Kerkleerbeheersing: Efeze 2:19–20

De kerk is op Jezus Christus en zijn apostelen en profeten gegrondvest

All the members of the First Presidency and the Quorum of the Twelve Apostles are seated or standing with the Christus Statue and statues of the Original Twelve at the Visitors’ Center in Rome, Italy. Front Left to Right: Dieter F. Uchtdorf, Jeffrey R. Holland, M. Russell Ballard, Dallin H. Oaks, Russell M. Nelson, Henry B. Eyring, David A. Bednar, Quentin L. Cook, D. Todd Christofferson, Gary E. Stevenson, Ronald A. Rasband, Neil L. Andersen, Dale G. Renlund, Gerrit W. Gong, Ulisses Soares

Bij je studie van Efeze 2 heb je geleerd dat de Kerk van Jezus Christus op het fundament van apostelen en profeten is gebouwd, en dat Jezus Christus de hoeksteen is. In deze les vergroot je je beheersing van deze leringen door de verwijzing en kerngedachte van Efeze 2:19–20 uit het hoofd te leren, de leer uit te leggen, en de leer en de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis op een praktijksituatie toe te passen.

Voorbereiding van de cursist: U kunt de cursisten het praktijkscenario uit deze les vertellen en ze laten bedenken hoe ze de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis kunnen gebruiken om hun vriendin te helpen.

Mogelijke leeractiviteiten

Deze les kerkleerbeheersing wordt gegeven na ‘Efeze 2’, de contextuele les voor de Schrifttekst kerkleerbeheersing Efeze 2:19–20 . Als deze les kerkleerbeheersing naar een andere week moet worden verplaatst, zorg dan dat u de bijbehorende contextuele les ook in die week geeft.

Uit het hoofd leren en uitleggen

Om de tekstverwijzing en kerngedachte van deze Schrifttekst kerkleerbeheersing uit het hoofd te leren, schrijf je ten minste drie keer het volgende in je studiedagboek: ‘Efeze 2:19–20. De kerk is “gebouwd op het fundament van de apostelen en profeten, waarvan Jezus Christus Zelf de hoeksteen is”.’

Je zou deze zinsnede ook kunnen opschrijven op een manier die deze waarheid illustreert. Je kunt bijvoorbeeld een rechthoek om de zinsnede heen tekenen om een fundament te symboliseren en daar een kerk bovenop tekenen. Of als je in de vorige les een voorbeeld van dit fundament hebt getekend, kun je de kerngedachte op of naast die tekening schrijven.

Global Visual Library Low-Fidelity Symbol Knockout

A. Lees Efeze 2:19–20 en denk na over de boodschap in deze verzen.

B. Denk aan een vraag die iemand over profeten en apostelen kan hebben waar Efeze 2:19–20 antwoord op kan geven. Enkele voorbeelden: ‘Waarom heeft jouw kerk profeten en apostelen?’ ‘Wat staat er in de Schriften over profeten en apostelen?’ of ‘Wat is de relatie tussen de Heiland en profeten en apostelen?’ Schrijf je vraag op.

C. Schrijf aan de hand van Efeze 2:19–20 op hoe je die vraag zou beantwoorden.

In plaats van de cursisten hun antwoorden op stap C te laten opschrijven, kunt u ze met een klasgenoot laten samenwerken en elkaars vragen laten beantwoorden. Luister naar hun antwoorden en evalueer hoe goed de cursisten het begrijpen. Neem zo nodig Efeze 2:19–20 en de nodige stof uit de les ‘Efeze 2’ nog eens met de cursisten door.

Toepassing

Evalueer tijdens de volgende activiteit de kennis van de cursisten over de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis en help ze indien nodig.

Aan de hand van de volgende activiteit kun je de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis herhalen. Koppel elke zin aan het juiste beginsel voor het verkrijgen van geestelijke kennis. Gebruik indien nodig alinea 5–12 van ‘Geestelijke kennis verkrijgen’ in het Basisdocument kerkleerbeheersing (2022) om je daarbij te helpen.  

1. Oprechte zoekers naar waarheid moeten alert zijn op onbetrouwbare informatiebronnen. 

2. Als we trouw zijn aan het licht en de waarheid die we al hebben ontvangen, ontvangen we meer.

3. Naarmate wij ons steviger verankeren in ons vertrouwen op onze hemelse Vader en zijn heilsplan, gaan we dingen duidelijker zien. 

a. In geloof handelen.

b. Ideeën en vragen vanuit een eeuwig perspectief onderzoeken.

c. Naar meer inzicht streven met behulp van bronnen die God heeft aangewezen.

Laat enkele cursisten een van de combinaties die ze hebben gemaakt noemen en uitleggen waarom de uitspraak die ze hebben gekozen hen kan helpen om geestelijke kennis te verkrijgen.

Stel je voor dat er iets is wat je goede vriendin Ellen vreselijk dwarszit. Ze heeft een getuigenis van profeten en apostelen, maar ze is het niet eens met een hedendaagse leerstelling van de kerk. Ze is het er zelfs heel sterk mee oneens. Ze vraagt jou om raad. Op dat moment weet je niet wat je moet zeggen, maar je besluit om de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis uit het seminarie te volgen om je vriendin te helpen.

Gebruik de volgende tabel om je eigen gedachten en gevoelens met betrekking tot profeten en apostelen helder te krijgen en te bedenken hoe je Ellen kunt helpen.

U kunt de volgende informatie op het bord zetten of de vragen op papier aan de cursisten uitdelen.

Hoe heb ik geleerd om op apostelen en profeten te vertrouwen en ze te volgen?	Hoe kan ik mijn vriendin helpen?
Wat heb ik ervaren toen ik met geloof in Jezus Christus handelde om zijn apostelen en profeten te volgen? Welke ervaring kan nuttig zijn om met Ellen te delen?	Welke vragen kan ik Ellen stellen om haar te laten overwegen hoe de Heer wil dat ze in geloof handelt?
Wat weet ik al over onze hemelse Vader, zijn plan, en hoe Hij met zijn kinderen omgaat dat Ellen in deze situatie kan helpen?	Welke vragen kun je Ellen stellen zodat ze haar situatie vanuit een eeuwig perspectief kan zien?
Welke bronnen die God heeft aangewezen hebben me geholpen om op apostelen en profeten te vertrouwen? Hoe hebben ze me geholpen?	Welke bronnen die God heeft aangewezen zou ik Ellen aanbevelen?

Als de cursisten hulp nodig hebben bij het bedenken van vragen om Ellen haar dilemma vanuit een eeuwig perspectief te laten bekijken, kunt u de volgende voorbeelden gebruiken:

Wat weet je over de rol van profeten en apostelen in het heilsplan van onze hemelse Vader?
Waarmee heb je moeite bij deze leerstelling? Welke beginselen in het evangelie van Jezus Christus kunnen je helpen deze leerstelling beter te begrijpen?
Wat kan de beslissing om de profeten en apostelen te volgen, of ze niet te volgen, voor invloed hebben op je leven? Wat voor invloed kan dat op je relatie met je hemelse Vader hebben?

Als de cursisten niet goed weten welke door God aangewezen bronnen Ellen zou kunnen bestuderen, kunt u ze vragen om Leer en Verbonden 21:4–6 en 1 Nephi 2:11, 16, 19 te lezen. U kunt ze ook laten lezen wat president Henry B. Eyring heeft gezegd over het opvolgen van de raad van profeten en apostelen in zijn toespraak ‘Veiligheid door raad op te volgen’ (De Kindervriend, november 2001, 7, beschikbaar op ChurchofJesusChrist.org).

Laat de cursisten met een klasgenoot of in een groepje een rollenspel spelen over wat ze tegen Ellen zouden zeggen. De cursisten kunnen ook een stripverhaal tekenen met poppetjes en tekstballonnen.

Overweeg om vervolgvragen te stellen zoals: ‘In welke opzichten voel je zelfvertrouwen als je de beginselen van kennis verkrijgen gebruikt om anderen te helpen? Waarom?’ ‘Op welke gebieden zou je meer hulp of oefening willen?’

Geef de cursisten een complimentje over manieren waarop ze de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis goed gebruiken en hoe ze vooruitgang boeken.

Overweeg om over een persoonlijke ervaring te vertellen of uw getuigenis te geven om de cursisten aan te moedigen.

Herhaling kerkleerbeheersing

Gebruik een activiteit zoals de volgende om deze Schrifttekst kerkleerbeheersing in een komende les te herhalen.

Teken een eenvoudig kerkgebouw op het bord met daaronder een rechthoek die het fundament voorstelt. Schrijf in de rechthoek het volgende: Efeze _:19–20, De kerk is ‘gebouwd op het _____________ van _________________ en ____________, waarvan Jezus Christus Zelf de _____________ is.’ Laat de cursisten de ontbrekende woorden invullen. Laat de cursisten tot slot de tekstverwijzing en kerngedachte enkele keren opzeggen, waarbij u telkens een paar woorden weghaalt.

Aanvullende leeractiviteit

Alternatief scenario

Overweeg om het volgende scenario te gebruiken in plaats van het scenario in de les:

Stel je voor dat je goede vriendin Ellen en de rest van het gezin nog steeds in Jezus Christus en de Bijbel geloven, maar de kerk willen verlaten omdat ze het niet eens zijn met sommige dingen die de profeet en apostelen in deze tijd verkondigen. Ze vraagt jou om raad.