Seminarie
Alma 33: In het evangelie van de Heiland onderwijzen


‘Alma 33: In het evangelie van de Heiland onderwijzen’, Boek van Mormon – leerkrachtenboek (2024)

‘Alma 33’, Boek van Mormon – leerkrachtenboek

Alma 33

In het evangelie van de Heiland onderwijzen

cursist onderwijst seminarieklas

Verlang je er weleens naar om de Heer beter te volgen, maar weet je niet hoe? De armen onder de Zoramieten vragen de profeet Alma ‘op welke wijze zij moesten beginnen hun geloof te oefenen’ (Alma 33:1). Inzicht in Alma’s antwoord is belangrijk voor alle discipelen van Jezus Christus. Deze les geeft je meer inzicht in de stappen die je kunt doen om meer geloof in Jezus Christus te oefenen.

Geef cursisten de kans om te onderwijzen. Zoek naar gelegenheden om cursisten een deel van de les te laten geven. Moedig ze aan om het seminarie te zien als plek om lesgeven veilig te oefenen.

Voorbereiding van de cursist: Laat de cursisten Alma 33 thuis lezen en een vers of groep verzen kiezen die ze beter willen begrijpen.

Mogelijke leeractiviteiten

Evangelievragen

Laat de cursisten de volgende vraag in groepjes of met een klasgenoot beantwoorden.

  • Als je de kans had om de profeet van God een of twee vragen te stellen, wat zou je dan willen weten? Waarom?

In Alma 32 nodigt de profeet Alma de Zoramieten uit om hun getuigenis te versterken door het woord van God in hun hart te koesteren. Ze stellen hem vervolgens enkele belangrijke vragen.

Lees in Alma 33:1 welke vragen ze de profeet stellen.

  • In welke bewoordingen zou een tiener tegenwoordig de vraag ‘op welke wijze zij moesten beginnen hun geloof te oefenen’ stellen?

  • Hoe zou je die vraag beantwoorden op grond van wat je over het evangelie van Jezus Christus weet?

Geloof oefenen, is meer dan alleen in Jezus Christus geloven. We oefenen geloof als we doen wat de Heiland vraagt en we Hem doelbewust proberen te volgen. Alma beantwoordt de vraag van de Zoramieten door ze verschillende manieren te leren waarop we ons geloof in Jezus Christus kunnen oefenen.

Kies een van de volgende drie opties uit Alma’s antwoord die je beter wilt begrijpen. Bereid je voor alsof je een les van vijf tot zeven minuten gaat geven over de optie die je kiest. Denk aan iemand die je kent en bereid je voor alsof je de les aan die persoon gaat geven. Gebruik als voorbereiding eventueel enkele ideeën onder ‘Lesvoorbereidingsideeën’ verderop in de les.

Vertel de cursisten dat ze de kans krijgen om de les die ze voorbereiden aan een groepje klasgenoten te geven. Bied alternatieven aan voor wie hardop onderwijzen te spannend is. Zij kunnen bijvoorbeeld een lesschema inleveren of samenwerken met een klasgenoot die meer zelfvertrouwen of ervaring heeft. Als u ervoor kiest om de cursisten geen les te laten voorbereiden, kunt u de ideeën na elke studieoptie gebruiken om de verschillende onderdelen van de les te behandelen.

Het kan voor de cursisten nuttig zijn als u kort laat zien hoe u een lesje voorbereidt. U kunt ervaren cursisten ook als volgt naar ideeën vragen: ‘Wat zijn jouw eerste stappen bij het voorbereiden van een les?’ of ‘Hoe ziet een lesplan er voor jou doorgaans uit?’ of ‘Waar vind je meer informatie over je onderwerp?’

Zet desgewenst de volgende drie opties op het bord waaruit de cursisten kunnen kiezen.

Optie 1: We kunnen geloof in God oefenen door Hem in gebed te aanbidden. Alma 33:3–11

Aanvullende Schriftteksten ter overweging: Alma 34:17–27

Als u besluit om optie 1 met de klas te bestuderen in plaats van de cursisten zich op het lesgeven ervan voor te laten bereiden, laat u ze de waarheden over gebed in deze verzen opsommen. U kunt ook enkele misvattingen over het gebed bespreken die de leringen in deze verzen rechtzetten.

Laat de cursisten eventueel zinsneden over het gebed in het zangboek opzoeken die betekenis voor ze hebben. Ze kunnen persoonlijke ervaringen delen die ze met de tekst hebben gehad.

Optie 2: We kunnen geloof oefenen door in Gods Zoon te geloven. Alma 33:12–18

Aanvullende Schriftteksten ter overweging: Johannes 3:16; 2 Nephi 2:6–8

Als u besluit om optie 2 met de klas te bestuderen in plaats van de cursisten zich op het lesgeven ervan voor te laten bereiden, laat u ze Alma 33:14, 18 markeren. Laat de cursisten vervolgens lievelingsteksten over de Zoon van God in de Schriften opzoeken en bespreken. Ze kunnen zo nodig een lijst met Schriftteksten kerkleerbeheersing uit alle vier cursussen gebruiken.

Optie 3: We kunnen geloof oefenen door ons voor genezing op Jezus Christus te richten. Alma 33:18–23

Aanvullende Schriftteksten ter overweging: Numeri 21:4–9; Helaman 8:14–15

Als u besluit om optie 3 met de klas te bestuderen in plaats van de cursisten zich op het lesgeven ervan voor te laten bereiden, toont u de afbeeldingen uit het Evangelieplatenboek ‘Mozes en de koperen slang’ en ‘De kruisiging’, terwijl de cursisten de bovenstaande passages lezen. Bespreek waarom mensen zich tegenwoordig voor geestelijke genezing niet op Jezus Christus richten, en bij welke bronnen ze daarvoor wel te rade gaan. Vraag de cursisten wat ze zouden zeggen tegen mensen die zich afvragen of Jezus Christus ze echt kan helpen.

hand-out (pictogram) Als de cursisten de les voorbereiden en geven, kunt u ze de volgende hand-out als hulp bij hun voorbereiding aanbieden.

Voorzie de cursisten zo nodig ook van relevant materiaal onder ‘Toelichting en achtergrondinformatie’.

Lesvoorbereidingsideeën

Boek van Mormon – leerkrachtenboek (2024) – ‘Alma 33: In het evangelie van de Heiland onderwijzen’

Welke optie heb je gekozen?

Gebruik eventueel de volgende aanwijzingen om je lesschema voor te bereiden.

Kerngedachten uit verzen die je medecursisten kunnen markeren:

Wat je medecursisten uit deze verzen over onze hemelse Vader en Jezus Christus kunnen leren of voelen:

Hoe deze waarheid van invloed kan zijn op je medecursisten:

Aanschouwelijke lessen, of goede voorbeelden van mensen die deze waarheid naleven:

Vragen die je kunt stellen om medecursisten te laten overdenken wat Alma predikt:

Wat je zelf hebt meegemaakt met wat Alma predikt:

Aanvullende Schriftteksten of citaten van kerkleiders:

Wat je je medecursisten kunt vragen te doen met wat ze hebben geleerd:

Laat de cursisten hun les om de beurt aan een medecursist of groepje geven. Dwing cursisten die zelf lesgeven te spannend vinden niet. U kunt ook enkele gewillige cursisten de hele klas laten lesgeven.

Vraag in gebed hoe je wat je hebt geleerd kunt overbrengen aan de persoon die je in gedachten had bij het voorbereiden van deze les.

Laat de cursisten aan de hand van de volgende vragen hun inzichten uit Alma 33 met de klas delen:

  • Wat heb je vandaag over geloof oefenen in Jezus Christus geleerd?

  • Hoe heb je dat geleerd? Kwam het doordat je een les over dit onderwerp hebt voorbereid?

Bespreek eventueel iets wat je bij je lesvoorbereiding uit Alma 33 hebt geleerd.