2020
Je kunt je niet overhaast bekeren
Januari 2020


Je kunt je niet overhaast bekeren

Om mezelf te verbeteren, moest ik mijn bekeringsstrategie veranderen.

‘Amen.’

Ik houd mijn hoofd gebogen terwijl het avondmaal wordt rondgediend. Ik bid tot mijn hemelse Vader en som mijn fouten van de afgelopen week op, en hoe ik het beter had kunnen doen. Ik beloof te veranderen. Ik denk aan de Heiland. Ik neem deel aan het avondmaal. Vervolgens doe ik de daaropvolgende week precies hetzelfde.

Ik heb lang gedacht dat het avondmaal bestond uit aan de Heiland denken, ons bekeren en beloven dat de volgende week beter zou zijn.

Ik had een vermoeden dat ik door dit proces geen vooruitgang boekte. Elke week was vrijwel gelijk aan de vorige. Ik viel in herhaling in mijn onregelmatige persoonlijke gebeden. Ik had nog steeds geen vriendelijke gedachten over mensen die in de trein hard praatten. Ik keek na het werk nog steeds te veel tv. Ik leek in mijn gedragspatronen vastgeroest te zijn, en hoewel ik me er ongemakkelijk bij voelde, wist ik niet hoe ik ze moest veranderen. Er ontbrak duidelijk iets. Ik wist alleen niet wat.

Het antwoord

Tijdens de algemene conferentie vond ik het ontbrekende stukje. President Dallin H. Oaks, eerste raadgever in het Eerste Presidium, zei: ‘Een andere bron van geestelijke verheffing en groei is voortdurende bekering, zelfs van ogenschijnlijk kleine overtredingen. […] Zo’n bekering moet elke week voorafgaan aan onze deelname aan het avondmaal.’1

Het werd me plots duidelijk wat er scheelde: ik bekeerde me alleen op zondag. Door alleen tijdens het avondmaal over mijn zonden na te denken, werd ik gedurende de rest van de week laks, waardoor ik uiteindelijk niet kon veranderen.

Door de boodschap van president Oaks kon ik drie manieren bedenken waarop ik dit ontbrekende stukje in mijn bekeringsproces kon verwerken.

Wat is zonde?

De verzoening van Jezus Christus geldt voor alles, zelfs slechte gewoonten of stoffelijke afleidingen – alles wat ons ervan weerhoudt om meer zoals Hij te worden. De Heiland weet dat zelfs de kleinste dingen ons uiteindelijk van het pad kunnen leiden, en wil ons helpen om ook die dingen te overwinnen. Ik besloot die dingen daarom op een andere manier te bekijken: het waren dingen die me ervan weerhielden om dichter tot de Heiland te komen.

Daardoor kon ik mijn tekortkomingen duidelijker zien en ze niet meer bagatelliseren. Ik begrijp nu dat ik ze moet laten vallen en ben optimistisch omdat ik weet dat Christus me hiermee kan helpen. Het is logisch dat ik, als ik die gewoonten wil kwijtraken, meer moet doen dan er één keer per week over bidden. Ik moet dagelijks met de Heer praten.

De hulp van de Heiland vragen

Door ons dagelijks te bekeren, kunnen we onze vooruitgang realistisch analyseren wanneer we bij onze hemelse Vader verslag uitbrengen. Dan zien we onze zwakheden duidelijker en kunnen we Hem om specifieke hulp en vergeving vragen. Door elke dag vast te stellen welke kleine dingen een afstand tussen mij en de Heiland scheppen, zijn mijn gebeden veranderd, en mijn daden ook. In plaats van mijn wekelijkse routine te doorlopen, wil ik me nu voortdurend verbeteren. Ik voel dat de Geest mijn beslissingen beïnvloedt. Ik heb meer wilskracht om ‘de moeilijkere, maar betere keuze’2 te maken. En ik weet dat het dankzij de instaatstellende kracht van de verzoening van Christus is.

Hoewel ik goede bedoelingen had toen ik alleen met mijn zonden probeerde om te gaan, heeft de hele week op God vertrouwen het verschil uitgemaakt. Doe ik dat, dan voel ik zijn nabijheid terwijl ik aan mezelf werk. Ik heb niet meer het gevoel dat Hij pas aan het eind van een heel lange tunnel op me wacht.

Een nieuwe kijk op het avondmaal

President Oaks heeft uitgelegd dat het avondmaal alleen geen bekering teweegbrengt – het is een wekelijkse stap in een terugkerende cyclus. Het is een tijd waarop we onze week kunnen evalueren, onze dankbaarheid voor de Heiland kunnen uiten en ons opnieuw kunnen voornemen om het beter te doen. Als ik me dagelijks bekeer, krijgt het avondmaal een nieuwe betekenis voor mij. Dan hoef ik het hele bekeringsproces niet meer in die 10 minuten te proppen. In plaats daarvan denk ik echt aan het zoenoffer van Christus en bewonder ik zijn oneindige liefde en barmhartigheid. Als ik van het brood en het water neem, voel ik me echt gereinigd, en klaar om de volgende week een beetje beter te worden.

Als we ons gedurende de week bekeren, krijgen we de kans om het wonder van het avondmaal te waarderen. Door te begrijpen dat bekering een dagelijks proces is, heb ik de kracht gekregen om mijn tekortkomingen met moed en optimisme onder ogen te zien. Ik heb niet meer het gevoel dat ik er alleen voor sta. In plaats van me op die momenten terneergeslagen en ontmoedigd te voelen, kan ik de hoop en vreugde laten herleven die ik bij mijn doop heb ervaren.

Noten

  1. Dallin H. Oaks, ‘Kleine en eenvoudige dingen’, Liahona, mei 2018, 90.

  2. Thomas S. Monson, ‘Keuzes’, Liahona, mei 2016, 86.