4–10 december

Openbaring 1–5

‘Aan het Lam zij […] de heerlijkheid en de kracht in alle eeuwigheid’

Het boek Openbaring kan voor kinderen moeilijk te begrijpen zijn, maar het bevat ook belangrijke leerstellingen die mooi en eenvoudig zijn.

Meedoen stimuleren

Vraag de kinderen hoe ze zich zouden voelen als ze Jezus Christus in een visioen zagen. Vraag wat ze over Johannes’ visioen van Jezus in het boek Openbaring weten.

Kleine kinderen in de leer onderwijzen

Openbaring 1:20

Ik kan het licht van de Heiland laten schijnen.

De Heiland vergeleek zijn kerk in Openbaring 1:20 met kandelaren. Maak de kinderen duidelijk dat ze het licht van de Heiland laten schijnen als ze zijn leringen naleven.

Mogelijke activiteiten

• Laat afbeeldingen van verschillende lichtbronnen zien, zoals een gloeilamp, een kaars, de zon enzovoort. Laat de kinderen naar de afbeelding van het licht wijzen als u ‘de zeven kandelaren die u hebt gezien, zijn de zeven gemeenten’ in Openbaring 1:20 voorleest. Bespreek hoe wij, als leden van Jezus’ kerk, als het licht van een kaars kunnen zijn, bijvoorbeeld door iets aardigs voor anderen te doen.

• Zing een liedje over een licht voor anderen zijn, zoals ‘Wees steeds een zonnestraaltje’ (Kinderliedjes, p. 38–39). Vertel dat u hebt gezien hoe de kinderen het evangelie van Jezus Christus naleven en een licht voor mensen om zich heen zijn. Vertel in welke opzichten uw band met uw hemelse Vader en Jezus Christus hechter werd toen u een licht voor anderen was.

Openbaring 3:20

Ik kan Jezus Christus in mijn leven uitnodigen.

De metafoor van Jezus die aan de deur staat en aanklopt, maakt de kinderen duidelijk dat Hij dicht bij ze wil zijn.

Mogelijke activiteiten

• Lees Openbaring 3:20 voor. Toon daarbij de afbeelding van de Heiland aan de deur uit het lesschema van deze week in Kom dan en volg Mij – voor personen en gezinnen. Laat de kinderen zich voorstellen dat Jezus bij hen thuis aanklopt of aanbelt. Wat zouden ze dan doen?

• Vraag de kinderen of ze weleens hebben zitten wachten op het bezoek van iemand die ze graag wilden zien. Hoe voelden ze zich toen ze zaten te wachten tot die persoon aanbelde? Wat zou er gebeuren als we die persoon niet hadden binnengelaten? Lees Openbaring 3:20. Laat de kinderen om de beurt een afbeelding van Jezus vasthouden en doen alsof ze ergens aankloppen. De andere kinderen doen alsof ze de deur openen. Hoe kunnen we Jezus dicht bij ons hebben, ook al zien we Hem niet?

Openbaring 5:1–10

Jezus Christus is als enige waardig bevonden om mijn Heiland te zijn.

Johannes zag in zijn visioen dat alleen Jezus Christus (voorgesteld door een lam) onze Heiland kon zijn en het plan van de Vader (voorgesteld door een verzegelde boekrol) kon vervullen.

Mogelijke activiteiten

• Pak vóór de les een exemplaar van het Evangelieplatenboek met papier of touw in. Beschrijf het visioen van Johannes aan de hand van enkele kernzinnen uit Openbaring 5:1–10. Laat het boek zien, en vertel de kinderen dat ze het boek alleen kunnen openen als ze de afbeelding van Jezus vinden die u in de klas hebt verstopt. Als ze de afbeelding hebben gevonden, opent u het boek en laat u enkele afbeeldingen zien die de zegeningen voorstellen die ons dankzij Jezus Christus’ verzoening ter beschikking staan (zoals een tempel, de doop en het gezin). Getuig dat de Heiland als enige die dingen mogelijk kon maken.

• Vat het visioen in Openbaring 5:1–10 samen. Laat de kinderen naspelen hoe Johannes en de andere personen zich voelden. Zo kunnen ze doen alsof ze huilen omdat niemand het boek kan openen, of juichen wanneer de Heiland het opent.

Grote kinderen in de leer onderwijzen

Openbaring 3:5, 12–21

Als ik het evangelie van de Heiland trouw ben, zal ik grote zegeningen in de hemel ontvangen.

Wat betekent het als je ‘lauw bent en niet koud en ook niet heet’? Bedenk hoe u de kinderen kunt helpen om niet lauw maar enthousiast te zijn in hun toewijding aan de Heiland en zijn evangelie.

Mogelijke activiteiten

• Lees samen Openbaring 3:5, 12, 21 en leg moeilijke woorden zo nodig uit. Wat houdt ‘overwinnen’ in? Vraag de kinderen een van de beloofde zegeningen in deze verzen te tekenen en aan de klas te laten zien.

• Lees samen Openbaring 3:15–16. Vraag de kinderen welke dingen het nuttigst of leukst zijn als ze heet (zoals soep) of koud (zoals ijs) zijn. Hoe kunnen we de beloofde zegeningen in vers 5, 12 en 21 mislopen als we lauw zijn met betrekking tot de Heiland?

• Zet lauw plus enkele synoniemen op het bord, zoals halfslachtig, onverschillig of nonchalant. Maak de kinderen aan de hand van deze woorden duidelijk waarom de Heer niet wil dat we lauw zijn. Welke woorden beschrijven wat Hij van ons verwacht? Vertel dat u zich volledig aan de Heiland wilt toewijden. Vraag de kinderen ook naar hun gedachten.

Openbaring 3:20

Ik kan ervoor kiezen om Jezus Christus in mijn leven uit te nodigen.

Hoe kunt u de kinderen aanmoedigen om zich voor de macht en invloed van Jezus Christus open te stellen?

Mogelijke activiteiten

• Lees Openbaring 3:20 voor. Toon daarbij de afbeelding van de Heiland aan de deur uit het lesschema van deze week in Kom dan en volg Mij – voor personen en gezinnen. Laat de kinderen deze afbeelding aan de hand van de volgende vragen in groepjes van twee bespreken: Waarom klopt Jezus volgens jou op de deur? Waarom is er aan de buitenkant van de deur geen deurknop? Wat houdt het in om Jezus in ons leven uit te nodigen?

• Laat de kinderen op het bord manieren schrijven waarop ze de deur voor Jezus open kunnen doen. Mogelijke antwoorden: anderen dienen, in de Schriften lezen, onze doopverbonden nakomen, en aan het avondmaal deelnemen.

Openbaring 5:1–10

Jezus Christus is als enige waardig bevonden om mijn Heiland te zijn.

Van het visioen in Openbaring 5 leren we dat alleen Jezus Christus waardig en in staat was om de verzoening te verrichten en ons van zonde te verlossen.

Mogelijke activiteiten

• Vraag de kinderen of ze weleens de hulp van iemand anders nodig hebben gehad omdat ze iets niet zelf konden. Laat ze Openbaring 5:1–10 lezen en opzoeken wat er moest gebeuren dat maar door één persoon kon worden gedaan. Leg uit dat het Lam Jezus Christus is en dat de boekrol het plan van God voorstelt. Wat heeft Jezus Christus voor ons gedaan wat niemand anders kon doen?

• Laat de kinderen een lofzang of een kinderliedje opzoeken dat van Jezus Christus getuigt (zoals ‘Dierbare Heiland’, Lofzangen, nr. 58). Wat leren we uit het lied over Jezus Christus? Hoe kunnen we dit lied met het lied over Jezus Christus in Openbaring 5:9–10 vergelijken?

Thuisstudie stimuleren

Vraag de kinderen om thuis te vertellen hoe ze de invloed van de Heiland kunnen uitnodigen.

Ons onderwijs verbeteren

Spoor de kinderen aan om eerbiedig te zijn. Aan onze hemelse Vader en Jezus Christus denken is een belangrijk aspect van eerbied. U kunt de kinderen tot eerbied aansporen door zachtjes een liedje te zingen of te neuriën, of door een afbeelding van Jezus te tonen.