3 Nephi 18:1–14

‘Tot mijn gedachtenis’

We krijgen regelmatig de kans om aan het avondmaal deel te nemen. In 3 Nephi 18 leert Jezus hoe het avondmaal ons tot zegen is en hoe deze verordening moet worden verricht. Deze les draagt ertoe bij dat je zinvolle ervaringen hebt als je deelneemt aan het avondmaal en de Heiland indachtig bent.

Een sterke relatie

Denk aan mensen met wie je een hechte en sterke band hebt.

• Wat heb jij of hebben zij gedaan om die band te versterken?

Bedenk nu hoe hecht je band met de Heiland is.

• Hoe zou je je relatie met de Heiland kunnen versterken?

Vraag de Heilige Geest om je te laten zien hoe je dichter tot de Heiland kunt komen en je relatie met Hem kunt versterken.

Jezus Christus stelt het avondmaal in

De Heiland is vervuld met medelijden met het volk, omdat Hij doorziet dat het verlangt dat Hij langer blijft (zie 3 Nephi 17:1–6). Nadat Hij de kinderen, zieken en bezochten heeft gezegend, bereidt de Heiland een weg zodat het volk zijn Geest altijd bij zich kan hebben.

Lees 3 Nephi 18:1–11 en ga na wat de Heiland deed.

Je kunt eventueel de video ‘Jezus Christus stelt het avondmaal in’ vanaf tijdcode 0:12 tot 6:12 bekijken op ChurchofJesusChrist.org, terwijl je in je Schriften meeleest.

• Wat ben je door de leringen van de Heiland over het avondmaal te weten gekomen?

• Wat belooft de Heiland volgens de avondmaalsgebeden als we Hem altijd indachtig zijn?

Markeer het beginsel in 3 Nephi 18:7, 11 dat als we aan het avondmaal deelnemen en de Heiland altijd indachtig zijn, we zijn Geest bij ons zullen hebben.

Met zijn Geest bij ons hebben, bedoelt Jezus Christus de gave van de Heilige Geest.

• Hoe kunnen we de Heiland indachtig zijn in ons dagelijks leven? Hoe kunnen we de Heilige Geest bij ons hebben door de Heiland altijd indachtig te zijn?

• Hoe kan het je nu tot zegen zijn als je de Heilige Geest bij je hebt?

Onze ervaring met het avondmaal

Bedenk hoe je je band met de Heiland kunt versterken door zinvollere ervaringen met het avondmaal. Beantwoord elke uitspraak met ‘altijd’, ‘soms’, ‘zelden’ of ‘nooit’.

1. Ik neem voor de kerk de tijd om me op het avondmaal voor te bereiden.

2. Tijdens het avondmaal probeer ik Jezus Christus indachtig te zijn.

3. Mijn ervaring tijdens het avondmaal is van invloed op mijn gedrag gedurende de week.

1. Neem het volgende over en vul het in:

Een zinvollere ervaring tijdens het avondmaal

• Aan welk aspect van Jezus Christus zou ik willen denken?

  Overweeg het volgende:

  • Zijn lijden

  • Wat Hij voor mij of anderen heeft gedaan

• Hoe kan ik me voorbereiden op het avondmaal?

• Wat kan ik tijdens het avondmaal doen om Jezus Christus indachtig te zijn?

De beloften van het avondmaal

Lees 3 Nephi 18:12–14. Ga na wat de Heiland beloofde aan wie Hem indachtig zijn en aan het avondmaal deelnemen.

• Wat houdt het in om op de rots van de Heiland te bouwen?

• Hoe bouwen we door deelname aan het avondmaal op de rots van de Heiland?

• Hoe kun je je deelname aan het avondmaal elke week zinvoller maken?

Facultatief: Wil je meer weten?

3 Nephi 18:7, 11. Hoe kan ik mijn ervaring tijdens het avondmaal zinvoller maken?

Ouderling Peter F. Meurs van de Zeventig heeft gezegd:

Ik wil eenieder aanmoedigen om vijf manieren te overwegen waarop we de invloed en kracht van onze deelname aan de heilige verordening van het avondmaal kunnen vergroten, een verordening waardoor we geheiligd kunnen worden.

1. Voorbereiding. […]

2. Ruimschoots op tijd aanwezig zijn. […]

3. De woorden van de avondmaalslofzang zingen en er iets van leren. […]

4. Geestelijk aan de avondmaalsgebeden deelnemen. […]

5. Diep nadenken en Hem indachtig zijn als het avondmaal wordt rondgediend. […]

Ik getuig van de vele zegeningen die wij kunnen ontvangen als we ons beter voorbereiden op en geestelijk deelnemen aan de verordening van het avondmaal. (Peter F. Meurs, ‘We kunnen door het avondmaal geheiligd worden’, Liahona, november 2016, 85–87.)

Lees of bekijk ‘We kunnen door het avondmaal geheiligd worden’ op ChurchofJesusChrist.org en ontdek hoe je door deze vijf manieren een krachtigere ervaring tijdens het avondmaal kunt hebben.

3 Nephi 18:28–29. Wat kan ik doen als ik me niet waardig voel om aan het avondmaal deel te nemen?

Je ‘hoeft niet volmaakt te zijn om aan het avondmaal deel te nemen, maar [je] moet wel een nederige en bekeerlijke houding hebben.’ (Trouw aan het geloof [2004], 11.) ‘Als er geen sprake is van ernstige zonden en je oprecht over je gedrag hebt nagedacht, en nederig en oprecht het verlangen hebt om je te bekeren en de Heiland te volgen, mag je aan het avondmaal deelnemen. Dan ervaar je het reinigende effect van deze verordening, en hernieuw je jouw verbond om de naam van Jezus Christus op je te nemen en zijn geboden te onderhouden. Vragen kun je met je bisschop spreken.’ (‘When Should I Not Partake of the Sacrament?’, New Era, november 2017, 48.)

Ouderling John H. Groberg van de Zeventig heeft gezegd:

Wat houdt het in om waardig van het avondmaal te nemen? En hoe kunnen wij weten dat wij het onwaardig zijn?

Ik ben van mening dat wij, als wij het verlangen hebben ons te verbeteren (wat synoniem is met bekeren) en ons door de priesterschapsleiders geen disciplinaire maatregelen zijn opgelegd, het waardig zijn om aan het avondmaal deel te nemen. Als wij er echter niet naar verlangen ons te verbeteren, als we niet van plan zijn gehoor te geven aan de leiding van de Geest, moeten wij ons afvragen: Zijn wij het deelnemen aan het avondmaal waardig, of maken wij het avondmaal, dat bedoeld is als katalysator van bekering en vooruitgang, tot een schijnvertoning? (John H. Groberg, ‘The Beauty and Importance of the Sacrament’, Ensign, juli 1989, 33.)