2 Korinthe 8–9

Zorg voor de armen

Jezus Christus bekommert zich om alle kinderen van onze hemelse Vader en nodigt ons uit om samen met Hem voor de armen en behoeftigen te zorgen. Paulus spoorde de heiligen in Korinthe aan om het voorbeeld van de Heiland te volgen door gul aan de armen te geven. In deze les word je aangemoedigd om het voorbeeld van Jezus Christus te volgen door wat je hebt te delen met mensen in nood.

Zorgen voor een vredige leeromgeving. Probeer datgene te verwijderen wat van het bestuderen en overpeinzen van de Schriften kan afleiden. President Boyd K. Packer (1924–2015) van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft gezegd dat ‘inspiratie eerder komt in een vredige omgeving’ en dat ‘eerbied openbaring bevordert’. (Zie ‘Eerbied bevordert openbaring’, De Ster, januari 1992, 19–20.)

Voorbereiding van de cursist: Laat de cursisten lezen wat er op een formulier Tiende en andere offergaven staat vermeld en vraag ze zich voor te bereiden om te vertellen wat de verschillende posten betekenen. Ze kunnen ook vragen over dit formulier stellen.

Mogelijke leeractiviteiten

Een groot probleem

U kunt de volgende onvolledige uitspraak laten zien en de cursisten vragen welke problemen er op de open plek zouden kunnen staan. Prijs de cursisten om de antwoorden die ze geven, ook al is het misschien niet het antwoord dat ouderling Holland in deze uitspraak gebruikte.

Ouderling Jeffrey R. Holland van het Quorum der Twaalf Apostelen sprak van een groot probleem. Denk eens aan enkele problemen die op de lege plek in het volgende citaat zouden kunnen staan.

Door de geschiedenis heen is ____________ altijd als een van de grootste en meest wijdverspreide problemen van de mensheid beschouwd. De zichtbare gevolgen zijn vaak van stoffelijke aard, maar de geestelijke en emotionele kanten ervan kunnen nog funester zijn.

(Jeffrey R. Holland, ‘Zijn wij niet allen bedelaars?’ Liahona, november 2014, 40.)

Het probleem dat ouderling Holland noemde, is ‘armoede’, wat inhoudt dat iemand weinig of geen geld of bezittingen heeft of niet of nauwelijks in zijn levensonderhoud kan voorzien. De term armoede kan ook verwijzen naar een gebrek aan iets wat we op allerlei gebieden van ons leven nodig hebben, waaronder op lichamelijk, emotioneel, sociaal of geestelijk vlak.

• Met welke problemen worden mensen geconfronteerd die minder hebben dan andere mensen?

• Wat voor effect kunnen die problemen op emotioneel, geestelijk en lichamelijk vlak hebben?

Let bij je studie van vandaag op gedachten en gevoelens die onze hemelse Vader je door de Heilige Geest kan sturen over hoe Hij je kan gebruiken om anderen in nood te helpen.

In 2 Korinthe 8:1–8 staat dat de apostel Paulus de heiligen in Korinthe aanmoedigde om het voorbeeld te volgen van de kerkleden in Macedonië die rijkelijk voor de armen hadden gegeven. Vervolgens schreef hij veel belangrijke leringen over zorgen voor de armen op de manier van de Heiland.

Het voorbeeld van Jezus Christus

Paulus gaf het voorbeeld van de Heiland om ons aan te moedigen uit oprechte liefde in de behoeften van anderen te voorzien.

Lees 2 Korinthe 8:9 en let op het onzelfzuchtige voorbeeld dat Jezus Christus ons gaf.

• Wat bedoelde Paulus toen hij schreef dat Jezus arm werd zodat wij rijk konden worden?

We leren uit de brief van Paulus onder meer het volgende: als we begrijpen wat de Heiland voor ons heeft gedaan, zijn we bereidwilliger om aan anderen te geven.

In de Schriften staat dat het belangrijk is om voor mensen in nood te zorgen. Ook in het Boek van Mormon wordt dit principe geleerd. Lees de volgende leringen van Paulus en de bijbehorende passages in het Boek van Mormon en ga na wat er in deze teksten over zorg voor anderen staat. Overweeg om de Schriftteksten aan elkaar te koppelen.

Dit is een goede gelegenheid om de cursisten te herinneren aan de Schriftstudievaardigheid om verzen aan elkaar te koppelen.

U kunt de cursisten vragen om de volgende Schriftteksten in groepjes te bestuderen, waarbij iedere cursist een ander gedeelte bestudeert en aan het groepje vertelt wat hij of zij heeft geleerd.

• Verlangen om te geven: 2 Korinthe 8:12 ; Mosiah 4:24

• Hoeveel geven: 2 Korinthe 9:6 ; Alma 1:30

• Houding bij het geven: 2 Korinthe 9:7 ; Moroni 7:6–8

• Dankbaarheid naar God toe: 2 Korinthe 9:11–15 ; Mosiah 4:19–21

• Hoe zou de Heer willen dat we deze Schriftteksten in onze tijd naleven?

Ouderling Dale G. Renlund van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft uitgelegd hoe de vrijgevigheid van onze hemelse Vader en Jezus Christus ons kan veranderen.

We hebben allemaal […] geschenken en gaven gekregen waar we niet zelf in konden voorzien – gaven van onze hemelse Vader en zijn geliefde Zoon, waaronder verlossing door het zoenoffer van Jezus Christus. Ons is het leven in deze wereld geschonken. We krijgen ook een fysiek leven in het hiernamaals, en eeuwig heil en verhoging – als we daarvoor kiezen – allemaal dankzij onze hemelse Vader en Jezus Christus.

Steeds wanneer we die gaven gebruiken, er baat bij hebben of er zelfs maar aan denken, zouden we bij de offers, de edelmoedigheid en het mededogen van de Gevers stil moeten staan. Eerbied voor de Gevers levert ons meer op dan dankbaarheid. Stilstaan bij hun gaven kan en moet ons veranderen.

(Zie Dale G. Renlund, ‘Sta stil bij de goedheid en grootheid van God’, Liahona, mei 2020, 42.)

• Hoe kan nadenken over de vrijgevigheid van onze hemelse Vader en Jezus Christus ons veranderen?

Zorgen voor de armen in onze tijd

President Russell M. Nelson beschreef twee van de vele manieren waarop de Heiland door zijn herstelde kerk voor de armen in deze tijd zorgt. Lees het volgende citaat of bekijk ‘The Second Great Commandment’ (vanaf tijdcode 6:15 tot 8:51) op ChurchofJesusChrist.org.

Het tweede grote gebod

President Nelson laat aan de hand van voorbeelden zien hoe de kerk en haar leden met humanitaire initiatieven het tweede grote gebod van de Heer vervullen om onze naasten lief te hebben.

Deze liefdadigheidsorganisatie [heeft] meer dan 2 miljard dollar aan hulp geschonken voor mensen in nood over de hele wereld. Deze hulp wordt ongeacht geloof, nationaliteit, etniciteit, seksuele geaardheid, geslacht of politieke voorkeur verleend.

En dat is niet alles. Om leden van de kerk van de Heer die in nood zijn te helpen, onderhouden wij met liefde de aloude vastenwet [zie Jesaja 58:3–12 ]. Wij laten onszelf honger hebben om anderen die honger hebben te helpen. Eén dag per maand eten we niet en schenken we de tegenwaarde van dat voedsel (en meer) om mensen in behoeftige omstandigheden te helpen.

(Russell M. Nelson, ‘Het tweede grote gebod’, Liahona, november 2019, 97–98.)

U kunt video’s uit het gedeelte ‘Toelichting en achtergrondinformatie’ van de les laten zien over projecten die Jezus Christus door bijdragen aan zijn kerk mogelijk heeft gemaakt.

U kunt ook de website latterdaysaintcharities.org bij de cursisten introduceren en ze een paar minuten de tijd geven om de website te bekijken.

• Wat valt je op aan het citaat van president Nelson?

• Hoe zou je vasten en vastengaven uitleggen aan iemand die dat niet kent?

U kunt eventueel een formulier Tiende en andere offergaven laten zien en de cursisten die de voorbereiding hebben gedaan vragen om te vertellen hoe de Heiland de armen helpt door middel van onze financiële bijdragen.

Leg uit, alvorens de cursisten op de volgende vragen te laten antwoorden, dat het bij zorg voor de armen niet altijd draait om geld geven.

• Op welke andere manieren kunnen we de Heer helpen om voor behoeftigen te zorgen, naast het geven van geld aan de kerk? Wie is voor jou een goed voorbeeld van dit beginsel?

Wat zou God willen dat je doet?

Ouderling Jeffrey R. Holland van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft uitgelegd dat we God om leiding moeten vragen bij het helpen van de mensen om ons heen.

Verder weet ik niet precies hoe ieder van u uw plicht moet vervullen jegens hen die zichzelf niet altijd kunnen of willen helpen. Maar ik weet dat God dat wel weet. Hij zal u helpen en leiden in liefdevolle daden van discipelschap als u er gewetensvol naar streeft, erom bidt en om u heen kijkt om een gebod na te komen dat Hij ons keer op keer heeft gegeven.

(Jeffrey R. Holland, ‘Zijn wij niet allen bedelaars?’, Liahona, november 2014, 41.)

Vertel desgewenst een persoonlijk verhaal over hoe God zijn kinderen gebruikt om behoeftigen te dienen.

Stel een plan op om te handelen naar gedachten en gevoelens die je vandaag misschien hebt gekregen om de mensen in je omgeving te helpen. Als je nog niet zeker weet wie je hemelse Vader je wil laten helpen of hoe je diegene(n) kunt helpen, bid dan om leiding en zoek naar gelegenheden om de mensen in je omgeving, onder wie je eigen familieleden, te dienen. God zal je gebeden op zijn eigen tijd en wijze verhoren.

Toelichting en achtergrondinformatie

Hoe worden financiële bijdragen aan de kerk van de Heiland tegenwoordig gebruikt om armoede te verlichten?

Ga naar de website latterdaysaintcharities.org om daarover meer te weten te komen.

Bekijk de video ‘A Child’s First Breath’ (3:13) op ChurchofJesusChrist.org.

A Child’s First Breath [De eerste levensadem van een kind]

Opleiding voor neonatale reanimatie is onderdeel van de uitgebreide humanitaire hulp in het welzijnsprogramma van de kerk.

Bekijk de video ‘Boys’ Home’ (3:20) op ChurchofJesusChrist.org.

Boys’ Home [Jongenshuis]

LDS Charities werkt samen met Food for the Poor om kinderen in de Dominicaanse Republiek van voedsel, kleding en speelgoed te voorzien.

Bekijk de video ‘A Thousand Days’ (4:32) op ChurchofJesusChrist.org.

Duizend dagen

Door in uitgedroogde Afrikaanse landen bronnen en boorgaten te graven, bevordert De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen de gezondheid en het geluk van hele dorpen.

Hoe kan ik de mensen om me heen op andere manieren helpen dan door geld te geven?

Zuster Bonnie L. Oscarson, voormalig algemeen jongevrouwenpresidente, vertelde over een van de vele manieren waarop dat kan:

Jonge vrienden, ik weet zeker dat er bij jullie kerkelijke bijeenkomsten altijd iemand rondloopt die eenzaam is, die het moeilijk heeft en behoefte heeft aan een vriend, of die het gevoel heeft dat hij of zij er niet bij hoort. Aan elke bijeenkomst of activiteit kun jij iets belangrijks bijdragen, en de Heer wil dat je om je heen naar je leeftijdsgenoten kijkt en dient zoals Hij dat zou doen.

(Bonnie L. Oscarson, ‘In behoeften voorzien’, Liahona, november 2017, 26.)

De profeet Joseph Smith (1805–1844) heeft uitgelegd:

[Een lid van de kerk] zal de hongerigen moeten voeden, de naakten moeten kleden, voor de weduwen moeten zorgen, de tranen van de wezen moeten drogen, de behoeftigen moeten troosten, in deze kerk, of in een andere, of in geen een kerk, waar ze ook te vinden zijn.

(Leringen van kerkpresidenten: Joseph Smith [2007], 460.)

Aanvullende leeractiviteiten

Plaatselijke kerkleiders

U kunt een plaatselijke bisschop of ZHV-presidente vragen om de cursisten te vertellen hoe het vastengavenfonds van de Heiland gebruikt wordt om behoeftigen te helpen.

Laat zien hoe je geld geeft

U kunt eventueel een formulier Tiende en andere offergaven en bijbehorende envelop laten zien en een cursist vragen waar die formulieren te vinden zijn, hoe je die invult en aan wie je je bijdrage geeft. U kunt de cursisten ook laten zien hoe ze online een bijdrage kunnen geven op donations.ChurchofJesusChrist.org.

Zorgen voor behoeftigen, is onderdeel van het werk van heil en verhoging

Neem paragraaf 1.2.2 in het Algemeen handboek door en bespreek waarom de zorg voor behoeftigen deel uitmaakt van het werk van heil en verhoging. U kunt vragen stellen zoals ‘Waarom zouden we voor de behoeftigen moeten zorgen om gered en verhoogd te kunnen worden? Hoe zou de zorg voor behoeftigen hindernissen voor hun geestelijke vooruitgang kunnen wegnemen?’