Kom dan en volg Mij
26 augustus–1 september. 1 Korinthe 8–13: “Samen bent u […] het lichaam van Christus”


‘26 augustus–1 september. 1 Korinthe 8–13: “Samen bent u […] het lichaam van Christus”’ Kom dan en volg Mij – voor personen en gezinnen: Nieuwe Testament 2019 (2019)

‘26 augustus–1 september. 1 Korinthe 8–13’, Kom dan en volg Mij – voor personen en gezinnen: 2019

avondmaalsdienst

26 augustus–1 september

1 Korinthe 8–13

‘Samen bent u […] het lichaam van Christus’

Lees 1 Korinthe 8–13 met een gebed in uw hart door. De Heilige Geest kan dan op subtiele wijzen tot u spreken (zie 1 Koningen 19:11–12). Als u deze indrukken opschrijft, kunt u teruggrijpen naar de gevoelens en gedachten die u tijdens uw studie had.

Schrijf uw ingevingen op

Korinthe was in de tijd van Paulus een welvarend handelscentrum. Inwoners waren overal uit het Romeinse rijk afkomstig. Met zoveel verschillende culturen en godsdiensten in de stad hadden de kerkleden in Korinthe moeite om de eenheid te bewaren. Paulus schoot ze te hulp om eenheid in hun geloof in Christus te vinden. Die eenheid moest meer zijn dan alleen vreedzaam naast elkaar leven. Paulus vroeg niet uitsluitend om tolerantie voor elkaars verschillen. Hij zette uiteen dat iemand bij toetreding tot de Kerk van Jezus Christus ‘tot één lichaam gedoopt’ wordt en dat elk lichaamsdeel nodig is (1 Korinthe 12:13). Als één lid verloren gaat, is het alsof we een van onze ledematen kwijtraken. Het lichaam raakt erdoor verzwakt. Als één lid lijdt, dienen we allemaal mee te voelen. We moeten dan ons deel doen om dat leed te verzachten. Verschillen worden bij een dergelijke eenheid niet alleen erkend, maar ook gekoesterd. Het lichaam zou zonder leden met uiteenlopende gaven en capaciteiten beperkt zijn. Of u zich nu altijd thuis hebt gevoeld in de kerk of zich afvraagt of u er wel echt bij hoort: Paulus’ boodschap aan u is dat eenheid geen eenheidsworst betekent. U hebt uw medeheiligen nodig en uw medeheiligen hebben u nodig.

individuele studie (pictogram)

Ideeën voor individuele Schriftstudie

1 Korinthe 10:1–13

Met Gods hulp kunnen we aan verzoeking ontkomen.

Geestelijke ervaringen, zelfs wonderbaarlijke, vrijwaren ons niet van ‘menselijke verzoeking[en]’ (1 Korinthe 10:13). Dat is mogelijk één reden waarom Paulus schreef hoe de Israëlieten in de tijd van Mozes met verzoekingen kampten, ook al hadden ze grote wonderen aanschouwd (zie Exodus 13:21; 14:13–31). Lees 1 Korinthe 10:1–13. Welke waarschuwingen aan het adres van de Israëlieten kunt u ook ter harte nemen? Wat voor ‘uitkomst’ om verzoeking te doorstaan heeft onze hemelse Vader u zoal gegeven? (Zie ook Alma 13:27–30; 3 Nephi 18:18–19.)

1 Korinthe 10:16–17; 11:16–30

Het avondmaal verenigt ons als volgelingen van Christus.

De verordening van het avondmaal behelst een persoonlijke overeenkomst tussen een individu en de Heer. Maar we beleven het avondmaal ook gezamenlijk – we nemen vrijwel altijd samen, als groep heiligen, aan het avondmaal deel. Lees wat Paulus over het avondmaal schreef. Bedenk hoe deze heilige verordening ertoe kan bijdragen dat ‘velen’ ‘één’ in Christus worden (1 Korinthe 10:17). Hoe kunt u kracht opdoen door samen met andere gelovigen aan het avondmaal deel te nemen? Hoe verandert dit de manier waarop u zich op het avondmaal voorbereidt en uw doopverbonden wilt nakomen?

1 Korinthe 11:3–15

Waarom schreef Paulus over hoofdbedekkingen en haardrachten?

Paulus verwees naar culturele gewoonten op het gebied van kleding en verzorging. Daarmee wilde hij de relatie tussen mannen, vrouwen en de Heer verduidelijken. Wij houden ons tegenwoordig niet meer aan die gewoonten. Toch leren we van Paulus’ woorden in 1 Korinthe 11:11 dat mannen én vrouwen in het plan van de Heer nodig zijn. Dat geldt zowel in het huwelijk als in de kerk. Ouderling David A. Bednar heeft gezegd: ‘Het is zo bedoeld dat man en vrouw van elkaar leren, elkaar sterken en tot zegen zijn, en elkaar aanvullen’ terwijl zij samen naar de verhoging toegroeien. (‘Wij geloven kuis te moeten zijn’, Liahona, mei 2013, 42; zie ook Markus 10:6–9.)

1 Korinthe 12–13

Gaven van de Geest worden ten bate van alle kinderen van onze hemelse Vader gegeven.

De lijst met gaven van de Geest in 1 Korinthe 12–13 is niet compleet. Maar de lijst is een goede aanzet om de gaven van de Geest die u van uw hemelse Vader hebt gekregen, vast te stellen en te overpeinzen. Het lemma ‘Geestelijke gaven’ in Trouw aan het geloof: evangeliewijzer (lds.org/manual/true-to-the-faith?lang=nld) gaat dieper op deze gaven in. U kunt Paulus’ lijst aanvullen met gaven die u bij anderen, bij uzelf of bij mensen in de Schriften hebt opgemerkt. Als u een patriarchale zegen hebt, kunnen daarin ook enkele gaven van de Geest worden genoemd. Hoe dragen die gaven bij aan de opbouw van Gods koninkrijk? Overdenk wat u kunt doen om ‘naar de beste genadegaven’ te streven (1 Korinthe 12:31).

Zie ook Moroni 10:8–21, 30; Leer en Verbonden 46:8–26; Geloofsartikelen 1:7.

studie in gezinsverband (pictogram)

Ideeën voor Schriftstudie in gezinsverband en de gezinsavond

Als u thuis samen de Schriften leest, zoek dan naar inspiratie om in de behoeften van uw gezin te voorzien. De volgende suggesties kunnen daarbij van nut zijn:

1 Korinthe 9:24–27

Paulus vergeleek naleving van het evangelie met een hardloopwedstrijd. Houd eventueel met het gezin een wedstrijd om zijn punt te illustreren. Beloon iedereen die de finish haalt met een krans of kroon. Bespreek hoe allen die Jezus Christus in dit leven ijverig volgen, de ‘onvergankelijke’ prijs zullen ontvangen (1 Korinthe 9:25; zie ook 2 Timotheüs 4:7–8). Hoe kan een topatleet zich op een wedstrijd voorbereiden? Hoe kunnen wij ons voorbereiden om bij onze hemelse Vader terug te keren’?

hardlopers op een baan

Paulus vergeleek het evangelie naleven met deelname aan een hardloopwedstrijd.

1 Korinthe 12:1–11

Geef iedereen een vel papier met de naam van een gezinslid bovenaan. Laat iedereen de gaven van de Geest noteren die hij of zij bij die persoon opmerkt. U kunt de vellen papier steeds doorgeven totdat iedereen iets over de gaven van ieder gezinslid heeft kunnen opschrijven.

1 Korinthe 12:3

Waarom is de Heilige Geest nodig om een getuigenis van Jezus Christus te krijgen? Hoe kunnen wij de Heilige Geest uitnodigen om ons getuigenis van Hem te versterken?

1 Korinthe 12:12–27

Paulus’ analogie van een lichaam kan een onvergetelijke manier zijn om eenheid in het gezin te bespreken. Laat de gezinsleden bijvoorbeeld een lichaam met alleen ogen of oren tekenen (zie vers 17). Hoe moeten we elkaar volgens deze verzen als gezinsleden behandelen?

1 Korinthe 13:4–8

Paulus’ definitie van liefde kan een inspirerend motto voor uw gezin zijn. U kunt elk gezinslid een zinsnede in de verzen 4–8 laten bestuderen en de rest van het gezin aan de hand van definities, voorbeelden en persoonlijke ervaringen de betekenis laten uitleggen. In welke opzichten is de Heiland een voorbeeld van deze eigenschappen? U kunt ook samen posters met deze zinsneden maken en thuis ophangen. Wees creatief!

Zie voor meer ideeën voor onderwijs aan kinderen de lesideeën van deze week in Kom dan en volg Mij – voor het jeugdwerk.

Ons onderwijs verbeteren

Hang een Schrifttekst op. Hang een tekst die u belangrijk vindt ergens op waar alle gezinsleden die vaak zullen zien. Laat de gezinsleden beurtelings een Schrifttekst kiezen.

avondmaalsdienst

‘Het brood dat wij breken, is dat niet de gemeenschap met het lichaam van Christus? Omdat het brood één is, zijn wij, die velen zijn, één lichaam’ (1 Korinthe 10:16–17).