Kom dan en volg Mij
9–15 december. Openbaring 1–11: “Aan het Lam zij […] de heerlijkheid en de kracht in alle eeuwigheid”


‘9–15 december. Openbaring 1–11: “Aan het Lam zij […] de heerlijkheid en de kracht in alle eeuwigheid”’ Kom dan en volg Mij – voor de zondagsschool: Nieuwe Testament 2019 (2019)

‘9–15 december. Openbaring 1-11’, Kom dan en volg Mij – voor de zondagsschool: 2019

Christus waakt over een kudde schapen

De goede Herder, Del Parson

9–15 december

Openbaring 1–11

‘Aan het Lam zij […] de heerlijkheid en de kracht in alle eeuwigheid’

Als u geestelijke ingevingen ontvangt, merkt u dat de Heilige Geest u wil onderwijzen. Door die ingevingen op te schrijven en ernaar te handelen laat u zien dat u ze waardeert en er meer wilt ontvangen.

Schrijf uw ingevingen op

Meedoen (pictogram)

Meedoen stimuleren

Als u aan een bespreking van Openbaring begint, is het handig om de deelnemers aan de les te vragen welke achtergrondinformatie ze tijdens hun individuele of gezinsstudie over het boek Openbaring hebben gekregen. U kunt samen wat van de informatie in Kom dan en volg Mij – voor personen en gezinnen bestuderen of samen ‘Johannes, zoon van Zebedeüs’ en ‘Openbaring van Johannes’ in de Gids bij de Schriften te lezen.

Onderwijs (pictogram)

In de leer onderwijzen

Openbaring 1

Jezus Christus is de levende Zoon van de levende God.

  • Omdat Johannes beeldspraak en symboliek in Openbaring 1 gebruikt om de herrezen Heiland en zijn daden te beschrijven, is de studie van dit hoofdstuk een geweldige manier om het geloof dat Hij leeft en dat Hij zijn kerk leidt op te bouwen. U kunt de klasleden de kans geven verschillende zinsneden uit Openbaring 1 die beeldspraak of symboliek bevatten op het bord te schrijven, en te vertellen wat ze van elk daarvan over Jezus Christus hebben geleerd. Wat leren we bijvoorbeeld van deze symbolen over de manier waarop Christus zijn kerk in deze tijd leidt? Wat zijn de overeenkomsten tussen de beschrijving van de Heiland door Johannes en die in Leer en Verbonden 110:1–4?

Openbaring 2–3; 7:13–17

Dankzij Jezus Christus kunnen wij moeilijkheden overwinnen.

  • We lijken op zijn minst in één opzicht op de heiligen die Johannes schreef: we ervaren tegenslag. Vraag de mensen in de les in Openbaring 2–3 de beproevingen op te zoeken die de heiligen in de tijd van Johannes meemaakten. Leg ze uit dat Jezus Christus de beproevingen en sterke punten van elke gemeente kende. Ze kunnen vertellen wanneer zij ooit voelden dat de Heiland zich bewust was van hun unieke situatie. Welke raad gaf de Heer aan de heiligen waarmee wij onze problemen ook beter kunnen overwinnen?

  • In deze hoofdstukken deed de Heer ook inspirerende beloften aan hen die overwinnen. U kunt de klas in groepjes van twee in Openbaring 2–3 en 7:13–17 naar de beloften van de Heer laten zoeken. Ze kunnen eventueel ook een tekening maken die enkele van deze beloften voorstelt en dan hun ideeën met de klas bespreken. Hoe inspireren deze beloften hen in hun streven om hun beproevingen en zwaktes te overwinnen?

Openbaring 5

Jezus Christus was de enige die het plan van onze hemelse Vader mogelijk kon maken.

  • Zou aanschouwelijk onderwijs de symboliek in Openbaring 5 aangaande de Heiland die het verzegeld boek opent, duidelijk kunnen maken? U kunt iets lekkers in een afgesloten kistje voor de mensen in de klas meebrengen. Geef voor de les heimelijk iemand de sleutel. Beschrijf aan de aanwezigen wat er in het kistje zit en laat enkele leden van de klas proberen het te openen voordat u dat met de sleutel laat doen. De klas kan dit aanschouwelijk onderwijs dan met Openbaring 5 vergelijken. Stel vragen als deze: hoe lijkt de verlossing van de kinderen van onze hemelse Vader op het gesloten kistje of het verzegeld boek? Waarom was Jezus Christus de Enige die alle zegels kon openen? (Zie het citaat in de ‘Bijkomende leermiddelen’.) Welke zegeningen hingen af van de waardigheid van de Heiland om de zegels te openen? (Zie Openbaring 7:14–17.)

  • Zoals de uitbundige mensen vermeld in Openbaring 5 kunnen wij ook onze stemmen verheffen om de Heiland te eren als de Enige die het waardig is ons verlossing te bieden. Misschien kunnen de deelnemers aan de les enkele lievelingslofzangen over de Heiland zingen. U kunt bijvoorbeeld ‘Glorie zij God de Heer’ zingen (Lofzangen, nr. 39; of bekijk de video ‘Worthy Is the Lamb’ op LDS.org) en de beginselen benoemen die we uit deze lofzang over Jezus Christus leren. Welke ervaringen hebben tot een getuigenis van deze waarheden geleid? Welke overeenkomsten bestaan er tussen de boodschappen uit onze lofzangen en de uitspraken in Openbaring 5:9–14? Hoe kunnen we lofzangen thuis en in de kerk beter gebruiken om de Heer te aanbidden en eren?

Openbaring 7

Vóór de wederkomst vergadert de Heer de rechtvaardigen en bereidt Hij ze voor om bij Hem te kunnen wonen.

  • In Openbaring 7 staan gebeurtenissen van het ‘zesde zegel’ beschreven. Een deel daarvan gaat over onze tijd. In hoofdstuk 7 wordt ook de vraag aan het eind van hoofdstuk 6 beantwoord: ‘De grote dag van Zijn toorn is aangebroken en wie kan dan staande blijven?’ (vers 17). Misschien kunnen de mensen in de les in hoofdstuk 7 het antwoord op deze vraag zoeken. Hier zijn enkele andere vragen om te bespreken: waarom heeft de Heer de vernietiging van de aarde een tijdlang uitgesteld? Hoe ‘verzegelen’ verordeningen en verbonden ons ‘voor de dag dat de verbolgenheid van God mateloos op de goddelozen zal worden uitgestort’ (LV 1:9)? Wat is onze taak in het werk om de wereld op de wederkomst voor te bereiden? In Leer en Verbonden 1:4–23 en 77:8–11 staan aanvullende inzichten.

Openbaring 1–11

In het visioen van Johannes zien we hoe onze hemelse Vader zijn kinderen redt.

  • Sommige mensen in de les vinden het boek Openbaring misschien lastig te begrijpen. Het kan zinvol zijn wat Johannes schreef binnen de context te beschouwen van het plan van onze hemelse Vader voor de verhoging van zijn kinderen. De mensen in uw klas hebben toen ze Openbaring 1–11 thuis lazen, misschien beginselen gevonden waardoor het plan van onze hemelse Vader voor zijn kinderen hun duidelijker werd. (Zie het lesschema van deze week in Kom dan en volg Mij – voor personen en gezinnen.) Laat hen vertellen wat ze hebben gevonden. Het kan nuttig zijn het deel ‘Schriftteksten over het heilsplan’ in de ‘Bijkomende leermiddelen’ te bestuderen. Spoor de deelnemers aan naar Schriftteksten te blijven zoeken waarin beginselen over het heilsplan worden onderwezen, terwijl ze de rest van Openbaring lezen. Geef ze tijdens een toekomstige les een kans om te vertellen wat ze hebben ontdekt.

Studie (pictogram)

Thuisstudie stimuleren

Vraag de mensen in de les aan hun favoriete kersttraditie te denken. Vraag ze het lesschema van volgende week te bestuderen om ideeën op te doen Jezus Christus tot het middelpunt van hun viering te maken.

Leermiddelen (pictogram)

Bijkomende leermiddelen

Openbaring 1–11

Schriftteksten over het heilsplan.

Verzoening van Jezus Christus

Voorsterfelijk leven

Het sterfelijk leven

Het nasterfelijk leven

Alleen Jezus Christus kon verzoening voor ons teweegbrengen.

Jeffrey R. Holland beschreef gebeurtenissen uit het voorsterfelijk bestaan als volgt:

‘Christus [gaf] uit eigen beweging aan de zonden van het mensdom te willen verzoenen, zonder beperkende eisen aan hun morele keuzevrijheid te stellen. Bovendien zou de Vader alle eer en glorie voor die verlossende liefde krijgen.

Deze oneindige verzoening van Christus was mogelijk, omdat (1) Hij de enige zondeloze mens was die ooit op aarde heeft geleefd en Hij daardoor niet onderhevig was aan de geestelijke dood die volgt op zonde, (2) Hij de Eniggeborene van de Vader was en daardoor de eigenschappen van een God in Zich had, die Hem macht over de lichamelijke dood gaven, en (3) Hij kennelijk de enige in deze voorsterfelijke raadsvergadering was die voldoende nederig en bereidwillig was om tot deze bediening te worden geordend.’ (‘De verzoening van Jezus Christus’, Liahona, maart 2008, 35.)

Ons onderwijs verbeteren

Gebruik de Schriften en de woorden van hedendaagse profeten. ‘De Heiland heeft ons geboden om ‘elkaar in de leer van het koninkrijk [te] onderwijzen’ (LV 88:77) en de Schriften te gebruiken om ‘in de beginselen van [zijn] evangelie [te] onderwijzen’ (LV 42:12). De Schriften en de woorden van de hedendaagse profeten en apostelen zijn de bronnen van de waarheden die wij onderwijzen.’ (Onderwijzen naar het voorbeeld van de Heiland21.)