Zendbrief van een apostel

President M. Russell Ballard

Waarnemend president van het Quorum der Twaalf Apostelen

Uit de toespraak ‘An Epistle to the Saints of the Utah Salt Lake Area’, gehouden op 11 september 2016 tijdens een conferentie voor meerdere ringen.

Ik wil u met klem waarschuwen voor de moeilijkheden waar we tegenwoordig mee te maken hebben.

De apostel Paulus onderhield door middel van brieven, of zendbrieven, het contact met de heiligen in zijn tijd. Daarin uitte hij zijn liefde voor verschillende gemeenten, gaf hij aanwijzingen en voegde hij er leringen aan toe. Omdat ik niet met ieder van u persoonlijk kan praten, lees ik mijn zendbrief voor om u mijn liefde, dankbaarheid en leringen uit te drukken.

Paulus schreef aan de heiligen in Korinthe: ‘Paulus, een geroepen apostel van Jezus Christus door de wil van God’ (1 Korinthe 1:1).

Ook ik ben een geroepen apostel van Jezus Christus, en als bijzondere getuige van de Heer, getuig ik, zoals Paulus in zijn brieven, dat Jezus Christus Zichzelf voor ons heeft gegeven en dat de Vader Hem uit de doden heeft opgewekt (zie Galaten 1:1, 4). Ik getuig ook dat Jezus Christus zijn kerk in deze laatste dagen door de profeet Joseph Smith heeft hersteld, en dat de volheid van het evangelie en de zegeningen van het eeuwig verbond er zijn voor allen die geloven en de Heer Jezus Christus volgen.

Ik groet u met de woorden van Paulus: ‘Aan de gemeente van God […], aan de geheiligden in Christus Jezus, geroepen heiligen, […] genade zij u en vrede van God, onze Vader, en van de Heere Jezus Christus’ (1 Korinthe 1:2–3).

Mijn broeders en zusters, als we ons evangeliehart gezond willen houden, moeten we regelmatig op controle gaan. Ik heb om hemelse hulp gebeden, en enkele aanbevelingen ontvangen waardoor u geestelijk gezond en sterk kunt blijven.

Paulus waarschuwde de heiligen in die tijd voor de geestelijke gevaren waarmee ze te maken kregen. In zijn brief aan de Galaten schreef hij:

‘Ik verwonder mij erover dat u zich zo snel afwendt van Hem Die u in de genade van Christus geroepen heeft, naar een ander evangelie,

‘terwijl er geen ander is; al zijn er ook sommigen die u in verwarring brengen en het Evangelie van Christus willen verdraaien.

‘Maar zelfs als wij, of een engel uit de hemel, u een evangelie zouden verkondigen, anders dan wat wij u verkondigd hebben, die zij vervloekt’ (Galaten 1:6–8).

Net als Paulus verzeker ik u dat er mensen zijn ‘die u in verwarring brengen en het Evangelie van Christus willen verdraaien’. Ik zou mijn taak verwaarlozen als ik u niet met klem waarschuwde voor de moeilijkheden waar we tegenwoordig mee te maken hebben.

Twee machten in het heelal

Mijn broeders en zusters, vergeet nooit dat er in het heelal twee machten aan het werk zijn. De ene nodigt ons uit om het goede te kiezen en eeuwige vreugde en geluk te vinden. De andere wil dat we het tegengestelde kiezen, wat voor verdriet en spijt zorgt. Volgens onze leer worden we in dit leven op de proef gesteld: welke uitnodiging zullen we aannemen?

Ik herinner u aan de profetie van Jezus aangaande de laatste dagen waarin wij nu leven: ‘Want er zullen valse christussen en valse profeten opstaan en zij zullen grote tekenen en wonderen doen, zó dat zij – als het mogelijk zou zijn – ook de uitverkorenen zouden misleiden’ (Mattheüs 24:24). Het doet ons verdriet als we zien dat sommige ‘uitverkorenen’ worden misleid, overeenkomstig Jezus’ waarschuwing.

Onlangs kwam ik in een tuin op de campus van de Brigham Young University waar jaren geleden sequoia’s waren aangeplant. Een vriend van mij legde uit dat sequoia’s of reuzenpijnbomen de hoogste bomen ter wereld zijn, en dat ze in de vrije natuur wel 87 m hoog kunnen worden. Ze kunnen meer dan 3.000 jaar oud worden.

Een van de bomen was doodgegaan en moest geveld worden. Er bleef alleen een stronk over waaraan voorbijgangers konden zien dat er eens een grote, majestueuze boom had gestaan. De boomchirurg van de campus wilde weten waarom de boom was afgestorven, want aan zijn ouderdom lag het beslist niet. Na enig onderzoek kwam hij erachter dat de wortels van de boom waren uitgedroogd doordat de bodem te droog was.

Hoe kon het dan dat de boom er meer dan vijf decennia goed had gedijd? De boomchirurg ontdekte dat de waterhoudende grondlaag die de bomen van water had voorzien, was verschoven als gevolg van graafwerkzaamheden voor een nieuw gebouw, vlak naast de tuin.

Dat is precies wat er gebeurt als trouwe leden van de kerk – de ‘uitverkorenen’, die schijnbaar standvastig zijn in hun geloof – geestelijk sterven.

Net als de afgestorven reuzenpijnboom werden deze kerkleden ooit geestelijk gevoed door de bron van levend water, Jezus Christus. Maar om de een of andere reden vond er een verschuiving plaats, weg van de bron van geestelijk voedsel, en bij gebrek aan voedsel namen hun geestelijke vermogens af tot de geestelijke dood erop volgde.

Hoe kunnen we ervoor zorgen dat onze geestelijke wortels altijd tot in de bron van levend water reiken?

Cruciale gewoonten

De Heer heeft uitgelegd door welke eenvoudige, persoonlijke gewoonten wij geworteld, verankerd en met Hem verbonden blijven. Als wij ons die gewoonten eigen maken, met een vast voornemen, oprechte bedoelingen, en zonder huichelarij en misleiding, worden we onwrikbare discipelen van de Heer Jezus Christus.

Sommige van deze cruciale gewoonten kunnen te lijden hebben onder onze dagelijkse sleur en haast, zelfs als we goede dingen nastreven zoals een opleiding, een broodwinning, en dienstbare betrokkenheid in de gemeenschap en de kerk.

Die gewoonten zijn onder meer dat u dagelijks oprecht bidt, trouw vast, regelmatig de Schriften en de woorden van de levende profeten bestudeert en overdenkt, van de sabbat een verlustiging maakt, nederig aan het avondmaal deelneemt, de Heiland altijd indachtig bent, zo vaak mogelijk naar de tempel gaat, en tot slot, de behoeftigen, de armen en de eenzamen de helpende hand reikt – zowel dicht bij huis als wereldwijd.

Als iemand stopt met deze eenvoudige maar cruciale dingen, trekt hij zich terug van de bron van levend water, en laat hij toe dat Satan zijn gedachten vervuilt met verontreinigd water, zodat zijn geloofsaders verstopt raken en zijn ondervoede geest verzwakt. Zonde en schuldgevoel vertroebelen het verstand, zodat velen de ingevingen uit het verleden gaan loochenen en hun bekering tot de waarheden van het evangelie van Jezus Christus ongedaan maken.

Ik ben me er voortdurend van bewust dat mensen die de eenvoudige leer en het evangelie van Jezus Christus uit het oog verliezen, uiteindelijk naar valse leraars en zelfverklaarde profeten zullen luisteren en wereldse filosofieën zullen aanhangen. Daarmee bedoel ik onder andere:

de aantrekkingskracht van rijkdom die tot hoogmoed leidt;
toegeven aan verlangens naar onnodige zaken, met schulden als gevolg;
ontspanning en amusement die afbreuk doen aan de opbouwende goedheid van het evangelie;
activiteiten die een gepaste sabbatheiliging in de weg staan;
podcasts en websites die vragen opwerpen en twijfel zaaien, maar niet de intellectuele eerlijkheid aan de dag leggen om het standpunt van de Heer voldoende en eerlijk te belichten.

Help anderen om antwoorden te vinden

Ik wil dat u het volgende goed begrijpt. Er is absoluut niets mis met vragen stellen of onze geschiedenis, leer en gebruiken onderzoeken. De herstelling begon met Joseph Smiths zoektocht naar een antwoord op een oprechte vraag.

Ouders, leiders van hulporganisaties, leerkrachten in de kerk (onder wie seminarie- en instituutleerkrachten), bisschoppen en ringpresidenten, als iemand zich tot u wendt met een vraag, of bezorgdheid, wimpel hem of haar dan niet af. Zeg niet dat hij of zij zich daar geen zorgen over hoeft te maken. Trek alstublieft de toewijding van deze persoon aan de Heer of zijn werk niet in twijfel. Help die persoon liever om antwoorden te vinden.

Ik maak me zorgen als ik hoor dat mensen met eerlijke vragen over onze geschiedenis, leer en gebruiken worden behandeld alsof ze geen geloof hebben. Dat is niet wat de Heer wil. Petrus zei het zo: ‘Wees altijd bereid tot verantwoording aan ieder die u rekenschap vraagt van de hoop die in u is’ (1 Petrus 3:15).

We moeten beter met eerlijke vragen omgaan. Hoewel we geen antwoorden hebben op alle vragen over het heelal of over onze geschiedenis, leer en gebruiken, kunnen we oprechte mensen wel vaak antwoorden bieden. Als we het niet weten, kunnen we samen naar antwoorden zoeken. Een gezamenlijke zoektocht kan ons dichter bij elkaar en bij God brengen. Uiteraard vinden we niet altijd afdoende antwoorden. Als we die niet vinden, is het goed om te bedenken dat geloof nog steeds een plaats heeft in godsdienst. Soms kunnen we leren, bestuderen en weten, en soms moeten we geloven, vertrouwen en hopen.

Maak mensen met vragen duidelijk dat de Heer niet van zijn heiligen verwacht dat ze een universitaire graad in geschiedenis en kerkleer behalen. Daarom kunnen we ook niet verwachten dat ouders, leiders en leerkrachten op elke vraag een antwoord hebben. Zelfs in het Eerste Presidium en het Quorum der Twaalf Apostelen hebben we verschillen in achtergrond en opleiding, en dat zorgt voor een breed scala aan ervaring bij onze gesprekken en vergaderingen.

Als ik het antwoord op een vraag niet weet, wend ik mij vaak tot mensen die mij kunnen helpen. We zijn in de kerk gezegend met goed opgeleide deskundigen en met mensen die hun leven aan studie hebben gewijd, waardoor ze onze geschiedenis en de Schriften door en door kennen. Deze wijze mannen en vrouwen verschaffen ons context en achtergrondinformatie, zodat we ons heilige verleden en onze huidige gebruiken beter kunnen begrijpen. De informatie die ik van hen krijg, is mij tot zegen, en ik ben er beter door in staat om de leiding van de Heilige Geest te voelen.

De kerk is voorstander van openheid. Daarom stelt ze waardevolle hulpbronnen ter beschikking die ons meer inzicht en nog meer achtergrondinformatie over de herstelling geven. Denk maar aan de Joseph Smith Papers-website en de evangelieverhandelingen op ChurchofJesusChrist.org. We leven in een geweldige tijd om kerkgeschiedenis en leerstellingen te bestuderen dankzij talloze hulpmiddelen en deskundigen die nuttige informatie hebben en ons helpen om ons verleden te begrijpen. Bid altijd en volg de ingevingen van de Heilige Geest, die geestelijke waarheden openbaart.

De tering naar de nering zetten

Het baart mij zorgen dat sommige mensen boven hun stand leven om toch maar niet voor de buren onder te doen. We maken een ernstige vergissing als we onszelf vergelijken met mensen die meer geld hebben. We mogen niet vergeten dat de meesten van ons al voorspoedig zijn in het land. Wees alstublieft tevreden, geniet van de zegeningen die u reeds hebt ontvangen, en zorg ervoor dat u niet ten prooi valt aan onverstandig gebruik van koopkrediet. Vergeet nooit ofte nimmer uw tiende te betalen, en help de behoeftigen met een royale vastengave.

Geniet van elkaars gezelschap

Sommigen onder u hebben wellicht overvolle schema’s met onder andere goede activiteiten. Waak er alstublieft voor dat u uw kinderen niet overbelast. Zet af en toe sociale media en andere vormen van afleiding uit, ga zitten en geniet van elkaars gezelschap. Enige tijd geleden gaf ik tijdens een algemene conferentie nog de raad om geregeld een gezinsraad te houden. (Zie ‘De gezinsraad’, Liahona, mei 2016, 63–65.)

Vergeet niet dat de Heiland ons de volgende raad heeft gegeven: ‘Wees stil en weet dat Ik God ben’ (Leer en Verbonden 101:16; zie ook Psalmen 46:11).

Om gezinsleden bezig te houden en af te leiden van wat het allerbelangrijkste is, wordt er voortdurend iets nieuws uitgevonden – een nieuwe app of game, bijvoorbeeld, waardoor jongeren liever naar hun smartphone kijken dan naar de wonderlijke pracht van Gods schepping. Ze hebben zelfs geen oog meer voor een potentiële partner, met wie ze kunnen trouwen en een echte relatie hebben die naar eeuwige zegeningen leidt.

Heb uw naaste lief

Ik wil het even met u hebben over onze vrienden, buren, klasgenoten en collega’s die geen lid van de kerk zijn. Hoewel we de volgende grote taak en opdracht van de Heer ernstig nemen: ‘Ga dan heen, onderwijs al de volken, hen dopend in de Naam van de Vader en van de Zoon en van de Heilige Geest’ (Mattheüs 28:19) – hebben we eerbied en respect voor ieders keuzevrijheid om te denken en geloven, of niet te geloven, wat hij of zij wil.

Als een buur, collega of klasgenoot niet geïnteresseerd is om het evangelie te onderzoeken, moeten we hem of haar nog steeds in vriendschap de hand reiken. Onze liefde voor hen mag niet voorwaardelijk zijn, ze moet oprecht en zonder bijbedoelingen zijn.

Onze kinderen leren het beste van het voorbeeld van hun ouders en leiders. Laten wij goed opletten hoe we over anderen spreken en hoe we onze naasten behandelen. En vergeet niet, we mogen een andere mening hebben, maar we mogen niet onhebbelijk worden.

Jezus heeft gezegd: ‘U zult uw naaste liefhebben als uzelf’ (Mattheüs 19:19). Als we zijn discipelen willen zijn, moeten we christelijke hoffelijkheid en vriendelijkheid betrachten in onze contacten met anderen, ook met hen die hebben besloten zich van de kerk te distantiëren.

Laten wij voor alle goede doelen onze krachten bundelen met mensen van goede wil, en hen welkom heten in onze vrienden- en kennissenkring. Laten we hen oprecht welkom heten in onze kapel en bij onze wijkactiviteiten.

Gemoedsrust en profetische raad

Ik besluit mijn apostolische zendbrief aan u met mijn getuigenis, dat als u nauwkeurig acht slaat op de raad van profeten, uw geestelijke wortels zullen reiken tot in de ‘bron […] van water dat opwelt tot in het eeuwige leven’ (Johannes 4:14). U zult geestelijk niet sterven zoals de machtige sequoia. Nee, ik getuig dat u meer gemoedsrust, vreugde en geluk zult ondervinden als u Jezus Christus en de dienstknechten die Hij heeft geroepen, in uw leven aanvaardt, en als u zijn evangelieplan volgt. Tenzij de mensen hun hart weer tot God en zijn leer en zijn plan wenden, zullen we de gevolgen die in de Schriften zijn geopenbaard, zeker moeten ondervinden.

Mijn geliefde broeders en zusters, het is onze taak om de kerk en onszelf voor te bereiden op de dagen die zeker zullen komen, als de mensen God, onze hemelse Vader, en zijn geliefde Zoon, de Heer Jezus Christus, blijven negeren en geringschatten. In de Schriften staat duidelijk wat er gebeurt als mensen zich van God afkeren.

Wij houden van u. Het is mijn voorrecht om onze hemelse Vader een zegen over u te vragen. Moge u gemoedsrust kennen. Moge u vreugde in uw hart hebben. Moge u de moed vinden om u zo nodig te bekeren. Als er iets in uw leven is dat niet goed is, moge de Heer u dan zegenen met de moed om u te bekeren en te veranderen, en daar vandaag mee te beginnen. Moge de Heer u de kracht geven om uw hart tot Hem te wenden, Hem lief te hebben, en Hem te dienen, zodat u uw reis door het sterfelijk leven veilig kunt voortzetten, en u voorbereiden op de dag dat uw Vader in de hemel en zijn geliefde Zoon u in hun armen nemen.

Als een bijzondere getuige van Christus getuig ik tot u dat ik weet dat Jezus de Christus is. Hij is de Zoon van God. Wat ik heb gezegd, is waar, en ik hoop dat u mijn zendbrief zult ontvangen in dezelfde geest als waarin ik heb gesproken. Ik getuig dat dit de Kerk van Jezus Christus is.

Moge God u zegenen, mijn geliefde broeders en zusters, zodat we al het mogelijke kunnen doen om ons voor te bereiden op de dag dat de Heiland en Verlosser van de wereld terugkomt als onze Heer en Koning.