‘27 april–3 mei. Mosiah 7–10: “In de kracht van de Heer”’ Kom dan en volg Mij – voor de zondagsschool: Boek van Mormon 2020 (2020)
‘27 april–3 mei. Mosiah 7–10’, Kom dan en volg Mij – voor de zondagsschool: 2020
27 april–3 mei
Mosiah 7–10
‘In de kracht des Heren’
Dit lesschema kan een waardevol hulpmiddel zijn, maar het hoort een aanvulling, geen vervanging, te zijn van de inspiratie die u tijdens uw studie van Mosiah 7–10 hebt ontvangen.
Schrijf uw ingevingen op
Meedoen stimuleren
Af en toe kan het zinvol zijn klassikaal de zegeningen te bespreken die de klas heeft ontvangen in hun streven om hun thuis het centrum van hun evangeliestudie te maken. Welke passages uit Mosiah 7–10 heeft de klas tijdens de week thuis besproken of overdacht? Hoe beïnvloedde dat hun leven?
In de leer onderwijzen
Als we ons tot de Heer wenden en Hem dienen, zal Hij ons verlossen.
-
De studie van de belevenissen van het volk van Limhi in Mosiah 7:14–33 kan de klas geïnspireerd hebben om zich te bekeren en zich voor verlossing tot de Heer te wenden. Om een bespreking te beginnen, kunt u een lid vragen vóór de les een samenvatting voor te bereiden van de manier waarop Limhi’s volk in slavernij raakte. Enkele anderen kunnen vertellen wat ze van Limhi geleerd hebben over geloof en hoop in de Heiland. Wat kunnen we leren uit Limhi’s beschrijving van de manier waarop God zijn volk verloste? (Zie verzen 19–20.) U kunt de klas vragen Schriftuurlijke verhalen of eigen ervaringen te vertellen die hen inspireerden om op God te vertrouwen.
-
Uw klasleden kunnen anderen die zich in de slavernij van de zonde bevinden, of op een andere manier lijden, inspireren om zich tot God te wenden. Het kan zinvol voor ze zijn om te bestuderen hoe Limhi zijn volk inspireerde. Ze kunnen eerst de beschrijving van de slavernij van de zonde van Limhi’s volk in Mosiah 7:20–25 lezen, en dan iemand bedenken die met de slavernij van zonde worstelt. Dan kunnen ze benoemen met welke leringen Limhi zijn volk in Mosiah 7:18–20, 33 hielp. Hoe kunnen we Limhi’s voorbeeld volgen als we onze dierbaren aansporen om zich tot God te wenden?
-
Om duidelijk te maken hoeveel hulp God ons tijdens onze tegenspoed geeft, kunt u samen de lofzang ‘Verlosser van Israël’ (Lofzangen, nr. 6) zingen en bespreken, of een ander lied dat beschrijft hoe de Heiland ons verlost. Hoe vergroot Mosiah 7:17–20; Ether 12:27; en 2 Korinthe 12:7–10 ons begrip ervan? Misschien kan de klas vertellen wanneer ze door de Heer verlost zijn, al was het maar in kleine dingen, omdat ze geloof in Hem toonden.
De mens is naar Gods beeld geschapen.
-
In deze verzen legde Limhi enkele beginselen uit die Abinadi had onderwezen en die het volk moeilijk kon aanvaarden. Welke beginselen zijn er in deze verzen te vinden? Hoe beïnvloeden deze beginselen de manier waarop we God en onszelf zien?
De Heer voorziet voor het welzijn van de mens in profeten, zieners en openbaarders.
-
Ammon legde aan Limhi de rol van een ziener uit, en getuigde hoe belangrijk profeten, zieners en openbaarders zijn. Verduidelijk dat we tegenwoordig de leden van het Eerste Presidium en het Quorum der Twaalf Apostelen als profeten, zieners en openbaarders steunen. Hoe kunnen we, net als Ammon, moedig over de behoefte aan profeten, zieners en openbaarders spreken? (Zie Mosiah 8:13–18.) Misschien kunnen de klasleden een bericht op sociale media plannen waardoor anderen de rol van een hedendaagse profeet, ziener en openbaarder kunnen begrijpen. Wat kunnen we uit een recente conferentietoespraak gebruiken om onze vrienden, familieleden en buren over de behoefte aan profeten te leren?
-
Misschien wilt u of andere leden van de klas na het lezen van Mosiah 8:12–19 net als Ammon getuigen van profeten, of net als Limhi uw dankbaarheid voor openbaring door profeten uitspreken (zie Mosiah 8:19).
-
De profeet Joseph Smith is de ziener die aan het hoofd van deze bedeling staat (zie LV 21:1). U kunt de klas vragen wat ze van Ammons beschrijving van een ziener hebben geleerd (zie Mosiah 8:13–18). Dan kunnen ze bespreken in welke opzichten Joseph Smith een ziener was. (LV 135:3 en Mozes 6:36 kunnen nuttig zijn bij deze bespreking.)
We kunnen onze problemen ‘in de kracht van de Heer’ trotseren.
-
De zinsnede ‘in de kracht van de Heer’ komt twee keer voor in het verslag van Zeniff over zijn volk en hun gevechten met de Lamanieten; namelijk in Mosiah 9:14–19 en 10:6–10. De klas kan na het lezen van deze verzen vertellen wat die zinsnede volgens hen betekent. Hoe ontvangen we ‘de kracht van de Heer’? Moedig de klas aan om te vertellen wanneer ze in de kracht van de Heer moeilijkheden hebben overwonnen.
Onze keuzes kunnen generaties beïnvloeden.
-
U kunt de klas vragen om Mosiah 10:11–17 stil te lezen en op te letten hoe de Lamanieten door de keuzes en overtuigingen van hun voorouders waren beïnvloed. Wat blijkt hier uit over de uitwerking die onze keuzes op anderen kunnen hebben? Hoe willen we dat men ons en onze familie over een generatie of twee beschrijft? Misschien kunnen de aanwezigen enkele dingen opschrijven die ze in zo’n beschrijving zouden willen zien.
-
Een eenvoudig voorbeeld met aanschouwelijk onderwijs, bijvoorbeeld een rij dominostenen, kan de gevolgen aantonen die iemands keuzes voor zijn nageslacht hebben. Vraag de klas vervolgens Mosiah 10:11–17 te lezen. Bespreek hoe de overtuigingen en houding van de Lamanieten sterk waren beïnvloed door keuzes die hun voorouders eeuwen daarvoor hadden gemaakt. In de ‘Bijkomende leermiddelen’ staat een verhaal van ouderling Donald L. Hallstrom dat ook als voorbeeld kan dienen. De klas kan aan verhalen uit hun eigen leven of hun familiegeschiedenis denken waarin een rechtvaardige persoon generaties ten goede beïnvloedde.
Thuisstudie stimuleren
Deze week heeft de klas geleerd hoe de kinderen van de Lamanieten door de keuzes van hun ouders negatief waren beïnvloed. Vertel uw klas dat ze in Mosiah 11–17 over een persoon zullen lezen die door zijn gerechtigheid het leven van veel mensen veranderde.
Bijkomende leermiddelen
Onze beslissingen kunnen een weerslag hebben op vele generaties.
Ouderling Donald L. Hallstrom heeft verteld hoe de getrouwheid van zijn grootouders de volgende generaties tot zegen is geweest:
‘Mijn grootouders van vaderskant hadden twee kinderen: een zoon (mijn vader) en een dochter. […] [Hun dochter] trouwde in 1946 en raakte vier jaar later in verwachting. Het is voor ouders heel bijzonder om mee te maken dat een dochter (in dit geval de enige dochter) haar eerste kind krijgt. Niemand wist dat ze zwanger was van een tweeling. Helaas kwamen zij en de tweeling alle drie bij de geboorte om.
‘Mijn grootouders waren diep bedroefd. In hun verdriet wendden zij zich echter direct tot Heer en zijn verzoening. Zonder in de waaromvraag en schuldvraag te blijven hangen, streefden ze naar een rechtschapen levenswandel. Mijn grootouders zijn nooit rijk geweest; ze hebben nooit tot de sociale elite behoord; ze hebben nooit een hoge positie in de kerk bekleed – ze waren gewoon toegewijde heiligen der laatste dagen. […]
‘De getrouwheid van opa Art en oma Lou, vooral in moeilijke tijden, heeft al vier generaties na hen beïnvloed. Op directe en indringende wijze zijn hun zoon (mijn vader) en mijn moeder erdoor beïnvloed toen mijn ouders hun eigen dochter, hun jongste kind, verloren wegens complicaties na de geboorte van haar kindje. Op 34-jarige leeftijd stierf zij tien dagen na de bevalling, en liet daarbij vier kinderen achter, van tien dagen tot acht jaar oud. Met het voorbeeld dat ze in de vorige generatie hadden gezien, wendden mijn ouders zich – zonder aarzeling – tot de Heer om troost.’ (‘Ons tot de Heer wenden’, Liahona, mei 2010, 78–79.)