Kom, Heer Jezus, naar de kribbe,
dan zien wij uw lief gezicht.
Grote Schepper, hier een vreemd’ling,
Kindje in dit need’rig oord.
Nooit meer duister! Licht, verschijn!
Kom, o Heer Immanuel.
Kom, Heer Jezus, naar de kribbe,
Kom, Heer Jezus, kom!
Kom, Heer Jezus, heel de wonden,
heel ons zwaar belaste hart.
Smet’loos Lam, uw liefd’ is eind’loos:
vrede vinden wij in U.
Kom in glorie naar deez’ aard’,
kom en heers hier over ons.
Mogen wij U knielend groeten.
Kom, Heer Jezus, kom!
Kom, Heer Jezus, grote Redder.
Morgenrood vol warme gloed.
Laat ons, Heer, uw kind’ren wezen,
dan gaat droefheid snel voorbij!
Kom in glorie naar deez’ aard’,
kom en heers hier over ons.
Mogen wij U knielend groeten.
Kom, Heer Jezus, kom!