Minerva Teichert (1888–1976), Alma doopt in de wateren van Mormon, 1949–1951, olieverf op masoniet, 91 x 122 cm. Brigham Young University Museum of Art, 1969

30 november–6 december

Moroni 1–6

‘Om hen op het rechte pad te houden’

Bestudeer Moroni 1–6 onder gebed voordat u lesactiviteiten plant. Ga op zoek naar beginselen en verzen die de kinderen volgens u moeten begrijpen.

Schrijf uw ingevingen op

Meedoen stimuleren

Laat de kinderen vertellen wat ze over Moroni hebben geleerd. U kunt ‘Hoofdstuk 53: De leringen van Moroni’ (Verhalen uit het Boek van Mormon, 154–155) gebruiken om hun geheugen op te frissen.

Kleine kinderen in de leer onderwijzen

Moroni 4–5

Ik neem aan het avondmaal deel om te laten zien dat ik altijd aan Jezus Christus zal denken.

Het avondmaal kan zelfs voor kleine kinderen een heilige geestelijke ervaring zijn. Hoe kunt u ervoor zorgen dat de kinderen tijdens het avondmaal aan Jezus denken?

Mogelijke activiteiten

• Toon een afbeelding van mensen die aan het avondmaal deelnemen (zie Evangelieplatenboek, nr. 108). Laat de kinderen vertellen wat er tijdens het avondmaal gebeurt. Wat moeten wij tijdens de bediening van het avondmaal doen?

• Nodig twee wijkleden in uw klas uit. Laat ze Moroni 4:3 en 5:2 voorlezen, en vertellen waarom ze elke week aan het avondmaal deelnemen. Vraag ze om ideeën voor de kinderen, zodat ze tijdens het avondmaal aan Jezus kunnen denken en Hem altijd indachtig zijn.

• Zing een liedje dat de kinderen aan Jezus doet denken, zoals ‘Eerbiedig en rustig’ (Kinderliedjes, 26). Laat de kinderen een eerbiedige houding die bij het avondmaal past oefenen.

Moroni 6:1–3

Ik kan mij op de doop voorbereiden.

Moroni’s beschrijving van de mensen die zich in zijn tijd lieten dopen kan de kinderen van nut zijn bij de voorbereiding op hun doop.

Mogelijke activiteiten

• Lees zinsneden in Moroni 6:1–3 die aangeven wie zich kan laten dopen. Leg zo nodig moeilijke woorden uit. Bijvoorbeeld, ‘een gebroken hart en een verslagen geest’ hebben, betekent dat we spijt van onze zonden hebben (Moroni 6:2). Vertel hoe u zich op uw doop hebt voorbereid, of nodig een pas gedoopt lid uit om uit te leggen hoe hij of zij zich heeft voorbereid. Bedenk samen hoe de kinderen zich op hun doop kunnen voorbereiden.

• Toon afbeeldingen van mensen die zich laten dopen (zie Evangelieplatenboek, nr. 103, 104) en laat de kinderen zeggen wat ze zien. Vestig hun aandacht op elementen als het water en de witte kleding. Vraag de kinderen waarom we ons laten dopen, en leg uit waarom u besloten hebt u te laten dopen.

Moroni 6:4–6, 9

Ik word gezegend als ik naar de kerk ga.

Begrijpen de kinderen in uw klas waarom we elke week naar de kerk gaan? In Moroni 6 staan enkele belangrijke redenen.

Mogelijke activiteiten

• Vraag de kinderen waarom ze graag naar de kerk gaan, en noem een paar dingen die we in de kerk doen. Zoek deze dingen op in Moroni 6:4–6, 9, en laat de kinderen een tekening maken van zichzelf waarop ze een van die dingen doen. (Bijvoorbeeld: bidden, een toespraak geven, zingen, van het avondmaal nemen.)

• Zing met de klas een liedje over naar de kerk gaan. Vertel de kinderen waarom u graag naar de kerk gaat en hoe uw kerkbezoek u tot zegen is.

Grote kinderen in de leer onderwijzen

Moroni 2–6

De Heilige Geest is een heilig geschenk.

In Moroni 2–6 wordt een paar keer over de Heilige Geest gesproken. Hoe kunt u de kinderen aan de hand van deze hoofdstukken bijbrengen wat ze aan de Heilige Geest kunnen hebben?

Mogelijke activiteiten

• Laat de kinderen opzoeken in welke verzen in Moroni 2–6 over de Heilige Geest of de Geest wordt gesproken. Lees al deze verzen met de klas, en laat de kinderen op het bord een lijstje maken van alles wat ze over de Heilige Geest leren. Hoe kan de Heilige Geest ons helpen?

• Vertel de kinderen over een situatie waarin u thuis of ergens anders de invloed van de Heilige Geest voelde. Leg uit hoe u wist dat het de Heilige Geest was, en wat u eraan had. Vraag of de kinderen over een ervaring met de Heilige Geest willen vertellen, en moedig ze aan om naar zijn invloed te streven.

  

  De gave van de Heilige Geest wordt door handoplegging verleend.

Moroni 4–5

Ik neem aan het avondmaal deel om te laten zien dat ik altijd aan Jezus Christus zal denken.

Als de kinderen de heiligheid van het avondmaal begrijpen, zijn ze meer geneigd om zich eerbiedig te gedragen, en voelen ze zich tijdens deze verordening dichter bij God.

Mogelijke activiteiten

• Schrijf zinsneden uit Moroni 4:3 en 5:2 op aparte strookjes, en laat de kinderen ze in de juiste volgorde leggen. Waarom is het avondmaal volgens deze verzen belangrijk?

• Laat de kinderen zich voorstellen dat een van hun vriendjes voor de eerste keer naar de avondmaalsdienst komt. Hoe zouden ze hun vriendje uitleggen wat het avondmaal is en waarom we eraan deelnemen? Moedig ze aan om daarbij Moroni 4:3 en 5:2 te gebruiken.

• Vraag de kinderen wat hun gezinsleden tijdens het avondmaal doen om eerbiedig te zijn en aan Jezus Christus te denken. Hebben ze nog andere ideeën? Laat ze zich tot doel stellen een van deze ideeën te gebruiken om tijdens het avondmaal meer aan de Heiland te denken.

Moroni 6:4–6, 9

We gaan naar de kerk om aan het avondmaal deel te nemen en elkaar te steunen.

De woorden van Moroni kunnen ervoor zorgen dat de kinderen de zin van wekelijks kerkbezoek beter gaan begrijpen.

Mogelijke activiteiten

• Schrijf Waarom gaan we naar de kerk? op het bord, en laat de kinderen mogelijke antwoorden opschrijven. Laat ze naar nog meer antwoorden zoeken in Moroni 6:4–6, 9 en die aan de lijst op het bord toevoegen. Laat de kinderen vertellen hoe kerkbezoek hun tot zegen is. Laat ze een rollenspel spelen waarin ze aan een vriendje van een ander geloof uitleggen waarom ze dankbaar zijn voor hun lidmaatschap van de kerk.

• Neem voedzaam eten mee naar de klas of laat afbeeldingen zien. Waarom is het belangrijk om ons lichaam te voeden? Lees met de klas Moroni 6:4, en vraag de kinderen wat ‘gevoed worden door het goede woord van God’ volgens hen betekent. Hoe worden wij door het woord van God gevoed?

• Laat een kind de volgende uitspraak van ouderling Jeffrey R. Holland voorlezen, en bespreek wat we eruit kunnen leren over elkaar voeden: ‘De meeste mensen komen niet alleen maar naar de kerk om een paar nieuwe evangeliefeiten te leren of om oude vrienden te ontmoeten, hoewel dat allemaal belangrijk is. Ze komen voor een geestelijke ervaring. Ze willen gemoedsrust. Ze hebben behoefte aan een versterkt geloof en hernieuwde hoop. Kortom, ze willen door het goede woord Gods worden gevoed, en gesterkt door de machten des hemels.’ (Zie ‘Van God gekomen […] als leraar’, De Ster, juli 1998, 29.) Hoe kunnen wij elkaar in de kerk geestelijk voeden?

Thuisstudie stimuleren

Moedig de kinderen aan om thuis te vertellen waarom ze elke week graag naar de kerk gaan.

Ons onderwijs verbeteren

Ondersteun de ouders. Bid om te weten hoe u de ouders van de kinderen kunt steunen. Hoe kunt u hen bijstaan in het evangelieonderricht aan hun kinderen? U kunt bijvoorbeeld met de ouders spreken over de behoeften en interesses van hun kinderen, of u kunt hun vertellen wat u hun kinderen in de les leert (zie Onderwijzen naar het voorbeeld van de Heiland, 25).