Ik zal hem terugzien
Reyna I. Aburto
Tweede raadgeefster in het algemeen ZHV-presidium
Ik ben in Nicaragua opgegroeid. Toen ik klein was, deed ik alles samen met mijn oudere broer. We gingen samen naar school. We gingen samen naar de winkel. We beleefden allerlei avonturen in onze achtertuin. We waren gelukkig.
Toen ik negen was, gebeurde er iets heel verdrietigs. Mijn broer kwam om bij een aardbeving. In het begin kon ik niet bevatten dat hij er niet meer was. Ik beeldde me dan in dat hij op onze voordeur zou kloppen. Hij zou ons dan vertellen dat hij gewoon eventjes weg was geweest. Ik staarde dan naar de deur terwijl ik wenste dat het zou gebeuren. Ik wilde hem zo graag weerzien.
Na verloop van tijd werd het wat makkelijker. Ik miste mijn broer nog wel, maar ik kon me opnieuw gelukkig voelen.
Toen was ik nog geen lid van De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen. Maar toen ik opgroeide, leerde ik de kerk kennen en liet ik mij dopen. Op een dag was ik de afwas aan het doen. Dat was rond Pasen. Ik was over de opstanding aan het nadenken en dacht aan mijn broer.
Ineens borrelde er een gevoel in mij op. Ik herinnerde me de dagdroom die ik over mijn broer had gehad. Ik besefte dat die helemaal niet zo gek was. De Heilige Geest had me die gegeven om me te troosten en leiden. Op zeker dag zal mijn broer opgewekt worden. En zal ik hem echt weerzien.
Als iemand die je liefhebt, overlijdt, is het normaal dat je ze mist en verdrietig bent. Praat wanneer je er klaar voor bent met je familie of een volwassene. Vertel je hemelse Vader in een gebed hoe je je voelt. Hij kan je weer gemoedsrust laten voelen.
Vergeet nooit dat Jezus Christus van je houdt. In de paastijd herdenken we dat Hij Zich opofferde. Dankzij Hem zullen we allemaal verrijzen en voor eeuwig met onze familie samenzijn. ●
Troostkaartjes
Knip deze kaartjes uit. Je kunt ze dubbelvouwen of ze als bladwijzer gebruiken. Bewaar ze in je Schriften of op een andere plaats waar je ze ziet als je verdrietig, eenzaam of bang bent.
‘Ik zal u niet als wezen achterlaten; Ik kom weer naar u toe.’
Johannes 14:18
‘En God zal alle tranen van hun ogen afwissen.’
Openbaring 21:4
‘Wees welgemoed en vrees niet, want Ik, de Heer, ben met u en zal u bijstaan.’
Leer en Verbonden 68:6