2010–2019
Aanspraak maken op de zegeningen van uw verbonden
Oktober 2013


2:3

Aanspraak maken op de zegeningen van uw verbonden

Als we onze verbonden hernieuwen en eren, kunnen onze lasten verlicht worden en kunnen we steeds gezuiverd en versterkt worden.

Zusters, het is geweldig om weer bij u te zijn.

Ik maakte onlangs kennis met een vrouw die zich op haar doop voorbereidde. Ze was die zondag drie kilometer door zware modder naar de kerk komen lopen. Ze ging regelrecht naar de toiletten, deed haar modderige kleren uit en trok schone zondagse kleding aan. In de ZHV vertelde ze over haar bekering. Ik werd geraakt door haar enorme verlangen om door bekering en het zoenoffer van de Heiland schoon en rein te worden. Ook werd ik geraakt door haar bereidwilligheid om haar ‘oude leven’ op te geven en heilige verbonden met onze Vader in de hemel te sluiten. Ze was bij haar vriend weggegaan, overwon verslavingen om het woord van wijsheid na te leven, had haar baantje op zondag opgezegd om de kerkdiensten bij te wonen en was dierbare vrienden kwijtgeraakt toen ze aankondigde dat ze zich wilde laten dopen. Ze wilde al haar zonden heel graag afleggen zodat ze rein gewassen kon worden en de verlossende liefde van de Heiland kon voelen. Haar verlangen om zowel lichamelijk als geestelijk rein te worden was inspirerend voor mij.

We weten dat velen van u soortgelijke offers hebben gebracht toen u het getuigenis van de Heilige Geest voelde en ernaar verlangde om u te bekeren, u te laten dopen en rein te worden gemaakt. Misschien voelen wij de goddelijke liefde van de Heiland wel het meest als we ons bekeren en ervaren dat Hij zijn armen liefdevol naar ons heeft uitgestrekt om ons te omarmen en ons van zijn liefde en acceptatie te verzekeren.

Enkele zondagen geleden luisterde ik naar het avondmaalsgebed en werd geroerd door de manier waarop de priester ieder woord met gevoel uitsprak. Naderhand heb ik hem opgebeld om hem te bedanken dat hij het avondmaal voor mij en de andere broeders en zusters tot een diepe geestelijke ervaring had gemaakt. Hij was niet thuis, maar zijn moeder zei: ‘O, hij zal het zo waarderen dat u gebeld hebt! Het was de eerste keer dat hij het avondmaalsgebed uitsprak en hij heeft zich hier samen met mij op voorbereid. We hebben het over het belang van het avondmaal gehad en over waardig ons doopverbond met de Heiland hernieuwen.’ Ik ben echt blij dat deze lieve moeder haar zoon de kracht van het doopverbond heeft uitgelegd en hoe hij de leden van de wijk die kracht kan laten voelen.

Een andere moeder die ik ken zat al enkele jaren alleen met haar vier jonge kinderen in de kerk. Ze kon zich maar zelden tijdens het avondmaal op de Heiland concentreren, en besloot een plan te maken. Ze neemt nu iedere zaterdag de tijd om haar week te evalueren, over haar verbonden na te denken en te bedenken waar ze zich van moet bekeren. Ze zegt: ‘Ongeacht de situatie met mijn kinderen op zondag ben ik voorbereid om van het avondmaal te nemen, mijn verbond te hernieuwen en de reinigende macht van de verzoening te voelen.’

Waarom legt de Heiland zoveel nadruk op het avondmaal, lieve zusters? Hoe belangrijk is deze wekelijkse hernieuwing van ons doopverbond voor ons? Zijn we doordrongen van het vermogen van de Heiland om ons iedere week volledig rein te maken als we waardig en doordacht van het avondmaal nemen? President Boyd K. Packer heeft getuigd: ‘Dat is het doel van het evangelie van Jezus Christus en de verzoening: […] aan het eind van [ons] leven [kunnen wij] bekeerd van [onze] zonden en rein gewassen door het bloed van Christus door de sluier gaan.’1

Wij als presidium zijn zeer verheugd over onze zusters en hun gezinnen die verbonden sluiten en ze naleven, maar wij leven intens mee met degenen onder u die erg lijden onder het feit dat uw dierbaren hun verbonden breken. De profeet Jakob, de broer van Nephi, kreeg van de Heer de opdracht om tot zijn broeders te spreken over de rechtschapen vrouwen en kinderen in zijn tijd. Ik getuig dat zijn woorden speciaal voor onze tijd bewaard zijn gebleven. Hij spreekt tot ons zoals de Heiland zelf zou spreken. Jakob ging ‘gebukt onder een [grote] bezorgdheid’ toen hij tot de echtgenoten en vaders getuigde:

‘Het grieft mij ook dat ik zo onomwonden […] moet spreken in het bijzijn van uw vrouwen en uw kinderen, wier gevoelens in vele gevallen buitengewoon teer en kuis en zacht zijn. […]

‘[…] Het snikken van hun hart stijgt op tot God. […] Vele harten [zijn] gestorven, met diepe wonden doorstoken.’2

Jakob belooft de vrouwen en kinderen van zijn en onze tijd die hun verbonden naleven:

‘Vertrouwt op God met een onwrikbaar gemoed en bidt tot Hem met buitengewoon groot geloof, en Hij zal u in uw ellende vertroosten. […]

‘[…] Heft uw hoofd op en neemt het aangename woord Gods aan en vergast u aan zijn liefde.’3

Zusters, ik getuig van de kracht van het gebed wanneer wij onze diepste pijnen en verlangens voor onze hemelse Vader uitstorten, en van de antwoorden die we ontvangen als we ons aan de Schriften en aan de woorden van de levende profeten ‘vergasten’.

Bijna drie jaar geleden vernielde een verwoestende brand de binnenkant van de historische tabernakel in Provo (Utah). Dat werd zowel door de gemeenschap als de kerkleden als een groot verlies beschouwd. Velen vroegen zich af: ‘Waarom liet de Heer dit toe? Hij had de brand toch zeker kunnen voorkomen of de vernieling kunnen tegenhouden.’

Tien maanden later, in de algemene oktoberconferentie van 2011, viel ieders mond open toen president Thomas S. Monson aankondigde dat de vernielde tabernakel een heilige tempel zou worden — een huis des Heren! Opeens zagen wij wat de Heer altijd al wist! Hij veroorzaakte de brand niet, maar Hij liet toe dat de brand de binnenkant van de tempel ontmantelde. Hij zag een schitterende tempel in de tabernakel — een duurzaam thuis voor het sluiten van heilige, eeuwige verbonden.4

Lieve zusters, de Heer laat toe dat we beproefd en getest worden, soms tot de toppen van ons kunnen. Soms zien we hoe het leven van dierbaren — en wellicht ons eigen leven — figuurlijk gesproken volledig afbrandt en vragen we ons af waarom een liefdevolle, zorgzame hemelse Vader zulke dingen toelaat. Maar Hij laat ons niet in de as liggen. Hij staat met open armen klaar, met de indringende uitnodiging om tot Hem te komen. Hij bouwt van ons leven een prachtige tempel waarin zijn Geest voor eeuwig kan wonen.

In Leer en Verbonden 58:3–4 zegt de Heer:

‘Op dit moment kunt gij het plan van uw God met betrekking tot de dingen die hierna zullen komen, en de heerlijkheid die zal volgen op veel beproeving, niet met uw natuurlijke ogen zien.

‘Want na veel beproeving komen de zegeningen. Daarom komt de dag dat gij met grote heerlijkheid gekroond zult worden.’

Zusters, ik getuig dat de Heer een plan voor ieder van ons heeft. Niets wat ons overkomt is schokkend of verrassend voor Hem. Hij is alwetend en volkomen liefdevol. Hij helpt ons graag, troost ons graag en verlicht graag onze pijn als we vertrouwen op de kracht van de verzoening en onze verbonden eren. Misschien zullen juist de beproevingen en moeilijkheden die we meemaken ons tot Hem leiden en maken dat wij aan onze verbonden vasthouden zodat we in zijn tegenwoordigheid kunnen terugkeren en alles ontvangen wat de Vader heeft.

Dit afgelopen jaar wilde ik de liefde van de Heer dieper voelen, persoonlijke openbaring ontvangen, mijn tempelverbonden beter begrijpen en een verlichting van mijn lasten ervaren. Ik heb specifiek om die zegeningen gebeden en ik heb gemerkt hoe de Geest me naar de tempel leidde en me aanspoorde om zorgvuldiger te luisteren naar ieder woord van de zegeningen die op me uitgesproken werden. Ik getuig dat de Heer mij genadig is geweest en mijn lasten lichter heeft gemaakt, toen ik beter luisterde en geloof probeerde te oefenen. Hij heeft me gemoedsrust gegeven over gebeden die nog niet beantwoord zijn. We verplichten de Heer om zijn beloften na te komen als we onze verbonden naleven en geloof oefenen.5 Lieve zusters, ga naar de tempel en maak aanspraak op uw zegeningen!

Ik wil nog een ander aspect bespreken dat ons vertrouwen en geloof kan schenken. Soms hebben we als vrouw de neiging om heel kritisch naar onszelf te zijn. Op zo’n moment moeten we de leiding van de Geest zoeken en vragen: ‘Is dit hoe de Heer wil dat ik over mijzelf denk of probeert Satan mij neer te sabelen?’ Bedenk wat de aard van onze hemelse Vader is, wiens liefde volmaakt en eeuwig is.6 Hij wil ons opbouwen, niet neerhalen.

Als lid van de kerk denken we soms misschien dat we deel uit moeten maken van een ‘volmaakt mormoons gezin’ om acceptabel voor de Heer te zijn. We voelen ons dan vaak ‘minder-dan’ of buitenbeentjes in het koninkrijk als we denken dat we niet aan dat beeld voldoen. Lieve zusters, als puntje bij paaltje komt, is het voor onze Vader in de hemel alleen belangrijk hoe goed we onze verbonden hebben nageleefd en hoe hard we hebben geprobeerd om het voorbeeld van onze Heiland, Jezus Christus, te volgen.

Ik getuig dat Jezus Christus onze Heiland en Verlosser is. Dankzij zijn zoenoffer kunnen we wekelijks schoon gewassen worden als we waardig van zijn avondmaal nemen. Als we onze verbonden hernieuwen en eren, kunnen onze lasten verlicht worden en kunnen we steeds gezuiverd en versterkt worden, zodat we aan het eind van ons leven waardig bevonden worden om de verhoging en het eeuwige leven te ontvangen. Ik getuig hiervan in de naam van onze dierbare Heiland, Jezus Christus. Amen.