Wat is het priesterschap?
Het priesterschap is de oneindige macht en het eeuwige gezag van onze hemelse Vader. Door het priesterschap bestuurt God de hemelen en de aarde die Hij heeft geschapen. Door deze macht verlost en verhoogt Hij zijn kinderen. Hij geeft getrouwe priesterschapsdragers het gezag om de heilsverordeningen te bedienen. Alle kinderen van onze hemelse Vader kunnen voor deze verordeningen in aanmerking komen en deelhebben aan de macht en de zegeningen van het priesterschap.
Uw geestelijke voorbereiding
Bestudeer ter voorbereiding deze Schriftteksten en leermiddelen met een gebed in uw hart. Welke Schriftteksten en toespraken zullen de jongevrouwen doen begrijpen wat het priesterschap is?
Hebreeën 5:4; LV 107:1–5; Geloofsartikelen 1:5 (priesterschapsdragers worden van Godswege geroepen en geordend door iemand die daartoe het gezag bezit)
LV 84:17–22 (de macht der goddelijkheid is kenbaar in de priesterschapsverordeningen)
LV 121:34–46 (de macht van het priesterschap werkt alleen volgens beginselen van rechtschapenheid)
Henry B. Eyring, ‘Wandel met Mij’, Liahona, mei 2017, 82–85
M. Russell Ballard, ‘Dit is mijn werk en mijn heerlijkheid’, Liahona, mei 2013, pp. 18–21
Neil L. Andersen, ‘Macht in het priesterschap’, Liahona, november 2013, pp. 92–95
‘Priesterschap’, Trouw aan het geloof (2004), pp. 132–137
‘Aäronisch priesterschap’, Trouw aan het geloof, pp. 4–5
‘Melchizedeks priesterschap’, Trouw aan het geloof, pp. 109–110
Video: ‘Priesterschapszegeningen voor iedereen’
Vertellen over eigen ervaringen
Vraag de jongevrouwen aan het begin van elke les om te vertellen over, en te getuigen van, hun ervaringen met het geleerde uit de les van vorige week. Dit zal hun bekering bevorderen en ertoe bijdragen dat ze zien hoe het evangelie van toepassing is op hun dagelijkse leven.
De leer inleiden
Kies uit deze ideeën of bedenk er zelf een om de les van deze week in te leiden:
-
Vraag de jongevrouwen wat ze over het priesterschap weten. Lees de alinea aan het begin van dit schema voor of laat ze de video ‘Priesterschapszegeningen voor iedereen’ zien en vraag ze welke aanvullende waarheden ze er over het priesterschap door leren.
2:20 -
Nodig de jongevrouwen uit om als klas of in koppels een rollenspel te doen waarbij een kennis van een ander geloof vraagt wat het priesterschap is. Hoe zouden de jongevrouwen het priesterschap omschrijven? Gebruik het citaat aan het begin van deze les om ze uit te leggen wat het priesterschap is.
Samen leren
Elk van de onderstaande leeractiviteiten zal de jongevrouwen meer inzicht geven in het priesterschap. Kies er onder inspiratie van de Geest een of meer uit die voor uw klas het beste zijn:
-
President Henry B. Eyring haalt in zijn toespraak ‘“Wandel met Mij”’ een aantal Schriftteksten aan ‘die meer ontzag voor het heilige priesterschap bij ons teweegbrengen’. (Liahona, mei 2017, 82–83.) Laat iedere jongevrouw een van die Schriftteksten bestuderen en vervolgens aan de klas vertellen wat ze over het priesterschap te weten is gekomen. Laat de jongevrouwen enkele minuten nadenken over de vragen die president Eyring stelt in de alinea die begint met ‘We kunnen van zulke ontzagwekkende beschrijvingen’. Hoe inspireren die vragen hen als ze dienen?
-
Deel de jongevrouwen op in groepjes. Laat elk groepje een of meer van de Schriftteksten in dit schema lezen of een gedeelte uit M. Russell Ballards toespraak ‘Dit is mijn werk en mijn heerlijkheid’ en zoeken wat daarin over het priesterschap staat vermeld. Vraag ze naar hun bevindingen. Welke ervaringen hebben de jongevrouwen met het priesterschap gehad?
-
Vraag de jongevrouwen naar enkele manieren waarop mensen in de wereld macht verwerven (geld, opleiding, populariteit, uiterlijk enzovoort). Lees samen Leer en Verbonden 121:36–46 en vraag de jongevrouwen te benoemen op welke beginselen priesterschapsmacht is gebaseerd. Vergelijk de wijze waarop de wereld macht verwerft met de wijze van de Heer. Hoe is de kennis van die beginselen medebepalend voor de kijk die jongevrouwen op het priesterschap hebben?
-
Laat sommige jongevrouwen over het Aäronisch priesterschap in Trouw aan het geloof (pp. 4–5) lezen, en de andere over het Melchizedeks priesterschap (pp. 109–110). Laat iedere jongevrouw iets zeggen over wat ze te weten is gekomen door wat ze heeft gelezen. Waarom vinden ze het belangrijk dat jongevrouwen begrijpen wat het priesterschap inhoudt?
-
Laat elke jongevrouw een van de paragrafen lezen van ouderling Neil L. Andersens toespraak ‘Macht in het priesterschap’. Vraag de jongevrouwen daarna aan hun klasgenoten te vertellen wat ze over het priesterschap te weten zijn gekomen en wat dat voor hen betekent.
-
Laat de jongevrouwen de paragraaf ‘Priesterschapsquorums’ lezen op p. 134 van Trouw aan het geloof. Welke overeenkomsten zijn er tussen de organisatie van Aäronische-priesterschapsquorums en jongevrouwenklassen? Wat zijn de verschillen? Maak de jongevrouwen duidelijk dat de vrouwen in de kerk naar het voorbeeld van de priesterschap zijn georganiseerd. (Zie Dochters in mijn koninkrijk: de geschiedenis en het werk van de zustershulpvereniging [2011], p. 152.)
Vraag de jongevrouwen wat ze vandaag hebben geleerd. Begrijpen zij nu beter wat het priesterschap is? Wat voor gevoelens of ingevingen hebben ze gekregen? Hebben ze nog vragen? Zou het goed zijn om meer tijd aan deze leer te besteden?
Naleven wat we leren
Laat de jongevrouwen bedenken hoe ze gaan toepassen wat ze vandaag hebben geleerd. Ze kunnen bijvoorbeeld het volgende doen:
-
Een gezinsavondles voorbereiden en geven over het priesterschap.
-
In hun dagboek iets schrijven wat ze over het priesterschap hebben geleerd.