Oude Testament 2022
13 november. Hoe kan ik ervoor zorgen dat de Geest van de Heer op mij wordt uitgestort? Hosea 1–6; 10–14; Joël


‘13 november. Hoe kan ik ervoor zorgen dat de Geest van de Heer op mij wordt uitgestort? Hosea 1–6; 10–14; Joël’, Kom dan en volg Mij – voor Aäronische-priesterschapsquorums en jongevrouwenklassen: leerstellige onderwerpen 2022 (2021)

‘13 november. Hoe kan ik ervoor zorgen dat de Geest van de Heer op mij wordt uitgestort?’, Kom dan en volg Mij – voor Aäronische-priesterschapsquorums en jongevrouwenklassen: leerstellige onderwerpen 2022

jongevrouwenklas

13 november

Hoe kan ik ervoor zorgen dat de Geest van de Heer op mij wordt uitgestort?

Hosea 1–6; 10–14; Joël

met elkaar overleggen (pictogram)

Met elkaar overleggen

Onder leiding van een lid van het quorum- of klaspresidium; 10–20 minuten

Zeg eerst samen het jongevrouwenthema of het thema Aäronische-priesterschapsquorums op. Breng daarna aan de hand van een of meer van de onderstaande vragen een gesprek over het werk van heil en verhoging op gang. Je kunt ook zelf vragen bedenken. (Zie Algemeen handboek, 10.2, 11.2, ChurchofJesusChrist.org.) Stel een actieplan op om het besprokene uit te voeren.

  • Het evangelie naleven. Door welke recente ervaringen is ons getuigenis versterkt?

  • Voor de behoeftigen zorgen. Wie hebben onze hulp en gebeden nodig? Waartoe voelen we ons geïnspireerd om hen te helpen?

  • Allen uitnodigen om het evangelie te ontvangen. Hoe kunnen we een licht zijn voor familieleden of vrienden die er een andere geloofsovertuiging op na houden?

  • Gezinsleden voor eeuwig verenigen. Hoe kunnen we onze liefde en steun voor onze gezinsleden tonen en thuis een invloed ten goede zijn?

Doe aan het eind van de les eventueel het volgende:

  • Getuig van de behandelde beginselen.

  • Herinner de quorum- of klasleden aan de plannen en uitnodigingen die je tijdens de les besproken hebt.

In de leer onderwijzen

Onder leiding van een volwassen leider of jongere; 25–35 minuten

Je geestelijke voorbereiding

Het is duidelijk dat we in een tijd van onzekerheid en angst leven. De oudtestamentische profeet Joël noemde onze tijd ‘de dag van de Heere’ en beschreef die als ‘een dag van duisternis en donkerheid’, ‘groot […] en zeer ontzagwekkend’ (Joël 2:1–2, 11). Maar dat wil niet zeggen dat alles hopeloos is. Lees deze belofte van ouderling Dieter F. Uchtdorf eens: ‘Wanneer we soms het gevoel hebben dat we door beproevingen begraven of door emotionele duisternis omgeven zijn, [kunnen] de liefde van God en de zegeningen van het herstelde evangelie van Jezus Christus iets onvoorstelbaars voortbrengen.’ (‘God zal iets onvoorstelbaars doen’, Liahona, november 2020, 52.)

Als je vindt dat er in onze tijd duisternis en donkerheid heerst, onthoud dan dat de Heer grote, zelfs onvoorstelbare zegeningen heeft beloofd: ‘Ik [zal] Mijn Geest uitstorten op alle vlees: uw zonen en uw dochters zullen profeteren’ (Joël 2:28; zie ook Geschiedenis van Joseph Smith 1:41). Let op de belofte dat Gods Geest op jongemannen en jongevrouwen zal worden uitgestort. Waarom zou het belangrijk zijn dat de jongeren in je klas of quorum dat begrijpen? Houd deze vraag bij je lesvoorbereiding in gedachte terwijl je Joël 2 en de toespraak van ouderling Uchtdorf bestudeert.

jongemannen bestuderen de Schriften

De Heer heeft beloofd dat Hij in de laatste dagen zijn Geest zou uitstorten, en dat ‘uw zonen en uw dochters zullen profeteren’ (Joël 2:28).

Samen leren

Om de leden van je klas of quorum Joël 2:28–29 beter te laten begrijpen, kun je een voorwerp in een kom leggen en iemand vragen om er water op te gieten. Hoe illustreert dat wat het betekent als de Heer zijn ‘Geest zal uitstorten op alle vlees’? Hoe gaan de profetieën in Joël 2:28–29 momenteel in vervulling? De onderstaande ideeën kunnen de jongeren duidelijk maken hoe de Heer in onze tijd zijn Geest uitstort.

  • In de Schriften staan talloze verhalen waarin de Heer zijn Geest op zijn volk uitstort. Laat de jongeren enkele van die verhalen doornemen, zodat ze begrijpen hoe ze ervoor kunnen zorgen dat de Geest van God op hen wordt uitgestort. Je kunt op het bord een grote kan tekenen waaruit water stroomt, en de jongeren alleen of in groepjes een of meer Schriftteksten uit het ‘Aanvullend materiaal’ laten lezen. Ze kunnen naast de kan op het bord schrijven wat de mensen in hun Schrifttekst deden waardoor de Heer zijn Geest kon uitstorten, en welke zegeningen daaruit voortvloeiden. Wanneer hebben we de troost, leiding of reiniging van de Geest gevoeld?

  • Schrijf het volgende citaat van ouderling Dieter F. Uchtdorf op het bord: ‘God heeft iets onvoorstelbaars voor u en de kerk in gedachten – een wonderbaar werk en een wonder’ (‘God zal iets onvoorstelbaars doen’, 53). Laat de jongeren in de toespraak van ouderling Uchtdorf zoeken naar de onvoorstelbare zegeningen die God aan mensen in de Schriften gaf nadat ze zich door moeilijke tijden heen hadden geworsteld. Wat moeten we volgens ouderling Uchtdorf doen om goede beslissingen te nemen in tijden van nood? Laat de jongeren een lijst maken van de ‘onvoorstelbare’ dingen die God misschien wel voor ons in petto heeft. Moedig ze aan om zich af te vragen wat ze daarvoor over hebben.

  • U kunt eventueel het filmpje ‘President Nelson: Hear Him – Personal Revelation’ (ChurchofJesusChrist.org) laten zien. Laat de jongeren letten op manieren waarop de Geest tot ons spreekt en ons zegent. Ze kunnen ook de toespraak van president Russell M. Nelson, ‘Openbaring voor de kerk, openbaring voor onszelf’ (Liahona, mei 2018, 93–96), doornemen. Laat ze naar het antwoord zoeken op vragen als: Hoe zocht en kreeg president Nelson ingevingen van de Geest? Wat leren we van Joseph Smith over Gods bereidheid om met zijn kinderen te spreken? Waartoe spoort president Nelson ons aan? Vertel de jongeren over een situatie waarin je voelde dat de Heer zijn Geest op jou uitstortte. Vraag ze of ze soortgelijke ervaringen hebben gehad en of ze bereid zijn daarover te vertellen.

In geloof handelen

Spoor de quorum- of klasleden aan om te bedenken hoe ze met de ingevingen die ze vandaag hebben gekregen aan de slag willen gaan. Moedig ze aan om hun plan op te schrijven. Als ze dat willen, mogen ze vertellen wat ze van plan zijn. Laat ze zich afvragen hoe hun band met onze hemelse Vader en Jezus Christus wordt versterkt als ze naar hun ingevingen handelen.

Aanvullend materiaal

Onderwijzen naar het voorbeeld van de Heiland

‘Help de deelnemers niet alleen de Geest te voelen en te herkennen, maar ook te handelen volgens de indrukken die zij ontvangen’ (Onderwijzen naar het voorbeeld van de Heiland10).