2021
Dochters van God met zijn priesterschapsmacht verbinden
Januari 2021


Dochters van God met zijn priesterschapsmacht verbinden

woman looking toward the temple

Foto van een vrouw die naar de Oaklandtempel (Californië, VS) kijkt.

Meer dan ooit besef ik hoe belangrijk het is om het priesterschap en de zegeningen die er voor vrouwen uit voortvloeien, te begrijpen. We leven in een tijd waarin gelijkheid, kracht, billijkheid en verdraagzaamheid hoog in het vaandel worden gedragen, vaak meer dan andere deugden. Bovendien heerst er bij velen grote verwarring over identiteit, gezag, geestelijkheid en zelfs God.

Veel vrouwen weten niet welke zegeningen binnen hun bereik liggen, en maken daarom niet ten volle gebruik van het geestelijke feestmaal dat voor hen beschikbaar is. Ook bij mannen zorgt het onderwerp vaak voor onduidelijkheid.

Hoe kunnen we de band tussen vrouwen en de macht van het priesterschap beter begrijpen, en hen helpen om ‘naar voren te treden’, hun ‘rechtmatige en nodige plaats bij [hen] thuis, in [hun] gemeenschap en in het koninkrijk van God in [te nemen] – meer dan [ze] ooit gedaan [hebben]’?1 Ten eerste kunnen we nederig proberen de waarheden te begrijpen die met het priesterschap verband houden, en in het bijzonder de recentste leringen van kerkleiders. Ten tweede kunnen we proberen te begrijpen waarom sommige vrouwen hun toegang tot Gods priesterschapsmacht niet ten volle benutten. Ten derde kunnen we ons afvragen hoe we vrouwen kunnen helpen om actiever deel te nemen aan het werk dat God door middel van zijn priesterschapsmacht verwezenlijkt.

1. Welke waarheden met betrekking tot vrouwen en het priesterschap zijn verduidelijkt?

Apostelen en leidsters van algemene hulporganisaties leggen de laatste tijd meer nadruk op de band tussen vrouwen en het priesterschap. Het is cruciaal dat onderstaande waarheden juist begrepen en onderwezen worden.

Het priesterschap is de macht en het gezag van God.

Het priesterschap is de macht waardoor God zijn grote heilswerk verwezenlijkt en ‘de onsterfelijkheid en het eeuwige leven van de mens tot stand’ brengt (Mozes 1:39). Zowel mannen als vrouwen spelen een belangrijke rol in Gods werk, en zowel mannen als vrouwen kunnen een beroep op zijn macht doen om zijn werk te verwezenlijken.

Vrouwen spelen een officiële, doorslaggevende rol in het heilswerk.

Bonnie L. Oscarson, voormalig algemeen jongevrouwenpresidente, heeft gezegd: ‘Alle vrouwen dienen zichzelf als essentiële deelnemers aan het werk van de priesterschap te beschouwen. Vrouwen van deze kerk zijn presidentes, raadgeefsters, leraressen, leden van raden, zusters en moeders, en het koninkrijk van God kan niet functioneren tenzij wij ons verheffen en onze plichten in geloof vervullen.’2

President Gordon B. Hinckley (1910–2008) heeft gezegd: ‘God heeft de vrouw in de kerk bepaalde taken gegeven om zijn koninkrijk op te bouwen. Die omvatten alle aspecten van onze drieledige verantwoordelijkheid – ten eerste, het evangelie in de wereld verkondigen; ten tweede, het geloof en het geluk van de leden van de kerk versterken; en ten derde, het grote werk van de verlossing van de doden verrichten.

‘De vrouwen in de kerk werken in dit grote werk van de Heer nauw samen met hun broeders. […] Vrouwen hebben enorme taken en zijn daarvoor verantwoordelijk. Ze staan aan het hoofd van hun eigen sterke en zelfstandige organisaties die een belangrijke invloed ten goede zijn. Ze staan zij aan zij met de priesterschap[sdragers] en bouwen samen het koninkrijk van God op aarde op. We eren en respecteren u voor uw capaciteiten. We verwachten leiderschap, kracht en indrukwekkende resultaten van de manier waarop u uw organisaties bestuurt. We schragen en steunen u als dochters van God die op een grootse wijze met Hem samenwerken om de onsterfelijkheid en het eeuwige leven van al zijn zoons en dochters tot stand te brengen.’3

Zowel vrouwen als mannen wordt macht en gezag verleend door hen die priesterschapssleutels bezitten.

Priesterschapssleutels zijn ‘het gezag dat God aan priesterschaps[dragers] geeft om het gebruik van zijn priesterschap op aarde te regelen en te besturen’.4 President Dallin H. Oaks, eerste raadgever in het Eerste Presidium, legt uit: ‘Elke handeling of verordening die in de kerk wordt verricht, gebeurt na de directe of indirecte autorisatie van de persoon die daarvoor de sleutels draagt.’5

Net als mannen hebben vrouwen het gezag om hun roeping uit te voeren op aanwijzing van iemand die priesterschapssleutels bezit. President M. Russell Ballard, waarnemend president van het Quorum der Twaalf Apostelen, heeft gezegd: ‘Wie priesterschapssleutels hebben […] maken het voor allen die getrouw onder hun leiding werkzaam zijn letterlijk mogelijk om priesterschapsgezag uit te oefenen en toegang tot priesterschapsmacht te hebben.’6

President Oaks zegt ook: ‘We zijn het niet gewend om van vrouwen te zeggen dat zij het priesterschapsgezag in hun kerkroepingen dragen, maar welk ander gezag zou het kunnen zijn? Als een vrouw – jong of oud – als voltijdzendelinge wordt aangesteld om het evangelie te prediken, ontvangt zij het priesterschapsgezag om een priesterschapstaak uit te voeren. Hetzelfde geldt voor een vrouw die op aanwijzing van iemand die de sleutels van het priesterschap draagt als functionaris of leerkracht in een kerkelijke organisatie wordt aangesteld.’7

Missionaries walking

Als ik dit beginsel aan mijn studenten uitleg, vraag ik vaak: ‘Als het jongemannenpresidium en het jongevrouwenpresidium van de ring samen vergaderen, wie presideert dan?’ Omdat de jongevrouwenpresidente en de jongemannenpresident beiden zijn geroepen en aangesteld door iemand die de priesterschapssleutels bezit, namelijk de ringpresident, bezitten beiden op grond van hun roeping hetzelfde priesterschapsgezag, en presideren ze elkaar niet. Het zou logisch zijn als ze om de beurt een vergadering zouden leiden.

De Heer zegent vrouwen en mannen evenzeer door zijn priesterschap.

De Heer stort door zijn priesterschap talrijke zegeningen uit over alle leden die heilige verbonden sluiten en nakomen. President Ballard heeft gezegd: ‘Allen die heilige verbonden met de Heer hebben gesloten en die deze verbonden eren, hebben het recht om persoonlijke openbaring te ontvangen, om door de bediening van engelen gezegend te worden, om met God te communiceren, om de volheid van het evangelie te ontvangen, en samen met Jezus Christus erfgenaam te worden van alles wat de Vader heeft.’8

President Joseph Fielding Smith (1876–1972) heeft uitgelegd: ‘De zegeningen van het priesterschap [zijn] niet alleen voor de mannen bestemd. Deze zegeningen worden ook uitgestort […] op alle getrouwe vrouwen in de kerk. […] God [biedt] zijn dochters elke geestelijke gave en zegen aan die zijn zoons kunnen verwerven.’9

En de vrouwen die het werk van hun Vader doen, worden ook gezegend als ‘erfgenamen van God, en mede-erfgenamen van Christus’ (Romeinen 8:17; zie ook vers 16).

Zowel vrouwen als mannen, of ze nu getrouwd zijn of niet, kunnen in de tempel met priesterschapsmacht worden begiftigd.

In 1833 beloofde de Heer Joseph Smith dat de heiligen, zowel mannen als vrouwen, ‘met macht van omhoog’ (Leer en Verbonden 95:8) zouden worden begiftigd. President Ballard heeft verduidelijkt: ‘De begiftiging is letterlijk een gave van macht. Allen die naar het huis van de Heer gaan, officiëren in de priesterschapsverordeningen. En dat geldt voor mannen en vrouwen.’10 Alle waardige leden die hun begiftiging hebben ontvangen en hun tempelverbonden nakomen, bezitten priesterschapsmacht. Daarom kunnen vrouwen, of ze nu getrouwd zijn of niet, thuis priesterschapsmacht hebben, ook als er geen priesterschapsdrager aanwezig is.

Sheri Dew, voormalig raadgeefster in het algemeen ZHV-presidium, stelde de vraag: ‘Wat houdt het in om toegang tot priesterschapsmacht te hebben? Het houdt in dat we openbaring kunnen ontvangen, dat we door de bediening van engelen worden gezegend en geholpen, dat we leren de sluier die ons van onze hemelse Vader scheidt, opzij te schuiven, dat we kracht ontvangen om verleiding te weerstaan, dat we beschermd en verlicht worden, en slimmer worden dan we zijn, en dat alles zonder een sterfelijke tussenpersoon.’11 Wat is het belangrijkste gevolg van deze macht, en hoe wordt die ontvangen? De Heer heeft geopenbaard dat ‘de macht der goddelijkheid’, waaronder de macht om zoals Hij te worden, in priesterschapsverordeningen kenbaar is (zie Leer en Verbonden 84:20).

Priesterschapsgezag werkt in de kerk soms anders dan in het gezin.

De kerk kent een hiërarchische organisatie; het gezin is patriarchaal. President Oaks heeft verteld over ‘enkele verschillen in de manier waarop het priesterschap thuis en in de kerk functioneert’.12 In het goddelijk plan hebben man en vrouw weliswaar verschillende taken, maar werken ze als ‘gelijkwaardige partners’ samen.13 Ouderling L. Tom Perry (1922–2015) van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft gezegd: ‘Broeders, vergeet niet dat in uw rol als leider thuis, uw vrouw uw partner is. […] Vanaf het begin heeft God tegen de mens gezegd dat het huwelijk een eenheid van man en vrouw is. Daarom is er geen directeur en adjunct-directeur in het gezin. Een echtpaar werkt voortdurend samen aan het welzijn van hun gezin. Ze zijn verenigd in woord en daad als ze het gezin leiden en besturen. Ze staan op gelijke voet. Ze plannen en organiseren samen en unaniem de aangelegenheden van het gezin.’14

Wat gebeurt er als een huwelijkspartner overlijdt? President Oaks heeft gezegd: ‘Toen mijn vader overleed, presideerde mijn moeder ons gezin. Ze had geen ambt in het priesterschap, maar als de langstlevende ouder werd zij de “leidende functionaris” in ons gezin. Tegelijkertijd had ze altijd volledig respect voor het priesterschapsgezag van onze bisschop en de andere kerkleiders. Mijn moeder presideerde in haar gezin, maar zij presideerden in de kerk.’15

2. Struikelblokken

Welke struikelblokken zorgen ervoor dat vrouwen hun toegang tot Gods priesterschapsmacht niet ten volle benutten?

Verwarring die bij mannen en vrouwen over het priesterschap heerst.

President Oaks heeft gezegd: ‘Het Melchizedeks priesterschap is geen status of titel. Het is een goddelijke macht in bruikleen ten behoeve van Gods werk voor zijn kinderen. We moeten altijd bedenken dat mannen die het priesterschap dragen niet “het priesterschap” zijn. Het is niet gepast om van “de priesterschap en de vrouwen” te spreken. We dienen van “de dragers van het priesterschap en de vrouwen” te spreken.’16

Als we zeggen ‘de priesterschap gaat nu een lofzang zingen’, of ‘we hebben priesterschapsvrijwilligers nodig op het jongevrouwenkamp’, bewijzen we onszelf en anderen een slechte dienst door verwarring te zaaien en in stand te houden, en Gods macht te bagatelliseren, ook al bedoelen we het goed.

Denken dat het priesterschap niets met vrouwen te maken heeft.

Als hun wordt gevraagd het priesterschap te bestuderen, antwoorden sommige zusters: ‘Daar hoef ik niets over te weten. Het is niet op mij van toepassing.’ Maar aangezien het priesterschap al Gods kinderen tot zegen is, is het voor iedereen nuttig om het beter te begrijpen. Het zou voor iedereen nuttig zijn om het priesterschap beter te begrijpen. Bedenk eens hoe gezegend de kerk en onze gezinnen zouden zijn als de vrouwen en de mannen van de kerk even bedreven waren in de kennis en het onderwijs van waarheden aangaande het priesterschap.

Linda K. Burton, voormalig algemeen ZHV-presidente, heeft benadrukt dat zowel vrouwen als mannen het onderwerp van het priesterschap moeten bestuderen. ‘Zusters, we kunnen geen dingen onderwijzen die we niet begrijpen en zeker weten.’17

Church meeting

Vrouwen onnodige beperkingen opleggen.

Het is duidelijk dat sommige roepingen in de kerk vereisen dat iemand tot een priesterschapsambt is geordend, maar we moeten oppassen dat we vrouwen geen beperkingen opleggen gebaseerd op cultuur, geschiedenis, verkeerde opvattingen of gebruiken. Zo kunnen vrouwen bekwame leidsters en leerkrachten zijn, een belangrijke stem in kerkelijke raden hebben, en voor leden van alle leeftijden een krachtig voorbeeld van discipelschap zijn.

3. Wat kunnen we doen?

Ik noem enkele manieren waarop we onze zusters in het evangelie kunnen helpen om actiever deel te nemen aan het werk dat God door middel van zijn priesterschapsmacht verwezenlijkt.

Blijf op de hoogte van wat de algemene autoriteiten en onze leidsters zeggen.

De voorbije jaren hebben ervaren leden van het Quorum der Twaalf Apostelen uitdrukkelijk over de rol van de vrouw in de kerk gesproken. Luisteren we wel aandachtig naar die toespraken?

Zo heeft president Russell M. Nelson ons in 2015 hierop gewezen: ‘Het koninkrijk van God is niet en kan niet compleet zijn zonder vrouwen die heilige verbonden sluiten en vervolgens nakomen, vrouwen die met de macht en het gezag van God kunnen spreken!’18

Zorg ervoor dat alle leden de unieke rol van vrouwen in het werk van de priesterschap begrijpen.

President Ballard heeft de vrouwen van de ZHV eraan herinnerd dat hun ‘invloedssfeer een unieke sfeer [is] – een sfeer die niet door mannen kan worden overgenomen. Niemand kan onze Heiland met meer overtuiging of kracht verdedigen dan jullie, de dochters van God die zo’n innerlijke kracht en overtuiging hebben. De kracht van de stem van een bekeerde vrouw is onmetelijk, en de kerk heeft meer dan ooit behoefte aan jullie stem.’19 Bonnie L. Oscarson heeft gezegd: ‘[Vrouwen] in de kerk behoren zichzelf te beschouwen als essentiële deelnemers aan het verlossingswerk dat door de priesterschap wordt geleid, en niet alleen als toeschouwers en assistentes.’20

Hecht belang aan wat leidsters zeggen.

We besteden terecht veel aandacht aan de woorden van hen die we als profeten, zieners en openbaarders steunen. Zij bezitten de sleutels van het koninkrijk, en de Heer geeft via hen leiding aan zijn werk. Daarnaast zijn vrouwelijke kerkleiders aangesteld en hebben zij het priesterschapsgezag ontvangen om zowel mannen als vrouwen van de kerk toe te spreken. We moeten ook aan hun woorden gehoor geven, en luisteren naar de raad die God ons via hen geeft.

Betrek vrouwen bij raadsvergaderingen, niet alleen in woord maar ook in daad.

President Ballard heeft gezegd: ‘Elke priesterschapsleider die de vrouwelijke leidinggevenden niet volledig en met zijn volle respect bij het werk betrekt, respecteert de sleutels die hij heeft gekregen niet, en maakt ze niet groot. Zijn macht en invloed zullen beperkt zijn totdat hij de wegen van de Heer leert.’21

ward council

Geef geen ‘gezaghebbende’ antwoorden op vragen die de Heer zelf niet heeft beantwoord.

President Oaks heeft de kerkleden gewaarschuwd dat ze geen vragen moeten beantwoorden die de Heer niet heeft beantwoord: ‘Laten we niet de fout maken die in het verleden is gemaakt, […] en proberen redenen aan openbaring toe te kennen. De redenen blijken uiteindelijk in hoge mate door de mens te zijn bedacht. We steunen de openbaringen als de wil van de Heer, en daarin schuilt onze veiligheid.’22

President Ballard heeft hier een duidelijk voorbeeld van gegeven: ‘Waarom worden mannen tot priesterschapsambten geordend en vrouwen niet? […] De Heer [heeft] niet geopenbaard waarom Hij zijn kerk georganiseerd heeft zoals Hij het gedaan heeft.’23 President Ballard heeft ons ook gewaarschuwd dat we ‘geen zogenaamde geloofsversterkende of onbevestigde geruchten of verouderde begrippen en verklaringen van onze leer en vroegere gebruiken moeten door[geven]. Het is altijd verstandig om de woorden van de levende profeten en apostelen te bestuderen. Blijf op de hoogte van actuele kerkelijke kwesties, beleidspunten en verklaringen via mormonnewsroom.org en LDS.org. Raadpleeg de werken van erkende, consciëntieuze, getrouwe wetenschappers van de kerk om er zeker van te zijn dat u niet in iets onderwijst dat onwaar, verouderd, vreemd of eigenaardig is.’24 ‘Ik weet het niet’ is soms het beste antwoord. We moeten ijverig in het licht van geloof zoeken om goddelijke waarheid te leren kennen.

Zorg ervoor dat vrouwen en mannen het priesterschap beter begrijpen.

Het is uiterst belangrijk dat zowel mannen als vrouwen het priesterschap met meer zelfvertrouwen gaan bestuderen en onderzoeken. Nuttige Schriftteksten zijn bijvoorbeeld: Alma 13 en Leer en Verbonden afdeling 2, 13, 20, 76, 84, 95, 107, 110, 121, en 124. We kunnen niet genoeg beklemtonen hoe belangrijk het is dat we naar de tempel gaan om trouw naar antwoorden te zoeken, en vooral om geïnspireerde vragen over dit onderwerp te stellen.

Ouderling Bruce R. McConkie (1915–1985) van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft gezegd: ‘Deze leer van het priesterschap – onbekend aan de wereld en zelfs in de kerk slechts weinig bekend – kan niet uit de Schriften alleen geleerd worden. […]

‘De leer van het priesterschap wordt alleen bekend door persoonlijke openbaring. Zij komt, regel op regel en gebod op gebod, door de macht van de Heilige Geest tot hen die God liefhebben en met geheel hun hart, macht, verstand en sterkte dienen (zie LV 98:12).’25

Laat vrouwen inzien dat ze achter de Heer en zijn profeten moeten staan.

Er heerst steeds meer verdeeldheid en cynisme in de wereld. Vrouwen worden in veel opzichten tegen elkaar opgezet. Meningen zijn sterk, en emoties lopen hoog op. Stel u eens voor hoeveel beter de wereld eraan toe zou zijn als alle leden van de kerk begrepen dat ze, net als Esther, ‘voor een tijd als deze’ (Esther 4:14) zijn bewaard, en dat ze individueel en gezamenlijk de wereld behoren te leiden, en niet te volgen.

4. Tot besluit

Emma Smith verklaarde lang geleden: ‘We gaan iets bijzonders doen. […] We verwachten buitengewone gelegenheden en dringende verzoeken om hulp.’26 Die dringende verzoeken, en zelfs smeekbeden, gaan de laatste jaren steeds meer van de kerkleiders naar de zusters uit. Als we beter begrijpen welke waarheden met het priesterschap verband houden; inzien waarom veel vrouwen niet ten volle van hun voorrechten gebruikmaken; kennis ontwikkelen over vrouwen en hun mogelijkheden en actie ondernemen om hen actief aan het werk van de priesterschap te laten deelnemen, kunnen we ‘de vreugde en vrede krijgen die komt van de kennis dat u door uw lessen iemand beroerd hebt, dat u een van de kinderen van onze hemelse Vader hebt opgebouwd zodat hij op een dag in de tegenwoordigheid van de Heer kan vertoeven’.27

Noten

  1. Russell M. Nelson, ‘Een oproep aan mijn zusters’, Liahona, november 2015, 97.

  2. Bonnie L. Oscarson, ‘Verheft u in kracht, zusters in Zion’, Liahona, november 2016, 14.

  3. Leringen van kerkpresidenten: Gordon B. Hinckley (2016), 105.

  4. Handboek 2: de kerk besturen (2010), 2.1.1.

  5. Dallin H. Oaks, ‘De sleutels en het gezag van het priesterschap’, Liahona, mei 2014, 49.

  6. M. Russell Ballard, ‘Mannen en vrouwen in het werk van de Heer’, Liahona, april 2014, 48; zie ook Dochters in mijn koninkrijk: de geschiedenis en het werk van de zustershulpvereniging (2011), 150–153.

  7. Dallin H. Oaks, ‘De sleutels en het gezag van het priesterschap’, 51.

  8. M. Russell Ballard, ‘Mannen en vrouwen in het werk van de Heer’, Liahona, 48–49.

  9. Leringen van kerkpresidenten: Joseph Fielding Smith (2013), 173–174. Voor een meer diepgaande bespreking van de zegeningen van het priesterschap, zie Bruce R. McConkie, ‘De tien zegeningen van het priesterschap’, De Ster, april 1987, 50–54.

  10. M. Russell Ballard, ‘Let Us Think Straight’ (Brigham Young University devotional, 20 augustus 2013), 7, speeches.byu.edu.

  11. Sheri Dew, Women and the Priesthood: What One Mormon Woman Believes (2013), 125.

  12. Dallin H. Oaks, ‘Priesterschapsgezag thuis en in de kerk’, Liahona, november 2005, 26.

  13. ‘Het gezin: een proclamatie aan de wereld’, Liahona, mei 2017, 145.

  14. L. Tom Perry, ‘Vaderschap, een eeuwige roeping’, Liahona, mei 2004, 71.

  15. Dallin H. Oaks, ‘Priesterschapsgezag thuis en in de kerk’, 26.

  16. Dallin H. Oaks, ‘De machten van het priesterschap’, Liahona, mei 2018, 65.

  17. Linda K. Burton, ‘Priesthood: A Sacred Trust to Be Used for the Benefit of Men, Women, and Children’ (toespraak gehouden in een vrouwenconferentie aan de Brigham Young University, 3 mei 2013), womensconference.byu.edu/transcripts.

  18. Russell M. Nelson, ‘Een oproep aan mijn zusters’, 96.

  19. M. Russell Ballard, ‘Man en vrouw en priesterschapsmacht’, Liahona, september 2014, 37.

  20. Bonnie L. Oscarson, ‘Verheft u in kracht, zusters in Zion’, 14.

  21. M. Russell Ballard, ‘Man en vrouw en priesterschapsmacht’, Liahona, 35.

  22. Dallin H. Oaks, Life’s Lessons Learned: Personal Reflections (2011), 68–69.

  23. M. Russell Ballard, ‘Man en vrouw en priesterschapsmacht’, Liahona, 35.

  24. M. Russell Ballard, ‘De kansen en taken van CES-leerkrachten in de 21e eeuw’ (toespraak tot leerkrachten van de kerkelijke onderwijsinstellingen, 26 februari 2016), broadcasts.lds.org.

  25. Bruce R. McConkie, ‘De leer van het priesterschap’, De Ster, oktober 1982, 67.

  26. Emma Smith, in Dochters in mijn koninkrijk, 14.

  27. M. Russell Ballard, ‘De kansen en taken van CES-leerkrachten in de 21e eeuw’.