Mosiah 5:1–5

Geen verlangen meer om kwaad te doen

Soms hebben we het gevoel dat we iets moeten veranderen of verbeteren wat we hebben gedaan. Het volk van koning Benjamin voelt zich zo, nadat ze hem hebben horen spreken over Jezus Christus en waarvan Hij ons verlost. Deze les kan bij jou het verlangen aanwakkeren om te veranderen of te blijven veranderen met de hulp van de Heer.

Als Jezus Christus worden

Kijk naar de volgende voorwerpen en bedenk hoe het een in het ander verandert.

• Wat doet deze voorwerpen veranderen?

• Wat zijn redenen waarom mensen veranderen?

• Hoe valt de verandering van ons hart door de Heer al dan niet te vergelijken met hoe deze voorwerpen veranderen?

Overweeg hoezeer de volgende bewering op jou van toepassing is:

• Ik wil dat de Heer me helpt om ten goede te veranderen.

Neem een paar minuten de tijd om te bedenken waarom je je zo voelt. Overdenk bijvoorbeeld hoe de Heer je in het verleden heeft geholpen.

Zoek bij je studie van Mosiah 5 naar redenen waarom je de hulp van de Heer zou willen inroepen om te veranderen en je te verbeteren.

Een innerlijke verandering ondergaan

Toen koning Benjamin zijn volk had toegesproken, wilde hij weten of zij ‘de woorden geloofden die hij tot hen had gesproken’ (Mosiah 5:1).

Lees in Mosiah 5:1–5 hoe ze reageerden. Het is misschien goed om te weten dat het woord geneigd slaat op iemands neiging of voorkeur, waar diegene gevoelig voor is. Bekijk eventueel ook de video ‘The People of King Benjamin Make a Covenant’ vanaf tijdcode 0:00 tot 1:37, op ChurchofJesusChrist.org.

Vul het volgende schema aan op basis van wat je geleerd hebt.

Hoe de mensen veranderden	Waardoor de mensen veranderden
Hoe de mensen veranderden	Waardoor de mensen veranderden

Maak op basis van Mosiah 5:1–5 de volgende zin af.

Als ons hart door de Geest van de Heer verandert, dan …

Het kan nuttig zijn om de lering(en) die je hebt gevonden in je Schriften te noteren.

Het is belangrijk om te begrijpen dat het volk van koning Benjamin weliswaar ‘niet meer geneigd [was] om kwaad te doen’ (Mosiah 5:2), maar dat dit niet betekent dat ze nooit meer zondigden. De Heer had wel hun hart veranderd, zodat ze oprecht verlangden om goed te doen en zonde te mijden.

1. Beantwoord ten minste twee van deze vragen.

   • Wanneer heb jij, net als het volk van koning Benjamin, een sterk verlangen gehad om ‘voortdurend goed te doen’? Waar kwam dat verlangen vandaan?

   • Waarom denk je dat velen van ons dat verlangen niet altijd hebben?

   • Wat kan iemand doen om dat verlangen vaker te hebben?

Verandering begrijpen

Markeer eventueel in Mosiah 5:3 de zinsnede ‘dankzij Gods oneindige goedheid’. Om de verandering in het volk van koning Benjamin echt te begrijpen, moeten we begrijpen hoe Jezus Christus ons kan helpen veranderen.

Zuster Wendy W. Nelson heeft gezegd:

De Heiland is de ultieme en enige ware en levende katalysator voor verandering. Hij is de bron van alle verandering. […] Hij zal het allerbeste uit je halen als je je tot Hem wendt. Hij zal echt al het goede redden dat diep in je zit. […]

Hij houdt van je. Hij houdt van je inspanningen om je te veranderen.

Het is zijn verlangen dat je je verandert, dat je in de loop der tijd de natuurlijke mens volledig aflegt, dat je een innerlijke verandering, een verandering van aard ondergaat. Jezus de Christus deed alles wat Hij heeft gedaan zodat jij je kunt veranderen! Hij is jouw Heiland en mijn Heiland!

Als we voortdurend en actief smeken dat de kracht van zijn oneindige en zoenoffer op ons leven toegepast mag worden, zal zijn uiteindelijke genezing ieder van ons de uiteindelijke verandering opleveren waar we wanhopig naar op zoek zijn. (Wendy W. Nelson, ‘Change: It’s Always a Possibility!’ [devotional aan de Brigham Young University, 7 april 1998], 10, speeches.byu.edu.)

2. Beantwoord de volgende vragen:

   • Hoe kan Jezus Christus ons volgens zuster Nelson helpen veranderen?

   • Wat heb je geleerd over jouw rol in je veranderingsproces?

Denk aan iemand die je kent die met de hulp van Jezus Christus is veranderd. Als niemand in je opkomt, kun je ‘Een innerlijke verandering’ (4:39) bekijken op ChurchofJesusChrist.org.

• Hoe heeft de Heer deze persoon geholpen?

• Wat deed de persoon zelf om te veranderen?

• Waarom leidden die veranderingen tot meer vreugde, denk je?

De verandering blijvend maken

Denk tot slot van je studie aan je leven en je huidige vooruitgang om zoals onze hemelse Vader en Jezus Christus te worden. Wat zou de Heilige Geest van je verlangen als gevolg van wat je geleerd en gevoeld hebt?

Facultatief: Wil je meer weten?

Vindt een innerlijke verandering en innerlijk verlangen meteen plaats of vergt dat tijd?

Bradley R. Wilcox van het algemeen jongemannenpresidium heeft gezegd:

Zonde verzaken, waardoor ‘wij niet meer geneigd zijn om kwaad te doen, maar wél om voortdurend goed te doen’ [Mosiah 5:2] is een levenslang proces.

Het leven is net een lange autorit. We kunnen onze bestemming niet met één tank brandstof bereiken. We moeten telkens weer bijtanken. Aan het avondmaal deelnemen, is net als stoppen bij een tankstation. Als we ons bekeren en onze verbonden hernieuwen, beloven wij dat we de geboden zullen onderhouden, en zegenen God en Christus ons met de Heilige Geest. Kortom, we beloven onze reis voort te zetten, en God en Christus beloven ons bij te tanken. (Zie Bradley R. Wilcox, ‘Waardig zijn betekent niet dat we smetteloos zijn’, Liahona, november 2021, 61–62.)

Zuster Becky Craven van het algemeen jongevrouwenpresidium heeft gezegd:

In de Schriften staat niet dat [het volk van koning Benjamin ] onmiddellijk volmaakt werd, maar dat hun verlangen naar verandering hen tot handelen aanzette. Hun verandering van hart betekende dat zij de natuurlijke mens aflegden en zich aan de Geest overgaven in hun streven om meer op Jezus Christus te gaan lijken. […]

Als we onze inspanningen combineren met het vermogen van de Heiland om ons te veranderen, worden we nieuwe wezens. (Becky Craven, ‘Blijvende verandering’, Liahona, november 2020, 58.)

Wat is de rol van de Heilige Geest in ons veranderingsproces?

Broeder Brian K. Ashton, voormalig lid van het algemeen zondagsschoolpresidium, heeft gezegd:

Het heiligingsproces reinigt ons niet alleen, maar schenkt ons ook de benodigde geestelijke gaven of goddelijke eigenschappen van de Heiland en verandert onze aard, ‘waardoor wij niet meer geneigd zijn om kwaad te doen’ [Mosiah 5:2]. Telkens als we door geloof, bekering, verordeningen, christelijk dienstbetoon en andere rechtschapen daden de Heilige Geest ontvangen, worden we veranderd tot we langzaamaan, beetje bij beetje, zoals Christus worden. (Brian K. Ashton, ‘De leer van Christus’, Liahona, november 2016, 108.)