Verlamd maar niet pessimistisch
De auteur woont in Córdoba (Argentinië).
Nadat ik was neergeschoten en verlamd was geraakt, maakte mijn geloof in Jezus Christus het onmogelijke mogelijk.
Van jongs af aan hield ik van sport, vooral van voetbal. Ik speelde wanneer ik maar kon. Ik droomde ervan om ooit voor Argentinië aan de Olympische Spelen of het WK deel te nemen.
Maar mijn dromen vielen in duigen toen ik 15 jaar oud was. Ik had net mijn zieke seminarieleerkracht bezocht en reed op mijn fiets naar huis toen twee bendes in mijn buurt op elkaar begonnen te schieten. Een verdwaalde kogel raakte me in de rug.
Toen ik de volgende dag in het ziekenhuis wakker werd, kwam ik erachter dat ik vanaf mijn middel verlamd was.
De vraag die we ons moeten stellen als er slechte dingen gebeuren
Terwijl ik aan het genezen was, vroegen familieleden en vrienden me hoe het met me ging. Ik kon merken dat ze allemaal met me meeleefden, dus troostte ik ze door te zeggen dat ik oké was. Het was goed voor me om anderen te troosten, maar ik wist dat ik niet meer zou kunnen lopen en met mijn verlamming moest leren leven.
In die tijd ging ik naar het seminarie en werd ik weer actief in de kerk. Het seminarie was de pilaar waarop ik steunde om terug te komen en niet boos te worden op mijn hemelse Vader over wat mij was overkomen.
In het seminarie zei onze leerkracht dat als er slechte dingen gebeuren, we niet moeten vragen: ‘Waarom is dit mij overkomen?’ Ze zei dat we moesten vragen: ‘Wat kan ik hiervan leren?’
Het was moeilijk om door te gaan en altijd positief te blijven, maar de vraag van mijn seminarieleerkracht gaf me veel kracht. Als ik de hoop verloor en door twijfels werd overmand, keerde ik altijd terug naar de vraag: ‘Wat kan ik ervan leren?’ Daardoor was ik in staat om elke dag op te staan, en door te gaan als ik de moed wilde opgeven.
Wat betreft de man die me had neergeschoten, zegende onze hemelse Vader mij om geen wrok jegens hem te koesteren. Uiteindelijk moest hij voor de rechter verschijnen en werd hij naar de gevangenis gestuurd. Terwijl hij daar was, schreef hij me een brief, waarin hij mij om vergeving vroeg en vertelde dat hij zijn leven had gebeterd. Ik vertelde hem dat ik niet verbitterd was en dat ik blij was dat hij was veranderd.
Een nieuwe passie vinden
Enkele jaren nadat ik was neergeschoten, had ik niet veel zin om ook maar iets te doen. Ik miste het sporten, en ik wist toen niet dat veel sporten zijn aangepast voor mensen met een handicap. Toen ik dat ontdekte, keerde mijn enthousiasme voor sport terug. Ik probeerde nieuwe sporten te leren. En ik deed dat met dezelfde passie zoals ik dat vóór mijn verlamming met voetbal had gedaan.
Al snel vond ik een sport waarvan ik net zo veel hield als voetbal – rolstoelbasketbal. En uiteindelijk, na veel spelen en oefenen, werd ik voor de Argentijnse nationale ploeg geselecteerd. Ik hou van het hoge competitieniveau tussen de internationale teams.
Ik speelde voor het nationale rolstoelbasketbalteam voor vrouwen in de Para-Zuid-Amerikaanse Spelen in Chili in 2014, waar we een gouden medaille wonnen. Daarna namen we deel aan de Zuid-Amerikaanse kampioenschappen in Colombia, waar we in 2015 een zilveren medaille wonnen. Ik nam in 2015 ook deel aan de Parapan American Games in Canada, waar we ons kwalificeerden voor de Paralympische spelen in Rio de Janeiro (Brazilië) in 2016. Later, na kwalificatie voor de wereldkampioenschappen, speelden we in 2018 in Hamburg (Duitsland). En in augustus 2019 speelden we op de Parapan American Games in Lima (Peru).
De zegeningen waardoor ik het volhoud
Soms raak ik nog steeds ontmoedigd, en elke dag heeft bepaalde uitdagingen die ik moet overwinnen. Maar ik dank mijn hemelse Vader voor de geweldige familieleden en vrienden die Hij me heeft gegeven. Hij heeft veel belangrijke mensen in mijn leven gebracht die mij hebben geholpen om deze moeilijke beproeving te doorstaan. Steun van onze familie is essentieel voor het overwinnen van moeilijkheden, niet alleen bij fysieke, maar ook bij mentale, emotionele en spirituele moeilijkheden.
Vanwege het evangelie waardeer ik de vele zegeningen die mijn Vader mij heeft gegeven en mij blijft geven. Ik weet dat Hij van me houdt. Zonder geloof in Hem en Jezus Christus had ik deze beproeving niet kunnen doorstaan.
Ja, ik moet het leven in een rolstoel doorbrengen, maar zelfs in mijn rolstoel heb ik toch nog veel van mijn jeugddromen verwezenlijkt. Ik zeg tegen andere mensen: ‘Geloof in onze Vader. Hij staat aan onze zijde. Met zijn hulp kunnen we onze moeilijkheden overwinnen. Verlies je geloof niet. Blijf trouw aan het evangelie. Stel doelen, en je kunt ze bereiken. Onze hemelse Vader zal je helpen.’
Naast de steun in mijn beproevingen en doelen, is mijn geloof ook een hulpmiddel om de beginselen van het evangelie van Jezus Christus na te leven. Aan toernooien deelnemen kan verleidingen met zich meebrengen, maar als ik de evangeliebeginselen en mijn normen in gedachten houd, kan ik goede beslissingen nemen.
Ik probeer anderen door mijn voorbeeld te helpen. Ik drink niet. Ik rook niet. Andere dingen die sommige atleten wél doen, doe ik niet. Het is soms moeilijk om mijn getuigenis te geven of over de Schriften te praten, maar ik probeer anderen door mijn voorbeeld te onderwijzen.
Onze hemelse Vader heeft alle antwoorden
Soms worden we boos op onze hemelse Vader vanwege de moeilijkheden die ons of onze dierbaren overkomen, maar zelfs als we niet altijd alle antwoorden op onze beproevingen weten, weet Hij die wel.
Onze hemelse Vader geeft ons geen moeilijkheden die we niet kunnen overwinnen. Zoals mijn seminarieleerkracht zei, gebeuren er soms slechte dingen om een reden. En soms kunnen die moeilijke dingen ons en anderen tot zegen zijn. Als we ondanks onze moeilijkheden in ons geloof volharden, kan ons voorbeeld van geloof anderen versterken die hun beproevingen onder ogen moeten zien en verder moeten gaan.