Seminarie
Herhaling kerkleerbeheersing 19


Herhaling kerkleerbeheersing 19

Tekstverwijzingen en kerngedachten uit het hoofd leren

Als je Schriftteksten en de leringen daarin uit het hoofd kent, kan dat op veel manieren vruchten voor je afwerpen. In deze les leer je enkele tekstverwijzingen en kerngedachten van Schriftteksten kerkleerbeheersing uit het Nieuwe Testament uit het hoofd. 

Kerngedachten uit het hoofd leren

  • Op welke manieren gebruikte de Heiland tijdens zijn aardse leven de Schriften?

Toen de Heiland door Satan werd verleid, gebruikte Hij waarheden uit de Schriften om Hem te helpen die verleidingen te weerstaan (zie Mattheüs 4:1–11). Hij gebruikte ook vaak Schriftteksten in zijn onderricht (zie Lukas 4:17–27; Mattheüs 19:4–5; Mattheüs 24:37–40; Markus 12:26). Bedenk steeds bij het uit het hoofd leren van tekstverwijzingen en kerngedachten van Schriftteksten kerkleerbeheersing hoe deze teksten jou en anderen van nut kunnen zijn. Als je deze Schriftteksten en hun kerngedachten nog niet in je Schriften hebt gemarkeerd, overweeg dan om dat nu te doen.

Tekstverwijzing

Kerngedachte

Tekstverwijzing

Hebreeën 12:9

Kerngedachte

God is ‘de Vader van de geesten’.

Tekstverwijzing

Jakobus 1:5–6

Kerngedachte

‘Als iemand van u in wijsheid tekortschiet, laat hij die dan vragen aan God.’

Tekstverwijzing

Jakobus 2:17–18

Kerngedachte

‘Als [geloof] geen werken heeft, [is het] in zichzelf dood.’

Tekstverwijzing

1 Petrus 4:6

Kerngedachte

‘Aan de doden [is] het Evangelie verkondigd.’

Tekstverwijzing

Openbaring 20:12

Kerngedachte

‘En de doden werden geoordeeld […] overeenkomstig hun werken.’

Neem in je studiedagboek het voorgaande schema over. Als je de woorden bij het schrijven hardop opzegt, onthoud je ze beter. Herhaal de tekstverwijzingen en kerngedachten hardop nadat je ze hebt opgeschreven.

Doe ten minste twee van de volgende activiteiten:

  1. Neem een paar minuten de tijd om de tekstverwijzingen en kerngedachten van de Schriftteksten kerkleerbeheersing uit je hoofd te leren. Dek vervolgens de tekstverwijzingen af en probeer deze op te zeggen terwijl je alleen naar de kerngedachten kijkt. Dek vervolgens de kerngedachten af en probeer ze op te zeggen terwijl je alleen naar de tekstverwijzingen kijkt.

  2. Werk samen met een medecursist; de een kan een tekstverwijzing voorlezen en de ander de bijbehorende kerngedachte. Herhaal dit een paar keer voor elk van de Schriftteksten kerkleerbeheersing en probeer de tekstverwijzingen en kerngedachten uit het hoofd te leren. Probeer dit vervolgens zonder naar het schema te kijken. Draai dan de rollen om.

  3. Probeer na enkele minuten uit het hoofd leren de ontbrekende woorden in de volgende onvolledige tekstverwijzingen en kerngedachten in te vullen. Je kunt ook de app Kerkleerbeheersing gebruiken om het invullen van de lege plekken te oefenen.

    • Hebreeën :9. God de van .

    • 1:5–6. Als van in tekortschiet, laat die dan aan God.

    • Jakobus 2: . [geloof] geen heeft, [is het] zichzelf .

    • 1 Petrus :6. Aan de [is] het .

    • 20:12. En doden geoordeeld […] hun .

  4. Kies een van de Schriftteksten kerkleerbeheersing en probeer de hele tekst uit je hoofd te leren. Schrijf zo veel mogelijk tekstverwijzingen en kerngedachten van de vijf Schriftteksten kerkleerbeheersing uit het hoofd op.

Overdenken

Kies een of twee van de Schriftteksten kerkleerbeheersing waarmee je vandaag hebt gewerkt en lees de hele tekst. Bedenk waarom deze tekst de moeite waard is om te onthouden.

Iemand schrijft op papier met een pen of potlood. 1. Beantwoord de volgende vragen in je studiedagboek:

  • Welke waarheid vind je het belangrijkst in deze vijf Schriftteksten kerkleerbeheersing? Waarom?

  • Hoe kun je anderen helpen als je deze waarheden kent?

  • Wat kun je doen om de Schriftteksten kerkleerbeheersing beter te onthouden en toe te passen?