Hoe kan ik een betere dienende broeder worden?
Uw geestelijke voorbereiding
Zoals in alles is Jezus Christus ook het volmaakte voorbeeld van hoe we invulling aan onze bediening moeten geven. Tijdens zijn bediening strekte Hij zijn hand naar mensen uit, voorzag hij in stoffelijke en geestelijke behoeften, en liet Hij oprechte liefde voor iedereen zien. Als volgelingen van Jezus Christus en dragers van zijn priesterschap wordt van ons gevraagd dat wij dienen zoals Hij, en dat we vooral de mensen dienen voor wie we als dienende broeders verantwoordelijk zijn. We kunnen van deze mensen houden, over ze waken en ze sterken, net zoals Christus dat deed. Aäronisch-priesterschapsdragers hebben de bijzondere plicht om ‘allen uit [te] nodigen om tot Christus te komen’ (Leer en Verbonden 20:59). Priesters en leraren hebben daarnaast de plicht om ‘elk lid thuis te bezoeken’ en ‘altijd over de kerk te waken, en bij hen te zijn en hen te versterken’ (Leer en Verbonden 20:47, 53). Als jongemannen van de kerk spelen wij een belangrijke rol in het tot stand brengen van ‘de onsterfelijkheid en het eeuwige leven van de mens’ (Mozes 1:39).
Materiaal voor uw voorbereiding
U kunt het onderstaand materiaal gebruiken bij uw voorbereiding van het gedeelte ‘Samen leren’.
-
Mattheüs 25:34–40; Lukas 10:25–37; 2 Nephi 25:26; Mosiah 18:8–9; 3 Nephi 18:25; Leer en Verbonden 81:5 (Voorbeelden van bediening)
-
3 Nephi 17 (Christus diende de Nephieten één voor één)
-
Leer en Verbonden 20:46–59 (Aäronisch-priesterschapsdragers moeten elk lid thuis bezoeken en allen uitnodigen om tot Christus te komen)
-
Russell M. Nelson, ‘Onze bediening met Gods macht en gezag’, Liahona, mei 2018, 68–75
-
Henry B. Eyring, ‘Een geïnspireerde bediening’, Liahona, mei 2018, 61–64
-
Jeffrey R. Holland, ‘Bij hen te zijn en hen te versterken’, Liahona, mei 2018, 101–103
-
Jean B. Bingham, ‘Onze bediening naar het voorbeeld van de Heiland’, Liahona, mei 2018, 104–107
-
‘Daar Gij mij veel gegeven hebt’ (video)
Vragen die u zich vooraf kunt stellen
Wat hebt u gedaan om als dienende broeder het voorbeeld van de Heiland te volgen? Hoe is uw bediening u en uw toegewezen gezinnen tot zegen geweest? Wat kunt u uit uw eigen ervaringen vertellen aan de jongemannen?
Hoe kijken de jongemannen tegen hun bediening aan? Welke ervaringen kunnen zij aan elkaar vertellen?
Hoe kunnen de jongemannen zich op de les voorbereiden? Ze kunnen bijvoorbeeld een toespraak lezen, een video bekijken of een Schrifttekst bestuderen die verband houdt met het thema.
Opmerking: Bij de voorbereiding van deze les kunt u de quorumleden die dienende broeder zijn hun bedieningscollega uit laten nodigen voor deze quorumvergadering. Ze kunnen dan deelnemen aan de bespreking hoe ze een betere dienende broeder kunnen worden.
Lesoverzicht
1. Met elkaar overleggen en over eigen ervaringen vertellen
Onder leiding van een lid van het quorumpresidium; ongeveer 5 à 10 minuten
Bespreek onderwerpen zoals:
-
Ons quorum: Wie is er vandaag niet? Wie moeten we gaan bezoeken? Wie kunnen we voor een komende activiteit uitnodigen? Wie heeft onze hulp en gebeden nodig?
-
Onze taken: Welke opdrachten moeten we uitvoeren? Welke opdrachten hebben we uitgevoerd? Hoe hebben we anderen uitgenodigd om tot Christus te komen, en hoe kunnen we nog meer mensen uitnodigen?
-
Ons leven: Herinner het quorum aan wat de vorige keer is besproken. Wat hebben we meegemaakt toen we het geleerde toepasten? Wat hebben we de afgelopen weken meegemaakt waardoor ons getuigenis van het evangelie is versterkt?
Bespreek deze vragen zo mogelijk vooraf tijdens een quorumpresidiumvergadering.
2. Samen leren
Onder leiding van een leider, leerkracht, of een lid van het quorum; ongeveer 25 à 35 minuten
Maak gebruik van bovenstaande hulpbronnen en kies onder inspiratie van de Geest een of meer activiteiten uit die de leer voor uw quorum het best verduidelijken.
-
Wat betekent het woord bediening voor de jongemannen in uw klas? Om daar achter te komen, kunt u Bediening op het bord schrijven en dan de jongemannen vragen om daaromheen woorden te schrijven die zij met ‘bediening’ associëren. Ze kunnen woorden of zinnetjes uit bijvoorbeeld de volgende Schriftteksten halen: Mattheüs 25:34–40; Lukas 10:25–37; 2 Nephi 25:26; Mosiah 18:8–9; 3 Nephi 18:25 en Leer en Verbonden 81:5. Wat leren ze uit deze verzen over hun bediening? U kunt de jongemannen laten vertellen over mensen die ze anderen hebben zien dienen. Hoe kunnen de jongemannen mensen dichter tot Christus brengen?
-
Laat de jongemannen in groepjes van twee 3 Nephi 17 lezen en opzoeken wat ze daarin van de Heiland leren dat hun als dienende broeders van nut kan zijn. Laat elk groepje verslag uitbrengen. Bijvoorbeeld, hoe diende de Heiland ‘één voor één’? In welke behoeften voorzag zijn bediening?
-
Lees samen Leer en Verbonden 20:53 en laat de jongemannen opsommen (of tekenen) wat dienende broeders kunnen doen om ‘altijd over de kerk te waken, en bij hen te zijn en hen te versterken’. Op welke manieren kunnen de jongemannen andere kerkleden dienen? U kunt de bisschop of de quorumpresident ouderlingen uitnodigen om uit te leggen hoe de quorumleden in hun bediening van de wijkleden het voorbeeld van Christus kunnen volgen. Laat de jongemannen eventueel vooraf nadenken over vragen die ze aan die leiders over hun bediening kunnen stellen. Spoor de jongemannen aan om iets te doen wat tot hun bediening van andere wijkleden bijdraagt.
-
Laat elke jongeman een verhaal uit de toespraak van ouderling Jeffrey R. Holland ‘Bij hen te zijn en hen te versterken’ of de toespraak van zuster Jean B. Bingham ‘Bediening naar het voorbeeld van de Heiland’ lezen. Vraag ze vooraan de klas hun verhaal in eigen woorden te vertellen. Laat ze aangeven hoe het hen aanspoort een betere dienende broeder te zijn. Wat valt de jongemannen nog meer op in deze toespraken?
-
Deel het quorum op in twee groepen. Laat elke groep een lijstje maken met manieren waarop ze betere dienende broeders kunnen worden. Na een paar minuten laat u de ene groep nog meer ideeën zoeken in de toespraak van president Russell M. Nelson: ‘Onze bediening met Gods macht en gezag’. Laat de andere groep nog meer ideeën opdoen in de toespraak van president Henry B. Eyring ‘Een geïnspireerde bediening’. Laat de groepen hun ideeën uitwisselen en moedig de jongemannen aan er ieder één uit te kiezen waaraan hij gaat werken.
-
Moedig de jongemannen aan om tijdens de week voor de quorumvergadering naar ministering.lds.org/nld te gaan en te zoeken naar iets wat hen inspireert om in hun bediening meer zoals Christus te worden. Laat ze in de klas vertellen wat ze hebben gevonden. Laat de jongemannen vertellen over situaties waarin dienende broeders anderen tot zegen waren.
3. Een actieplan opstellen
Onder leiding van een lid van het quorumpresidium; ongeveer 5 à 10 minuten
-
Laat de jongemannen vertellen welke gevoelens of gedachten tijdens de les bij hen zijn opgekomen. Wat is hun bijgebleven? Hoe kunnen ze persoonlijk of als quorum toepassen wat ze hebben geleerd?
-
Geef de jongemannen een paar minuten de tijd om op te schrijven hoe ze de komende weken hun ingevingen in daden willen omzetten. Laat ze hun ideeën naar voren brengen.
-
Herinner de jongemannen eraan dat ze aan het begin van de volgende les de kans krijgen om te vertellen wat ze hebben gedaan.