Klaar voor de tempel
‘Hoe kan ik een tempelaanbeveling krijgen?’ vroeg Ajan.
‘Zie toe dat u alle dingen in waardigheid doet’ (Mormon 9:29).
Ajan glimlachte breeduit toen hij hoorde dat er op de deur werd geklopt. Madda (mama) had hun dienende broeder uitgenodigd om te helpen bij een speciale thuisavond.
Hij deed de deur open. ‘Wah gwaan, broeder Williams!’ (‘Hoe gaat het?’)
‘Alles gaat irie!’ zei broeder Williams. (‘Alles gaat goed!’) Hij gaf Ajan een zak mango’s van de boom in zijn tuin.
Broeder Williams ging op de sofa zitten. Madda vroeg Ajans zusje, Dana, om het openingsgebed uit te spreken.
Na het gebed zei broeder Williams: ‘Dit jaar wordt Ajan 12. Weet iemand waarom dit een speciaal jaar voor hem is?’
Ajans broertje, Tejaun, wipte enthousiast op en neer. ‘Omdat hij het priesterschap kan ontvangen en het avondmaal kan ronddienen!’
‘Dat klopt!’ zei broeder Williams. ‘Maar er is nog een reden.’
Hij pakte zijn portemonnee en pakte er een papiertje uit. ‘Dit is een tempelaanbeveling.’
Hij gaf het papiertje aan Ajan.
‘Cool!’ Ajan ging met zijn vingers over de gouden tempel op het kaartje. ‘Waarvoor dient het?’
‘Ik laat het in de tempel aan de persoon achter de balie zien. Dan weten ze dat ik waardig ben om naar binnen te gaan.’
‘Ik wil het zien!’ Dana pakte het papiertje van Ajan af en bekeek het aandachtig.
‘Hoe denk je dat het zou zijn om zelf zo’n tempelaanbeveling te hebben?’ vroeg broeder Williams.
‘Ik zou me speciaal voelen!’ Ajan keek op van het kaartje. ‘Maar ik weet niet of ik wel naar de tempel kan gaan. Het kost veel geld om een vliegticket te kopen om daar naartoe te gaan.’
‘Ik kan ook niet vaak naar de tempel gaan’, zei broeder Williams. ‘Maar mijn aanbeveling herinnert mij eraan dat ik er altijd klaar voor moet zijn.’
Ajan dacht even na. ‘Ik wil er ook klaar voor zijn’, zei hij. ‘Hoe kan ik een tempelaanbeveling krijgen?’
‘Je gaat met de bisschop praten’, zei broeder Williams. ‘Hij stelt je wat vragen om te zien of je klaar bent.’
‘Dus het is een soort test?’ vroeg Ajan een beetje zenuwachtig.
‘Het is meer een gesprek’, zei broeder Williams. ‘De bisschop is je vriend, en hij wil je helpen om er klaar voor te zijn.’
Ajan knikte. Hij vond de bisschop aardig.
‘Zou je de vragen willen zien?’ Broeder Williams gaf Ajan een papier met wat vragen erop. Dana en Tejaun gingen bij hem zitten zodat ze het ook konden zien.
‘Nummer één’, las Ajan voor. ‘“Gelooft u in en hebt u een getuigenis van God, de eeuwige Vader; zijn Zoon, Jezus Christus; en de Heilige Geest?”’
Hij keek blij. Dat was makkelijk. ‘Ja!’
Hij ging verder en las de vragen één voor één voor. Madda en broeder Williams legden uit wat een aantal dingen betekenden.
Toen las Ajan nog een vraag: ‘“Begrijpt u het woord van wijsheid en leeft u het na?”’ Hij fronste zijn wenkbrauwen. ‘Ik heb bij D’andre thuis een keertje rum punch gekregen’, zei hij. ‘Maar dat wil ik nooit meer drinken. Betekent het dat ik geen tempelaanbeveling kan krijgen?’
‘Het woord van wijsheid onderhouden houdt in dat je geen alcohol drinkt, en er zit alcohol in rum punch’, zei broeder Williams. ‘Maar je kunt je altijd bekeren en waardig zijn om naar de tempel te gaan.’
‘Dankzij Jezus!’ zei Tejaun.
‘Precies!’ zei broeder Williams. ‘Dan kan je tempelaanbeveling je eraan herinneren om het woord van wijsheid te blijven gehoorzamen. En om altijd klaar te zijn om naar de tempel te gaan.’
Ajan glimlachte. Hij voelde zich veel beter.
‘Misschien krijg ik binnenkort de kans om naar de tempel te gaan’, zei Ajan. ‘En wanneer dat zo is, zal ik er klaar voor zijn!’