vroegere zendelingen

5–11 april

Leer en Verbonden 30–36

‘U bent geroepen om mijn evangelie te prediken’

Bestudeer Leer en Verbonden 30–36 met een gebed in het hart en met de kinderen van uw klas in gedachte, zodat de Geest u ideeën kan influisteren. Dit overzicht biedt u nog meer ideeën.

Schrijf uw ingevingen op

Meedoen (pictogram)

Meedoen stimuleren

Laat een afbeelding van zendelingen zien, en vraag de kinderen wat ze over zendingswerk weten.

Onderwijs (pictogram)

Kleine kinderen in de leer onderwijzen

Leer en Verbonden 33:2–3, 6–10

Ik kan het evangelie van Jezus Christus uitdragen.

Zelfs kleine kinderen kunnen van het evangelie van Jezus Christus getuigen. Hoe kunt u ze daar aan de hand van deze verzen toe inspireren?

Mogelijke activiteiten

• Laat de kinderen proberen een zinnetje als ‘God houdt van jou’ met gesloten mond uit te spreken. Wijs erop dat we mensen niet over het evangelie kunnen vertellen als we onze mond niet opendoen. Lees Leer en Verbonden 33:8–10, en laat de kinderen hun mond opendoen als ze de woorden ‘doe uw mond open’ horen. Waarom vraagt de Heer van ons dat we onze mond opendoen en het evangelie uitdragen?

• Fluister heel zachtjes iets zoals ‘Joseph Smith was een profeet van God’, en vraag of de kinderen kunnen herhalen wat u hebt gezegd. Spreek dezelfde zin daarna harder uit. Lees Leer en Verbonden 33:2. Leg uit dat ‘uw stem […] verheffen’ betekent dat we niet bang moeten zijn om anderen over Jezus Christus, het Boek van Mormon en andere evangeliewaarheden te vertellen.

• Leg papieren poppetjes of foto’s van mensen op verschillende plekken in het lokaal. Laat de kinderen de poppetjes bij elkaar zoeken en vooraan in de klas leggen. Lees Leer en Verbonden 33:6 en leg uit wat het betekent dat de Heer zijn ‘uitverkorenen [zal] vergaderen’. Getuig dat we kunnen helpen om mensen tot de Heer te vergaderen door het evangelie uit te dragen.

• Zing een liedje over het evangelie verkondigen, zoals ‘Een zendeling wil ik vandaag al zijn’ (Kinderliedjes, p. 90). Bedenk samen hoe de kinderen andere mensen over Jezus Christus kunnen vertellen.

Leer en Verbonden 33:12–17

Ik kan mijn leven op het evangelie van Jezus Christus bouwen.

Het advies dat de Heer aan Ezra Thayre en Northrop Sweet gaf, kan de kinderen in uw klas helpen om hun leven op het evangelie van Jezus Christus te bouwen.

Mogelijke activiteiten

• Toon een afbeelding van de fundering van een gebouw, en vraag de kinderen wat ze zien. Waarom heeft een gebouw een sterk, stevig fundament nodig? Lees samen Leer en Verbonden 33:12–13, en leg uit dat de Heer van ons verlangt dat wij ons leven op zijn evangelie bouwen. Bedenk samen hoe de kinderen hun leven op het evangelie van Jezus Christus kunnen bouwen.

• Neem voorwerpen mee naar de les die gebruikt kunnen worden om een toren te bouwen, zoals blokken of plastic bekertjes. Plak op elk voorwerp een afbeelding van iets wat de Heer in Leer en Verbonden 33:14–17 heeft gezegd. Laat de kinderen een toren bouwen en leg uit hoe we met die bouwstenen ons leven op het evangelie van Jezus Christus kunnen bouwen.

Onderwijs (pictogram)

Grote kinderen in de leer onderwijzen

Leer en Verbonden 30:1–2

Ik moet mij meer met de dingen van God dan met wereldse zaken bezighouden.

Het advies dat de Heer in afdeling 30 aan David Whitmer gaf, kan de kinderen in uw klas helpen om het evangelie van Jezus Christus trouw te blijven.

Mogelijke activiteiten

• Lees samen Leer en Verbonden 30:1, en laat de kinderen in hun eigen woorden het advies van de Heer aan David Whitmer samenvatten. In welk opzicht hebben we wel eens ‘de mens gevreesd’, of ons zorgen gemaakt om wat anderen van ons denken, in plaats van te doen wat we moeten doen?

• Laat de kinderen twee opdrachten tegelijk uitvoeren. Laat ze bijvoorbeeld een geloofsartikel opzeggen terwijl ze de namen van hun klasgenoten opschrijven. Vraag ze waarom het moeilijk was om het geloofsartikel op te zeggen. Welke ‘dingen van de aarde’ (Leer en Verbonden 30:2) kunnen onze gedachten van Jezus Christus en zijn evangelie afleiden? Hoe kunnen we onze gedachten meer bij Hem laten zijn dan bij minder belangrijke dingen?

Leer en Verbonden 30–34

Ik kan het evangelie van Jezus Christus uitdragen.

Veel kinderen in de kerk kijken ernaar uit om een voltijdzending of kerkwerkzending te vervullen. De ervaringen van de zendelingen die in de afdelingen 30–34 worden vermeld, kunnen hen bij hun voorbereidingen helpen.

Mogelijke activiteiten

• Vraag vooraf aan een lid van de wijk om informatie over een van de zendelingen in Leer en Verbonden 30–34 op te zoeken, en in uw klas te vertellen wat ze te weten zijn gekomen. (Zie ‘Stemmen van de herstelling: bekeerlingen uit de begintijd van de kerk’ in Kom dan en volg Mij – voor personen en gezinnen of ‘The Faith and Fall of Thomas Marsh’, ‘Ezra Thayer: From Skeptic to Believer’, ‘Orson Pratt’s Call to Serve’, Revelations in Context, 54–69.)

• Teken een grote mond op het bord, en zoek samen in Leer en Verbonden 33:8–10 op wat de Heer ons belooft als wij onze mond opendoen om over het evangelie te vertellen. Laat de kinderen die beloften op het bord schrijven, en zorg ervoor dat ze weten wat die beloften inhouden. Laat elk kind in de mond een evangeliewaarheid schrijven waarover ze anderen kunnen vertellen.

• Toon een afbeelding van een bazuin, en leg uit wat het betekent om het evangelie ‘als met het geluid van een bazuin’ te verkondigen. Hoe kunnen wij onze ‘stem […] verheffen’? (Leer en Verbonden 33:2; 34:6.)

• Laat de kinderen vertellen hoe ze zich op hun zending voorbereiden. Als iemand uit hun omgeving (bijvoorbeeld een familielid) op zending is, kunnen ze daarover vertellen. U kunt ook de zendelingen, een teruggekeerde zendeling of iemand die zich op een zending voorbereidt, uitnodigen om over hun enthousiasme voor zendingswerk te vertellen. Vertel over uw eigen ervaringen met het uitdragen van het evangelie, waaronder situaties uit uw dagelijkse leven.

  spelende jongens

  Ik kan mijn vrienden over het evangelie vertellen.

Leer en Verbonden 33:12–17

Ik kan mijn leven op het evangelie van Jezus Christus bouwen.

Als de kinderen al jong leren hoe ze hun leven op het evangelie van Jezus Christus kunnen bouwen, is de kans groter dat ze Hem trouw blijven. In deze verzen staat nuttige raad.

Mogelijke activiteiten

• Neem voorwerpen met een verschillende consistentie mee naar de klas, zoals een knuffelbeer, een spons, klei en een steen. Laat de kinderen de voorwerpen een voor een vasthouden. Laat ze in Leer en Verbonden 33:12–13 opzoeken hoe de Heer zijn evangelie beschrijft. Waarom is ‘rots’ een goed woord om het evangelie te omschrijven? Hoe kunnen we ons leven op de rots van het evangelie bouwen?

• Lees samen Leer en Verbonden 33:12–17, en zoek op wat we kunnen doen om ons leven op het evangelie van Jezus Christus te bouwen. Laat de kinderen tekenen wat ze hebben gevonden, en laat de klas raden wat ze hebben getekend.

Studie (pictogram)

Thuisstudie stimuleren

Moedig de kinderen aan om net als de zendelingen te zijn en thuis te vertellen wat ze vandaag in het jeugdwerk hebben geleerd.

Ons onderwijs verbeteren

Getuig van beloofde zegeningen. Als u de kinderen vraagt om een bepaald beginsel na te leven, vertel ze dan ook welke beloften God daaraan heeft verbonden. U kunt bijvoorbeeld getuigen van de zegeningen die de Heer schenkt aan mensen die hun mond opendoen en over het evangelie vertellen.

doe-pagina: ik kan over het evangelie vertellen