Wat betekent het om geloof in Jezus Christus te hebben?

Wil ons geloof tot eeuwig heil leiden, dan moet het op de Heer Jezus Christus gericht zijn. Geloof in Jezus Christus hebben, betekent dat we Hem vertrouwen en zijn geboden gehoorzamen. Geloof is veel meer dan passief geloven. We geven uiting aan ons geloof door onze daden — door onze manier van leven.

Uw geestelijke voorbereiding

Wat betekent het om geloof in Jezus Christus te hebben? Welke voorbeelden van geloof in Jezus Christus hebt u gezien? Welke invloed heeft geloof in Jezus Christus op uw hoop voor de toekomst?

Denk na over de jongevrouwen in uw klas. Welke voorbeelden van geloof hebt u in hun leven gezien? Op welke gebieden in hun leven zouden ze meer op de Heer kunnen vertrouwen?

Bestudeer ter voorbereiding deze Schriftteksten en leermiddelen met een gebed in uw hart. Welke voorbeelden van geloof in de Schriften en in het leven van anderen kunt u met de jongevrouwen bespreken?

Jakobus 1:5–6; 2:14–20 (geloof is vertrouwen en actie)

Alma 32:21, 26–43 (geloof is hopen op dingen die waar zijn, maar die niet worden gezien)

Moroni 7:33–41 (wonderen komen door geloof tot stand)

Esther 4–5; Hebreeën 11:4–9, 17–29; Alma 19; 56:45–48; 57:21; Ether 12:6–22; Geschiedenis van Joseph Smith 1:11–19 (voorbeelden van geloof)

Gids bij de Schriften, ‘Geloof’

Quentin L. Cook, ‘Het fundament van geloof’, Liahona, mei 2017, 127–131

Bonnie H. Cordon, ‘Vertrouw op de Here en steun niet op uw eigen inzicht’, Liahona, mei 2017, 6–9

Dieter F. Uchtdorf, ‘Vierde verdieping, laatste deur’, Liahona, november 2016, 15–18

Neil L. Andersen, ‘Geloof is geen toeval, maar een keuze’, Liahona, november 2015, 65–68

‘Geloof’, Jongevrouwen — Persoonlijke vooruitgang (2009), 13–20

‘Geloof’, Trouw aan het geloof (2004), 55–57

Video: ‘Zuiver en eenvoudig geloof’, ‘Moed’, ‘Volg Hem — een paasboodschap over Jezus Christus’

5:30

3:19

2:0

Vertellen over eigen ervaringen

Vraag de jongevrouwen aan het begin van elke les om te vertellen over en te getuigen van hun ervaringen met wat ze geleerd hebben uit de les van vorige week. Dat zal hun bekering bevorderen en ertoe bijdragen dat ze inzien hoe het evangelie van toepassing is op hun dagelijkse leven.

De leer inleiden

Kies uit deze ideeën of bedenk er zelf een om de les van deze week in te leiden:

Teken een eenvoudige roeiboot en zet er ‘Geloof’ onder. Voeg een roeispaan met ‘Geloven’ erop geschreven toe en nog een met ‘Handelen’ erop. Vraag de jongevrouwen wat er met deze boot zou gebeuren als er maar één roeispaan was. Wat gebeurt er met ons geloof als we niet handelen naar wat we geloven? Gebruik de Schriften, Trouw aan het geloof (pp. 55–57) of de Gids bij de Schriften om de jongevrouwen uit te leggen wat geloof is en hoe deze tekening daar verband mee houdt.
Vraag de jongevrouwen de naam van een vrouw in de Schriften op te schrijven die groot geloof toonde. Neem hun blaadjes in. Lees de namen voor en laat de jongevrouwen het verhaal van die vrouwen vertellen.

Samen leren

Elk van de onderstaande leeractiviteiten kan de jongevrouwen meer inzicht geven in wat het inhoudt om geloof in Jezus Christus te hebben. Kies onder leiding van de Geest een of meer geschikte activiteiten voor uw klas uit:

Laat de jongevrouwen Alma 32:21 en Helaman 5:12 lezen. Laat een paar jongevrouwen in hun eigen woorden samenvatten wat ze uit die verzen over geloof te weten komen. Vraag de jongevrouwen te zoeken naar voorbeelden van mensen met een sterk fundament van geloof in ouderling Quentin L. Cooks toespraak ‘Het fundament van geloof’ of ouderling Neil L. Andersens toespraak ‘Geloof is geen toeval, maar een keuze’. Vraag ze naar hun bevindingen. Wat kunnen ze doen om een sterk fundament van geloof te leggen?
Laat twee jongevrouwen naar voren komen. Vraag een van de jongevrouwen om op verschillende manieren te gaan staan (bijvoorbeeld met de benen gespreid of op haar tenen). Laat de andere jongevrouw haar in elke stand een duwtje geven. In welke stand bleef de jongevrouw stevig staan? In welke stand verloor ze haar evenwicht? Laat de jongevrouwen zuster Bonnie H. Cordons toespraak ‘Vertrouw op de Here en steun niet op uw eigen inzicht’ lezen. Laat ze letten op haar suggesties om meer vertrouwen in Jezus Christus te ontwikkelen en ons geloof op Hem gericht te houden. Kunnen de jongevrouwen voorbeelden aanhalen dat ze op hun eigen inzicht steunden en daarvan de gevolgen ondervonden? Of dat ze op de Heiland vertrouwden en de zegeningen ontvingen?
Laat alle jongevrouwen zich erop voorbereiden om kort iets te vertellen wanneer ze ergens in volhardden of het niet opgaven om iets goeds tot stand te brengen. U kunt ook over een eigen ervaring vertellen. Laat de jongevrouwen het verhaal over de twee zendelingen in president Dieter F. Uchtdorfs toespraak ‘Vierde verdieping, laatste deur’ doorlezen. Wat kunnen ze van de zendelingen in dit verhaal leren? Wat heeft dit verhaal met hun eigen ervaringen te maken? U kunt de jongevrouwen de rest van deze toespraak ook laten doornemen. Laat ze daarbij letten op wat president Uchtdorf over geloof zegt en uitspraken omcirkelen waar ze iets aan hebben. Wat komen de jongevrouwen nog meer over geloof te weten? (De jongevrouwen kunnen deze en nog een andere toespraak in het schema gebruiken om waarde Geloof, ervaring 1 in hun boekje Persoonlijke vooruitgang te voltooien.)
Vraag de jongevrouwen om enkele antwoorden op te schrijven op de vraag die ouderling Neil L. Andersen stelt: ‘Wat vindt de Heiland van mijn geloof?’ (Zie ‘Geloof is geen toeval, maar een keuze’.) Laat ze manieren noemen waarop ze de Heiland hun geloof kunnen tonen. Wat leren ze uit ouderling Andersens toespraak waardoor ze hun geloof gaan tonen en versterken? Laat ze bijvoorbeeld de verhalen doornemen over zendelingen die hun geloof toonden. U kunt ook een als cadeau verpakte doos meenemen met voorwerpen erin die ons geloof kunnen versterken. (Zie voorbeelden in de paragraaf ‘Geschenken die ons geloof vergroten’.)
Vraag iedere jongevrouw een verhaal in de Schriften te vinden en aan te halen waarin iemand handelt naar zijn of haar geloof in Jezus Christus (zie bijvoorbeeld Esther 4; Markus 5:25–34; Hebreeën 11:4–9, 17–29; 1 Nephi 4; Alma 19:16–29; Ether 12:11–22). Moedig de jongevrouwen ook aan om over een ervaring te schrijven waarin zij of mensen die zij kennen geloof in Jezus Christus oefenden. Vraag iedere jongevrouw het verhaal dat zij in de Schriften heeft gevonden en de ervaring die zij heeft opgeschreven te vertellen. Overweeg de video ‘Moed’ te vertonen in het kader van deze leeractiviteit.

3:19
Laat de jongevrouwen Mattheüs 17:20 lezen en vraag ze wat het volgens hen betekent om met ons geloof bergen te verzetten. Lees het volgende citaat van bisschop Richard C. Edgley voor: ‘Ik heb nooit een echte berg zich zien verplaatsen. Wel heb ik door geloof een berg van twijfel en wanhoop plaats zien maken voor hoop en optimisme. Door geloof heb ik met eigen ogen een berg van zonde zien wijken voor bekering en vergeving. En door geloof heb ik met eigen ogen een berg van pijn zien veranderen in gemoedsrust, hoop en dankbaarheid. Ja, ik heb bergen verplaatst zien worden.’ (‘Geloof — de keuze is aan u’, Liahona, november 2010, 33.) Vertoon de video ‘Zuiver en eenvoudig geloof’ en vraag de jongevrouwen te letten op bergen die werden verzet door geloof (of vertel iets wat u zelf hebt meegemaakt).

5:30

Vraag de jongevrouwen wat ze vandaag hebben geleerd. Begrijpen zij wat het betekent om geloof in Jezus Christus te hebben? Wat voor gevoelens of ingevingen hebben ze gekregen? Hebben ze nog vragen? Zou het goed zijn om meer tijd aan deze leer te besteden?

Naleven wat we leren

Laat de jongevrouwen bedenken hoe ze kunnen toepassen wat ze vandaag hebben geleerd. Ze kunnen bijvoorbeeld het volgende doen:

Iemand anders uitleggen wat geloof is (zoals een broertje, zusje of vriendin).
Letten op voorbeelden van geloof in de Schriften als ze het evangelie zelfstandig bestuderen en die voorbeelden volgen in hun eigen leven.

Vertel de jongevrouwen wat ze volgende week zullen bestuderen. Wat kunnen we doen om ons voor te bereiden op onze ontmoeting met God? Ze kunnen bijvoorbeeld een toespraak lezen, een video bekijken of een Schrifttekst bestuderen die verband houdt met de les van volgende week.

Relevante jongerenactiviteiten

Plan een activiteit voor de wekelijkse activiteitenavond waardoor de jongevrouwen leren toepassen wat ze in deze les hebben geleerd.