‘18–24 februari. Mattheüs 5; Lukas 6: “Zalig bent u”’ Kom dan en volg Mij – voor personen en gezinnen: Nieuwe Testament 2019 (2019)
‘18–24 februari. Mattheüs 5; Lukas 6’, Kom dan en volg Mij – voor personen en gezinnen: 2019
De bergrede, Jorge Cocco
18–24 februari
Mattheüs 5; Lukas 6
‘Zalig bent u’
Let op de ingevingen die u krijgt terwijl u Mattheüs 5 en Lukas 6 leest. Noteer ze in een studiedagboek. U kunt met behulp van dit overzicht een aantal van de belangrijkste en relevantste beginselen in deze hoofdstukken ontdekken.
Schrijf uw ingevingen op
Het was op dit moment in Jezus’ bediening duidelijk dat zijn leringen anders waren dan de mensen in zijn tijd gewend waren. De armen zullen het koninkrijk van God ontvangen? De zachtmoedigen zullen de aarde beërven? Zalig zijn zij die vervolgd worden? De schriftgeleerden en Farizeeën hadden het niet over dergelijke zaken. Toch voelden die leerstellingen goed aan voor wie Gods wet werkelijk begrepen. ‘Oog voor oog’ en ‘uw vijand moet u haten’ waren lagere wetten (Mattheüs 5:38, 43). Die hadden de mensen gekregen omdat ze niet bereid waren de hogere wet na te leven. Maar Jezus Christus was gekomen om de lagere wet te vervullen en een hogere wet te verkondigen (zie 3 Nephi 15:2–10). Die hogere wet is bedoeld zodat we eens ‘volmaakt [kunnen worden], zoals [onze] Vader, Die in de hemelen is, volmaakt is’ (Mattheüs 5:48).
Ideeën voor individuele Schriftstudie
Mattheüs 5:1–12; Lukas 6:20–26
We vinden blijvend geluk als we de leringen van Jezus Christus naleven.
Iedereen wil gelukkig zijn, maar niet iedereen zoekt het geluk op dezelfde plaatsen. Sommigen zoeken het in wereldse macht en aanzien, anderen in rijkdom of in de bevrediging van lichamelijke begeerten. Jezus Christus zette de weg naar blijvend geluk uiteen. Hij leerde wat gezegend zijn werkelijk betekent. Wat leert u in Mattheüs 5:1–12 en Lukas 6:20–26 over blijvend geluk verwerven? Hoe verschilt dat van hoe de wereld tegen geluk aankijkt?
Wat voor vragen of indrukken komen bij het lezen van elk vers bij u op? Wat leert u uit deze verzen over een discipel van Jezus Christus zijn? Waartoe voelt u zich geïnspireerd om de beschreven eigenschappen in deze verzen te ontwikkelen?
Zie ook Johannes 13:17; 3 Nephi 12:3–12; ‘De bergrede: zaligsprekingen’ (video, LDS.org).
Waarom vergeleek de Heiland zijn discipelen met zout?
Zout dient al heel lang als middel om iets te bewaren, smaak te geven en te zuiveren. Zout had voor de Israëlieten ook een godsdienstige betekenis. Het was onderdeel van het oude gebruik van dierenoffers onder de wet van Mozes (zie Leviticus 2:13; Numeri 18:19). Wanneer zout zijn smaak verloren heeft, verliest het zijn effect en ‘deugt [het] nergens meer voor’ (Mattheüs 5:13). Dat gebeurt als het met andere elementen vermengd of verontreinigd wordt. Wij behouden als discipelen van Christus onze ‘smaak’ door geestelijke verontreiniging van de wereld te mijden. Zo kunnen wij onze behoudende en zuiverende taak als het zout van de aarde vervullen. Denk bijvoorbeeld aan het evangelie uitdragen en een goede invloed in de wereld zijn (zie LV 103:9–10).
‘U bent het zout van de aarde’ (Mattheüs 5:13).
Mattheüs 5:17–48; Lukas 6:27–35
De wet van Christus vervangt de wet van Mozes.
De discipelen waren misschien verrast dat hun gerechtigheid volgens Jezus overvloediger moest zijn dan die van de schriftgeleerden en de Farizeeën (zie Mattheüs 5:20). Zij stonden zich er namelijk op voor hoe nauwgezet ze zich aan de wet van Mozes hielden. Maar Jezus kwam met een hogere wet. Die wet tilt niet alleen onze daden maar ook onze onderliggende gedachten en gevoelens naar een hoger plan. Deze hogere wet vereist veel meer, namelijk het hart, de ziel en het verstand (zie Mattheüs 22:37).
Markeer bij het lezen van Mattheüs 5:21–48 en Lukas 6:27–35 desgewenst het verlangde gedrag volgens de wet van Mozes (‘U hebt gehoord dat […]’) en de hogere invulling die Jezus daaraan gaf.
Wat zei Jezus in Mattheüs 5:27–28 bijvoorbeeld over onze verantwoordelijkheid voor onze gedachten? Hoe kunt u meer controle krijgen over de gedachten die in uw hoofd en hart opkomen? (Zie LV 121:45.)
Zie ook ‘De bergrede: de hogere wet’ (video, LDS.org).
Verwacht mijn hemelse Vader echt van mij dat ik volmaakt ben?
President Russell M. Nelson heeft gezegd:
‘De term volmaakt is een vertaling van het Griekse woord teleios, wat “compleet” betekent. […] De infinitief van het werkwoord is teleiono, wat betekent: “een verafgelegen doel bereiken, volledig ontwikkeld zijn, completeren of afmaken.” Merk op dat het woord niets van “foutloos” in zich heeft; het duidt op “het bereiken van een verafgelegen doel”. […]
‘[…] De Heer heeft gezegd: “U bent niet in staat de tegenwoordigheid van God nu te verdragen […] ; daarom, volhard in alle geduld totdat u vervolmaakt bent” [LV 67:13].
‘We hoeven niet onthutst te zijn als ons oprechte streven naar volmaking nu zo zwaar en eindeloos lijkt. We zijn op weg naar volmaking. We bereiken die pas na de opstanding en alleen door de Heer. Zij ligt in het verschiet voor allen die Hem liefhebben en zijn geboden onderhouden.’ (‘Perfection Pending’, Ensign, november 1995, 86, 88.)
Zie ook Filippenzen 3:13–15; 2 Petrus 1:3–11; Openbaring 3:21–22; 3 Nephi 27:27; Moroni 10:32–33; Leer en Verbonden 76:69.
Ideeën voor Schriftstudie in gezinsverband en de gezinsavond
Als u in uw gezin de Schriften samen leest, kan de Geest u ingeven welke beginselen u moet beklemtonen en bespreken om in de behoeften van uw gezin te voorzien. Hier zijn enkele suggesties:
Welke beginselen in Mattheüs 5:1–9 kunnen uw gezin thuis gelukkiger maken? Ga de komende paar weken met een of twee van die beginselen aan de slag terwijl u de bergrede bestudeert. Met behulp van welke leringen kunnen uw gezinsleden bijvoorbeeld vredestichters worden? (Zie Mattheüs 5:21–25, 38–44.) Welke doelen kunt u stellen? Hoe gaat u die in praktijk brengen?
Maak uw gezin duidelijk wat ‘het licht van de wereld’ zijn inhoudt. Bespreek daarbij enkele lichtbronnen bij u thuis, in uw buurt en in de wereld. Laat zien wat er gebeurt als u licht verbergt. Wat bedoelde Jezus toen Hij zei: ‘U bent het licht van de wereld’? (Mattheüs 5:14.) Wie is als een licht voor ons gezin geweest? Hoe kunnen wij een licht voor anderen zijn? (Zie LV 103:9–10.)
Waarom wil de Heer dat we bidden voor wie onvriendelijk jegens ons geweest zijn? Hoe kunnen we dit beginsel in ons gezin in praktijk brengen?
Zie voor meer ideeën voor onderwijs aan kinderen de lesideeën van deze week in Kom dan en volg Mij – voor het jeugdwerk.
Ons onderwijs verbeteren
Wees oplettend. Als u aandacht hebt voor wat er zich in het leven van uw kinderen afspeelt, doen zich geweldige leermomenten voor. De opmerkingen en vragen van uw kinderen door de dag heen kunnen ook leermomenten opleveren. (Zie Onderwijzen naar het voorbeeld van de Heiland, 16.)
‘U bent het licht van de wereld’ (Mattheüs 5:14).