‘Les 161 – Oefening kerkleerbeheersing 10: De beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis toepassen’, Leer en Verbonden – boek voor de seminarieleerkracht (2025)
‘Oefening kerkleerbeheersing 10’, Leer en Verbonden – boek voor de seminarieleerkracht
Les 161: ‘Het gezin: een proclamatie aan de wereld’
Oefening kerkleerbeheersing 10
De beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis toepassen
Kerkleerbeheersing kan de cursisten helpen om hun fundament op Jezus Christus en zijn evangelie te bouwen. In deze les krijgen de cursisten de kans om Schriftteksten kerkleerbeheersing te bespreken die voor hen van betekenis zijn, en goddelijke beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis te leren en toe te passen.
Mogelijke leeractiviteiten
Herhaling kerkleerbeheersing: bespreken
Om de cursisten kort te laten herhalen wat ze dit jaar hebben geleerd en ze voor te bereiden op het bespreken van Schriftteksten kerkleerbeheersing die iets voor hen hebben betekend, kunt u de volgende onvolledige zin op het bord zetten: Een van mijn favoriete ….
U kunt de zinsnede op verschillende manieren afmaken, zoals mensen in de kerkgeschiedenis, verhalen die we dit jaar hebben besproken of dingen die ik van een klasgenoot heb geleerd. Laat de cursisten hun antwoorden kort met een medecursist bespreken en uitleggen waarom ze die hebben gekozen.
Maak de zin tot slot af met Schriftteksten kerkleerbeheersing. Geef de cursisten de tijd om de lijst met Schriftteksten kerkleerbeheersing in het Basisdocument kerkleerbeheersing (2023) door te nemen. Laat ze aan een klasgenoot vertellen welke tekst ze hebben uitgekozen en wat die voor hen betekent. Zorg wel dat er voldoende tijd overblijft voor de volgende oefening.
De beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis leren en toepassen
Voordat u het volgende verhaal introduceert, kunt u de cursisten kort de beginselen in alinea 5–12 van ‘Geestelijke kennis verkrijgen’ in het Basisdocument kerkleerbeheersing laten doornemen. (Aanbevolen herhalingsactiviteiten staan onder ‘Herhalingsactiviteiten kerkleerbeheersing’ in het aanhangsel van dit lesboek.)
NB Het onderwerp van deze les kan voor veel cursisten gevoelig liggen en persoonlijk zijn. Herinner de cursisten bij de bespreking van het volgende verhaal aan Gods liefde voor al zijn kinderen en dat Hij wil dat wij iedereen met liefde en respect behandelen.
Zie ‘Alternatief scenario’ onder ‘Aanvullende leeractiviteiten’ als u denkt dat de cursisten de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis beter op een ander scenario kunnen toepassen.
Ouderling Jeffrey R. Holland van het Quorum der Twaalf Apostelen vertelde over een jonge man die voor een heel moeilijke uitdaging stond. Lees over de situatie van deze jonge man en bedenk waarom het belangrijk is dat hij de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis toepast.
[Ik] spreek over een jonge man die als waardig lid op zending ging maar uit eigen keuze eerder terugkeerde wegens homoseksuele gevoelens en wat moeilijkheden die hij in dat opzicht ondervond. Hij was wel trouw gebleven, maar hij verkeerde in een geloofscrisis, zijn emotionele last werd steeds zwaarder en zijn geestelijke pijn intenser. Hij voelde zich bij vlagen gekwetst, verward, boos en verlaten. (Jeffrey R. Holland, ‘Zie, uw moeder’, Liahona, november 2015, 49.)
U kunt deze les relevant voor de cursisten maken door ze te laten bedenken hoe ze tegenover dergelijke situaties staan. Spoor de cursisten eventueel aan om hun gedachten in hun studiedagboek te noteren en toon de volgende vragen:
-
Welke vragen of zorgen over het plan van onze hemelse Vader of de kerk zou deze jonge man kunnen hebben?
-
Wat zouden deze vragen of zorgen met zijn relatie met zijn hemelse Vader kunnen doen?
-
Waarom is het belangrijk dat mensen in een vergelijkbare situatie de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis begrijpen en toepassen? Waarom is het belangrijk dat hun vrienden en familieleden die beginselen ook toepassen?
Bedenk dat deze les geen antwoord geeft op alle vragen van de cursisten. God heeft nog niet alle antwoorden geopenbaard. Het doel van deze les is om de cursisten trouwere discipelen van Jezus Christus te maken door beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis toe te passen wanneer ze met vragen en zorgen worden geconfronteerd.
Vraag de cursisten te vertellen wat ze hebben geleerd over beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis waar deze jonge man, zijn vrienden of zijn familie naar hun idee het meest aan zullen hebben. Neem ruim de tijd voor deze bespreking.
Afhankelijk van de tijd die na de bespreking over is, kunt u iets uit het resterende lesmateriaal kiezen om deze beginselen voor de cursisten te verduidelijken.
Wat deed deze jonge man?
Vraag de cursisten tweetallen te maken en geef elk tweetal een kopie van de rest van het verhaal van ouderling Holland. Laat ze onderstrepen hoe deze jonge man en anderen de beginselen voor het verkrijgen van geestelijke kennis toepasten.
Toon dan eventueel de onderstaande vragen die de tweetallen kunnen bespreken.
Zijn zendingspresident, zijn ringpresident en zijn bisschop zochten talloze uren naar oplossingen voor hem. Zij huilden met hem, zij zegenden hem […] [Zijn moeder droeg] aan haar zoon haar getuigenis uit van Gods macht, van zijn kerk, maar bovenal van zijn liefde voor dit kind. In één adem door getuigde ze eveneens van haar eigen onaangetaste, onvergankelijke liefde voor hem. […]
De seksuele geaardheid van deze [jonge man] veranderde niet als bij toverslag – en niemand ging daar ook van uit. Maar stukje bij beetje veranderde zijn hart.
Hij begon weer naar de kerk te gaan. Hij koos ervoor om gewillig en waardig van het avondmaal te nemen. Hij kreeg weer een tempelaanbeveling en aanvaardde een roeping als ochtendseminarieleerkracht, wat hij geweldig deed. En nu, na vijf jaar is hij, op zijn eigen verzoek en met aanzienlijke hulp van de kerk, terug op zending om zijn werk voor de Heer af te maken. Ik heb gehuild om de moed, integriteit en vastberadenheid van deze jonge man. (Jeffrey R. Holland, ‘Zie, uw moeder’, Liahona, november 2015, 49.)
-
Hoe toonde de jonge man met zijn keuzes dat hij geloof in Jezus Christus had? Wat zouden zijn keuzes voor zijn relatie met zijn hemelse Vader hebben betekend?
-
Waarom zou het belangrijk zijn geweest dat zijn moeder tot hem getuigde van Gods liefde voor hem?
-
Waaruit blijkt dat hij zich wendde tot bronnen die God heeft aangewezen? Hoe zou zijn keuze van bronnen zijn geloof in Jezus Christus hebben beïnvloed?
-
Stel dat deze jonge man geen antwoorden op sommige vragen of zorgen kan vinden. Wat weet je van onze hemelse Vader en zijn plan dat hij in gedachte zou kunnen houden?
Lege plekken invullen
Zet voor deze activiteit de volgende drie onvolledige uitspraken op het bord.
Kies een van de volgende uitspraken uit het Basisdocument kerkleerbeheersing en probeer die uit het hoofd af te maken. Controleer vervolgens je antwoord met alinea 5–12 van ‘Geestelijke kennis verkrijgen’.
-
‘Als we niet direct antwoord op onze vragen vinden …’
-
‘We vragen de Heilige Geest ons te helpen om …’
-
‘Onbetrouwbare bronnen leren herkennen en mijden, kan …’
Bedenk waarom het belangrijk is dat de jonge man, zijn vrienden en familieleden de beginselen in de gekozen uitspraak begrijpen.
Laat de cursisten door het lokaal lopen en hun inzichten met elkaar bespreken. U kunt ze aanmoedigen om met steeds weer andere klasgenoten van gedachten te wisselen tot ze hebben gesproken met minstens één persoon die optie 1 heeft gekozen, één die optie 2 heeft gekozen en één die optie 3 heeft gekozen.
Bronnen die God heeft aangewezen
Toon eventueel de volgende vragen. Geef de cursisten vervolgens voldoende tijd om Schriftteksten en citaten op te zoeken voordat u ze laat antwoorden.
Zo nodig kunt u de cursisten de aanbevolen informatiebronnen in ‘Aanvullende bronnen’ verstrekken.
-
Aan welke Schriftteksten kerkleerbeheersing uit de Leer en Verbonden (of andere standaardwerken) zou deze jonge man wat kunnen hebben?
-
Welke uitspraken van kerkleiders zouden hij of zijn dierbaren kunnen bestuderen?