‘Keuzevrijheid bij lichamelijke intimiteit respecteren’, Liahona, augustus 2022.
Keuzevrijheid bij lichamelijke intimiteit respecteren
Volledige gehoorzaamheid aan de wet van kuisheid, die seksuele intimiteit aan man en vrouw voorbehoudt (zie Leer en Verbonden 42:22–23), en volledig respect voor de keuzevrijheid van de ander, moeten de leidraden zijn in de fysieke aspecten van intieme relaties.
Dit artikel gaat over het belang van het recht op keuzevrijheid in de fysieke aspecten van onze relaties – van daten tot het huwelijk – om een geslaagde en betekenisvolle relatie te hebben. Dat zal er mede toe leiden dat de vreugdevolle eenheid die God aan man en vrouw heeft beloofd tot stand komt, en dat de tragische gevolgen van ongewenst seksueel contact teniet worden gedaan.
De manier waarop we het recht op keuzevrijheid bij lichamelijke genegenheid en seksuele intimiteit respecteren, speelt een belangrijke rol bij onze voorbereiding op en versterking van een van onze belangrijkste relaties.
Het doel van lichamelijke intimiteit
Als man en vrouw bereidwillig, vrijelijk en liefdevol aan seksuele intimiteit deelnemen, kan dat een vreugdevolle ervaring zijn die hen verenigt. Die eenheid tot stand te brengen door hart, verstand en lichaam van een man en een vrouw samen te brengen, is een van de hoofddoelen waarvoor God seksuele intimiteit heeft geschapen.1
Ouderling Jeffrey R. Holland van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft gezegd: ‘Seksuele intimiteiten [zijn] voorbehouden aan gehuwden omdat ze het symbool bij uitstek zijn van volkomen eenheid, een totaliteit en eenheid die God heeft geboden en vastgesteld. Vanaf de hof van Eden is het huwelijk bedoeld als de volkomen samensmelting van man en vrouw – hun hart, hoop, leven, liefde, gezin, toekomst, alles. Adam zei dat Eva been van zijn gebeente was, vlees van zijn vlees, en dat ze “één vlees” zouden worden [zie Genesis 2:23–24]. Dat is zo’n volslagen eenheid dat wij het woord verzegelen gebruiken om de eeuwige belofte ervan uit te drukken.’2
Als we dit goddelijke doel in gedachten houden, gaan we begrijpen waarom God zoveel belang hecht aan de manier waarop we met lichamelijke intimiteit omgaan. In dit artikel verstaan we onder lichamelijke intimiteit zowel seksuele intimiteit als andere lichamelijke uitingen van genegenheid, zoals handen vasthouden of zoenen. (Zie de sectie ‘Kernideeën’ hieronder voor meer definities.)
De rol van keuzevrijheid
Het recht dat God ons geeft om zelf te kiezen en te handelen, is van essentieel belang in het heilsplan. Zonder keuzevrijheid zouden we niet kunnen leren, vooruitgang maken of ervoor kiezen de Heiland te volgen. Dankzij keuzevrijheid kunnen we zoals God worden doordat we tussen goed en kwaad leren kiezen.3
Keuzevrijheid is het vermogen om te handelen en niet met zich te laten handelen. Daarom dient lichamelijke genegenheid of elke vorm van seksuele omgang niet alleen volgens Gods leringen en de wet van kuisheid plaats te vinden, maar ook met de instemming van beide personen. Als aan die voorwaarden is voldaan, kan lichamelijke genegenheid in de aanloop naar het huwelijk, en lichamelijke genegenheid en seksuele intimiteit binnen het huwelijk, relaties versterken en eenheid bevorderen.
Als keuzevrijheid echter wordt misbruikt om met anderen te handelen en zich niets aan te trekken van hun recht om te kiezen hoe en wanneer ze aan lichamelijke genegenheid of seksuele intimiteit deelnemen, wordt dergelijk contact een daad van agressie, zonder respect voor Gods normen en de keuzevrijheid, gevoelens en verlangens van de ander. Lichamelijke intimiteit voor louter bevrediging of als middel om iemand te onderwerpen en manipuleren, is een zonde die personen en relaties blijvend kan schaden.
Keuzevrijheid tijdens daten en verkering respecteren
Terwijl een relatie zich tijdens daten en verkering steeds verder ontwikkelt, respecteren we iemands keuzevrijheid onder meer door toestemming te vragen en te krijgen, voordat we enige vorm van lichamelijke genegenheid uiten, zoals handen vasthouden, knuffelen of zoenen.
Elke uiting van lichamelijke genegenheid of seksuele intimiteit zonder de bereidwillige, volmondige en duidelijke toestemming van beide partners, is een schending van de keuzevrijheid. Ongewenst seksueel contact wordt in veel landen ook wettelijk seksueel geweld genoemd. (Zie het bijbehorende artikel ‘Antwoord op vragen over seksueel geweld’ voor meer informatie over instemming en geweld.)
Bovendien zien we dankzij een evangelieperspectief in dat het belangrijk is zowel de wet van kuisheid als de wederzijdse instemming in ere te houden, omdat beide essentieel zijn voor de bevordering van een hechte, eeuwige relatie. Naleving van het ene zonder het andere is niet voldoende. Bijvoorbeeld, als twee personen elkaars keuzevrijheid respecteren door wederzijds toe te stemmen met seksueel contact buiten het huwelijk, overtreden ze nog steeds Gods wet. En zelfs niet-seksueel lichamelijk contact zonder toestemming van de andere persoon kan de keuzevrijheid van die persoon schenden.
Naarmate we ons begrip van het evangelie van Jezus Christus vergroten, zien we steeds beter in hoe we door gehoorzaamheid aan Gods wetten en het respecteren van elkaars keuzevrijheid, kunnen groeien in eenheid en liefde, en hoe dit ons kan voorbereiden op een diepere, vreugdevolle lichamelijke relatie in het huwelijk, waardoor we verenigd worden en ons goddelijke potentieel bereiken.
Tederheid en respect in het huwelijk
Elkaars keuzevrijheid respecteren is nog steeds essentieel in het huwelijk, en is belangrijk om de seksuele intimiteit te verbeteren zodat man en vrouw één zullen worden.
Zo’n eenheid komt voort uit geven, niet nemen; uit liefde, niet uit begeerte; uit meer bezorgdheid om het welzijn van de ander dan om zichzelf. ‘Tederheid en respect – geen egoïsme – dienen de grondslag voor [onze] intieme omgang te zijn.’4
Ouderling Dale G. Renlund van het Quorum der Twaalf Apostelen en zijn vrouw, Ruth Lybbert Renlund, hebben gezegd: ‘Seksuele intimiteit dient man en vrouw in een huwelijk in vertrouwen, toewijding en zorg voor elkaar te verenigen. Seksuele omgang binnen het huwelijk moet met respect voor de wilsvrijheid van beide partners gepaard gaan. Dwang en overheersing zijn daarbij niet op hun plaats.’5
Het huwelijk is een heilige relatie waarbij de huwelijkspartners op veel manieren naar eenheid moeten streven, ook in hun seksuele omgang. Het huwelijk op zich ontheft geen van beide partners van de noodzaak om duidelijk over hun verlangens te praten en elkaars verlangens inzake seksuele omgang te respecteren. Deze gesprekken zijn vooral in het begin van het huwelijk van essentieel belang, en ze blijven belangrijk om huwelijkspartners verenigd te houden. Zo blijven ze leren en groeien, ook als mettertijd hun omstandigheden veranderen.
Helaas horen we soms dat een huwelijkspartner denkt dat hij of zij het recht heeft om de andere persoon seksueel gedrag op te dringen of dat af te dwingen. Als we onze verbonden als man en vrouw willen nakomen, mogen we niets doen waardoor onze huwelijkspartner zich ongemakkelijk voelt of wat de Geest grieft. Huwelijkspartners lossen verschillen in hun verlangens qua frequentie of seksuele wensen op door met elkaar te overleggen in plaats van dwang of druk uit te oefenen.
Als we aan seksuele intimiteiten binnen de door God voorgeschreven banden van het huwelijk deelnemen, en liefdevol, respectvol en toegewijd elkaars keuzevrijheid respecteren, kunnen we als huwelijkspartners christelijker en meer verenigd worden, en ons concentreren op wat het beste voor de ander is en op wat in overeenstemming met de wil van God is.