Herhaling kerkleerbeheersing 4

Schriftteksten kerkleerbeheersing toepassen

Een van de doelen van kerkleerbeheersing is dat je de leerstellingen in de Schriftteksten kerkleerbeheersing leert toepassen. In deze les kun je oefenen met het toepassen van Schriftteksten kerkleerbeheersing op scenario’s die je in het dagelijks leven ook kunt tegenkomen.

Voorbereiding van de cursist: Laat de cursisten overwegen hoe ze leringen uit de Schriftteksten kerkleerbeheersing hebben toegepast die ze tot nu toe dit jaar bestudeerd hebben.

Mogelijke leeractiviteiten

In plaats van deze herhalingsles moet u wellicht een Schrifttekst kerkleerbeheersing behandelen. Raadpleeg het lesschema van de gebieds- of regiobestuurder of -coördinator om er zeker van te zijn dat elke les voor Schriftteksten kerkleerbeheersing tijdens het seminariejaar wordt gegeven.

Wat hebben de Schriften met mijn leven te maken?

Een jongeman, Nico, heeft veel tijd in de studie van de Schriften gestoken. Hij kent veel verhalen uit de Schriften en heeft veel verzen uit het hoofd geleerd. Ondanks zijn inspanningen ziet Nico niet echt in wat de Schriften met zijn eigen omstandigheden en vragen te maken hebben.

• Hoe zou je Nico duidelijk kunnen maken dat de Schriften wel degelijk op hem van toepassing zijn?

• Wanneer heb jij een lering uit de Schriften toegepast?

In deze les ga je de leringen in de Schriftteksten kerkleerbeheersing toepassen in situaties die uit het leven gegrepen zijn.

Laat het volgende overzicht zien, zodat de cursisten er tijdens de les steeds een blik op kunnen werpen. Bepaal welke teksten het nuttigst zijn om te beklemtonen en door te nemen.

Tekstverwijzingen en kerngedachten

Dit zijn de tekstverwijzingen en kerngedachten van de Schriftteksten kerkleerbeheersing uit de eerste helft van het Nieuwe Testament. Neem dit overzicht door en, als je dat nog niet gedaan hebt, markeer deze Schriftteksten eventueel in je Schriften.

Tekstverwijzing	Kerngedachte
Lukas 2:10–12	‘Ik verkondig […] dat heden voor u geboren is de Zaligmaker, in de stad van David; Hij is Christus, de Heere.’
Johannes 3:5	‘Als iemand niet geboren wordt uit water en Geest, kan hij het Koninkrijk van God niet binnengaan.’
Johannes 3:16	‘Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft.’
Mattheüs 5:14–16	‘Laat uw licht zo schijnen voor de mensen.’
Mattheüs 11:28–30	‘Kom naar Mij toe, allen die vermoeid en belast zijn, en Ik zal u rust geven.’
Mattheüs 16:15–19	Jezus zei: ‘Ik zal u de sleutels van het Koninkrijk der hemelen geven.’
Johannes 7:17	‘Als iemand de wil heeft om Zijn wil te doen, zal hij van dit onderricht weten.’
Mattheüs 22:36–39	‘U zult de Heere, uw God, liefhebben […]. U zult uw naaste liefhebben.’
Lukas 22:19–20	Jezus Christus heeft geboden: neem ‘tot Mijn gedachtenis’ deel aan het avondmaal.
Johannes 17:3	‘En dit is het eeuwige leven, dat zij U kennen, de enige waarachtige God, en Jezus Christus.’
Lukas 24:36–39	‘Want een geest heeft geen vlees en beenderen, zoals u ziet dat Ik heb.’

• Hoe heb je sommige leringen in deze Schriftteksten kerkleerbeheersing toegepast of kun je die toepassen?

De leer in het dagelijks leven toepassen

Help de cursisten om Schriftteksten kerkleerbeheersing toe te passen op situaties die uit het leven gegrepen zijn. Doe dit bijvoorbeeld door de volgende scenario’s te bespreken en de cursisten een Schrifttekst kerkleerbeheersing te laten kiezen die de persoon in die situatie kan helpen.

U kunt variatie in deze activiteit aanbrengen door in het lokaal vellen papier met de tekstverwijzingen erop neer te leggen of op te hangen (één tekstverwijzing per vel). Leg een scenario aan de klas voor en laat de cursisten bij het vel papier gaan staan met de tekstverwijzing die naar hun idee het beste bij het scenario aansluit. Vraag enkele cursisten vervolgens waarom ze die tekstverwijzing gekozen hebben. Andere cursisten kunnen dan nog meer redenen aandragen waarom die Schrifttekst in dat scenario nuttig zou zijn.

Hieronder staan twee voorbeeldscenario’s voor deze activiteit. Bedenk desgewenst andere scenario’s die met andere Schriftteksten kerkleerbeheersing in het overzicht te maken hebben.

• Een vriend(in) vraagt je: ‘Wat is er zo belangrijk aan Jezus Christus?’

• Een vriend(in) die met het evangelie kennismaakt, vraagt: ‘Waarom moet ik me laten dopen? Kan ik niet gewoon een goed mens zijn?’

Laat de cursisten voor de volgende twee scenario’s met een klasgenoot of in groepjes werken. Geef elk groepje een van de scenario’s. Laat ze de vragen na de scenario’s bespreken.

• Het leven is je allemaal te veel en je vraagt je af waar je verlichting kunt vinden.

• Je ouders drukken je op het hart dat je een voorbeeld voor anderen moet zijn.

• Welke Schrifttekst kerkleerbeheersing heeft betrekking op dit scenario volgens jou?

• Welke woorden of zinsneden uit deze Schrifttekst kerkleerbeheersing kunnen in deze situatie nuttig zijn?

Geef de cursisten de tijd om een of meer scenario’s te bedenken die met de Schriftteksten kerkleerbeheersing in deze les te maken hebben. Als ze klaar zijn, laat u een paar bereidwillige cursisten vertellen wat ze hebben bedacht. Als een cursist over zijn of haar scenario heeft verteld, kunnen andere cursisten een Schrifttekst kerkleerbeheersing kiezen die volgens hen het beste op het scenario aansluit.

Moedig de cursisten aan naar manieren te blijven zoeken om de leer in de Schriftteksten kerkleerbeheersing in hun eigen leven toe te passen.