Mis deze devotional niet
Verbonden, krokodillen en jij
Uit een toespraak aan studenten aan het Ensign College in Salt Lake City (Utah, VS) op 13 oktober 2020. Lees de volledige tekst op ensign.edu.
Zuster Sharon Eubank vertelt hoe je de krokodillen die in het leven op je loeren, veilig uit de weg kunt gaan en anderen daarbij ook kunt helpen.
Ik krijg op mijn reizen soms iets van mensen wat voor hen belangrijk is. Ik was onlangs bij iemand thuis en kreeg een zelf uitgesneden houten krokodil als geschenk mee. Hij is ook prachtig beschilderd. Hij heeft nagels en witte ogen en is gemaakt van groen gekleurd hout.
Ik heb hem zo neergezet dat ik er elke dag zicht op heb. Ik zal u vertellen waarom ik die krokodil bewaar. Hij doet me denken aan iets wat voor mij betekenis heeft, en hopelijk ook voor jou.
Onze krokodillen in het leven
Sommigen van jullie hebben misschien wel van de rivier de Mara in Kenia gehoord. Veel soorten wilde dieren steken de rivier op bepaalde momenten van het jaar over om bij de zoete grassen aan de andere kant te komen.
Maar in de rivier vertoeven ook vijf meter lange nijlkrokodillen. De krokodillen zijn verzot op de migratie van kudden en loeren altijd op hun volgende maaltijd.
Vaak hebben onervaren dieren zoals antilopen niet het idee dat de krokodillen, met hun onopvallende profiel, enige bedreiging vormen. Ze kijken uit over de rivier en zien een onschuldig ogend dier tussen de planten drijven, dus springen ze erin en beginnen de rivier over te steken. Ze zijn er niet op berekend hoe snel krokodillen zich kunnen verplaatsen en hoe sterk hun kaken zijn als ze iets beet hebben.
Soms zijn wij de antilope en is Satan de krokodil. We hebben nog maar weinig tot geen ervaring met het oversteken van water en zien de krokodillen in de rivier wel, maar herkennen ze niet als gevaar. We negeren de krokodillen en waden zo de stroom in.
En vaak volgt een kudde ons dan met het idee dat als wij erin zijn gegaan, het wel prima zal zijn om er ook in te gaan. Satan wacht tot iedereen in diep water komt, en dan slaat hij toe.
Onze hemelse Vader weet dat we onervaren zijn en toch zullen we waarschijnlijk, metaforisch gesproken, rivieren in ons leven moeten oversteken. Hij neemt de krokodillen niet per se weg uit ons leven, maar Hij geeft ons wel wat hulp om de andere oever van de rivier te bereiken.
Vandaag wil ik het hebben over drie hulpmiddelen van onze hemelse Vader.
Ervaren zebra’s en gnoes = de Schriften
Het eerste hulpmiddel dat Hij ons biedt zijn degenen die de rivier vóór ons met succes zijn overgestoken. Je ziet antilopen vaak in kudden langs de oevers met zebra’s en gnoes samen. Zebra’s en gnoes steken de rivier veel vaker over dan antilopen. Als ze met de antilopen konden communiceren, zouden ze wel een en ander te vertellen hebben, maar de antilopen tonen misschien niet altijd belangstelling.
Waar zijn de ervaringen van mensen die de rivier met succes zijn overgestoken opgetekend? In de Schriften.
Tja, zou je kunnen zeggen, dat is wel zo, zuster Eubank, maar de Schriften gaan niet over de dingen die in mijn leven spelen.
Alma was bijna krokodillenvoer
Ik geef het voorbeeld van Alma de jonge. Hij deed in zijn jongvolwassenheid precies het tegenovergestelde van wat zijn ouders van hem verwachtten. Hij rebelleerde tegen God, hij zette de geboden aan de kant, en hij intimideerde en bespotte goede mensen. Toen gebeurde er op een dag iets. Er verscheen een engel aan hem. Met de woorden van Alma:
‘Ik werd door eeuwige kwelling gepijnigd. […]
‘Ja, ik herinnerde mij al mijn zonden en ongerechtigheden, waarvoor ik met de pijnen van de hel gekweld werd; ja, ik zag dat ik weerspannig was geweest tegen mijn God. […]
‘Ja, en ik had vele van zijn kinderen vermoord, ofwel tot hun vernietiging weggevoerd’ (Alma 36:12–14).
In wezen sprong Alma als een onwetende antilope in het water en daagde vervolgens andere antilopen die aarzelden, uit om hem in het water te volgen. Toen ze allemaal aan de stroom waren overgeleverd, begonnen de krokodillen ze te omsingelen en in te sluiten. Alma kon geen kant meer op. Sterke kaken grepen hem beet. Er was geen weg terug. Hij was krokodillenvoer.
‘En zie, het geschiedde, terwijl ik aldus met kwelling werd gepijnigd, […] dat ik mij ook herinnerde hoe ik mijn vader […] had horen profeteren over de komst van een zekere Jezus Christus, een Zoon van God, om voor de zonden van de wereld verzoening te doen.
‘Welnu, zodra deze gedachte bij mij opkwam, riep ik in mijn hart: O, Jezus, Zoon van God, wees barmhartig jegens mij. […]
‘En nu, zie, toen ik dat dacht, kon ik mij mijn pijnen niet meer herinneren; ja, ik werd niet meer verscheurd door de gedachte aan mijn zonden’ (Alma 36:17–19).
De les uit deze Schriftteksten die van toepassing is op elk hedendaags probleem waar je mee te maken krijgt, is deze: Jezus kan een gewonde antilope uit de kaken van een krokodil wegrukken en die antilope genezen en weer in veiligheid brengen.
Dat is onmogelijk, zeg je. Dat is niet logisch en praktisch ondoenlijk.
Maar het is wel waar.
Ik heb het zelf ondervonden. Ik heb littekens, maar ik ben geheeld. Dit is het wonder van bekering en vergeving. Daar draait het evangelie om. Het overkwam Alma, en het kan jou overkomen. De Here God zal je zonden niet meer gedenken en je zult vrij zijn. Het is nooit te laat als je Jezus Christus aanroept om barmhartig jegens je te zijn en je je zonden opgeeft.
We hebben allemaal verhalen nodig over metaforische zebra’s en gnoes en geredde antilopen – en die zijn in de Schriften voor ons opgetekend. We hebben ze nodig omdat we steeds weer fouten maken en ze ons op bekering en vergeving in Jezus Christus wijzen.
Boten = verbonden
Het tweede hulpmiddel dat de Heer ons geeft om het water over te steken is een boot. De boot tilt ons boven het water uit en heeft een beschermende laag die krokodillen buiten boord houdt. Boten kunnen een zeil hebben om de wind te vangen, een motor om ze stroomopwaarts te voeren, en een roer dat het sturen veel makkelijker maakt.
Een paar jaar geleden ging ik met een vriendin in een kleine kajak het water op.
We wilden een stukje oceaan oversteken naar de vissers in hun kreeftboten en een eilandje bezoeken. We hadden niet veel ervaring met boten, maar we hadden al snel door dat je met de pedalen in de boot een klein roer kon aansturen. Het roer was een kleine vin aan de achterkant waarmee we de kajak in de gewenste richting konden sturen.
We kwamen op het eilandje aan en genoten ervan om er rond te kijken. Toen de zee ruwer begon te worden, leek het ons beter om naar het vasteland terug te keren. We stapten in en begonnen aan de terugtocht, maar de boot was opeens erg moeilijk te besturen.
Het duurde een tijdje voordat ik doorhad dat ik het roer na het optrekken op het eiland vergeten was weer omlaag te doen. Ik zag in hoe belangrijk die kleine vin kon zijn.
Onze verbonden zijn als boten. Ze omringen ons met een beschermende laag als we de rivier oversteken, en houden ons buiten het ruwe water en uit de buurt van de krokodillen. Wanneer we ons best doen om onze doop- en tempelverbonden na te komen, kan de Heilige Geest (net zoals die kleine vin aan de achterkant van de boot) ons naar rustige wateren voeren en geleiden.
Maar we moeten wel aan de Heilige Geest denken en niet vergeten Hem bij ons leven te betrekken. Onze navigatie lijkt nergens op zonder zijn hulp.
‘Vertrouw op de Heere met heel je hart, en steun op je eigen inzicht niet.
‘Ken Hem in al je wegen, dan zal Híj je paden recht maken.’
Ik smeek je om je verbonden niet voor lief te nemen. Ze zijn veel krachtiger dan we ons realiseren. Je denkt misschien dat jouw beloften maar een klein roeibootje zijn, maar het zal uiteindelijk uitgroeien tot een cruiseschip dat honderden andere mensen kan redden.
Je verbonden hebben natuurlijk betrekking op jezelf, maar zeker ook op anderen.
Het perspectief boven de rivier = woorden van de profeten
Het derde hulpmiddel is het perspectief van bovenaf. Vanuit ons gezichtspunt aan de oever van de rivier is het bijna onmogelijk om de sluwe verscholen krokodillen te zien, maar van bovenaf zijn ze goed zichtbaar.
Profeten lijken in bepaalde opzichten op een kleine drone. De Heer laat ze dingen vanuit een andere hoek zien, en zij vertellen ons over de locatie en bewegingen van krokodillen in ons leven.
Amos 3:7 is vandaag de dag nog net zo waar als duizenden jaren geleden: ‘Voorzeker, de Heere Heere doet niets tenzij Hij Zijn geheimenis heeft geopenbaard aan Zijn dienaren, de profeten.’
In de algemene conferentie geven profeten ons het perspectief van bovenaf door. Ik hoorde president Nelson in een vorige algemene conferentie zeggen dat Israël niet geroepen is om beter dan alle anderen te zijn, niet om de enige ‘uitverkoren’ mensen te zijn die gered kunnen worden, maar dat ze geroepen zijn om een banier voor anderen te zijn, om ze te laten zien waar Israël vergaderd wordt.
Allen die bereid zijn om God in hun leven te laten zegevieren, worden vergaderd om hun God te ontmoeten.
Jezus roept alle mensen tot Hem: ‘Kom dan en volg Mij.’ Wanneer je de wateren van de doop betreedt, wanneer je aan het avondmaal deelneemt of je begiftiging in de tempel ontvangt, neem je de naam van Jezus Christus op je. Je kunt zijn banier worden.
Jouw taak als banier is:
-
Mensen op de ervaringen in de Schriften wijzen, die aangeven wat ze moeten doen.
-
Ze helpen bij de voorbereiding op en het bouwen van hun eigen verbondsboot.
-
Luisteren naar de aanwijzingen die vanuit het hogere perspectief komen.
Het gaat niet alleen om jou. Het gaat om alle mensen die je veilig kunt helpen oversteken.
Ik getuig persoonlijk dat God je bij naam kent. Hij kent je angsten, en ook je hoop en sterke kanten. Ik getuig dat je een werk te doen hebt. Sta op en wees een banier voor de volken. Moge de Heer je daarbij zegenen.