Seminarie
Les 152 – Leer en Verbonden 138, deel 1: Het visioen over het bezoek van de Heiland aan de geestenwereld


‘Les 152 – Leer en Verbonden 138, deel 1: Het visioen over het bezoek van de Heiland aan de geestenwereld’, Leer en Verbonden – boek voor de seminarieleerkracht (2025)

‘Leer en Verbonden 138, deel 1’, Leer en Verbonden – boek voor de seminarieleerkracht

Les 152: Leer en Verbonden 137–138

Leer en Verbonden 138, deel 1

Het visioen over het bezoek van de Heiland aan de geestenwereld

De bediening van Jezus in de geestenwereld

President Joseph F. Smith rouwde om de dood van dierbare familieleden en treurde om de verwoesting die de Eerste Wereldoorlog en de wereldwijde grieppandemie hadden veroorzaakt. Daarom zocht hij troost in de Schriften. Toen hij over passages uit 1 Petrus 3–4 nadacht, ontving hij een heerlijk visioen over de bediening van de Heiland in de geestenwereld tussen zijn dood en opstanding. President Smiths visioen staat nu in Leer en Verbonden 138. In deze les leren de cursisten hoe de Heiland de kinderen van onze hemelse Vader in de geestenwereld het heil aanbiedt.

Mogelijke leeractiviteiten

Waar gaan we na de dood heen?

Laat de cursisten over het volgende scenario nadenken of een scenario bedenken dat bij hun behoeften aansluit. Het doel van het scenario is de cursisten te laten peilen wat ze over de geestenwereld weten. De cursisten kunnen vertellen wat er volgens hen gebeurt met wie het evangelie van Jezus Christus hebben aanvaard en wie het niet hebben aanvaard.

Na de begrafenis van oma Roskamp vertelt Julia dat haar oma en opa Roskamp overleden zijn zonder dat ze in De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen zijn gedoopt. Haar andere grootouders (oma en opa Jansen) waren hun hele leven lid en overleden als trouwe leden van de kerk. Julia vraagt jou: ‘Wat gebeurt er met mijn opa en oma die niet gedoopt zijn?’

Bedenk wat je over de geestenwereld weet.

  • Hoe zeker ben je ervan dat je Julia waarheden over de geestenwereld zou kunnen vertellen?

Herinner de cursisten eraan dat het een taak van de Heilige Geest is om van de waarheid te getuigen. Moedig ze aan om open te staan voor de Geest, die tot hen getuigt van de waarheden over het heilsplan van onze hemelse Vader die ze vandaag bestuderen.

Het visioen over de verlossing van de doden

Om de historische context van Leer en Verbonden 138 te verduidelijken, kunt u het volgende citaat van president Ballard voorlezen of Saints: The Story of the Church of Jesus Christ in the Latter Days, deel 3, Boldly, Nobly and Independent, 1893–1955 [2018], 196–207 samenvatten.

President M. Russell Ballard van het Quorum der Twaalf Apostelen, een achterkleinzoon van president Joseph F. Smith, heeft het volgende over het visioen in Leer en Verbonden 138 gezegd.

2:3
President M. Russell Ballard

En zo gebeurde het op 3 oktober 1918, na diep verdriet om de miljoenen in de wereld die door oorlog en ziekte waren omgekomen en ook de sterfgevallen in zijn eigen familie, dat president Smith de hemelse openbaring ontving die bekendstaat als ‘het visioen van de verlossing van de doden’. […]

De openbaring die hij op 3 oktober ontving, gaf hem diepe troost en een antwoord op veel van zijn vragen. Door deze openbaring te bestuderen en te overpeinzen wat die voor ons dagelijkse leven betekent, kunnen ook wij troost vinden en meer te weten komen over wat er met ons gebeurt wanneer wij en onze dierbaren overlijden en naar de geestenwereld gaan. (M. Russell Ballard, ‘Het visioen over de verlossing van de doden’, Liahona, november 2018, 72.)

Lees Leer en Verbonden 138:1–4 en let op de waarheden waarover president Smith nadacht toen hij dit visioen ontving.

  • Wat valt je op aan waar president Smith tijdens zijn studie over nadacht?

  • Wat wist president Smith over Jezus Christus en zijn zoenoffer?

    Help de cursisten om een waarheid als de volgende te vinden: Door de verzoening van Jezus Christus en gehoorzaamheid aan de beginselen van zijn evangelie kunnen alle kinderen van onze hemelse Vader worden gered.

    U kunt Leer en Verbonden 138:5–10 samenvatten door te vertellen dat president Smith 1 Petrus 3–4 erbij pakte toen hij nadacht over de verlossing van de doden die de Heiland door zijn zoenoffer had beloofd. Wijs erop dat 1 Petrus 4:6 een Schrifttekst kerkleerbeheersing is.

  • Wat weet je over hoe Jezus Christus het heil voor alle kinderen van onze hemelse Vader mogelijk maakt?

De verschijning van de Heiland in de geestenwereld

Wijs de cursisten er tijdens hun studie van het visioen op dat president Smith zag dat de Heiland tussen zijn dood en opstanding de geestenwereld bezocht.

Herinner de cursisten eraan dat de geestenwereld verdeeld is in het paradijs en de gevangenis. Leg zo nodig uit dat er in deze context met gevangenis een tijdelijke plek in de geestenwereld wordt bedoeld voor hen die zonder kennis van de waarheid zijn gestorven (en niet een echte gevangenis of cel). De geesten in deze gevangenis zijn ook de geesten die in het sterfelijk leven ongehoorzaam zijn geweest. (Zie Topics and Questions, ‘Hell’, topics.ChurchofJesusChrist.org.)

Lees het volgende citaat van president Dallin H. Oaks van het Eerste Presidium over het heilswerk voor alle kinderen van onze hemelse Vader in de geestenwereld.

President Dallin H. Oaks

Het heilswerk in de geestenwereld bestaat uit het bevrijden van geesten uit wat in de Schriften geregeld als ‘slavernij’ of ‘gevangenschap’ wordt beschreven. Alle geesten in de geestenwereld bevinden zich in de een of andere vorm van gevangenschap. (Dallin H. Oaks, ‘Op de Heer vertrouwen’, Liahona, november 2019, 27.)

Ga tijdens je studie van het visioen in Leer en Verbonden 138 na op welke manier de geestkinderen van onze hemelse Vader in gevangenschap verkeren en hoe ze door de Heiland en zijn zoenoffer worden bevrijd.

U kunt de cursisten in groepjes van drie verdelen. Laat de cursisten een van de volgende drie tekstenreeksen bestuderen. Als de cursisten de tijd hebben gehad om de bijbehorende vragen te bespreken, kunnen ze de anderen in hun groepje die de andere teksten hebben bestudeerd, vertellen wat ze hebben geleerd.

instructie (pictogram)Moedig de cursisten aan om te vertellen over de waarheden die ze leren. Zie ‘Moedig de cursisten aan om te vertellen over de waarheden die ze leren’ in Verbetering van onderwijsvaardigheden: zet aan tot actieve studie om u daar verder in te bekwamen. Oefen eventueel de vaardigheid ‘Formuleer uitnodigingen voor de cursisten om elkaar te vertellen wat ze hebben geleerd’.

  • Wat heb je gevonden?

  • Hoe reageerden de geesten op het evangelie van de Heiland toen ze op aarde waren?

  • In welk opzicht verkeerden deze geesten in gevangenschap? Hoe heeft de Heiland ze bevrijd?

  • Welke kansen krijgen de geesten in het paradijs van de Heiland? En die in de gevangenis?

  • Wat kunnen wij doen om de Heiland bij zijn werk te helpen?

  1. De Heiland bevrijdt de geesten in het paradijs.

Lees Leer en Verbonden 138:11–19, 23–24, 50–52 en ga na hoe de Heiland de geesten in het paradijs bevrijdde.

  1. De Heiland bevrijdt de geesten in de gevangenis.

Lees Leer en Verbonden 138:20–22, 29–37, 57–59 en ga na hoe de Heiland de geesten in de gevangenis bevrijdde.

  1. De Heiland organiseert de prediking van het evangelie in de geestenwereld.

Lees Leer en Verbonden 138:30–37, 57–59 en ga na hoe de Heiland de prediking van het evangelie aan de geesten in de gevangenis organiseerde.

Laten zien wat je hebt geleerd

Laat de cursisten het scenario aan het begin van de les in een rollenspel naspelen, zodat ze kunnen laten zien dat ze Leer en Verbonden 138 begrijpen. De cursisten kunnen om de beurt Julia spelen en oefenen hoe ze voor beide opa’s en oma’s haar vraag zouden beantwoorden. Als de cursisten voldoende tijd hebben gehad om te oefenen, kunnen ze aan de klas vertellen wat ze hebben gevoeld en hoe deze leringen op hen van toepassing zijn.

U kunt uw getuigenis geven van onze hemelse Vader, Jezus Christus en het heil dat Zij de levenden en de doden aanbieden.