Seminarie
Alma 30:30–60: ‘Er [is] een oppermachtige Schepper’


‘Alma 30:30–60: “Er [is] een oppermachtige Schepper”’, Boek van Mormon – leerkrachtenboek (2024)

‘Alma 30:30–60’, Boek van Mormon – leerkrachtenboek

Alma 30:30–60

‘Er [is] een oppermachtige Schepper’

persoon die kijkt naar de nachtelijke hemel

De profeet Alma getuigt: ‘Alle dingen wijzen erop dat er een God is’ (Alma 30:44). Maar waarom erkent of belijdt niet iedereen dat er bewijs is dat God echt bestaat? Korihor ontkent het bestaan van God, tot hij door Gods macht met stomheid wordt geslagen. In deze les leer je bewijzen herkennen dat God bestaat en ervoor te kiezen om in Hem te geloven.

Zelfbeschouwing en -beoordeling aanmoedigen. Stel geïnspireerde vragen, zodat de cursisten gaan inzien wat ze al weten en geloven. Moedig de cursisten aan om de Heilige Geest uit te nodigen en zo vast te stellen wat ze moeten weten, en te getuigen van de waarheden die ze zoeken.

Voorbereiding van de cursist: Vraag de cursisten Alma 30:40–41 of Mozes 6:63 te lezen. Laat ze in hun omgeving zoeken naar bewijzen dat God bestaat en eventueel een foto nemen om in de klas te tonen.

Mogelijke leeractiviteiten

Het bestaan van God

Toon eventueel afbeeldingen waaruit volgens u blijkt dat God bestaat. Cursisten kunnen ook verslag uitbrengen over hun voorbereiding op de les. Bespreek de volgende vragen of enkele daarvan.

  • Hoe gebruikelijk is het op je school of in je omgeving dat mensen bewijzen van Gods bestaan in de wereld om zich heen zien (bijvoorbeeld als ze naar een zonsondergang of naar de sterren kijken)?

  • Waarom denk je dat mensen die naar dezelfde dingen kijken toch andere conclusies over God kunnen trekken?

  • Hoe kan iemands vermogen om Gods betrokkenheid in zijn/haar leven te herkennen worden beïnvloed?

Bedenk hoe het je tot zegen zou zijn als je God en zijn betrokkenheid duidelijker in je leven ziet. Streef er bij je studie vandaag naar om meer bewijs van Gods bestaan te zien in wat je ziet en meemaakt.

Korihor beschuldigt kerkleiders

Korihor, een antichrist, verspreidt met veel succes zijn vleiende boodschappen in het land Zarahemla (zie Alma 30:12, 17–18). Hij probeert ook het volk in Jershon en Gideon te onderwijzen. Daar weerstaan de gelovigen Korihor en brengen hem naar de hoofdrechter en Alma, de hogepriester.

Lees Alma 30:30–36 en ga na hoe Alma reageert op Korihors aanvallen op God en de kerk. Je kunt ook de video ‘All Things Denote There Is a God’ vanaf tijdcode 3:22 tot 5:16 bekijken, beschikbaar op ChurchofJesusChrist.org.

Misschien wilt u de cursisten vragen om de definities van de volgende woorden in hun Schriften te noteren. Zo begrijpen en onthouden ze beter wat ze leren.

Het kan nuttig zijn om te weten dat lasteren in vers 30 betekent God bespotten of ‘zonder respect, met minachting of oneerbiedig over God of heilige zaken’ spreken. (Gids bij de Schriften, ‘Godslastering, lasteren, vloeken’, scriptures.ChurchofJesusChrist.org.) De woorden zich verzadigen aan in deze verzen impliceren rijk worden van.

11:16
  • Waar beschuldigt Korihor de kerkleiders van? (Zie Alma 30:31.)

Alma’s getuigenis van God

Op Alma’s vraag of Korihor in God gelooft, antwoordt Korihor ontkennend (zie Alma 30:37–38).

Lees Alma 30:39–44 en ga na hoe Alma op Korihor reageert. Je kunt ook de video ‘All Things Denote There Is a God’ vanaf tijdcode 5:23 tot 7:13 bekijken, beschikbaar op ChurchofJesusChrist.org.

11:16
  • Wat valt je op aan de reactie van Alma?

  • Welke waarheden over God vind je in Alma 30:41, 44?

Laat de cursisten een kruisverwijzing maken tussen deze verzen en Mozes 6:63. Vraag de cursisten welke waarheden in deze verzen naar hun idee belicht worden. Wellicht vinden ze waarheden zoals het volgende voorbeeld.

We leren onder meer dat alle dingen van God getuigen.

De volgende activiteit kan de cursisten helpen om het bewijs van Gods aanwezigheid in hun leven te herkennen. Probeer alle cursisten bij de les te betrekken. Zet eventueel een lijst met antwoorden van de cursisten voor stap 1 en 2 op het bord. De cursisten kunnen ook iets van stap 3 en 4 in hun dagboek schrijven en vrijwillig daarover vertellen. Sommige cursisten herkennen hun eigen ervaringen misschien pas als ze anderen iets horen vertellen.

  1. Maak een lijstje van wat volgens Alma bewijzen van Gods bestaan zijn.

  2. Voeg daar andere bewijzen aan toe die je kunt bedenken.

  3. Let op punten op je lijst waardoor je zelf bewijzen van Gods bestaan bent gaan zien. Schrijf eventueel enkele details uit je eigen ervaringen op.

  4. Je kunt ook een of meer punten op je lijst kiezen en vertellen hoe je daardoor beter in staat bent om bewijzen van Gods bestaan te zien.

De volgende uiteenzetting kan cursisten helpen, die moeite hebben om ervaringen met God te herkennen. Haal de uiteenzetting desgewenst aan en vraag de cursisten wat ze ervan opsteken. Voorkom dat cursisten ontmoedigd raken, en vraag ze op president Nelsons uitnodiging in te gaan.

President Russell M. Nelson heeft het volgende gezegd over weten dat God bestaat.

2:3

Zie in dat je zonder ervaringen met God aan het bestaan van God kunt twijfelen. Plaats jezelf dus in een positie waarin je ervaringen met Hem gaat krijgen. Verootmoedig jezelf. Bid dat je Gods hand in je leven en in de wereld om je heen mag gaan zien. Vraag Hem of Hij er werkelijk is – of Hij je kent. Vraag Hem hoe Hij over je denkt. En luister dan. (Russell M. Nelson, ‘Kom dan en volg Mij’, Liahona, mei 2019, 90.)

In plaats van geloof te oefenen om een ervaring met God te hebben, wil Korihor dat Alma hem van Gods macht overtuigt. Hij daagt Alma dan ook herhaaldelijk uit om hem een teken te tonen (zie Alma 30:43, 45, 48).

  • Wat is volgens jou het verschil tussen iemand die ingaat op president Nelsons uitnodiging en iemand die om een teken vraagt?

Lees Alma 30:48–53, 59–60 en ga na hoe Korihor van de macht van God overtuigd raakte. Bekijk eventueel ook de rest van de video ‘All Things Denote There Is a God’ vanaf tijdcode 7:13 tot 11:16, beschikbaar op ChurchofJesusChrist.org.

11:16
  • Wat kunnen wij van Korihors ervaring leren?

Let op de lessen waar Mormon op wijst met de woorden ‘aldus zien wij’ in vers 60. Bedenk hoe de duivel mensen in deze tijd nog steeds misleidt en probeert te overtuigen om de waarheid te verloochenen.

Getuig van Gods bestaan en moedig de cursisten aan om God in de wereld om hen heen te leren zien.