Na een ontmoeting met de profeet begon ik het evangelie minder verstandelijk te benaderen
We zijn geneigd het evangelie ingewikkeld te maken, terwijl het eigenlijk heel eenvoudig is.
De auteur woont in New South Wales (Australië).
Toen ik in mijn jeugd naar God op zoek was, vond ik het erg moeilijk te geloven dat we in deze tijd levende profeten op aarde hadden. Het leek zo ingewikkeld en verwarrend. Maar bijna twee jaar later vond ik het als toegewijd bekeerling tot de kerk nog moeilijker te geloven dat ik een van de vijftien jongvolwassenen in Sydney was die was uitgekozen om president Russell M. Nelson in een vraag-en-antwoordbijeenkomst te ontmoeten.
Telkens als ik eraan terugdenk, brengt dit een glimlach op mijn gezicht en tranen van vreugde in mijn ogen.
We stonden allemaal te popelen om hem te ontmoeten, maar vroegen ons zenuwachtig af wat hij tegen ons, als jongvolwassenen, te zeggen had. Ik stelde me zo voor dat hij uitvoerige, diepzinnige antwoorden op onze vragen zou geven, en ik vroeg me af of ik er wel klaar voor was om zijn woorden te horen en te begrijpen. Omdat we allemaal op van de zenuwen waren, besloten we een gebed uit te spreken om ons op ons gemak te stellen en de Geest uit te nodigen.
Het was een ongelooflijk moment toen president Nelson de kamer binnenkwam. Ons is altijd geleerd dat profeten openbaring van God ontvangen, en die aan de wereld meedelen om iedereen te helpen tot Christus te komen. We horen ze spreken op de algemene conferentie. Maar de profeet in eigen persoon zien en spreken, is een heel andere ervaring.
Hier was hij dan: een nederige, liefdevolle profeet van God. Hij bracht zo’n sterke geest in de kamer. We stonden er allemaal zwijgend bij, bang om iets te zeggen, of zelfs maar te glimlachen. Maar toen hij met een grote grijns op ons afliep en zei hoe blij hij was om kennis met ons te maken, kregen wij een sterk gevoel van vreugde en gemoedsrust. Toen hij ons de hand schudde en vriendelijk naar ons glimlachte, kon ik zijn oprechte nederigheid en liefde voor ons voelen.
We begonnen hem vragen over de jongvolwassenen in de kerk te stellen. Eén vraag viel mij het meeste op. Die luidde: ‘Wij jongvolwassenen vinden het vaak moeilijk om onze familieleden en vrienden aan te moedigen aan het evangelie deel te nemen. Hoe kunnen we beter het evangelie aan ze verkondigen?’ President Nelson dacht even na en zei toen: ‘Wees aantrekkelijk.’ En hij vervolgde: ‘Wees een voorbeeld, en wees getrouw.’
Dat was alles – een eenvoudige, maar goed doordachte en ware boodschap. Zijn eenvoudige woorden werden in ons verstand en ons hart gegrift. Ik besefte op dat moment dat wij jongvolwassenen geneigd zijn om het evangelie te ingewikkeld te maken en er te hard over na te denken, terwijl de aanwijzingen van de Geest en van onze profeten eenvoudig en duidelijk zijn, en zo veel beloften van zegeningen bevatten.
Ik besefte op dat moment hoe president Nelson zo nederig en geestelijk was geworden: door voortdurend het evangelie van Jezus Christus na te leven. Wij hoeven alleen maar hetzelfde te doen. Doe dagelijks al die kleine dingen die ons dichter tot onze hemelse Vader en tot Jezus Christus brengen: ga naar de kerk en naar de tempel, lees in de Schriften, bid met een oprecht hart, en wees vriendelijk en liefdevol voor ieder die je tegenkomt. Door die kleine dagelijkse daden leren we hoe we ware discipelen van Christus worden, versterken we onze band met Hem, en geven we zijn waarheid aan andere mensen door.
We moeten er gewoon zoveel mogelijk naar streven om een beter mens te worden, en dan zullen die kleine, eenvoudige dingen grote gevolgen hebben. Ja, de wereld is ingewikkeld. En ja, het is makkelijk om zoveel in het leven te beredeneren. Maar Gods plan is eenvoudig. En als we het volgen, maakt dat plan het leven eenvoudiger. Als we de raad van de profeet ter harte nemen en we ons best doen om dagelijks meer op onze Heiland, Jezus Christus, te gaan lijken, zullen we met ons voorbeeld van geloof het leven van de mensen om ons heen veranderen.