Appendix

Conversation Group Phrases

Zinnetjes voor de gespreksgroep

Conversation Phrases

Gesprekszinnetjes

Gebruik deze zinnetjes om een gesprek te beginnen, voort te zetten en af te ronden.

Beginnen

Hello.	Hallo.
Good morning.	Goedemorgen.
Good afternoon.	Goedemiddag.
Hi. Can I ask you a question?	Hallo. Mag ik je iets vragen?

Voortzetten

That’s great!	Dat is geweldig!
Interesting.	Interessant.
Tell me more.	Kun je daar iets meer over vertellen?
Really?	Echt?
Me too!	Ik ook!
Wow!	Wauw!
I didn’t know that.	Dat wist ik niet.
Thanks for sharing.	Fijn dat je dat hebt verteld.

Beëindigen

OK. Thanks.	Oké. Bedankt.
See you later.	Tot straks./Tot volgende keer.
It was nice talking to you. Bye!	Het was fijn om met je te praten. Dáág!
Talk to you later.	Ik spreek je straks./Tot volgende keer.
Have a great day!	Fijne dag!
Thank you.	Bedankt.

Example:

Q: Hi. Can I ask you a question? What do you like to do?A: I like to dance.

Q: Me too! What don’t you like to do?A: I don’t like to read.

Q: Really? Do you like to garden?A: Yes, I like to garden.

Q: OK. Thanks. It was nice talking to you. Bye!

Other Phrases

Meer zinnetjes

Leerlingen en leerkrachten kunnen deze zinnetjes gebruiken om gedurende de les in het Engels te communiceren.

Veelvoorkomende communicatieve zinnetjes

Leerlingen en leerkrachten kunnen deze zinnen gebruiken als ze in het Engels communiceren.

Can you repeat that, please?	Kun je dat alsjeblieft herhalen?
Can you speak slower, please?	Kun je alsjeblieft wat langzamer praten?
Can you write that on the board, please?	Kun je dat alsjeblieft op het bord zetten?
How do you say in English?	Hoe zeg je in het Engels?
How do you spell ?	Hoe spel je ?

Good job!	Goed gedaan!
I don’t understand.	Ik begrijp het niet.
I have a question.	Ik heb een vraag.
I understand!	Ik begrijp het!
You can do it!	Je kunt het!

Veelvoorkomende instructieve zinnetjes

Als de leerlingen de leerkracht in het Engels horen spreken, zal dat hen helpen. Leerkrachten kunnen deze eenvoudige zinnetjes gebruiken om de groep instructies te geven.

Welcome!	Welkom!
Today is lesson 4.	Vandaag doen we les 4.

Begin.	Begin.
Do it again.	Doe dat nog een keer.
Look at pattern 2.	Kijk naar patroon 2.
One more time.	Nog een keer.
Practice again.	Herhaal de oefening.
Practice with your partner.	Oefen met je partner.
Read aloud.	Lees hardop voor.
Read the instructions.	Lees de instructies.
Repeat after me.	Herhaal wat ik zeg.
Role-play.	Rollenspel.
Stand up.	Sta op.
Sit down.	Ga zitten.
Stop.	Stop.
Switch partners.	Wissel van partner.
Take turns.	Wissel elkaar af.
You have 10 minutes.	Je hebt 10 minuten.

Any questions?	Heb je vragen?
Are you ready?	Ben je klaar?

Remember to study.	Vergeet niet om te studeren.
See you next week!	Tot volgende week!