we het moeilijk hebben, raken we snel in onze moeilijkheden verstrikt. Jezus Christus liet echter zien dat we kracht vinden als we ons op onze hemelse Vader richten, onze dankbaarheid tonen en erkennen dat de oplossing voor onze beproeving niet altijd in onszelf verscholen ligt, maar in God.17
Als we het moeilijk krijgen, richten we ons van nature op de obstakels. Onze moeilijkheden zijn voelbaar en vereisen onze aandacht, maar met de juiste focus kunnen we ze overwinnen. Als we Jezus Christus het middelpunt van onze gedachten en daden maken, raken we afgestemd op zijn perspectief en kracht.18 Dat doet niet af aan onze problemen, maar helpt ons er onder goddelijke leiding doorheen.19 Daardoor vinden we oplossingen en steun in een hogere wijsheid. Met een perspectief waarin Christus centraal staat, krijgen we de vastberadenheid en het inzicht om onze beproevingen in overwinningen om te zetten.20 We ontdekken dan dat wat een groot probleem lijkt, met de Heiland tot meer geestelijke vooruitgang kan leiden.
Het verhaal van Alma de jonge in het Boek van Mormon is een overtuigend verslag van verlossing en de grote impact die Christus als middelpunt van ons leven kan hebben. Alma streed eerst tegen de kerk van de Heer en bracht velen van het goede pad af. Hij werd zich echter van zijn wandaden bewust na goddelijke tussenkomst in de vorm van een engel.
Op zijn moeilijkste moment, toen hij door schuld werd gekweld en wanhopig uit zijn geestelijke smart wilde worden bevrijd, dacht Alma aan zijn vaders leringen over Jezus Christus en de kracht van zijn verzoening. Met een hart dat naar verlossing hunkerde, bekeerde hij zich oprecht en smeekte hij de Heer om barmhartigheid. Dit cruciale moment van volledige overgave, waarin Alma zich helemaal op Christus richtte en oprecht zijn barmhartigheid zocht, bracht een opmerkelijke transformatie teweeg. De zware ketenen van schuld en wanhoop verdwenen en maakten plaats voor overweldigende vreugde en vrede.21
Jezus Christus is onze hoop en het antwoord op onze grootste pijn. Met zijn offer betaalde Hij de prijs voor onze zonden en nam Hij al ons lijden – pijn, onrecht, verdriet en angst – op Zich. Hij vergeeft en geneest ons als we op Hem vertrouwen en ons leven willen beteren. Hij is onze Geneesheer,22 die met zijn liefde en macht ons hart vertroost en heelt, zoals Hij velen tijdens zijn sterfelijke bediening genas.23 Hij is het levende water, die met zijn voortdurende liefde en vriendelijkheid de diepste behoeften van onze ziel vervult. Dit is als zijn belofte aan de Samaritaanse vrouw bij de bron, om ‘een bron [te] worden van water dat opwelt tot in het eeuwige leven’.24
Ik getuig plechtig dat Jezus Christus leeft. Hij presideert deze kerk, zijn heilige kerk, De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen.25 Ik getuig dat Hij de Heiland van de wereld is, de Vredevorst,26 de Koning der koningen, de Heer der heren,27 de Verlosser van de wereld. Ik bevestig dat Hij ons altijd in gedachten en in zijn hart heeft. Het bewijs daarvan is dat Hij in deze laatste dagen zijn kerk heeft hersteld en president Russell M. Nelson in onze tijd als zijn profeet en president van de kerk heeft geroepen.28 Ik weet dat Jezus Christus zijn leven heeft gegeven zodat wij het eeuwige leven kunnen beërven.
Als we ernaar streven om Hem het middelpunt van ons leven te maken, ontvangen we meer openbaring, worden we door zijn geweldige vrede omringd, en vinden we vergeving en genezing dankzij zijn oneindige verzoening.29 We vinden in Hem de kracht om te overwinnen, de moed om te volharden, en de vrede die alle begrip te boven gaat. Mogen we iedere dag dichter tot Hem komen, de bron van al het goede,30 het baken van hoop op onze reis terug naar onze hemelse Vader. In de heilige naam van Jezus Christus. Amen.