Activiteiten om verbanden te leggen
De volgende activiteiten kunnen:
-
De jongeren helpen verbanden te leggen tussen wat ze thuis, in de kerk, in het seminarie en door hun dagelijkse ervaringen leren.
-
De leerstelling inleiden die de jongeren in de klas zullen behandelen
De jongeren kunnen deze activiteiten alleen, in groepjes of als klas doen. Vergeet niet dat u altijd de beste ideeën opdoet als u de geestelijke behoeften van de jongeren die u lesgeeft voor ogen houdt.
De jongeren helpen verbanden te leggen tussen wat ze thuis, in de kerk en in andere situaties leren
Een lijst met waarheden maken
Vraag de jongeren een lijst met evangeliewaarheden te maken die ze hebben geleerd en de onderlinge samenhang te bespreken.
Een woord of zinsnede opschrijven
Laat de jongeren in één woord of zinsnede samenvatten wat ze onlangs hebben geleerd.
Een Schrifttekst aanhalen
Vraag de jongeren een Schrifttekst te noemen die ze onlangs hebben bestudeerd en toe te lichten wat ze ervan hebben opgestoken.
Over een leerervaring vertellen
Vraag de jongeren uit eigen ervaring te vertellen hoe een leerstelling van het evangelie op zinvolle wijze tot hen is doorgedrongen.
Over een onderwijservaring vertellen
Laat de jongeren over een recente ervaring vertellen die zij met het onderwijzen van het evangelie hebben gehad. Wat ging er naar hun gevoel goed? Wat zouden ze graag willen verbeteren?
Over een toepassing vertellen
Bied de jongeren de gelegenheid om te vertellen hoe ze de dingen naleven die ze leren.
Vragen stellen
Laat de jongeren vragen stellen die zij hebben over een leerstelling die ze bestuderen.
Vragen bespreken
Laat de jongeren vragen naar voren brengen die ze over de kerk of hun geloof hebben gekregen en bespreken hoe ze die zouden beantwoorden.
De leerstelling inleiden die de jongeren in de klas gaan behandelen
De leerstelling in de Schriften opzoeken
Laat de jongeren een vers in de Schriften vinden waarin de leerstelling van de les naar voren komt.
Een vraag stellen
Laat de jongeren reageren op een vraag over de leerstelling.
Een lofzang zingen
Laat de jongeren een lofzang zingen die verband houdt met de leerstelling.
De vraag in de titel van de les beantwoorden
Zet de vraag in de titel van de les op het bord en laat de jongeren over het antwoord nadenken.
Rollenspelen
Laat de jongeren een rollenspel doen van een situatie waarin iemand ze een vraag stelt over de leerstelling. Hoe zouden ze die beantwoorden?
Uitleggen wat je weet
Vraag de klas wat zij over de leerstelling weten.
De leerstelling in stukjes opdelen
Deel de leerstelling in stukjes op en laat verschillende jongeren de betekenis van elk onderdeel uitleggen.
Een plaat of voorwerp toelichten
Laat de jongeren een plaat of voorwerp zien in verband met de leerstelling van deze week en laat ze er uitleg aan geven.
Een tekening maken
Laat de jongeren een tekening maken van wat zij van de leerstelling die u gaat bespreken al denken te weten.
Schriftteksten opzoeken en erover vertellen
Vraag de jongeren een Schrifttekst op te zoeken die de vraag in de titel van de les helpt beantwoorden.
Samenvatten wat je weet
Laat de jongeren in enkele woorden of zinsneden samenvatten wat ze over de leerstelling weten of welke ervaring ze ermee hebben gehad.
Anonieme enquête
Geef de klas een korte, anonieme enquête waarin u ze vraagt naar hun gevoelens of ervaringen met betrekking tot de leerstelling.
Quiz
Doe een korte quiz met de jongeren waarmee u hun kennis van de leerstelling kunt peilen.
Een lijst met woorden maken
Laat de jongeren woorden noemen die te maken hebben met de leerstelling die ze gaan bespreken. Welke woorden of zinsneden roepen vragen bij ze op?