‘30 maart–12 april. Pasen: “Hij zal […] opstaan, met genezing onder zijn vleugels”’, Kom dan en volg Mij – voor het jeugdwerk: Boek van Mormon 2020 (2020)
‘30 maart–12 april. Pasen’, Kom dan en volg Mij – voor het jeugdwerk: 2020
30 maart–12 april
Pasen
‘Hij zal […] opstaan, met genezing onder zijn vleugels’
Lees de Schriftteksten die hier en in Kom dan en volg Mij – voor personen en gezinnen worden vermeld, dan zal de Geest u laten weten waarop u nadruk dient te leggen om de kinderen op paaszondag de liefde van de Heiland te laten voelen.
Schrijf uw ingevingen op
Meedoen stimuleren
Vertel de kinderen hoe u de Heiland met Pasen indachtig bent. Laat ze vertellen wat zij doen.
Kleine kinderen in de leer onderwijzen
1 Nephi 11:27; Mosiah 3:5; 15:7; Helaman 14:16–17
Profeten uit het Boek van Mormon wisten dat Jezus Christus zou komen.
Als de kinderen leren wat de profeten uit het Boek van Mormon over de zending en de aardse bediening van Jezus Christus vertelden, kan dat hun geloof in Hem versterken.
Mogelijke activiteiten
-
Toon platen waarop de Heiland wordt gedoopt, mensen geneest, wordt gekruisigd, en waarop Hij als een herrezen personage wordt afgebeeld. (Zie de doe-pagina van deze week of Evangelieplatenboek, nr. 35, 41, 57, 59.) Laat de kinderen kort weergeven wat er op de platen gebeurt. Leg uit dat God, jaren voordat Jezus naar de aarde kwam, aan profeten uit het Boek van Mormon openbaarde dat Hij die dingen zou doen. Lees 1 Nephi 11:27; Mosiah 3:5; 15:7 en Helaman 14:16–17, en laat de kinderen deze Schriftteksten met de juiste plaat verbinden.
-
Laat de kinderen aan de doe-pagina van deze week werken, vertel intussen over de profeten die erop staan afgebeeld en wat ze over Jezus Christus onderwezen. Vertel de kinderen enkele geweldige dingen die Jezus voor ons heeft gedaan.
Jezus Christus is herrezen.
Vertel de kinderen dat niet alleen mensen in Jeruzalem de herrezen Heiland zagen, maar dat duizenden Hem zagen toen Hij in Amerika verscheen.
Mogelijke activiteiten
-
Toon afbeeldingen van de dood en opstanding van de Heiland. Vraag de kinderen wat ze van die gebeurtenissen weten. Gebruik eventueel ‘Hoofdstuk 53: Jezus wordt gekruisigd’ en ‘Hoofdstuk 54: De opstanding van Jezus’ (Verhalen uit het Nieuwe Testament, 136–138, 139–44).
-
Gebruik platen uit het Evangelieplatenboek of Kom dan en volg Mij – voor personen en gezinnen om de kinderen te vertellen over het bezoek van de Heiland aan Amerika. Die gebeurtenis staat in 3 Nephi 11:1–17 beschreven. Herhaal het verhaal een paar keer en laat de kinderen u daarbij helpen. Benadruk details waar de kinderen volgens u baat bij kunnen hebben. Vermeld vooral dat, hoewel Jezus aan het kruis was gestorven, de mensen konden zien dat Hij was opgestaan. Laat de kinderen het verhaal om de beurt in hun eigen woorden navertellen.
-
Zing met de klas ‘Paashosanna’ (Liahona, april 2003) of de laatste strofe van ‘Verhalen uit het Boek van Mormon’ (Kinderliedjes, 62–63). Laat de kinderen iets tekenen wat het liedje beschrijft. Terwijl ze hun tekeningen aan de anderen laten zien, vraagt u de kinderen hoe het geweest zou zijn om bij Jezus’ bezoek aan de Nephieten te zijn.
Jezus Christus weet hoe Hij mij kan troosten.
Doordat Jezus Christus ‘de pijnen en ziekten van zijn volk’ (Alma 7:11) op Zich heeft genomen, weet Hij hoe we ons voelen, zelfs als niemand anders dat weet.
Mogelijke activiteiten
-
Lees de eerste regels van Mosiah 3:7 voor, en laat de kinderen doen alsof ze ‘pijn , honger, dorst en vermoeidheid’ voelen. Vraag ze wanneer ze zich zo hebben gevoeld. Vertel de kinderen dat dit vers beschrijft wat Jezus Christus voelde toen Hij in de hof van Gethsémané leed. Daardoor weet Hij hoe Hij ons moet helpen als wij ons zo voelen.
-
Lees Alma 7:11 voor, en vraag de kinderen of ze iemand kennen die ziek is of pijn lijdt. Getuig dat Jezus Christus al onze ‘pijnen en ziekten’ heeft gevoeld zodat Hij zou begrijpen hoe Hij ons kan troosten (Alma 7:12).
Grote kinderen in de leer onderwijzen
2 Nephi 9:10–15; Alma 11:41–45; 40:21–23
Omdat Jezus Christus is opgestaan, zal ik ook opstaan.
Het Boek van Mormon beschrijft duidelijk wat de opstanding inhoudt en wie er zal opstaan. Hoe kunt u de kinderen helpen om die waarheden te ontdekken?
Mogelijke activiteiten
-
Vraag de kinderen wat ze over de dood en opstanding van Jezus Christus weten. Schrijf op het bord vragen als Wat houdt het in om op te staan? en Wie zullen er opstaan? Laat de kinderen antwoorden opzoeken in 2 Nephi 9:10–15; Alma 11:41–45 en Alma 40:21–23, en laat ze vertellen wat ze hebben gevonden.
-
Vertel de kinderen over het overlijden van iemand die u kende. Laat ze doen alsof u nog nooit over de opstanding hebt gehoord. Hoe zouden ze u uitleggen wat de opstanding inhoudt? Moedig de kinderen aan om u met behulp van 2 Nephi 9:10–15; Alma 11:41–45 of Alma 40:21–23 over de opstanding te vertellen. Nodig ze ook uit om hun getuigenis van de opstanding van de Heiland te geven.
Enos 1:2–8; Mosiah 27:8–24; Alma 13:11–12; 24:7–19
De verzoening van Jezus Christus reinigt en verandert mij.
In het Boek van Mormon staan veel voorbeelden van mensen die door de verzoening van de Heiland een verandering ondergingen. Hoe kunt u de kinderen aan de hand van die verhalen inspireren om zich te bekeren en zich tot de Heiland te wenden?
Mogelijke activiteiten
-
Toon de kinderen een schoon wit overhemd en een vuil wit overhemd. Lees samen Alma 13:11–12. Hoe werden de mensen van hun zonden gereinigd? Hoe dachten ze daarna over zonde? Vertel hoe u zich voelt als u zich bekeert en vergeving ontvangt, en geef uw getuigenis van de macht van de Heiland om ons van zonde te reinigen.
-
Laat de kinderen kiezen over wie van de volgende figuren ze meer te weten willen komen: Enos (zie Enos 1:2–8), Alma de jonge (zie Mosiah 27:8–24) of de Anti-Nephi-Lehieten (zie Alma 24:7–19). Lees het verhaal samen, en wijs de kinderen erop dat die persoon of groep door de verzoening van Jezus Christus een verandering onderging. Hoe kunnen wij het voorbeeld van die mensen volgen?
Jezus Christus heeft al mijn zonden, pijnen en ziekten op Zich genomen.
De Heiland leed niet alleen voor onze zonden, maar nam ook onze pijnen, ziekten en andere kwalen op Zich, zodat Hij zou weten hoe Hij ons kan troosten.
Mogelijke activiteiten
-
Laat ieder kind in een van de volgende verzen opzoeken wat Jezus Christus moest doorstaan: Mosiah 3:7; Mosiah 15:5 of Alma 7:11. Laat ze op het bord een lijstje maken van wat ze hebben gevonden, en vraag of ze zich weleens zo hebben gevoeld. Waarom moest Jezus volgens Alma 7:12 al die dingen doorstaan? Waarom is het belangrijk om te weten dat Hij die dingen voor ons heeft doorstaan?
-
Zing samen een lofzang over de Heiland, zoals ‘Ik weet dat mijn Verlosser leeft’ (Lofzangen, nr. 92). Laat de kinderen in de lofzang zoeken naar zinsneden die beschrijven hoe de Heiland ons troost, en laat ze vertellen waarom ze die zinsneden belangrijk vinden. Vertel wat u van Jezus Christus vindt, en geef de kinderen de kans om hetzelfde te doen.
Thuisstudie stimuleren
Moedig de kinderen aan om deze week aandacht te hebben voor iemand die behoefte heeft aan troost. Moedig ze aan om die persoon te vertellen dat de Heiland onze pijn op Zich heeft genomen zodat Hij ons kan troosten.