Het Boek van Mormon
versterkt ons geloof in Jezus Christus
Het Boek van Mormon nodigt ons en onze familieleden uit om geloof in de Heer Jezus Christus te hebben en bevat de beginselen waardoor we een hecht gezin kunnen vormen.
Het Boek van Mormon is een samenbundeling van de leringen van profeten gedurende ettelijke eeuwen en geschreven voor een toekomstige tijd waarin de herstelling van priesterschapssleutels plus een grote vergadering van het huis Israëls de wereld op de wederkomst van de Heiland naar de aarde zou voorbereiden (zie 2 Nephi 25; 27; 3 Nephi 21). Nephi betitelde de heilige tekst als ‘de stem van iemand die roept uit het stof’ (2 Nephi 33:13). Moroni zei: ‘Zie, ik spreek tot u alsof gij aanwezig zijt, en toch zijt gij het niet. Maar zie, Jezus Christus heeft u aan mij getoond’ (Mormon 8:35).
Het Boek van Mormon is voor onze tijd en de komende tijd geschreven. In de eerste honderd jaar na de herstelling zijn er ongeveer één miljoen exemplaren van het Boek van Mormon gedrukt. Daar waren vijftien talen mee gemoeid, wat een opmerkelijke prestatie mag heten. In de daaropvolgende vijftig jaar (1930–1980) zijn er meer dan 25 miljoen exemplaren gedrukt in 41 talen. Sinds die tijd dertig jaar geleden zijn er nog eens 125 miljoen exemplaren van het Boek van Mormon of gedeelten daarvan gedrukt in 107 talen. De invloed van het Boek van Mormon zal verder toenemen naarmate het koninkrijk van God onder alle natiën, geslachten, talen en volken wordt gevestigd.
Het titelblad, geschreven door Moroni, onthult de voornaamste doeleinden van het boek. Het eerste doel is specifiek op de nakomelingen van de kinderen van Lehi gericht. Het ultieme doel is alle mensen te overtuigen ‘dat Jezus de Christus is, de eeuwige God’ (titelblad van het Boek van Mormon).
Belangrijk voor onze tijd
Waarom is nog een testament aangaande Jezus Christus zo belangrijk in deze tijd? Waarom zou de Heer nog een getuige tevoorschijn brengen om de krachtige verklaringen van de Bijbel nog meer kracht bij te zetten?
We leven in een unieke tijd. De wetenschappelijke vooruitgang heeft ons medische zorg, snelle vervoersmiddelen, comfort en gemak gebracht waarvan de generaties vóór ons niet eens konden dromen. Informatie en technologieën overspoelen de aarde, waardoor de mogelijkheden voor familiegeschiedenis en zendingswerk toenemen, maar ook pornografie, virtueel geweld en andere ‘listen en lagen die (…) in het hart van samenspannende mensen bestaan’ (LV 89:4) zich alom verspreiden. In vrijwel de hele wereld is er sprake van een zucht naar materiële bezittingen.
In een dergelijke toestand moeten we goed opletten dat we niet afgeleid of verleid worden om af te dwalen van beginselen die voor iedere generatie eeuwig en waar zijn.
Toen ik in het begin van de jaren zeventig van de vorige eeuw een zending in Europa vervulde, begonnen we onze lessenreeks vaak met de afval, omdat de goddelijkheid van Jezus Christus niet ter discussie stond. Toen ik twintig jaar later als zendingspresident terugkeerde, begonnen we onze gesprekken anders, omdat nog maar weinigen geloofden dat Jezus Christus de Zoon van God is, die zijn leven had neergelegd en na drie dagen was opgestaan.
In de hedendaagse wereld vinden de arrogante argumenten van Korihor, de antichrist, luisterende oren:
‘Waarom ziet gij uit naar een Christus? Want geen mens kan iets weten van hetgeen komen zal.
‘Zie, wat gij profetieën noemt, (…) zijn dwaze overleveringen van uw vaderen.
‘(…) Gij kunt niet iets weten wat gij niet ziet. (…)
‘(…) Ieder mens [gaat het wel] naargelang zijn vaardigheid, en (…) overw[int] naargelang zijn capaciteit’ (Alma 30:13–15, 17).
Wij hebben ons eigen vaste en gerijpte geloof in de Heer Jezus Christus nodig. Ook hebben we hulp nodig om ons gezin te sterken zodat dit geloof in het hart van onze kinderen en kleinkinderen wordt geplant. Geloof in Jezus Christus dat stevig in onze ziel verankerd is, vormt de basis voor ware bekering, oprecht discipelschap, wonderen, geestelijke gaven en blijvende rechtschapenheid. Dat is een belangrijk aspect van de goddelijke zending van het Boek van Mormon.
In het zendingsveld had ik eens een uitermate interessant gesprek met een geestelijke. Hij vertelde ons dat hij het Boek van Mormon niet kon aannemen omdat het openlijk over Jezus Christus spreekt, waarbij zijn naam en de gebeurtenissen uit zijn leven al honderden jaren vóór zijn geboorte worden besproken. Hij vond die openheid niet stroken met het patroon in het Oude Testament, waarin subtieler naar de Heiland wordt verwezen.
Voor mij vormt de ondubbelzinnige vermelding van Jezus Christus juist de kracht van het Boek van Mormon. Uiteraard moeten we een geestelijk getuigenis krijgen dat het boek van God komt. Maar als we dat getuigenis eenmaal hebben verkregen, staan de doeleinden van Christus, de werkelijkheid van zijn leven en opstanding, en de duidelijke vereisten om Hem te volgen en het eeuwige leven te verkrijgen ons ongewoon helder voor ogen.
Het getuigenis van Jezus Christus
Als u de grote redevoeringen over Jezus Christus in het Boek van Mormon vergezeld door de macht van de Heilige Geest leest en overweegt, ontvangt u een zeker getuigenis van de waarheid ervan. Ik vind het heerlijk om door het Boek van Mormon te gaan en me te vergasten aan de krachtige leer van Christus — Nephi’s visioen van de boom des levens, waarin de engel vraagt: ‘Kent gij de goedgunstigheid Gods?’ (1 Nephi 11:16); Lehi’s getuigenis dat ‘verlossing in en door de heilige Messias [komt]; want Hij is vol genade en waarheid’ (2 Nephi 2:6); Jakobs aanvulling dat Hij ‘de poortwachter is (…); en Hij heeft daar geen knecht in dienst gesteld’ (2 Nephi 9:41).
We komen vervolgens bij koning Benjamin die ons leert aangaande de kenmerken van het discipelschap, met zijn stellige verklaring ‘dat er geen andere naam, noch enige andere weg of middel, zal worden gegeven waardoor redding tot de mensenkinderen kan komen, dan alleen in en door de naam van Christus’ (Mosiah 3:17).
Weldra zijn we bij Abinadi, die op het punt staat zijn leven te geven voor wat hij gelooft:
‘Maar er is wél een opstanding, daarom heeft het graf geen overwinning en is de prikkel des doods in Christus verzwolgen.
‘Hij is het licht en het leven der wereld; ja, een licht dat eindeloos is, dat nooit kan worden verduisterd’ (Mosiah 16:8–9).
Alma zet de prachtige leer van de verzoening, gerechtigheid en barmhartigheid uiteen: ‘Het plan van barmhartigheid kon niet worden verwezenlijkt, tenzij er een verzoening werd gedaan; daarom verzoent God zelf de zonden der wereld om het plan van barmhartigheid te verwezenlijken, om de eisen der gerechtigheid te bevredigen, opdat God een volmaakt, rechtvaardig God zou zijn, en tevens een barmhartig God’ (Alma 42:15).
Daarna komen we bij het wonderbaarlijke bezoek van de Heiland aan de kinderen van Lehi. Ook wij voelen zijn liefde, zijn ontferming, zijn leringen, zijn eigen getuigenis.
‘Dit is het evangelie dat Ik u heb gegeven: dat Ik in de wereld ben gekomen om de wil te doen van mijn Vader. (…)
‘En mijn Vader heeft Mij gezonden opdat Ik aan het kruis zou worden verhoogd; en opdat Ik (…) alle mensen tot Mij zou kunnen trekken, zodat evenals Ik door de mensen was verhoogd, ook de mensen zouden worden verhoogd door de Vader, om voor Mij te staan, om naar hun werken te worden geoordeeld, hetzij die goed, hetzij die kwaad zijn’ (3 Nephi 27:13–14).
Tot slot de afsluitende aansporingen van Mormon en Moroni: ‘Weet dat gij (…) u van al uw zonden en ongerechtigheden [moet] bekeren en geloven in Jezus Christus, dat Hij de Zoon van God is’ (Mormon 7:5). ‘Ja, komt tot Christus en wordt vervolmaakt in Hem en onthoudt u van alle goddeloosheid; en indien gij u van alle goddeloosheid onthoudt en God liefhebt met al uw macht, verstand en kracht, dan is zijn genade u genoeg, opdat gij door zijn genade volmaakt kunt zijn in Christus’ (Moroni 10:32).
Gezinnen centraal
In dit krachtige geestelijke en overtuigende getuigenis dat Jezus Christus inderdaad de beloofde Messias is — de gezalfde Zoon van God, die naar de aarde werd gezonden om de opstanding teweeg te brengen voor alle mensen en de geestelijke loutering van wie zich bekeren en Hem volgen — staat de geschiedenis van gezinnen centraal.
Het Boek van Mormon begint met een gezin, een vader en moeder, zonen en dochters die acht slaan op de openbaring van hun vader en profeet om hun wereldse goederen achter te laten en de raad van de Heer te volgen. Het boek staat vol verhalen over ouders die hun kinderen de belofte van en hoop op Jezus Christus willen meegeven. Bij gelegenheid zocht ik eens naar specifieke raad van vaders aan hun zonen in het Boek van Mormon — ik kwam op een totaal van 52 getypte pagina’s. In het Boek van Mormon zien we hoe ouders hun kinderen geloof in Christus en gehoorzaamheid aan Gods geboden, zowel kinderen die van jongs af aan gehoorzaam waren als kinderen die hun weg moesten vinden — soms in een en hetzelfde gezin. Daar kunnen wij voor onze kinderen, voor ons gezin iets van leren.
De specifieke rol van vrouwen en dochters wordt tot op zekere hoogte niet genoemd, wat in oude geschriften gebruikelijk is. Maar als we goed kijken, merken we hun eeuwige en blijvende invloed op. We sluiten de kostbare stukjes die over vrouwen en moeders gaan in ons hart, bijvoorbeeld de beschrijving van hun gevoelens als ‘teer en kuis en zacht (…) voor het aangezicht van God’ (Jakob 2:7), of Helaman die de goedheid van zijn jonge soldaten aan de invloed van hun rechtschapen moeders toeschrijft:
‘Zij waren nauwgezet in het gehoorzamen en uitvoeren van ieder woord van bevel; ja, en hun geschiedde naar hun geloof; en ik herinnerde mij de woorden die, zoals zij mij hadden verteld, hun moeders hun hadden geleerd. (…)
‘Dit nu was het geloof van hen over wie ik heb gesproken; zij zijn jong, en hun geest is onwrikbaar, en zij stellen hun vertrouwen voortdurend in God. (…)
‘(…) Hun moeders hadden hun geleerd dat als zij niet twijfelden, God hen zou bevrijden.
‘En zij gaven de woorden van hun moeders voor mij weer, zeggende: Wij twijfelen er niet aan dat onze moeders het wisten’ (Alma 57:21, 27; 56:47–48).
Denk eens na over de volgende vragen, zodat u de leringen in het Boek van Mormon nog beter op uw gezin kunt toepassen:
-
Uit welke teksten in het Boek van Mormon leren we dat het belangrijk is dat kinderen zien dat hun ouders integer en rechtschapen met hun geloof omgaan?
-
Welke raad hebben vaders in het Boek van Mormon aan hun zonen gegeven die wij ook aan onze kinderen willen meegeven?
-
Wat leren we over onze inspanningen voor kinderen die niet gehoorzaam zijn?
-
Hoe maken ouders in het Boek van Mormon hun kinderen deelgenoot van hun bezielde geloof?
-
Wat leren we over geloof dat van de ene generatie aan de andere wordt doorgegeven?
Er is niets belangrijker om aan elkaar uit te dragen dan geloof in de Heer Jezus Christus. We krijgen er inzicht in de uitdagingen van dit leven door, vreugde ondanks moeilijkheden en eeuwig leven in de toekomende wereld.
Er zijn vele wereldse invloeden die ons en ons gezin van dit onmisbare geloof afbrengen. Het Boek van Mormon nodigt ons en onze familieleden uit om geloof in de Heer Jezus Christus te hebben en bevat de beginselen waardoor we een hecht gezin kunnen vormen.
Ik getuig dat het Boek van Mormon waar is en dat het op aanwijzing van de Heer Jezus Christus door de engel Moroni aan de profeet Joseph Smith is overhandigd. Het is bedoeld voor onze tijd, voor onze kinderen en kleinkinderen. Als we er dagelijks met geloof in lezen, beloof ik dat de Geest van de Heer met ons zal zijn en dat ons gezin eeuwige zegeningen zal ontvangen.
Nephi’s visioen
Lehi’s getuigenis
Koning Benjamins toespraak
Abinadi’s getuigenis
Verschijning van Jezus Christus
Afsluitende aansporingen van Mormon en Moroni
Heinrich Hofmann, Christus’ beeltenis, met dank aan C. Harrison Conroy Co.
Robert T. Barrett, KORIHOR DAAGT ALMA UIT
Clark Kelley Price, Nephi’s visioen; Arnold Friberg, Liahona, detail, © 1951 IRI; Jeremy Winborg, Toespraak van koning Benjamin, kopiëren niet toegestaan; Arnold Friberg, Abinadi verschijnt voor koning Noach, detail, © 1951; Gary Kapp, Dat gij Mij altijd indachtig zijt, © 1998, kopiëren niet toegestaan; Arnold Friberg, Mormon zegt een eens grote natie vaarwel, © 1951 IRI
Arnold Friberg, Lehi en zijn volk komen in het beloofde land aan