‘Ons licht in de wildernis’, Liahona, januari 2024.
Ons licht in de wildernis
Wie oprecht het Boek van Mormon lezen, de leringen erin naleven en erover bidden, zullen de Heilige Geest voelen, en hun geloof in en hun getuigenis van de Heiland zullen toenemen.
Al in mijn jeugd had ik een getuigenis van het Boek van Mormon. Ik voelde me vooral aangetrokken tot het verhaal van de broer van Jared en zijn volk op hun reis naar ‘een land van belofte’ (Ether 2:9).
Bij het vooruitzicht om in onverlichte boten te reizen, vroeg de broer van Jared: ‘Zie, o Heer, wilt U ons dit grote water in duisternis laten oversteken?’ De Heer antwoordde: ‘Wat wilt u dat Ik doe, zodat u licht in uw vaartuigen zult hebben?’ (Ether 2:22, 23.)
De broer van Jared wist dat de Heer almachtig is. Hij wist dat de Heer de bron van al het licht is. Hij wist dat de Heer zijn volk had geboden om Hem in tijden van nood aan te roepen. Dus oefende de broer van Jared geloof in de Heer en maakte hij zestien kleine stenen. U herinnert zich dat hij de Heer vervolgens vroeg om de stenen met zijn vinger aan te raken, ‘zodat ze in het duister zullen schijnen’ (Ether 3:4).
Het beeld van de Heer die de stenen aanraakt, is in mijn gedachten gegrift sinds ik dat verhaal voor het eerst las. Ik kan dat tafereel zien alsof het voor mijn ogen gebeurt. Dat lijkt misschien zo omdat het beeld van duisternis dat door licht verdreven wordt, levensecht voor mij is.
Als ik de Heilige Geest niet voel, als ik niet goed op de Geest van de Heer ben afgestemd, voel ik duisternis. Maar als ik in het Boek van Mormon lees, keert het licht terug. Het Boek van Mormon is voor mij als een lichtgevende steen die de Heer heeft aangeraakt. Het verlicht mijn levensreis.
Een eeuwig licht
Net als de mensen die door de hand van de Heer naar het oude Amerika zijn gebracht, krijgen wij op onze reis naar het beloofde land van verhoging allemaal stormen en donkere dagen te verduren. Maar de Heer zal voor ons ook doen wat Hij voor de Jaredieten en de Nephieten heeft gedaan. Hij zal ons leiden en onze weg verlichten – als we Hem gehoorzamen, geloof in Hem oefenen en om zijn hulp vragen.
De Heer zei tegen Nephi: ‘Ik zal ook uw licht in de wildernis zijn; en Ik zal de weg voor u uit bereiden indien u mijn geboden onderhoudt; daarom, voor zover u mijn geboden onderhoudt, zult u in de richting van het beloofde land worden geleid; en u zult weten dat u door Mij wordt geleid’ (1 Nephi 17:13).
Tegen Nephi’s broer Jakob zei de Heer: ‘Ik zal voor eeuwig een licht zijn voor hen die mijn woorden horen’ (2 Nephi 10:14).
De profeet Abinadi getuigde van de Heiland: ‘Hij is het licht en het leven van de wereld; ja, een licht dat eindeloos is, dat nooit kan worden verduisterd’ (Mosiah 16:9).
De Heiland zei over Zichzelf: ‘Ik ben het licht en het leven van de wereld.’ En daar voegde Hij later aan toe: ‘Zie, Ik ben het licht; Ik heb u een voorbeeld gegeven’ (3 Nephi 9:18; 18:16).
Het licht voelen
Ik hou van onze profeet, president Russell M. Nelson. Ik ben gezegend dat ik met hem mag dienen. Als de profeet binnenkomt, is er op slag meer licht in de kamer. Hij straalt het licht van Christus uit.
Het licht van Christus is echt. Het is ‘goddelijke energie, kracht of invloed die via Christus van God uitgaat en alles leven en licht schenkt’. Het is een gekoesterde geestelijke gave die Gods kinderen naar de Heilige Geest en het evangelie van Jezus Christus kan leiden.1 Dat licht wordt sterker wanneer we het Boek van Mormon lezen.
Soms moeten we op ons leven terugkijken en stilstaan bij de hulp die we op onze reis hebben gekregen. Als we terugkijken, kunnen we de invloed van de Heiland weer voelen. Als er in de Schriften staat: ‘Bedenk, bedenk’ (Helaman 5:12), staat er volgens mij: ‘Bedenk niet alleen wat je ooit wist of voelde, maar voel dat licht opnieuw.’
Sommige mensen kunnen dat geestelijke licht makkelijk voelen. Voor anderen is dat moeilijk vanwege persoonlijke problemen of wereldse afleidingen. Maar als we getrouw blijven, zullen we licht ontvangen – soms op onverwachte manieren.
President Nelson, die ons de raad heeft gegeven om ‘het Boek van Mormon dagelijks onder gebed te bestuderen’,2 heeft verschillende manieren genoemd waarop het Boek van Mormon ons dichter tot de Heiland kan brengen, en ertoe kan bijdragen dat wij evangelielicht ontvangen, evangeliebeginselen begrijpen en evangelieleringen naleven.
President Nelson heeft gezegd dat als wij het Boek van Mormon lezen, ons begrip van, en onze waardering voor, de verzoening van Jezus Christus zal toenemen.
Dan krijgen we het verlangen om ‘wedergeboren’ te worden (Mosiah 27:25), want door het boek kunnen we een verandering in ons hart ondergaan (zie Mosiah 5:2).
Als we de leringen in het Boek van Mormon over de vergadering van Israël lezen en bestuderen, krijgen we een groter verlangen om onze overleden voorouders te zoeken en in de tempel verordeningen van heil en verhoging voor hen te verrichten.
We voelen licht wanneer we antwoord op onze vragen ontvangen, leiding bij het nemen van beslissingen, en kracht om ons te bekeren en het kwaad te weerstaan.
De beginselen in het Boek van Mormon hebben de macht om onze ziel te genezen, troosten, helen, helpen, sterken, opbeuren en bemoedigen.3
‘O, is dat dan geen werkelijkheid?’ vroeg Alma aangaande de zwellende, ontspruitende zaadjes van waarheid, kennis en getuigenis. ‘Ik zeg u: Ja; want het is licht; en alles wat licht is, is goed, omdat het waarneembaar is; daarom moet u wel weten dat het goed is’ (Alma 32:35).
De Heiland vinden in de duisternis
Toen mijn vriendin Kamryn 10 jaar was, kreeg ze een zeldzame, chronische oogziekte die het hoornvlies van haar rechteroog aantastte.4 Toen de onophoudelijke pijn ondraaglijk werd, kon Kamryn soms geen enkel licht verdragen. Haar ouders, die bang waren dat ze blind zou worden, verduisterden de ramen van haar slaapkamer om het haar zo aangenaam mogelijk te maken. Kamryns moeder, Janna, herinnert zich:
‘Ongeveer vier maanden na haar diagnose kwam ik haar donkere kamer binnen. Terwijl mijn ogen zich aanpasten, zag ik dat Kamryn in de foetushouding op haar bed lag. Ze had zoveel pijn dat ze niet bewoog en zelfs niet huilde toen ze me hoorde binnenkomen. Ze lag daar maar met dichtgezwollen ogen.
‘Ik knielde naast haar bed neer, nam haar hand in mijn hand en kneep er drie keer in – onze geheime code voor “Ik hou van je”. Normaal kneep ze dan vier keer terug voor “Ik hou meer van jou”, maar deze keer reageerde ze niet. Ze had te veel pijn. Terwijl de tranen over mijn wangen stroomden, keek ik naar mijn ooit zo levendige 10-jarige die daar ineengekrompen lag. Mijn hart brak.’
Janna sprak een stil, oprecht gebed uit.
‘Ik zei tegen mijn hemelse Vader dat ik zijn alwijsheid respecteerde, maar ik bad: “Help haar alstublieft.” Terwijl ik daar zat te bidden, werd ik door een warm gevoel overspoeld. Ik was rustig toen ik aan de Heiland Jezus Christus dacht: Hij is het licht. Vind Hem in de duisternis.’
Janna keek op en fluisterde in Kamryns oor: ‘Probeer de Heiland te vinden in de duisternis.’
Daarna viel Kamryn in slaap terwijl ze in de app Evangeliebibliotheek naar lofzangen en Schriftteksten luisterde.
Kamryns ziekte sluimert meestal, maar als de ontsteking opflakkert, troosten Janna en haar man, Darrin, haar en hangen ze weer dekens voor de ramen van haar slaapkamer. Op die pijnlijke momenten zegt Kamryn: ‘Ik probeer gewoon de Heiland te vinden in de duisternis.’5
Als het leven ‘een donkere en sombere wildernis’ lijkt (1 Nephi 8:4), moeten wij misschien ook de Heiland in de duisternis vinden. Ik getuig dat het Boek van Mormon, met het getuigenis ‘dat Jezus de Christus is, de Eeuwige God’,6 ons naar Hem zal leiden. Ik weet dat wie oprecht het Boek van Mormon lezen, de leringen erin naleven en erover bidden, de Heilige Geest zullen voelen, en hun geloof in en hun getuigenis van de Heiland zullen toenemen.
Mogen wij onze dankbaarheid voor dit ‘nauwkeurigste’ boek7 tonen door het te lezen, te koesteren en te gebruiken om ons geloof en het geloof van anderen in het Licht van de wereld te versterken.